direct naar inhoud van Artikel 18 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Meerzicht - Westerpark
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00032-0004

Artikel 18 Verkeer - Verblijfsgebied

18.1 Bestemmingsomschrijving
18.1.1 Doeleindenomschrijving

De voor Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. straten, erven en pleinen;
  • b. fietspaden en/of -stroken en voetpaden;
  • c. fietsenstallingen;
  • d. geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. kunstwerken;
  • g. nutsvoorzieningen;
  • h. objecten van beeldende kunst;
  • i. parkeervoorzieningen;
  • j. reclameobjecten;
  • k. speelvoorzieningen;
  • l. terrassen;
  • m. vlaggenmasten en lichtmasten;
  • n. voorzieningen voor het openbaar vervoer;
  • o. water
  • p. windbeperkende voorzieningen;
  • q. ter plaatse van de aanduiding 'brug' tevens een voet- en fietsbrug;
  • r. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - carport' tevens carports;
  • s. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overdekt parkeren' tevens overdekte parkeerplaatsen;
  • t. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer en verblijfsgebied - standplaats' tevens standplaats(en);
  • u. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overkapping' tevens een overkapping;
  • v. ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer' tevens een raillijn met bijbehorende spoorbanen, wissels en overige constructies alsmede haltevoorzieningen en gebouwen ten behoeve van railverkeer, daaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van de bereikbaarheid van die haltevoorzieningen;
  • w. in afwijking van het gestelde onder a tot en met p is ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' een parkeergarage toegestaan;

met de daarbij behorende bouwwerken.

18.1.2 Dubbelbestemmingen

Voor zover de in lid 18.1.1 genoemde gronden samenvallen met:

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen en overkappingen
  • a. de bouwhoogte van een gebouw ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer' mag maximaal 12 m bedragen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' mag een parkeergarage worden gebouwd met een bouwhoogte van maximaal 4 m;
  • c. de bouwhoogte van een carport ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - carports' mag maximaal 3 m bedragen;
  • d. de oppervlakte van een gebouwde fietsenstalling mag maximaal 10 m² bedragen en de bouwhoogte maximaal 3 m;
  • e. de oppervlakte van een nutsvoorziening mag maximaal 25 m² bedragen en de bouwhoogte maximaal 5 m;
  • f. ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - overkapping' moet de doorrijhoogte minimaal 4 meter zijn.
18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van bouwwerken voor de geleiding, beveiliging en de regeling van het verkeer, geluidsoverdrachtbeperkende voorzieningen, kunstwerken, objecten van beeldende kunst, vlaggenmasten en lichtmasten mag maximaal 10 m bedragen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer en verblijfsgebied - standplaats' mag de standplaatsoppervlakte van een kraam, een wagen, een tafel of vergelijkbaar ander middel maximaal 20 m² bedragen en de bouwhoogte mag maximaal 4 m bedragen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overdekt parkeren' mogen overdekte parkeerplaatsen worden gebouwd met een bouwhoogte van 3 meter;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'aantal standplaatsen' mag het maximum aantal standplaatsen niet meer bedragen dan met de aanduiding is aangegeven;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer' mag - anders dan voor de geleiding, beveiliging en regeling van het railverkeer, en lichtmasten maximaal 10 m bedragen, gemeten vanaf de bovenkant van het spoor;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer' mag de bouwhoogte van kunstwerken niet meer bedragen dan 15 m;
  • g. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3,5 bedragen.
18.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van een verkooppunt voor motorbrandstoffen;
  • b. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van caravans, boten en overige zaken anders dan ten behoeve van de bestemming;
  • c. het gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, anders dan als stort- of opslagplaats voor normaal gebruik;
  • d. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor detailhandel en horeca;
  • e. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van consumentenvuurwerk;
  • f. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van raam- en straatprostitutie.