direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 28 oktober 2010 is het bestemmingsplan voor het gezoneerde industrieterrein Gasthuiswaard door de gemeenteraad vastgesteld. Tegen dit plan is beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna ABRS). Op 18 april 2012 heeft de ABRS uitspraak gedaan. De uitspraak is bijgevoegd als Bijlage 1.

Samengevat is het bestemmingsplan Gasthuiswaard op een drietal onderdelen vernietigd:

  • Het gehele plandeel zoals in figuur 1.1 is aangegeven met 'plandeel 1';
  • Het gehele plandeel zoals in figuur 1.1 is aangegeven met 'plandeel 2';
  • De gehele aanduiding 'geluidzone-industrie'.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0001.png"

Figuur 1.1 De vernietigde plandelen 1 en 2 van bestemmingsplan Gasthuiswaard (bij uitspraak ABRS d.d. 18 april 2012)

De ABRS heeft de gemeenteraad opgedragen om een nieuw bestemmingsplan vast te stellen voor de vernietigde plandelen.

Daarnaast is een tekortkoming in het bestemmingsplan Gasthuiswaard ten aanzien van de plaatsbepaling van de (buiten)opslag opgemerkt. Deze tekortkoming wordt ambtshalve eveneens in deze (gedeeltelijke) reparatie meegenomen. Verder is de Sint Gertrudis kapel bij het fietspad Centraleweg/Oude Stadsweg in dit plan ambtshalve positief bestemd.

Tot slot wordt in deze (gedeeltelijke) reparatie de mogelijkheid voor opslagdoeleinden ter plaatse van het trafostation aan de Centraleweg 3b ambtshalve toegevoegd. Het trafostation is niet meer in gebruik en zal in de toekomst gebruikt worden voor opslagdoeleinden.

Het voorliggend bestemmingsplan betreft een herziening van het bestemmingsplan Gasthuiswaard voor wat betreft de vernietigde plandelen 1 en 2 en de ambtshalve aanpassingen zoals hiervoor benoemd. Daarnaast is in verband met de vernietiging van de aanduiding 'geluidzone industrie' een 'parapluherziening' opgesteld waarmee de geluidzone industrielawaai opnieuw is vastgelegd op basis van de meest actuele uitgangspunten en inzichten.

1.2 Vigerende bestemmingsplannen

Ter plaatse van plandeel 1 vigeert door de vernietiging van de ABRS het bestemmingsplan 'Industrieterrein Steelhovensedijk' (vastgesteld op 24 juni 1982).

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0002.png"

Figuur 1.2 Verbeelding bestemmingsplan Industrieterrein Steelhovensedijk (vastgesteld op 24 juni 1982)

Ter plaatse van plandeel 2 vigeert - door het vernietigende oordeel van de ABRS - het bestemmingsplan Gasthuiswaard zoals vastgesteld op 23 april 1987.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0003.png"

Figuur 1.3 Uitsnede verbeelding bestemmingsplan Gasthuiswaard (d.d. 23-4-1987)

1.3 Planvorm

De reparatie van plandeel 1 en plandeel 2 en de parapluherziening Geluidzone industrie Gasthuiswaard vloeien beide rechtstreeks voort uit de uitspraak van de ABRS. Daarnaast is gekozen om de regeling zoals opgenomen in het bestemmingsplan Gasthuiswaard ten aanzien van de buitenopslag aan te passen, de kapel positief te bestemmen en de mogelijkheden van het trafostation aan de Centraleweg te verruimen ten behoeve van opslagdoeleinden.

Indien het te herziene bestemmingsplan als ontwerp voor 1 januari 2010 ter inzage heeft gelegen en de herziening geen betrekking heeft op het vervangen van een in dat plan voorkomende bestemming, dan wel de herziening het gevolg is van een gedeeltelijke vernietiging van dat plan, mag van een aantal vereisten uit het Bro worden afgeweken. Dit wordt in de overgangsbepalingen van het Bro geregeld (artikel 8.1.2 Bro). Afwijking geschiedt op het punt van de digitale vereisten zoals de vormgeving volgens SVBP2012 en verplichte publicatie op ro-online. Op basis van Bro artikel 8.1.2 kan het plan gerepareerd worden aan de hand van de systematiek van het bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010).

1.4 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt de inhoud van de reparatie van het bestemmingsplan Gasthuiswaard nader beschreven. Hoofdstuk 3 gaat in op het actuele ruimtelijke beleid. Hoofdstuk 4 behandelt de milieu- en andere relevante omgevingsaspecten. In hoofdstuk 5 komt de juridische planbeschrijving aan bod en tot slot komt in hoofdstuk 6 de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid aan bod.

Hoofdstuk 2 Beschrijving reparatie

In dit hoofdstuk wordt aangegeven wat de aanleiding voor en de inhoud van de reparatie van het bestemmingsplan is. Hiertoe wordt per onderdeel (zoals aangegeven in hoofdstuk 1) eerst een inleiding gegeven. Daarna wordt ingegaan op de regeling zoals die was opgenomen in het vastgestelde bestemmingsplan 'Gasthuiswaard 2010' d.d. 28 oktober 2010. Vervolgens komt de uitspraak van de ABRS d.d. 18 april 2012 aan bod en wordt de regeling na reparatie toegelicht.

In de laatste drie paragrafen van dit hoofdstuk komen de ambtshalve wijzigingen met betrekking tot de regeling voor buitenopslag, de opslagmogelijkheden van het trafostation aan de Centraleweg 3b en de bestemming van de Sint Gertrudis kapel bij het fietspad Centraleweg/Oude Stadsweg, aan bod.

