direct naar inhoud van 6.2 Regels
Plan: Havens Yerseke
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0703.07YeBPHavens-vg01

6.2 Regels

De regels bevatten bepalingen omtrent het gebruik van de gronden, bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing en regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of nog op te richten bouwwerken. De regels zijn onderverdeeld in hoofdstukken.

  • Hoofdstuk 1 Inleidende regels.
  • Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels.
  • Hoofdstuk 3 Algemene regels.
  • Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels.

6.2.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Dit hoofdstuk bevat artikelen, die van belang zijn voor een juiste toepassing van deze regels.

Artikel 1 Begrippen

De begrippen geven een nadere uitleg van een aantal in de regels gehanteerde begrippen. Hierdoor wordt de eenduidigheid en daarmee de rechtszekerheid vergroot.

Artikel 2 Wijze van meten

Dit artikel bevat bepalingen die aangeven op welke wijze bepaalde zaken, zoals oppervlakte en inhoud van gebouwen, dienen te worden gemeten.

6.2.2 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels (algemeen)

Opbouw bestemmingsregels

Dit hoofdstuk bevat regels waarin bepalingen zijn opgenomen betreffende de bestemmingen en de aanduidingen. Bij de opzet van deze regels is een alfabetische volgorde gehanteerd alsmede een standaard volgorde zoals opgenomen in SVBP2008.

  • Bestemmingsomschrijving
    In dit onderdeel wordt de materiële inhoud van de bestemming aangegeven. Dit houdt in: de functies die binnen de bestemming "als recht" zijn toegestaan. De bestemmingsomschrijving vormt de eerste "toetssteen" voor gebruiksvormen en ook voor bouwactiviteiten (past het beoogde gebruik van gronden / gebouw binnen de bestemming). Beide zijn slechts toegestaan, voor zover zij zullen plaatsvinden binnen de opgenomen omschrijving.
  • Bouwregels
    Dit onderdeel geeft aan welke bouwwerken mogen worden opgericht. Voorop staat dat slechts mag worden gebouwd ten behoeve van de voor de bestemming aangegeven bestemmingsomschrijving.
  • Afwijken van de bouwregels 
    De bevoegdheid tot het afwijken van de bouwregels zijn in dit deel van de regels opgenomen.
  • Specifieke gebruiksregels 
    In dit onderdeel wordt ten opzichte van de Bestemmingsomschrijving, specifiek bepaald welke functies al dan niet specifiek zijn toegestaan. Deze bepaling vormt een aanvulling op de Bestemmingsomschrijving.
  • Afwijken van de gebruiksregels 
    De bevoegdheid tot het afwijken van de gebruiksregels is in dit deel van de regels opgenomen.
  • Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
    Voor zover nodig zijn hierin de regels voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden opgenomen. Dit bestemmingsplan voorziet niet in dergelijke regels.
  • Wijzigingsregels
    Enkele bestemmingen of locaties binnen een bestemming kunnen worden gewijzigd wat betreft gebruik of bouwmogelijkheden. De bevoegdheden staan in dit deel vermeld.

Een bestemmingsartikel behoeft niet alle elementen te bevatten. Dit is afhankelijk van de aard van de bestemming. Alle bestemmingen bevatten wel een bestemmingsomschrijving en bouwregels.

Huisvesting arbeidsmigranten

Algemeen

Binnen de gemeente worden steeds meer groepen arbeidsmigranten ondergebracht in bestaande panden. De omgeving is daar vaak niet op berekend en ingesteld, zeker als het om relatief grotere aantallen gaat. In beleid, notities van VROM en in jurisprudentie wordt hier op ingegaan. Deze huisvestingsvorm kan in de praktijk ook knelpunten tot gevolg hebben. Hiervoor is door de gemeente Reimerswaal een afzonderlijke beleidsnotitie opgesteld.

Handboek bestemmingsplannen

In het gemeentelijke handboek bestemmingsplannen is voorzien in locaties voor huisvesting van arbeidsmigranten door toepassing van een wijzigingsbevoegdheid.

