Plan: | Kleine Hoeven 2012 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1667.BPBkh0036-VAST |
In dit artikel is een omschrijving gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze worden opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen.
In artikel 2 is een omschrijving gegeven van de te gebruiken wijze van meten.
Voor de bestemmingsregels, Artikel 3 Agrarisch tot en met Artikel 9 Wonen is een gestandaardiseerde opbouw gebruikt deels conform de door de gemeente aangeleverde format. Deze format is bijgesteld in verband met de in werking treding van de Wet ruimtelijke ordening per 1 juli 2008 en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht per 1 oktober 2010.
De regels in verband met de bestemmingen kennen alle een gelijke opbouw (voor zover van toepassing). De bestemmingsomschrijving betreft de centrale bepaling van elke bestemming. Het betreft een omschrijving waarin limitatief de functies worden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan. De bouwregels zijn direct gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving. Ook het gebruik van gronden en bebouwing is gekoppeld aan de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels staan uitsluitend bepalingen die betrekking hebben op het bouwen. Bouwregels zijn dan ook alleen van toepassing bij de toetsing van aanvragen om een omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten. Naast bouwregels is het mogelijke om nadere eisen te stellen op grond van artikel 3.6, lid 1, onder d, Wro. De specifiek gebruiksregels vormen een nadere concretisering van het toegestane gebruik. Afwijken van de bouw- en gebruiksregels is onder voorwaarden mogelijk wanneer een omgevingsvergunning is verkregen van het bevoegd gezag. Een wijzigingsbevoegdheid geeft het College van burgemeester en wethouders de mogelijkheid om een bepaalde bestemming te wijzigingen binnen de kaders, zoals aangegeven in het betreffende artikel.
Deze gronden zijn bedoeld voor agrarisch gebruik. Deze gronden hebben een overwegend agrarisch karakter, waarbij geen of weinig andere functies voorkomen. Daarnaast is het verboden bepaalde werken en werkzaamheden uit te voeren zonder een omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
De bestemming bedrijventerrein speelt een belangrijke rol. Dit is overeenkomstig de functie van het plan, te weten het bieden van mogelijkheden voor het accommoderen van bedrijvigheid. Het gebied dat wordt bestemd tot bedrijventerrein krijgt een directe bestemming bedrijventerrein. De bestaande woning op perceel De Hoeven 16 is gesplitst. De bestaande woningen De Hoeven 6 en 8 zijn in het bestemmingsplan bestemd als bedrijfswoning. Op de verbeelding is dit aangeduid met de functieaanduiding bedrijfswoning. De bestaande bedrijfswoningen mogen niet verder worden uitgebreid dan de maatvoering zoals in het artikel is beschreven.
In verband met de aanwezigheid van geurcontouren dienen bedrijfsgebouwen achter de op de verbeelding aangegeven gevellijn te worden gebouwd.
De bestemming 'Groen' ligt op alle groenvoorzieningen binnen het plangebied, die kunnen worden aangemerkt als structureel groen. Binnen deze bestemming zijn paden toegestaan voor langzaam verkeer en tevens speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, geluidwerende voorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen. Gebouwen zijn binnen deze bestemming niet toegestaan. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn wel toegestaan.
Op de gronden met bestemming 'Natuur' mag in beginsel niet worden gebouwd, met uitzondering van bouwwerken geen gebouw zijnde, die nodig zijn voor het beheer en onderhoud van de gronden en met uitzondering van voorzieningen van openbaar nut. Daarnaast is het verboden bepaalde werken en werkzaamheden uit te voeren zonder een omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor straten, voet- en rijwielpaden, groen- en speelvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen en nutsvoorzieningen. Gebouwen, afgezien van gebouwen voor openbaar nut, zijn binnen deze bestemming niet toegestaan. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn wel toegestaan.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor waterhuishouding (ten behoeve van het ontvangen, bergen, infiltreren en afvoeren van water), (natte) ecologische verbindingszone, goenvoorzieningen, voorzieningen van openbaar nut en met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen, dammen en/of duikers.
Alle binnen het plangebied voorkomende burgerwoningen vallen onder deze bestemming. De hoofdfunctie binnen deze bestemming is wonen. De woning dient in het bouwvlak te worden gebouwd. De woning mag een inhoud hebben van maximaal 500 m3. Woningen welke ten tijde van de terinzagelegging van dit plan een grotere inhoud hebben, mogen deze inhoud behouden en mogen niet verder worden uitgebreid. De bijgebouwen mogen maximaal 75 m2 bedragen.
Het is mogelijk om met een omgevingsvergunning voor het bouwen af te wijken van de regels voor onder meer een hogere goot- en bouwhoogte. Wijzigingen van de bestemming van de gronden is alleen mogelijk voor het vestigen van bedrijven.
In hoofdstuk 3 van de regels is een aantal standaardbepalingen opgenomen te weten, de anti-dubbeltelregel, algemene bouwregels, algemene ontheffingsregels, algemene wijzigingsregels en de algemene procedureregels.
Artikel 10 Anti-dubbeltelregel
De anti-dubbeltelregel is opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld.
Artikel 11 Algemene afwijkingsregels
In dit artikel is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om ontheffing te verlenen van bepaalde, in het bestemmingsplan geregelde, onderwerpen. Hierbij gaat het om ontheffingsregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan.
Artikel 12 Algemene wijzigingsregels
In artikel 12 is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om gebruik te maken van een bestemmingswijziging.
Artikel 13 Algemene procedureregels
In dit artikel is vorm en inhoud gegeven aan de procedure die gehanteerd wordt bij het stellen van nadere eisen.
In deze regel is vorm en inhoud gegeven aan het overgangsrecht.
Als laatste is de slotregel opgenomen. Deze bepaling omschrijft de titel van het plan.