2.1 Plandeel 1

2.1.1 Inleiding

Plandeel 1 omvat een deel van de bedrijfspercelen van Sibelco (voorheen Jan de Poorter B.V.), ten zuiden van de Heulweg 12-20 en ten westen van Centraleweg. Ook het bedrijfsverzamelgebouw ten zuiden van de Heulweg (zie figuur 2.1) is gelegen binnen plandeel 1. Het plandeel is onderdeel van het gezoneerde industrieterrein Gasthuiswaard dat ten westen van de kern Geertruidenberg is gelegen.

Het plandeel bestaat momenteel uit graslanden, een bedrijfsverzamelgebouw en parkeerterrein. Het bedrijf Sibelco, gevestigd aan Centraleweg 52, is een erts- en mineraalveredelingsbedrijf. Het bedrijf maakt deel uit van Sibelco Europe MineralsPlus (voorheen Ankerpoort), één van Europa's meest vooraanstaande Europese leveranciers van minerale grondstoffen en halffabricaten voor industriële toepassingen. De mineralen vormen de basis voor uiteenlopende producten zoals glas, staal, keramiek, verven, kunststoffen, veevoeder, kalkmeststoffen en asfalt. Voor de gronden binnen het plandeel is een omgevingsvergunning op grond van de Wabo verleend voor de opslag van producten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0004.png"

Figuur 2.1 Luchtfoto bestaande situatie

Ten westen van het plandeel (aan de overzijde van Wilhelminakanaal) bevindt zich het glastuinbouwgebied 'Plukmadese polder' met enkele (bedrijfs)woningen. Dit gebied ligt op het grondgebied van de gemeente Drimmelen. In de nabijheid van het plandeel, aan de noordzijde van de Heulweg, zijn twee bedrijfswoningen aanwezig (Centraleweg 13 en Heulweg 3).

2.1.2 Regeling bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard waren de gronden bestemd als Bedrijventerrein. Ter plaatse zijn geluidzoneringsplichtige bedrijven toegestaan. De maximale bouwhoogte bedraagt 12 meter en het maximale bebouwingspercentage bedraagt 80%, met uitzondering van het bedrijfsverzamelgebouw waarvoor een bouwhoogte van 6 m en een bebouwingspercentage van 70% geldt. De maximaal toegestane milieucategorie bedraagt categorie 4.2 (onder verwijzing naar de Staat van Bedrijfsactiviteiten). Op het terrein zijn tevens silo's met een maximale bouwhoogte van 25 meter toegestaan en is een leidingenstrook als zodanig bestemd.

Voor het bedrijfsperceel is gekozen voor maximaal milieucategorie 4.2 omdat dit de categorie is die in het algemeen maximaal toelaatbaar wordt geacht op het bedrijventerrein. Voor de bestaande bedrijven in een hogere milieucategorie zijn in het bestemmingsplan uitzonderingen opgenomen. Een zodanige uitzondering is opgenomen voor het bedrijfsperceel van Sibelco (toen nog Jan de Poorter B.V.) aan de oostzijde van de Centraleweg (aanduiding b=5.2 op de onderstaande figuur), maar niet voor het plandeel aan de westzijde van de Centraleweg omdat dit terrein niet als zodanig werd gebruikt.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0005.png"

Figuur 2.2 Uitsnedes verbeelding BP Gasthuiswaard (2010): uitbreidingsperceel (links) en bestaande terrein Sibelco (rechts)

2.1.3 Uitspraak ABRS

De ABRS heeft plandeel 1 vernietigd naar aanleiding van een beroepschrift van Sibelco. Hierbij is overwogen dat de bestaande bedrijfsactiviteiten (Sibelco) die in de Staat van bedrijfsactiviteiten behorende bij het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 onder categorie 5.2 vallen, onder het oude geldende plan Industrieterrein Steelhovensedijk (dat voor het betreffende plandeel na vernietiging door de ABRS nu weer vigeert) in categorie 4 waren ingedeeld.

Nu ook plandeel 1 (dat dient ter uitbreiding van het bedrijf) geëxploiteerd wordt door Sibelco en in het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 ter plaatse van dit plandeel ten hoogste categorie 4.2 wordt toegestaan, werd er ter plaatse minder toegestaan dan onder het oude geldende bestemmingsplan (Industrieterrein Steelhovensedijk). Naar het oordeel van de ABRS is onvoldoende gemotiveerd/onderzocht waarom deze beperking gerechtvaardigd is.

Het perceel Heulweg 12-20 (zie figuur 2.1.) speelt geen rol bij de overwegingen in de uitspraak van de ABRS. Dit gedeelte is dan ook onbedoeld vernietigd.

2.1.4 Reparatie

De gemeente is van mening dat gelet op de uitspraak van de ABRS het bedrijfsperceel/plandeel 1 aan de Centraleweg een maximale milieucategorie dient te krijgen, mits dit planologisch mogelijk is. Het bedrijfsperceel aan de Centraleweg 52, waar de huidige bedrijfsactiviteiten voornamelijk worden uitgevoerd, heeft in het bestemmingsplan Gasthuiswaard een maatbestemming gekregen. Ter plaatse staat dit plan bedrijfsactiviteiten uit ten hoogste categorie 4.2. van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toe, alsmede het bestaande bedrijf uit ten hoogste categorie 5.2. Het uitbreidingsperceel (plandeel 1) behoort tot hetzelfde bedrijf. Het perceel is momenteel maar gedeeltelijk in gebruik (alleen een parkeervoorziening). Sibelco heeft echter plannen om de bedrijfsactiviteiten op het perceel binnen plandeel 1 uit te breiden. Gelet op het voorgaande en gelet op het feit dat de bedrijfsactiviteiten op grond van het geldende bestemmingsplan op het uitbreidingsperceel zijn toegestaan (zie ook hiervoor onder Uitspraak ABRS), is onderzocht of bedrijfsactiviteiten uit maximaal categorie 5.2. voor de specifieke activiteiten van het bedrijf, eveneens op het uitbreidingsperceel kunnen worden toegestaan.

