Strijbeekseweg 44a annex, Strijbeek

4.5 Toetsing Verordening ruimte

In deze paragraaf wordt het voorgenomen plan getoetst aan het beleid zoals dat is vastgelegd in de provinciale Verordening ruimte. De relevante artikelen van de Verordening ruimte - hierna cursief afgedrukt - zijn tevens genoemd in paragraaf 2.2.2.

Artikel 3.5 - Regels voor nieuwbouw van woningen

Lid 1.
De toelichting bij een bestemmingsplan dat voorziet in de nieuwbouw van woningen bevat een verantwoording over de wijze waarop:

• a. de afspraken die daaromtrent in het regionaal ruimtelijk overleg, als bedoeld in artikel 12.4, onder b, zijn gemaakt, worden nagekomen;
• b. de beoogde nieuwbouw zich verhoudt tot de afspraken genoemd onder a en tot de beschikbare harde plancapaciteit voor woningbouw.

Toetsing

ad a.
Voor de gehele bebouwingsconcentratie Strijbeek zijn vijf toekomstige ruimte-voor-ruimte woningen opgenomen in de Structuurvisie "Buitengebied in Ontwikkeling". Onderhavig plangebied is daarbij specifiek aangeduid als zoeklocatie voor toevoeging van extra bebouwing.

ad b.
De voorgenomen bouw van één woning past binnen het totaal van 5 woningen.

Lid 2.
Onder harde plancapaciteit voor woningbouw, als bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt verstaan de capaciteit voor nieuw te bouwen woningen waarover een gemeente beschikt:

• a. die wordt uitgedrukt in aantallen woningen, en;
• b. die is opgenomen in een vastgesteld bestemmingsplan waarbij de bestemming nog niet is verwezenlijkt.

Toetsing

ad a.
Zie lid 1 ad a.

ad b.
Zie lid 1 ad a.

Conclusie

Er wordt voldaan aan de voorwaarden in artikel 3.5.

Artikel 5.7 - Bescherming van zoekgebied voor behoud en herstel van watersystemen

Lid 1.
Een bestemmingsplan dat is gelegen in een zoekgebied voor behoud en herstel van watersystemen strekt mede tot de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen waarbij dat zoekgebied een breedte heeft van ten minste 25 meter aan weerszijden van de waterloop.

Toetsing
Onderhavig bestemmingsplan bevat regels ten behoeve van het behoud, beheer en herstel van watersystemen. Deze regeling is opgenomen in de dubbelbestemming 'Waterstaat - Natte natuurparel bufferzone' die in hoofdlijnen overeenkomt met de gelijknamige bestemming in het bestemmingsplan "Buitengebied Alphen-Chaam 2010".

Lid 2.
Een bestemmingsplan, als bedoeld in het eerste lid stelt, voor zover zulks nodig is om te voorkomen dat dit gebied minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen:

• a. beperkingen aan stedelijke, agrarische en recreatieve ontwikkelingen, in het bijzonder wat betreft de daarmee verband houdende bebouwing;
• b. regels ten aanzien van het aanbrengen van oppervlakteverhardingen of verharde oppervlakten van meer dan 100 m², anders dan een bouwwerk;
• c. regels ten aanzien van het ophogen van gronden.

Toetsing

ad a.
Dit bestemmingsplan maakt de bouw van één woning mogelijk. Agrarische en recreatieve ontwikkelingen zijn niet toegestaan.

ad b.
Voor het aanbrengen van oppervlakteverhardingen zijn regels opgenomen in de dubbelbestemming 'Waterstaat - Natte natuurparel bufferzone'.

ad c.
Het ophogen van gronden is ook gebonden aan regels in de genoemde dubbelbestemming.

Lid 3.
Een bestemmingsplan, als bedoeld in het eerste lid, bepaalt dat bij het toepassen van de regels, bedoeld in het tweede lid onder b en c, het betrokken waterschapsbestuur wordt gehoord.

Toetsing
Deze regeling is eveneens opgenomen in de regels van de dubbelbestemming.

Conclusie

Er wordt voldaan aan de voorwaarden in artikel 5.7.

Artikel 6.3 - Bescherming en ontwikkeling van de groenblauwe mantel en beheergebied ecologische hoofdstructuur

Lid 1.
Een bestemmingsplan dat is gelegen in de groenblauwe mantel:

• a. strekt tot behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van het watersysteem en de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken van de onderscheiden gebieden;
• b. stelt regels ter bescherming van de ecologische, landschappelijke en hydrologische waarden en kenmerken van de onderscheiden gebieden.