  • Locaties waar tot 4 arbeidsmigranten zijn toegestaan (Wonen, Detailhandel, Kantoor) kunnen met een wijzigingsbevoegdheid worden voorzien van de aanduiding "specifieke vorm van horeca - logies - 1" .
  • Locaties waar tot 10 arbeidsmigranten zijn toegestaan (Centrum, Horeca) kunnen met een wijzigingsbevoegdheid worden voorzien van de aanduiding "specifieke vorm van horeca - logies - 2".

Het is niet wenselijk dat er arbeidsmigranten binnen de Havens Yerseke worden gehuisvest, niet tijdelijk en niet permanent.

Hoewel er in dit gebied niet snel sprake zal zijn van overlast naar andere omwonenden toe en parkeerexcessen er niet voor de hand liggen, moet dit uit oogpunt van woonomgeving toch worden afgewezen. Om deze reden is in de regels niet voorzien in wijzigingsbevoegdheden voor arbeidsmigranten.

Afwijken van de bouwregels

Uitbreiden bouwvlak

In voorkomende gevallen kan het wenselijk zijn dat het bouwvlak aan de achterzijde (vanaf de straat gezien) wordt vergroot. Hiervoor is een bevoegdheid tot afwijken van de bouwregels opgenomen, waardoor burgemeester en wethouders het bouwvlak met ten hoogste 20% kunnen vergroten. Bij een omgevingsvergunning wordt niet afgeweken van de bouwregels indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

Algemene afwijking

In het bestemmingsplan is in de bestemmingen een algemene afwijking opgenomen voor het afwijken van de maximale goot- of boeibordhoogte, bouwhoogte, afstand van het gebouw tot de perceelsgrens, de toelaatbare oppervlakte en het bebouwingspercentage tot ten hoogste 15%. Bij omgevingsvergunning wordt niet afgeweken van de bouwregels indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming geven gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

6.2.3 Bestemmingsregels (per bestemming)

Artikel 3 Bedrijf - Haven

Aan de koningin Julianahaven (bedrijventerrein Dregweg) is de bestemming Bedrijf - Haven toegekend. Algemeen zijn hier kade- of havengebonden bedrijven tot en met milieucategorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegestaan. Dit is met een aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.2' of 'bedrijf tot en met categorie 4.1' op de verbeelding aangeduid.

In een aantal situaties is een verbijzondering van de bestemming gewenst, omdat de ter plaatse aanwezige bedrijvigheid zwaarder is of afwijkt van de gebruiksregels. De volgende aanduidingen zijn in verband hiermee opgenomen:

  • (sb-sw); 'specifieke vorm van bedrijf - scheepswerf'. Hiermee is de scheepswerf, ingeschaald in milieucategorie 5A, aangeduid;
  • (sb-ghi); 'specifieke vorm van bedrijf -geluidhinderlijke installatie'. Met deze aanduiding zijn de geluidproducerende bedrijven mogelijk gemaakt;
  • (sb-pv); 'specifieke vorm van bedrijf - pompencomplex verswatervoorziening'. Het pompstation voor vers zeewater voor de schaal- en schelpdierverwerkende industrie te Yerseke is met de aanduiding bestendigd;
  • (sb-hak); 'specifieke vorm van bedrijf - havenkraan'. De havenkraan is hiermee bevestigd.
  • (zo); 'zend- en ontvangstinstallatie', waarmee de umts-zendmast is vastgelegd.

Staat van bedrijfsactiviteiten

In de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' zijn de toegelaten bedrijven binnen de bestemming Bedrijf-Haven opgenomen.

Bouwregels

In de bouwregels zijn de reguliere bouwregels uit het gemeentelijk handboek opgenomen. Daarbij heeft een aanvulling plaatsgevonden ten aanzien van planspecifieke elementen, zoals laad- en loskranen.

  • Ter plaatse de aanduidingen (bedrijf tot en met milieucategorie 4.1) zijn kranen tot 40 meter toegestaan.
  • Buiten het bouwvlak zijn ter plaatse van de aanduiding (sb-hak) kranen tot 10 meter toegestaan.
  • Verder zijn buiten het bouwvlak tevens haveninstallaties tot 10 m toegestaan.