Uit het Besluit ruimtelijke ordening vloeit voort dat een bestemmingsplan uitvoerbaar dient te zijn. Uit de uitgevoerde onderzoeken (zie hoofdstuk 4) blijkt dat vanwege de aanwezige bedrijfswoningen aan de Centraleweg 13 en Heulweg 3 bedrijfsactiviteiten uit categorie 5.2 niet zonder meer algemeen toelaatbaar zijn. In het bestemmingsplan is daarom een milieuzonering opgenomen, waarmee is aangesloten bij de systematiek uit de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering (zie paragraaf 4.3). Uit de onderzoeken blijkt echter ook dat met maatwerk (door bij de inrichting van het perceel nadrukkelijk rekening te houden met de aanwezige bedrijfswoningen in combinatie met het treffen van (geluid)maatregelen kan worden gekomen tot een uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten van Sibelco binnen plandeel 1 zonder dat onaanvaardbare milieugevolgen optreden ter plaatse van de nabijgelegen bedrijfswoningen. De uitvoerbaarheid is onderbouwd in de ruimtelijke onderbouwing die is opgenomen in bijlage 5. Voorwaarde is dat de MTG-waarde voor de woningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 wordt verhoogd van 55dB(A) naar 60 dB(A). Deze verhoging is mogelijk binnen de voorwaarden uit het gemeentelijke hogere waardenbeleid (juni 2009). In het bestemmingsplan zijn de specifieke bedrijfsactiviteiten van Sibelco positief bestemd, waarbij in de regels voorwaarden zijn opgenomen om te borgen dat geen ongewenste milieugevolgen optreden ter plaatse van de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3. Daarnaast is in het bestemmingsplan de mogelijkheid opgenomen om met afwijking via omgevingsvergunning ook andere bedrijfsactiviteiten uit hogere categorieën toe te staan. Ook aan deze flexibiliteitsbepaling zijn voorwaarden verbonden die zijn gericht op het borgen van een acceptabel woon- en leefklimaat ter plaatse van de nabijgelegen bedrijfswoningen (zie ook paragraaf 4.3).

Overigens wordt opgemerkt dat - op het moment dat de bedrijfswoningen aan de Centraleweg 13 en de Heulweg 3 niet meer in gebruik zijn en kunnen worden wegbestemd - de gemeente bereid is om mee te werken aan een hogere milieucategorie (algemene toelaatbaarheid) op dit perceel. Het akoestisch onderzoek dat in het kader van deze reparatie is uitgevoerd, neemt hier al een voorschot op. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat in dat geval bedrijfsactiviteiten t/m categorie 5.2 algemeen kunnen worden toegestaan. Uiteraard is voor een hogere milieucategorie wel benodigd dat met de gebruiker/eigenaar overeenstemming is bereikt omtrent beëindiging van de woonfunctie aldaar. Omdat op dit moment onvoldoende zeker is dat deze situatie zich binnen de plantermijn zal voordoen, wordt hier in deze reparatie nog niet op voorgesorteerd.

Op het perceel Heulweg 12-20 (dat onbedoeld is vernietigd) is een bedrijfsverzamelgebouw gevestigd. Het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 bood ter plaatse ruimere planologische mogelijkheden (maximaal categorie 4.2). Ook voor dit perceel is (in lijn met het uitbreidingsperceel van Sibelco) opnieuw bezien welke planologische mogelijkheden kunnen worden geboden, rekening houdend met de aanwezige bedrijfswoningen aan de Centraleweg 13 en de Heulweg 3. Uit de resultaten blijkt dat op het perceel Heulweg 12-20 bedijfsactiviteiten uit ten hoogste categorie 4.2 algemeen toelaatbaar zijn.

2.2 Plandeel 2

2.2.1 Inleiding

Dit plandeel heeft betrekking op de percelen Centraleweg 11, Centraleweg 13 en Heulweg 3. Ter plaatse van Centraleweg 11 zijn verschillende bedrijven gevestigd. Centraleweg 13 betreft een bedrijfswoning en een bedrijf. Heulweg 3 is een bedrijfswoning. De ligging van het plandeel is in figuur 1.1 en 2.1. aangegeven.

2.2.2 Regeling bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 waren de gronden ter plaatse van Centraleweg 11 bestemd als Bedrijventerrein. Ter plaatse zijn geluidzoneringsplichtige bedrijven toegestaan. De maximale bouwhoogte bedraagt 10 meter en het maximale bebouwingspercentage bedraagt 70%. Ter plaatse is het bestaande bedrijf in categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegestaan en bij omschakeling tevens bedrijven in ten hoogste milieucategorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Op het perceel ligt tevens een 'Veiligheidszone-Bevi'. Dit in verband met een naastgelegen bedrijf (zie ook hoofdstuk 4). De bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 zijn aangeduid als 'bedrijfswoningen' (maximale bouwhoogte 10 meter, bebouwingspercentage 100 %). Uitsluitend ter plaatse van die aanduiding zijn naast de bedrijfsbestemming tevens bedrijfswoningen toegestaan. De bedrijfswoningen en de bijbehorende percelen zijn bovendien voorzien van de gebiedsaanduiding 'Geluidzone-Industrie'. Dit houdt enerzijds in dat (nieuwe) geluidsgevoelige objecten ter plaatse niet zijn toegestaan. Anderzijds houdt het in dat deze percelen niet behoren tot het gezoneerde industrieterrein en geluidzoneringsplichtige bedrijven ter plaatse niet zijn toegestaan.

