Plan: | Nutrihage |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0637.BP00025-0004 |
In het bestemmingsplan is in sommige gevallen een bevoegdheid opgenomen zodat burgemeester en wethouders ontheffing kunnen verlenen van de regels. De ontheffing is bedoeld om in concrete situaties een beperkte afwijking van de regels toe te staan. Hierdoor mag geen ruimtelijk ongewenste situatie ontstaan.
Voordat ontheffing wordt verleend wordt een nadere planologische afweging gemaakt. Deze afweging vindt plaats aan de hand van de volgende ruimtelijk relevante aspecten:
Straat- en bebouwingsbeeld
Bepaalde buurten en straten ontlenen hun kwaliteit aan het ruimtelijk beeld, een ruimtelijke samenhang, bijvoorbeeld verspringende rooilijnen, dwarskappen. Nieuwe bebouwing en uitbreiding van bestaande bebouwing mag geen aantasting vormen van dit karakteristieke straat- en bebouwingsbeeld, maar moet daarin passen.
Sociale veiligheid
Het betreft hier het voorkomen van sociaal onveilige plekken, zoals smalle onoverzichtelijke plekken in het (semi) openbaar gebied. Ook het voorkomen van bijvoorbeeld situaties waarbij de (semi) openbare ruimte aan beide zijden wordt begrensd c.q. begeleid door lange blinde gevels of muren.
Verkeersveiligheid
Gedacht wordt hier bijvoorbeeld aan de noodzaak tot het vrijhouden van zichthoeken.
Aantal parkeervoorzieningen
Het bouwen van een parkeervoorziening op eigen erf kan tot gevolg hebben dat hierdoor (vanwege de noodzakelijke op-/inrit) openbare parkeerplaatsen zouden komen te vervallen. Zeker in gebieden waar nu reeds een grote parkeerdruk aanwezig is, moet dit worden voorkomen. Anderzijds kan een bouwinitiatief door zijn situering op het erf tot gevolg hebben dat de parkeervoorziening op eigen erf niet meer bereikbaar is. Ook dat moet worden voorkomen;
Gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken
Het gaat hier om het criterium dat een uitbreiding van bebouwing geen onevenredige aantasting mag vormen voor de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen en bouwwerken. Hier spelen bijvoorbeeld aspecten als uitzicht, lichttoetreding en bezonning van tuinen een rol.
De bestemming 'Bedrijventerrein' is toegekend aan de gronden van Nutricia. Omdat de bestemming 'Bedrijventerrein volledig bestaat uit het bedrijventerrein van Nutricia is in het plan geen milieuzonering opgesteld en is er geen algemene toelaatbaarheid voor bedrijfsactiviteiten opgenomen (zie ook paragraaf 5.7). Daarmee zou de vestiging van diverse soorten bedrijfsactiviteiten mogelijk zijn en dat is op dit bedrijventerrein niet gewenst.
Aangezien het bedrijf niet voldoet aan de richtafstanden in het kader van de milieuzonering is ter plaatse een maatbestemming opgenomen door middel van de functieaanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - nutricia'.
Ter plaatse van de ammoniak koelinstallatie die onder het Bevi valt is de functieaanduiding 'risicovolle inrichting' opgenomen (zie ook paragraaf 5.8).
Gebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gebouwd in het bouwvlak. Op de plankaart is de maximale bouwhoogte vastgelegd. Deze bouwhoogten zijn in paragraaf 4.3Â reeds aan de orde gekomen. Binnen het bouwvlak geldt een bebouwingspercentage van maximaal 80 %.
In de regels zijn tot slot een aantal vormen van gebruik specifiek als strijdig aangeduid.
De bestemming Groen is bedoeld voor groenvoorzieningen, langzaamverkeersroutes, sport- en speelvoorzieningen, waterpartijen en waterlopen die van wijkoverstijgend c.q. lokaal belang zijn en die een belangrijke functie in de oriëntatie hebben. Daarnaast is beweiding door middel van dieren mogelijk binnen de bestemming. Gebouwen zijn niet toegestaan, wel bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Het kantoorpand op het perceel Eerste Stationsstraat 185 is bestemd als 'Kantoor'.
De bestemming Water geldt voor de watergang in het zuiden van het plangebied. Er mogen uitsluitend andere bouwwerken van geringe omvang worden gerealiseerd.
Om de vrije doorvaart te garanderen is voor bruggen en andere oeververbindingen een minimale vrije doorvaarhoogte verplicht gesteld van 1,25 m, ten opzichte van het gemiddeld waterpeil ter plaatse.
In het plangebied zijn verschillende leidingen gelegen met een belangrijke (boven)regionale functie op het vlak van de gas-, water- en rioolwatervoorziening. Deze hebben een dubbelbestemming die in het geval van een belangenafweging voorrang heeft boven de eveneens van toepassing zijnde bestemming(en).
Binnen deze bestemming kunnen bouwwerken worden gebouwd, die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de hoofdfunctie. Voor elke leiding is een zogenaamde veiligheidszone van toepassing, waarbinnen in principe niet gebouwd mag worden. Ter bescherming van de leidingen is tevens een aanlegvergunningenstelsel van toepassing.