Afwijken van de bouwregels: Kleine windturbines

Op het terrein van windturbines doen zich uiteenlopende ontwikkelingen voor. Enerzijds worden de grote windturbines groter. Anderzijds komen steeds meer kleine windturbines (KWT's) op de markt. In Reimerswaal kunnen kleine windturbines worden toegestaan. In het bestemmingsplan is geregeld dat deze KWT's bij afwijking middels omgevingsvergunning kunnen worden toegestaan binnen de bestemming Bedrijf-Haven.

Specifieke gebruiksregels

In de specifieke gebruiksregels is het gebruik van de gronden nader gespecificeerd. Daarbij is een verdeling gemaakt naar onderwerp.

Onder algemeen is opgenomen dat niet zijn toegestaan:

  • geluidhinderlijke inrichtingen, uitgezonderd die delen waar deze door middel van een aanduiding wel zijn toegelaten.
  • Bevi-inrichtingen.

Ten aanzien van kantoren is de volgende regeling opgenomen. Zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan, met uitzondering van kantoren ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' voor het kantoor van de Produktschap Vis en de Rijksdienst voor Keuring van vee en vlees. Er zijn op basis van beleid regels gesteld ten aanzien van de oppervlakte van niet zelfstandige en zelfstandige kantoren.

Opslag is onder voorwaarden toegestaan.

Afwijken van de gebruiksregels

In enkele situaties is het denkbaar dat bedrijven niet genoemd zijn in de Staat van bedrijfsactiviteiten. Ook komen situaties voor dat (vestiging van) bedrijven gewenst is, maar dat het bedrijf twee milieucategorieën zwaarder is dan toegestaan. Voor zover bedrijven dan naar aard en invloed op de omgeving geacht worden te behoren tot de toegelaten categorie, is afwijking van de gebruiksregels mogelijk.

Artikel 4 Detailhandel  en Artikel 5 Horeca

De horecavoorzieningen en de detailhandelsvoorziening in het gebied zijn voorzien van respectievelijk de bestemming Horeca en Detailhandel.

Ten opzichte van het handboek bestemmingsplannen is voorzien in een beknopte regeling, afgestemd op de haven.

  • Wonen is in het havengebied niet wenselijk. Wonen is daarom uitgesloten in de specifieke gebruiksregels.
  • Regels ten aanzien van aan huis gebonden beroepen, mantelzorg en dergelijke zijn in verband met het voorgaande ook niet opgenomen.
  • De reguliere wijzigingsbevoegdheden naar Wonen, Kantoor en Detailhandel zijn niet opgenomen. Planwijzigingen worden niet verwacht en zijn voorts gezien het ruimtelijk karakter niet wenselijk.
  • Voor het reguleren van de horecavoorziening wordt gebruikt gemaakt van de Staat van Horeca-activiteiten (zie ook bijlage 3 en paragraaf 5.2.1).
  • Het huidige juridisch-planologische toegestane gebruik ter hoogte van het perceel Havendijk 36 is bestendigd met een functie-aanduiding 'detailhandel' en 'specifieke vorm van bedrijf - visserijproducten en schaal- en schelpdieren'. Binnen deze laatste functieaanduiding zijn tevens bedrijven voor zover deze voorkomen binnen de bedrijfsgroep met SBI-code 05 in de categorieën 1 t / m 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegestaan.

Artikel 6 Natuur

Dit artikel is opgenomen in verband met de wijzigingsbevoegdheid in het artikel Water - Deltawater, overeenkomstig de systematiek in het bestemmingsplan Buitengebied. Op het moment dat aan de orde is dat een planwijziging in dit artikel wenselijk zou zijn, is binnen het voorliggende plan reeds voorzien in een actuele- op het buitengebied Reimerswaal - afgestemde regeling.

Artikel 7 Recreatie

De zuidelijke havens Prinses Beatrixhaven en prins Willem Alexander Haven zijn voorzien van de bestemming Recreatie in verband met de aanwezige jachthaven.