2.2.3 Uitspraak ABRS

De ABRS heeft het betreffende plandeel vernietigd naar aanleiding van een beroepschrift van Jan de Poorter B.V. Het bedrijf vreest dat door het opnemen van Centraleweg 11 binnen het gezoneerde industrieterrein in combinatie met het bestemmen van de Centraleweg 13 en Heulweg 3 in de geluidzone, er minder geluidsruimte overblijft voor (de uitbreiding van) het bedrijf van Jan de Poorter B.V. De ABRS heeft geoordeeld dat het akoestisch onderzoek dat is uitgevoerd (in het kader van het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010), er vanuit gaat dat het uitbreidingsperceel van Jan de Poorter BV (plandeel 1 zoals hierboven beschreven) braak ligt en dat niet is uitgegaan van de maximale planologische mogelijkheden. Evenmin zijn de gevolgen van de toevoeging van Centraleweg 11 aan het gezoneerde industrieterrein voor de uitbreidingsruimte van het bedrijf Jan de Poorter B.V., afdoende onderzocht. De gemaakte keuzes zijn onvoldoende gemotiveerd.

2.2.4 Reparatie

Bedrijfsperceel Centraleweg 11

Hierna in paragraaf 2.3 alsmede in hoofdstuk 4 wordt nader ingegaan op geluidsaspecten en de geluidsruimte. Op het perceel Centraleweg 11 vinden geen geluidszoneringsplichtige bedrijfsactiviteiten plaats. Uit het akoestisch onderzoek is gebleken dat het niet wenselijk is om het perceel Centraleweg 11 deel uit te laten maken van het gezoneerde terrein. Vanwege de beperkte geluidruimte leidt een eventuele uitbreiding van het gezoneerde industrieterrein met het perceel Centraleweg 11 tot een beperking van de ontwikkelingsruimte op het bestaande gezoneerde terrein. Een dergelijke beperking is ongewenst. Het voorgaande geldt overigens ook voor het bedrijf op het perceel Centraleweg 9.

Dit leidt er toe dat in deze reparatieherziening zowel Centraleweg 11 als Centraleweg 9 niet worden opgenomen op het gezoneerde industrieterrein. Concreet betekent dit dat voor het perceel Centraleweg 11 (welk plandeel is vernietigd) in deze reparatieherziening wordt bestemd zoals in het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 werd beoogd, maar dat het perceel in de geluidszone komt te liggen (buiten het gezoneerde industrieterrein). Voor Centraleweg 9 geldt hetzelfde, echter dit plandeel was niet vernietigd door de ABRS en wordt derhalve in deze reparatieherziening wederom opgenomen waarbij het perceel in de geluidszone (buiten het gezoneerde industrieterrein) komt te liggen. Wanneer in de toekomst de woonfunctie op de percelen Centraleweg 13 en Heulweg 3 eventueel wordt beëindigd, is er geen belemmering meer om het perceel Centraleweg 9 en 11 deel uit te laten maken van het gezoneerde terrein. Deze eventuele toekomstige uitbreiding van het gezoneerde terrein past binnen de geluidzone zoals die met de parapluherziening wordt vastgelegd.

Bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3

De aanwezigheid van de bedrijfswoningen op het bedrijventerrein, maar buiten het gezoneerde industrieterrein, betekent in principe een beperking van de (toekomstige) gewenste geluidruimte ter plaatse van plandeel 1 (zoals in paragraaf 2.1. beschreven). In het kader van de reparatie en de parapluherziening is nieuw akoestisch onderzoek uitgevoerd (bijlage 2). Hierbij is (onder andere) als uitgangspunt genomen dat voor plandeel 1 (uitbreidingsperceel Sibelco) uit wordt gegaan van de maximale planologische mogelijkheden. Uit het akoestisch onderzoek blijkt dat de vastgestelde MTG-waarden (55 dB(A)) voor de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 vergaande beperkingen opleggen aan de ontwikkelingsruimte op de omliggende bedrijfspercelen (zie paragraaf 4.2.2). Deze beperkingen worden echter niet veroorzaakt door het reparatieplan, maar zijn in de bestaande, vigerende situatie ook reeds aanwezig. Dit betekent dat:

  • ofwel de bedrijfswoningen worden wegbestemd;
  • ofwel de vigerende MTG-waarde van 55 dB(A) wordt verhoogd naar 60 dB(A);
  • ofwel de bedrijfswoningen binnen de begrenzing van het gezoneerde industrieterrein worden gebracht zodat de wettelijke normen voor de geluidsbelasting niet van toepassing zijn op de bedrijfswoningen;
  • ofwel de ontwikkelingsmogelijkheden van het bedrijf Sibelco dienen te worden ingeperkt waarbij de toegestane milieucategorie wordt verlaagd.

De raad is, ondanks dat deze bedrijfswoningen een belemmering vormen voor het gezoneerde industrieterrein, c.q. de uitbreiding van Sibelco, niet voornemens om de bedrijfswoningen zonder meer weg te bestemmen. De redenen hiervan zijn:

  • ten tijde van het vaststellen van de MTG-waarde was ook al bekend dat Sibelco over een terrein beschikte waarop de bedrijvigheid uitgebreid zou kunnen worden. Door Sibelco is geen beroep ingesteld tegen het vaststellen van de MTG-waarde;
  • het weg bestemmen van de bedrijfswoningen ten laste komt van de gemeente Geertruidenberg.

