direct naar inhoud van Artikel 5 Groen
Plan: Kleine Hoeven 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1667.BPBkh0036-VAST

Artikel 5 Groen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. bermen en beplanting;
  • c. paden;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. bergbezinkbassin;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen (ten behoeve van het ontvangen, bergen, infiltreren en/of afvoeren van hemelwater);
  • g. verhardingen;
  • h. voorzieningen ten behoeve van de bereikbaarheid van percelen;
5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen, uitsluitend in de vorm van nutsvoorzieningen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2.2 Gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de in artikel 5.1 genoemde doeleinden geldt de volgende regel:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen, met uitzondering van bewegwijzering en verlichtingsarmaturen, waarvan de hoogte maximaal 9 m mag bedragen;
5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld
    in het belang van een verantwoorde, evenwichtige en samenhangende stedenbouwkundige en architectonische inpassing zoals integraal opgenomen is in een vastgesteld beeldkwaliteitsplan, met aandacht voor:
    • 1. een goede verhouding tussen bouwmassa en gevelbeelden;
    • 2. de samenhang met nabij gelegen bebouwing;
    • 3. de hoogtedifferentiatie;
    • 4. een goede verhouding tussen bouwmassa en inrichting van de omgeving;
  • b. de verkeersveiligheid
    ter waarborging van de verkeersveiligheid en in het bijzonder de benodigde uitzichthoeken op hoeken van wegen;
  • c. de sociale veiligheid
    ter waarborging en ter voorkoming van een ruimtelijke situatie die onoverzichtelijk, onherkenbaar en niet-sociaal controleerbaar is.
5.4 Specifieke gebruiksregels
5.4.1 Gebruik

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met deze bestemming.

5.4.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals genoemd in artikel 5.4.1, wordt in ieder geval gerekend het gebruik:

  • a. voor parkeren, laden en lossen;
  • b. als opslag of bergplaats van gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen en/of stoffen en/of materialen behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • c. voor het storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.