De aanduiding 'jachthaven' is opgenomen om aan te geven dat alleen een jachthaven met daaraan verbonden voorzieningen zijn toegelaten. Dit betreft voorzieningen zoals:

  • beheer en onderhoud van de jachthaven;
  • sanitaire voorzieningen;
  • dienstverlening van overheidswege, zoals een havenkantoor en afvalinzameling afkomstig van de jachthaven.

In een deel van de Prinses Beatrixhaven zijn ook ligplaatsen voor de beroepsvaart aanwezig. Deze zijn met de aanduiding (sb-bv) duiding 'specifieke vorm van bedrijf - beroepsvaart' bestendigd.

Specifieke gebruiksregels

In de specifieke gebruiksregels is het gebruik van de gronden nader gespecificeerd.

Met betrekking tot het gebruik is vastgelegd dat uitdrukkelijk niet toegestaan zijn:

  • het wonen;
  • detailhandel;
  • horeca;
  • de opslag van pleziervaartuigen.

In verband met de kwaliteiten van de Oosterschelde is het aantal ligplaatsen voor de pleziervaart vastgelegd. Overeenkomstig het gebruik zijn dat er nu 312.

Wijzigingsbevoegdheid

Op termijn is het denkbaar dat de beroepsvaart uit dit deel van de havens zal komen te verdwijnen. Tegelijkertijd is er de wens het aantal ligplaatsen voor de plezierplaats uit te breiden. Indien de beroepsvaart komt te vervallen, is er ruimte beschikbaar voor maximaal 60 aanvullende ligplaatsen voor de pleziervaart. In het kader daarvan is er een wijzigingsbevoegdheid opgenomen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - beroepsvaart' van de verbeelding te verwijderen en daarna het aantal ligplaatsen voor de pleziervaart met maximaal 60 ligplaatsen te verhogen. Hieraan zijn de volgende voorwaarden verbonden.

  • De verhoging van het aantal ligplaatsen voor de pleziervaart heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer en veroorzaakt geen onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte.
  • Er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
  • Planwijziging mag meer dan 1 keer worden toegepast, met dien verstande dat het maximum aantal ligplaatsen voor de pleziervaart binnen de bestemming Recreatie niet meer dan 372 mag bedragen;
  • In de toelichting van het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.
  • Tot slot dient vóóraf inzicht te worden gegeven in:
    • 1. de milieuhygiëne;
    • 2. de bodemkwaliteit;
    • 3. de archeologische waarden;
    • 4. de externe veiligheid;
    • 5. de luchtkwaliteit;
    • 6. de ecologische waarden.

Artikel 8 Verkeer

Dit artikel is opgenomen voor een smalle strook aan de noordzijde van het plangebied, buiten de kernzone van de primaire waterkering.

 

Artikel 9 Water - Deltawater

Dit artikel is opgenomen voor de Oosterschelde aan de buitenzijde van de waterkering. In het artikel is tevens voorzien in een wijzigingsbevoegdheid naar de bestemmingen 'Natuur' ten behoeve van het aanpassen van de onderlinge begrenzingen van deze bestemmingen aan de zich wijzigende diepten van het deltawater, of in 'Waterkering' ten behoeve van een noodzakelijke verbreding van de waterkering.

Artikel 10 Waterkering en Artikel 16 Waterstaat - Waterkering

De bestemming Waterkering is opgenomen voor de waterkerende zeedijk langs de Oosterschelde. In de bouwregels is bepaald dat ten behoeve van de bestemming Waterkering uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan.

Ter plaatse van de dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering zijn de gronden mede bestemd voor de waterkering. Uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn hier toegestaan.

Artikel 11 Waarde - Archeologie - 1, Artikel 12 Waarde - Archeologie - 2,

Artikel 13 Waarde - Archeologie - 3 en Artikel 14 Waarde - Archeologie - 4 

In het bestemmingsplan zijn overeenkomstig het op 22 november 2011 vastgestelde gemeentelijke archeologiebeleid de dubbelbestemmingen Waarde- Archeologie -1, Waarde - Archeologie- 2, Waarde - Archeologie - 3 en Waarde - Archeologie - 4 toegekend.