De gemeente kiest er voor om de bedrijfswoningen, evenals in de vigerende situatie, buiten het gezoneerde terrein te laten (waarmee deze woningen in de geluidszone liggen), omdat:

  • de bedrijfswoningen niet behoren tot een van de inrichtingen, die op het gezoneerde terrein gelegen zijn;
  • op het moment dat de bedrijfswoningen op het gezoneerde terrein bestemd zijn, er formeel geen toetsing meer kan plaatsvinden van de geluidbelasting op deze woningen en de bewoners feitelijk vogelvrij zijn voor wat betreft het aspect geluid. Hierdoor kan een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat ontstaan, zowel binnen als buiten de woning.

Daarnaast kiest de gemeente er voor om de vigerende MTG-waarde van 55 dB(A) voor de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 bij de uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten binnen plandeel 1 te verhogen naar 60 dB(A), omdat:

  • uit de ruimtelijke onderbouwing en het onderliggende akoestische onderzoek dat is uitgevoerd ten behoeve van de uitbreiding van Sibelco blijkt dat met toepassing van BBT-maatregelen en additionele geluidmaatregelen aan de gevels van de woningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 een verhoging van de MTG-waarde van 55 dB(A) naar 60 dB(A) past binnen de voorwaarden uit het gemeentelijke hogere waardenbeleid;
  • de verhoging van de MTG-waarde past binnen de gemeentelijke visie op de gewenste ontwikkelingsmogelijkheden op het bedrijventerrein en de status van Gasthuiswaard als gezoneerd industrieterrein dat plaats biedt aan bedrijfsactiviteiten uit hogere milieucategorieën.

In dit bestemmingsplan is de bestemmingslegging voor de bedrijfswoningen zoals deze was opgenomen in bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 wederom wordt opgenomen op de plankaart. De regels van het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 worden in dit reparatieplan van toepassing verklaard op het plandeel.

2.3 Geluidzone Industrielawaai

2.3.1 Inleiding

Het bedrijventerrein Gasthuiswaard heeft de status van gezoneerd industrieterrein. Voor het bedrijventerrein is een geluidzone vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 24 december 1991, die wordt begrensd door de zonegrens. De totale geluidbelasting van alle bedrijven die op het gezoneerde bedrijventerrein liggen, mag ter plaatse van deze zonegrens niet meer bedragen dan 50 dB(A). De geluidzone strekt zich uit buiten de grenzen van het bestemmingsplan Gasthuiswaard. In de bestemmingsplannen die na 1991 zijn opgesteld is de geluidzone conform de wettelijke vereisten vervolgens vertaald/als zodanig bestemd.

2.3.2 Regeling bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard is het gezoneerde industrieterrein uitgebreid met een aantal bestaande bedrijfspercelen (onder andere Centraleweg 3, 9 en 11). Dit om de bedrijven ten zuiden van de Kanaalweg/Parallelweg gezamenlijk te kunnen beoordelen met betrekking tot geluid en zo de omgeving de benodigde bescherming te kunnen bieden Dit heeft geleid tot een aanpassing van de geluidzone. De op het bedrijventerrein zelf aanwezige woningen zijn in het algemeen niet binnen het gezoneerde terrein opgenomen, maar zijn opgenomen in de geluidzone. Hiermee werd beoogd deze woningen te beschermen ten aanzien van het aspect geluid (zie ook paragraaf 2.2.).

2.3.3 Uitspraak ABRS

De ABRS heeft de aanduiding Geluidzone-Industrie vernietigd naar aanleiding van tegen het bestemmingsplan ingediend beroep. Hierbij is overwogen dat de gemeenteraad geen toereikende geluidzone heeft vastgesteld bij de vaststelling van het bestemmingsplan, omdat uit is gegaan van een onjuist berekeningsuitgangspunt dat niet voor alle percelen recht doet aan de status van gezoneerd industrieterrein. De gemeente had wel beoogd een toereikende zone vast te stellen. Als gevolg hiervan kon de reeds voor de vaststelling van het plan door Siemerink aangevraagde omgevingsvergunning in het kader van de Wabo niet worden verleend. Het akoestisch onderzoek dat in het kader van het bestemmingsplan is uitgevoerd had als uitgangspunt het zonebewakingsmodel uit 2009. Dit zonebewakingsmodel vertoonde echter gebreken. Het plan is dan ook onzorgvuldig tot stand gekomen.

De ABRS heeft voor de geluidzone een voorlopige voorziening getroffen, waarmee de geluidzone zoals opgenomen in het bestemmingsplan Gasthuiswaard (vastgesteld op 28 oktober 2010) blijft gelden, totdat het bestemmingsplan met de nieuwe geluidzone inwerking treedt.

2.3.4 Reparatie/parapluherziening

Naar aanleiding van de uitspraak van de ABRS is nieuw akoestisch onderzoek uitgevoerd. In hoofdstuk 4 worden het akoestisch onderzoek en de consequenties daarvan beschreven. In het akoestisch onderzoek is ook rekening gehouden met hetgeen hiervoor in paragraaf 2.1 en 2.2. is beschreven. Op basis van het onderzoek is ervoor gekozen om uit te gaan van een verruimde geluidzone aan de noordzijde van het plangebied. Hierdoor is sprake van voldoende uitbreidingsruimte voor bedrijven op het gezoneerde industrieterrein zonder dat dit leidt tot onaanvaardbare akoestische situaties ter plaatse van de woningen binnen de geluidzone.

