Plan: | Cultuurhistorie |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1711.BP20150990-VG01 |
Op het plangebied van dit bestemmingsplan blijven van toepassing de verbeelding(en) of plankaart(en) en de regels of voorschriften van:
het bestemmingsplan 'Cultuurhistorie' met identificatienummer NL.IMRO.1711.BP20150990-VG01 van de gemeente Echt-Susteren.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
gebied met specifieke landschappelijke kenmerken die iets vertellen over de natuurlijke ontstaanswijze van het gebied.
die onderdelen van het landschap die iets vertellen over de natuurlijke ontstaanswijze van het gebied. Deze onderdelen kunnen worden verdeeld in 4 subgroepen:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
gebouw of schoorsteen die gezien het karakter, de cultuurhistorische waarde en/of de betekenis voor het stedenbouwkundig beeld ter plaatse van belang is. Bij dit gebouw horen eventueel ook bijbehorende bouwwerken en bouwwerken geen gebouwen zijnde.
De beeldbepalende panden zijn opgenomen in Bijlage 30 bij de regels.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (als hoofdregel is dit het college van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren).
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegenaan gebouwd, op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk met een dak, met uitzondering van overkappingen.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
in schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de bouwgeschiedenis en de bouwhistorische kwaliteit van een monument of beeldbepalend pand, overeenkomstig de door het college te stellen eisen.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
het rapport waarin is opgenomen met welke cultuurhistorische en aardkundige waarden in de gemeente rekening gehouden moet worden. Het betreft het rapport 'Fraaie landstreken, belangrijke wandelingen en indrukwekkende gedenktekens. Een cultuurhistorische en aardkundige waardenkaart van de gemeente Echt-Susteren' d.d. 24 februari 2015 en als bijlage 1 tot en met 3 bij de toelichting van dit bestemmingsplan gevoegd.
een ruimtelijk en inhoudelijk samenhangend geheel van cultuurhistorisch waardevolle objecten, structuren en/of zones.
in schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de cultuurhistorische waarden van een monument of beeldbepalend pand, een complex van monumenten en/of beeldbepalende panden en/of een gebied, overeenkomstig de door het college te stellen eisen.
de aan een bouwwerk en/of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van gronden en gebouwen, zoals dat onder meer tot uitdrukking komt in de beplanting, het slotenpatroon of de architectuur; onder cultuurhistorische waarden worden mede verstaan:
de kaart waarop de in de gemeente aanwezige cultuurhistorische waarden zijn aangegeven met betrekking tot het (steden)bouwkundig erfgoed, het historisch erfgoed en de historische groenwaarden.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een gebouw, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
alle beeldbepalende panden, welke zijn opgenomen in Bijlage 30 bij de regels.
bijzondere landschappelijk kenmerken van een gebied of object in de zin van aantrekkelijkheid, herkenbaarheid/identiteit en diversiteit bestaande uit aardkundige, cultuurhistorische en visueel-ruimtelijke waarden, afzonderlijk of in onderlinge samenhang.
omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en voor mensen toegankelijk is.
de gronden waar dit bestemmingsplan op van toepassing is.
de grens van het plangebied.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met stedenbouwkundige elementen, zoals situatie en infrastructuur, alsmede de ligging van bouwwerken in dat gebied (tot uitdrukking komend in de bouwmassa, hoogtematen, dakvorm en gevelopbouw).
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding: | dienen bij nieuwe ontwikkelingen de karakteristieken en waarden gerespecteerd te worden zoals nader bepaald in: |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Echt' | Bijlage 3 Cultuurhistorisch ensemble Echt |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Nieuwstadt' | Bijlage 4 Cultuurhistorisch ensemble Nieuwstadt |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Dieteren' | Bijlage 5 Cultuurhistorisch ensemble Dieteren |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Ophoven' | Bijlage 6 Cultuurhistorisch ensemble Ophoven |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Kokkelert Visserweert Illikhoven' | Bijlage 7 Cultuurhistorisch ensemble Kokkelert Visserweert Illikhoven |
'specifieke vorm van waarde - gultuurhistorisch ensemble De Pas en Oevereind' | Bijlage 8 Cultuurhistorisch ensemble De Pas en Oevereind |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Baakhoven' | Bijlage 9 Cultuurhistorisch ensemble Baakhoven |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Aasterberg | Bijlage 10 Cultuurhistorisch ensemble Aasterberg |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Gebroek-Horst' | Bijlage 11 Cultuurhistorisch ensemble Gebroek-Horst |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Lilbosch' | Bijlage 12 Cultuurhistorisch ensemble Lilbosch |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Marissen-'t Leen' | Bijlage 13 Cultuurhistorisch ensemble Marissen-'t Leen |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Diergaarde-Bollenberg' | Bijlage 14 Cultuurhistorisch ensemble Diergaarde-Bollenberg |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Spaanshuisken' | Bijlage 15 Cultuurhistorisch ensemble Spaanshuisken |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Oud-Roosteren' | Bijlage 16 Cultuurhistorisch ensemble Oud-Roosteren |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Susteren' | Bijlage 17 Cultuurhistorisch ensemble Susteren |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Feurth' | Bijlage 18 Cultuurhistorisch ensemble Feurth |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Mariaveld Stationsstraat' | Bijlage 19 Cultuurhistorisch ensemble Mariaveld Stationsstraat |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Oude Rijksweg-Noord' | Bijlage 20 Cultuurhistorisch ensemble Oude Rijksweg-Noord |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Schrevenhof' | Bijlage 21 Cultuurhistorisch ensemble Schrevenhof |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Berkelaar' | Bijlage 22 Cultuurhistorisch ensemble Berkelaar |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Pey-Dorpstraat' | Bijlage 23 Cultuurhistorisch ensemble Pey-Dorpstraat |
'specifieke vorm van waarde - cultuurhistorisch ensemble Peijerstraat' | Bijlage 24 Cultuurhistorisch ensemble Peijerstraat |
Op de voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden mag worden gebouwd overeenkomstig onderliggende bestemmingen en rekening houdend met de waarden zoals genoemd in artikel 3.1.2.