De bestemmingsregeling is in samenspraak met de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland tot stand gekomen en houdt eveneens rekening met de eventueel op grotere diepten aanwezige archeologische waarden. Uitgangspunt van deze regeling is dat voor projecten groter dan de vrijgestelde oppervlaktematen en verstoringsdiepte een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden nodig is. Voor een nadere toelichting op het archeologiebeleid wordt voorts verwezen naar paragraaf 5.1.1.

Het archeologisch belang wordt door de genoemde regelingen voldoende veilig gesteld.

  • Voor de bekende vindplaats geldt een Waarde - Archeologie – 1. Bij een bodemverstoring van meer dan 50 m2 geldt een onderzoeksplicht.
  • Voor de zone met een hoge archeologische verwachting geldt een Waarde – Archeologie – 2. In dit gebied is bij een bodemverstoring van meer dan 250 m2 een onderzoeksplicht van toepassing.
  • Voor de zone met een middelhoge archeologische verwachting geldt een Waarde - Archeologie - 3 waarvoor bij een bodemverstoring van meer dan 500 m2 een onderzoeksplicht geldt.
  • Voor de zone met een lage archeologische verwachting, geldt een Waarde – Archeologie - 4 waarvoor bij een bodemverstoring van meer dan 2500 m2 een onderzoeksplicht geldt.
  • In alle gevallen geldt een vrijstelling van archeologisch onderzoek wanneer niet dieper dan 40 cm onder het maaiveld werkzaamheden worden uitgevoerd.

Artikel 15 Waarde - Natura 2000

Deze bestemming is opgenomen voor een zeer smalle strook aan de noord- en oostzijde van het plangebied, buiten de primaire waterkering. Aangesloten is op de regeling zoals die in het bestemmingsplan Buitengebied is opgesteld.

6.2.4 Hoofdstuk 3 Algemene regels

Dit hoofdstuk bevat een aantal bepalingen die op de bestemmingen als bedoeld in hoofdstuk 2 van toepassing zijn. Het betreffende volgende bepalingen.

  • Artikel 17 Anti-dubbeltelregel
    Hiermee wordt voorkomen dat gronden oneigenlijk worden gebruikt voor het optimaliseren van bouwmogelijkheden.
  • Artikel 18 Algemene bouwregels
    Bestaande maten (uitgezonderd van de overgangsregels), overschrijding van bouwgrenzen, percentages. Met de regels inzake bestaande maten wordt voorkomen dat (ondergeschikte) afwijkingen onder het overgangsrecht komen te vallen.
  • Artikel 19 Algemene aanduidingsregels
    In dit artikel zijn de volgende algemene aanduidingen opgenomen.
    • 1. De geluidzone industrielawaai, die is geprojecteerd rondom de scheepswerf en de machinefabriek.
    • 2. De vrijwaringszone - dijk. De beschermingszone die is geprojecteerd rond primaire en secundaire waterkeringen is hiermee aangeduid.
  • Artikel 20 Algemene wijzigingsregels
    Het overschrijden van bestemmingsgrenzen kan in veel gevallen plaatsvinden zonder dat hierdoor het belang van een goede ruimtelijke ordening wordt geschaad. Voor dit soort gevallen is derhalve in het plan een wijzigingsbevoegdheid voor burgemeester en wethouders opgenomen. De overschrijding mag echter niet meer dan 3 meter bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
6.2.5 Hoofdstuk 4 Overgangs- en Slotbepalingen

Artikel 21 Overgangsrecht

De overgangsregels hebben tot doel de rechtstoestand te begeleiden van bouwwerken die gebouwd zijn of kunnen worden gebouwd en die afwijken van de bebouwingsbepalingen van het plan. Tevens is bepaald dat het gebruik van onbebouwde gronden en bouwwerken in het plan, voor zover dit gebruik op het tijdstip van het rechtskracht verkrijgen van het plan (rechtens) afwijkt van de in het onderhavige plan gegeven bestemming, kan worden voortgezet.

Deze regels zijn opgenomen in het Bro en zijn op voorgeschreven wijze overgenomen.

Artikel 22 Slotregel

Dit artikel ten slotte geeft aan de naam waaronder de regels van het bestemmingsplan kunnen worden aangehaald.