Omdat de gewijzigde geluidzone tevens ligt buiten de grenzen van het bestemmingsplan Gasthuiswaard is een parapluherziening voor de geluidzone vastgesteld. Voor een uitgebreidere beschrijving wordt verwezen naar deze Parapluherziening.

2.4 Opslag

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard is vanuit stedenbouwkundig oogpunt voor buitenopslag een regeling opgenomen die er in voorziet dat opslag uitsluitend is toegestaan achter de bouwvlakgrens ter hoogte van (het verlengde) van de voorgevel van het hoofdgebouw. De intentie van deze regeling was om te voorkomen dat het stedenbouwkundig beeld van de (erf) ontsluitingswegen door opslag wordt verstoord.

In het geval dat het dichtst bij de weg gelegen gebouw niet het hoofdgebouw is, maar bijvoorbeeld het kantoor, levert de voorgenoemde regeling een onbedoelde beperking op ten aanzien van de toegestane positie van de opslag. In de voorliggende reparatie van het bestemmingsplan Gasthuiswaard wordt de regeling ten aanzien van de plaatsbepaling van de opslag (in artikel 4) aangepast.

In de aangevulde regel is de term hoofdgebouw vervangen door bedrijfsgebouw. De buitenopslag dient dan achter de bouwvlakgrens ter hoogte van (het verlengde) van de voorgevel van het bedrijfsgebouw plaatsvinden. Ter plaatse van plandeel 1 (zie hoofdstuk 2), is een specifieke regeling opgenomen. Hier dient opslag plaats te vinden achter de aangeduide gevellijn aan de zijde van de Heulweg. Dit omdat de weg die het bestaande bedrijf scheidt van het uitbreidingsperceel, op termijn geen openbare functie meer hoeft te hebben, waardoor met name het zicht op opslag vanaf de Heulweg relevant is.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0006.png"

Figuur 2.3 Situatie Centraleweg 6 waarbij kantoor dichter op de weg staat dan het hoofdgebouw (bedrijfshal)

2.5 Trafostation en kapel aan de Centraleweg

Trafostation

Het trafostation aan de Centraleweg 3e heeft zijn functie verloren. Een nieuwe gebruiker van het aanwezige gebouw ligt dan ook voor de hand. Hiervoor is reeds een gegadigde in beeld die het gebouw wenst te gebruiken voor opslag van scooters en bootjes en als magazijn ten behoeve van recreatieve activiteiten die in en bij het Fort Lunet in Raamsdonkveer in de toekomst uitgevoerd gaan worden. Het gebruik voor opslagdoeleinden stuit niet op (milieuhygiënische) bezwaren. De bestemming in het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 is echter specifiek afgestemd op het trafostation (Nutsvoorzieningen). In het onderhavige reparatiebestemmingsplan wordt de gebruiksmogelijkheden ter plaatse verruimd ten behoeve van opslagdoeleinden. De verbeelding (aanduiding 'opslag' opgenomen) en regels van bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 zijn hiertoe aangepast.

Sint Gertrudis kapel

In mei 2014 is op de hoek van de Centraleweg/Oude Stadsweg langs het fietspad de Sint Gertrudis kapel geplaatst. Vanwege functie en omvang past de kapel echter niet in vigerende plan. Omdat het wel wenselijk wordt geacht de kapel ter plaatse te handhaven is ertoe besloten de kapel in de reparatie van dit plan mee te nemen. Zodoende is het plangebied van deze reparatie uitgebreid met de locatie van de kapel. Op de verbeelding is vervolgens de aanduiding 'kapel' opgenomen. De planregels zijn hierop tevens aangepast.

Hoofdstuk 3 Beleid

In dit hoofdstuk wordt het actueel beleidskader dat van toepassing is op het voorliggend bestemmingsplan beschreven.

3.1 Rijksbeleid

Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro)

Het kabinet heeft de keuze voor deze onderwerpen gemaakt in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR). Deze structuurvisie bundelt het nationale ruimtelijke en infrastructuurbeleid in 13 nationale belangen.

Op 30 december 2011 is het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) van kracht geworden. Het Barro heeft als doel om vanuit een concreet nationaal belang een goede ruimtelijke ordening te bevorderen. Onderwerpen waarvoor het rijk ruimte vraagt zijn de mainportontwikkeling van Rotterdam, bescherming van de waterveiligheid in het kustfundament en in en rond de grote rivieren, bescherming en behoud van de Waddenzee en enkele werelderfgoederen, zoals de Beemster, de Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam en de uitoefening van defensietaken.

Op 1 oktober 2012 is aan het Barro een aantal onderwerpen toegevoegd. Het gaat om de eerder aangekondigde onderwerpen Ecologische hoofdstructuur, elektriciteitsvoorziening, toekomstige uitbreiding hoofd(spoor)wegennet, veiligheid rond rijksvaarwegen, verstedelijking in het IJsselmeer, bescherming van primaire waterkeringen buiten het kustfundament en toekomstige rivierverruiming van de Maastakken. Aan artikel 3.6.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is op 1 oktober 2012 de ladder voor duurzame verstedelijking (SER-ladder) toegevoegd. Dit artikel bepaalt dat de toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, een verantwoording dient te bevatten dat de voorgenomen stedelijke ontwikkeling voorziet in een actuele regionale behoefte.

Met de uitbreiding van het Barro en het Bro is de juridische verankering van de SVIR nagenoeg compleet.

Toetsing en conclusies

Voor het plangebied geldt geen specifiek rijksbeleid. Het plan hoeft niet aan de SER-ladder te worden getoetst gezien hier geen sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling. De percelen zijn immers al voorzien van de bestemming bedrijventerrein waarop ook bedrijfsbebouwing is toegelaten.