In aanvulling op het bepaalde in artikel 3.2.1 geldt ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' dat de bestaande bebouwing niet mag worden gewijzigd.
Het bepaalde in artikel 3.2.2 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de vorm en de kwaliteit van de bouwwerken:
Toepassing van deze bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 3.2.2 voor het wijzigen van bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' indien bebouwing is toegestaan ingevolge de ter plaatse aangewezen andere bestemmingen, met in achtneming van het volgende:
De omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.4.1 kan alleen worden verleend indien:
Het bevoegd gezag kan advies inwinnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld artikel 3.4.1 bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
Niet van toepassing voor deze bestemming.
Het is verboden op of in artikel 3.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning:
Het bepaalde in artikel 3.6.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
De omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.6.1 kan alleen worden verleend indien:
Het bevoegd gezag kan advies inwinnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld artikel 3.6.1 bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
Het is verboden op of in artikel 3.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning cultuurhistorisch waardevolle objecten geheel of gedeeltelijk te slopen indien:
Het in artikel 3.7.1 bepaalde is niet van toepassing voor:
De omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.7.1 kan alleen worden verleend indien:
Het bevoegd gezag kan advies inwinnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld artikel 3.7.1 bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
Alvorens te beslissen over de wijzigingen als bedoeld in 3.8.1 kunnen burgemeester en wethouders advies inwinnen bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
De voor 'Waarde - Aardkundige waarde' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het instandhouden en versterken van de cultuurhistorische, natuurlijke, landschappelijke en aardkundige waarden, een en ander conform:
ter plaatse van de aanduiding: | conform: |
'specifieke vorm van waarde - aardkundig ensemble Broek en Hei' | Bijlage 25 Aardkundig ensemble Broek en Hei |
'specifieke vorm van waarde - aardkundig ensemble De Horst' | Bijlage 26 Aardkundig ensemble De Horst |
'specifieke vorm van waarde - aardkundig ensemble Den Doort' | Bijlage 27 Aardkundig ensemble D'n Doort |
'specifieke vorm van waarde - aardkundig ensemble Op den Berg' | Bijlage 28 Aardkundig ensemble Op d'n Berg |
'specifieke vorm van waarde - aardkundig ensemble Oude Maas' | Bijlage 29 Aardkundig ensemble Oude Maas |
Op de voor 'Waarde - Aardkundige waarde' aangewezen gronden mag worden gebouwd overeenkomstig onderliggende bestemmingen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de vorm en de kwaliteit van de bouwwerken:
Niet van toepassing voor deze bestemming.
Niet van toepassing voor deze bestemming.
Het is verboden op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de navolgende werken (geen bouwwerken zijnde) of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning:
Het bepaalde in artikel 4.6.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
De omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 4.6.1 kan alleen worden verleend indien uit cultuurhistorisch onderzoek blijkt dat de volgende kwaliteiten in acht worden genomen:
Het bevoegd gezag kan advies inwinnen ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld artikel 4.6.1 bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
Niet van toepassing voor deze bestemming.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
Alvorens te beslissen over de wijzigingen als bedoeld in 4.8.1 kunnen burgemeester en wethouders advies inwinnen bij de in de gemeente operationele en ter zake deskundige commissie op het vlak van monumenten, welstand, landschap, archeologie en cultuurhistorie.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij een afwijking van het bestemmingsplan, die onderdeel uitmaakt van dit plan, is op de voorbereiding van het besluit in de procedure als bedoeld in artikel 3.9 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing.
Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen is de volgende procedure van toepassing:
Op de voorbereiding van een besluit tot wijziging is de procedure als bedoeld in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening van toepassing.
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning, die onderdeel uit maakt van dit plan, is de procedure als vervat in artikel 3.9 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing.
In het geval van strijdigheid van belangen tussen een bestemming en een dubbelbestemming, gaat het belang van de dubbelbestemming voor.
Ten aanzien van de onderlinge relatie tussen de dubbelbestemmingen geldt dat dubbelbestemmingen gericht op het instandhouden of ontwikkelen van het groene karakter en het voorkomen van bebouwing voorgaan boven dubbelbestemmingen met bebouwing.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Cultuurhistorie' van de gemeente Echt-Susteren.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van
22 september 2016
De voorzitter, De griffier,
………… …………