Toetsing

ad a.
Dit bestemmingsplan bevat regels ten behoeve van het behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van het watersysteem. In de paragrafen 5.2.2 en 5.3 wordt toegelicht hoe er met de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken wordt omgegaan en hoe deze kenmerken zelfs worden versterkt.

ad b.
Idem als onder a.

Lid 2.
De toelichting bij een bestemmingsplan, als bedoeld in het eerste lid, bevat een verantwoording over de wijze waarop de nodige kennis over de aanwezige ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken is vergaard.

Toetsing
In paragraaf 5.2.2 wordt ingegaan op de ecologische en landschappelijke waarden en kenmerken van het gebied.

Lid 3.
In geval van strijdigheid met hetgeen is bepaald in hoofdstuk 9 en 10, geldt het bepaalde in het eerste lid niet.

Toetsing
Er heerst geen strijdigheid met hetgeen is bepaald in hoofdstuk 9 en 10. Deze bepaling is derhalve niet van toepassing.

Conclusie

Er wordt voldaan aan artikel 6.3.

Artikel 11.4 - Kwaliteitsverbetering in bebouwingsconcentraties

Lid 1.
In afwijking van het bepaalde in artikel 11.1, eerste lid, kan een bestemmingsplan dat is gelegen in een bebouwingsconcentratie binnen een zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling of binnen een gebied integratie stad-land, voorzien in de nieuwbouw van één of meer woningen waarbij er geen sprake behoeft te zijn van het gebruik van een voormalige bedrijfswoning als burgerwoning, mits de toelichting daaromtrent een verantwoording bevat.

Toetsing
Het plangebied ligt niet binnen een zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling of een gebied integratie stad-land.

Lid 2.
Uit de verantwoording, als bedoeld in het eerste lid blijkt dat:

• a. het bestemmingsplan de nodige voorwaarden bevat om een goede landschappelijke inpassing van de te bouwen woningen te verzekeren, onverlet artikel 2.2 in verband met de kwaliteitsverbetering van het landschap;
• b. er geen sprake is van een aanzet voor een stedelijke ontwikkeling, als bedoeld in hoofdstuk 3;
• c. geen inbreuk wordt gedaan aan de toepassing van de regeling, als bedoeld in artikel 11.2.

Toetsing

ad a.
In dit bestemmingsplan is in hoge mate rekening gehouden met de landschappelijke inpassing van de nieuwe woning, zoals in paragraaf 4.4opgenomen.

ad b.
Onderhavige ruimtelijke ontwikkeling is geen stedelijke ontwikkeling volgens de begripsomschrijving van artikel 1.1 van de Verordening ruimte.

ad c.
Uit de toelichting bij de Verordening ruimte blijkt dat de provincie het vooral wenselijk acht dat de gemeente tijdig overleg voert over de gewenste afstemming tussen de toepassing van de ruimte-voor-ruimteregeling en onderhavige regeling. Deze afstemming heeft plaatsgevonden.

Artikel 14.4 - Overgangsbepalingen

Lid 3.
In afwijking van artikel 11.4, eerste lid, kan een bestemmingsplan dat vóór 1 juli 2011 is vastgesteld en gelegen in een bebouwingsconcentratie binnen de groenblauwe mantel of binnen agrarisch gebied, niet zijnde een landbouwontwikkelingsgebied of een vestigingsgebied glastuinbouw, voorzien in de bouw van één of meer woningen mits de toelichting daaromtrent een verantwoording bevat, als bedoeld in artikel 11.4, tweede lid.

Toetsing
Voorliggend bestemmingsplan voldoet aan deze regel.

Voor wat betreft het gebruik van artikel 2.2 van de Verordening, is in het tweede lid van artikel 14.4 een afwijkende regeling opgenomen:

Lid 2 .
Artikel 2.2 is niet van toepassing op een bestemmingsplan voor een ruimtelijke ontwikkeling, anders dan voor een stedelijke ontwikkeling, dat is vastgesteld vóór 1 juli 2011.

Toetsing

Dit bestemmingsplan betreft één BiO-woning binnen het concentratiegebied Strijbeek. Dit vormt geen aanzet voor verdere verstedelijking. De regels in artikel 2.2 zijn voor onderhavig plan derhalve niet van toepassing.

Conclusie

Voldaan wordt aan artikel 11.4 juncto 14.4.

Algemene conclusie

De voorgenomen ontwikkelingen passen binnen het beleid zoals dat is vastgelegd in de Verordening ruimte.