3.2 Provinciaal beleid

Structuurvisie Noord-Brabant, partiële herziening 2014

Op de structurenkaart behorende bij de structuurvisie Noord-Brabant is het plangebied aangewezen als stedelijk concentratiegebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0007.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0008.png"

Figuur 3.1 Uitsnede kaart Structuurvisie Noord-Brabant

Verordening ruimte 2012 (geconsolideerde versie maart 2014)

In de Verordening Ruimte zijn onder andere regels opgenomen met betrekking tot stedelijke ontwikkeling, ecologische hoofdstructuur, waterberging, intensieve veehouderij, glastuinbouw en Ruimte-voor-Ruimte-ontwikkelingen. Daarnaast bevat de Verordening Ruimte regelingen voor onder meer grondwaterwinning, windturbines, bovenregionale detailhandel/leisure en hoogwaterbescherming. De regels van de Verordening Ruimte zijn er, in lijn met het beleid van de structuurvisie, op gericht om de stedelijke ontwikkelingen plaats te laten vinden in de stedelijke regio’s en in het bestaand stedelijk gebied. De begrenzingen van de stedelijke en landelijke regio’s zijn vastgelegd in de kaarten behorende bij de Verordening Ruimte. In de verordening zijn ook het bestaand

stedelijk gebied, de zoekgebieden voor stedelijke ontwikkeling en de ecologische hoofdstructuur begrensd.

Het plangebied is conform de provinciale verordening aangewezen als een bestaand stedelijk gebied en kent de aanduiding 'kernen in het landelijk gebied' (zie figuur 3.2).

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0009.png"

Figuur 3.2 Uitsnede integrale plankaart (Provincie Noord-Brabant, Verordening ruimte 2012, geconsolideerde versie maart 2014)

Toetsing en conclusies

In de verordening van Noord Brabant (artikel 4.5) is opgenomen dat de toelichting van een bestemmingsplan voor een bestaand bedrijventerrein een verantwoording bevat over:

  • a. de financiële, juridische of feitelijke mogelijkheden voor herstructurering alsmede voor zorgvuldig ruimtegebruik als bedoeld in artikel 4.4, derde lid; of
  • b. hoe het in stand houden van de geldende bestemming zich verhoudt tot de afspraken die in het regionaal ruimtelijke overleg zijn gemaakt over de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen en kantorenlocaties of de uitbreiding van zodanige terreinen en locaties als bedoeld in artikel 37.4, onder b.

Het reparatieplan is enerzijds gericht op het afbakenen van de ontwikkelingsmogelijkheden ter plaatse van het uitbreidingsperceel van Sibelco (plandeel 1) en anderzijds op een passende juridisch-planologische regeling voor de bestaande situatie (plandeel 2).

  • Plandeel 1: In het kader van het reparatieplan is uitgebreid onderzoek verricht naar de mogelijkheden voor het ontwikkelen van bedrijfsactiviteiten op het uitbreidingsperceel (zie hoofdstuk 4). De milieuzonering loopt van categorie 2 naar maximaal categorie 4.2. Gezien de ligging van bedrijfswoningen op zeer korte afstand van het uitbreidingsperceel, kunnen in algemene zin geen bedrijfsactiviteiten uit hogere milieucategorieën worden toegestaan. Om deze reden is de algemene toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten zoals vastgelegd in het reparatieplan beperkt. Hoewel het uitgangspunt op (middel) zware bedrijventerreinen is om (middel)zware bedrijven toe te staan (zorgvuldig ruimtegebruik), blijkt uit het bovenstaande dat de deels lage toegestane categorieën niet leiden tot het innemen van schaarde ruimte voor zwaardere bedrijven omdat deze, gelet op de aanwezigheid van de bedrijfswoningen niet zonder meer mogelijk zijn. Overigens is uit specifiek onderzoek gebleken dat de vestiging van het bedrijf Sibelco niet op bezwaren stuit, zodat dit bedrijf in categorie 5.2. wel is toegestaan. Via maatwerk (binnenplanse afwijking) kunnen eventueel ook andere bedrijfsactiviteiten uit hogere categorieën worden toegestaan, mits dit niet leidt tot onaanvaardbare situaties ter plaatse van de naastgelegen bedrijfswoningen. Tot slot is de vestiging van kantoren expliciet uitgesloten.
  • Plandeel 2: Herstructurering is voor dit plandeel niet aan de orde. In artikel 4.4, derde lid, van de verordening is vastgelegd dat sprake moet zijn van zorgvuldig ruimtegebruik. Zowel de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 als de bedrijfsactiviteiten (categorie 1) op het perceel Centraleweg 9 vallen volgens de provinciale verordening onder 'oneigenlijk ruimtegebruik'. Omdat er sprake is van een bestaande situatie en de financiële consequenties van het 'wegbestemmen' van de bestaande activiteiten groot zijn, is er voor gekozen om de bestemmingslegging zo dicht mogelijk te laten aansluiten bij het in 2010 vastgestelde bestemmingsplan Gasthuiswaard (zie toelichting paragraaf 2.2.4). Dit betekent onder andere dat bij omschakeling op het perceel Centraleweg 9 geen bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 meer zijn toegestaan. Op deze wijze wordt zorgvuldig ruimtegebruik zoals bedoeld in de provinciale verordening nagestreefd.

Op basis van het voorgaande wordt geconcludeerd dat het plan past binnen de kaders zoals vastgelegd in de provincie Verordening Ruimte 2012 (geconsolideerde versie maart 2014).

3.3 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie Geertruidenberg (2013)

Circa 5 ha aan de Heulweg is als bedrijventerrein bestemd (Heulweg-Zuid), maar nog niet ontwikkeld. Ten noorden daarvan ligt een strategische reserve van circa 25 ha voor bedrijventerrein (Heulweg –Noord): 5 ha tot 2020, en 20 ha voor de langere termijn.

Heulweg

Voor het deel wat al een bedrijfsbestemming heeft (Heulweg-Zuid), geldt geen specifiek structuurvisiebeleid. Voor de reservering (Heulweg-Noord) bepaalt de gemeente in overleg met de regio wanneer inzetten van de strategische reservering noodzakelijk is. Daarbij past de gemeente de SER-ladder toe. Het gaat daarbij in beginsel om uitplaatsing van milieuhinderlijke bedrijven of bedrijven die op de huidige locaties niet meer uit de voeten kunnen.

Gasthuiswaard

Voor Gasthuiswaard onderzoekt de gemeente de mogelijkheden van revitalisering en herstructurering. Uitbreiding van het huidige bedrijventerrein Gasthuiswaard is niet mogelijk. Als de ondernemers willen uitbreiden maar op ruimtelijke beperkingen stuiten, kan voor hen ruimte zijn in de reservering Heulweg. De opvolgende bestemming in het noordelijk deel moet passen bij de omliggende woonwijken. Uitgangspunt bij bedrijfsverplaatsing is vrijwilligheid: de gemeente faciliteert bedrijven die willen verplaatsen maar zetten zelf niet actief in op verplaatsing.


Voor de Dongecentrale wordt een nieuwe functie gezocht, waarbij de nabijheid van woongebieden en industrie eveneens bepalend is. Als functie wordt gedacht in de richting van het thema energie en/of leisure.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0010.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0011.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0012.png"

Figuur 3.3 Uitsnede kaart structuurvisie (gemeente Geertruidenberg)

Hoofdstuk 4 Milieuonderzoek

4.1 Inleiding

Aanleiding voor het opstellen van het bestemmingsplan Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard en het bestemmingsplan Parapluherziening Geluidzone Industrie Gasthuiswaard, is de vernietiging van het bestemmingsplan Gasthuiswaard op een drietal onderdelen door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.

In dit hoofdstuk wordt gemotiveerd op welke wijze is omgegaan met de milieuzonering, de begrenzing van het gezoneerde industrieterrein en de ligging van de geluidzone. Tevens wordt ingegaan op de overige relevante milieuthema's.

4.2 Industrielawaai

4.2.1 Toetsingskader

Volgens de Wet geluidhinder dienen alle industrie- en bedrijventerreinen, waarop inrichtingen zijn of kunnen worden gevestigd die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken (zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht), gezoneerd te zijn. Rondom deze industrieterreinen dient een geluidzone te worden vastgesteld en vastgelegd in bestemmingsplannen. Buiten deze zone mag de geluidbelasting als gevolg van het industrieterrein niet meer dan 50 dB(A) bedragen.

Het bedrijventerrein Gasthuiswaard heeft de status van gezoneerd bedrijventerrein. Voor het bedrijventerrein is een geluidzone vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 24 december 1991, die wordt begrensd door de zonegrens. Zoals aangegeven mag de totale geluidbelasting van alle bedrijven die op het gezoneerde bedrijventerrein liggen, ter plaatse van deze zonegrens niet meer bedragen dan 50 dB(A).

Voor een aantal woningen in de geluidzone zijn hogere waarden, een Maximaal Toegestane Geluidbelasting (MTG) vastgesteld. De totale geluidbelasting van alle op het gezoneerde bedrijventerrein gelegen bedrijven, mag ter plaatse van de betreffende woningen niet meer bedragen dan de vastgestelde MTG’s.

De geluidzone van het bedrijventerrein strekt zich uit buiten de grenzen van het bestemmingsplan Gasthuiswaard. In de bestemmingsplannen die na 1991 zijn opgesteld is de geluidzone conform de wettelijke vereisten vervolgens vertaald/als zodanig bestemd. In het vigerende bestemmingsplan Geertruidenberg Noordwest is op de plankaart de zonegrens naar het noorden verschoven ten opzichte van de zonegrens uit het Kroonbesluit in 1991. In dit bestemmingsplan Geertruidenberg Noordwest is niet gemotiveerd waarom de zonegrens is verschoven (de geluidsbelasting van alle andere bedrijven tezamen verhoogt de cumulatieve geluidsbelasting ter plaatse met slechts 0,02 en 0,03 dB(A)).

Wijzigen geluidszone

Bij het wijzigen van een geluidzone industrielawaai dient rekening te worden gehouden met:

  • de gevolgen voor de geluidbelasting ter plaatse van geluidgevoelige functies binnen de bestaande geluidzone;
  • de gevolgen voor de geluidbelasting ter plaatse van geluidgevoelige functies die door de wijziging binnen de geluidzone komen te liggen.

Bij het wijzigen van een geluidzone biedt de Wet geluidhinder de mogelijkheid om in bepaalde gevallen voor geluidgevoelige bestemmingen binnen de geluidzone hogere waarden vast te stellen. De gemeente Geertruidenberg heeft Beleid hogere waarden Wet geluidhinder vastgesteld, waarin voorwaarden zijn vastgelegd die bij het verlenen van hogere waarden in acht dienen te worden genomen.

4.2.2 Onderzoek

Bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010)

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard zijn zowel de gronden ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg als het perceel Centraleweg 11 onderdeel van het gezoneerde industrieterrein. De bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 zijn niet op het gezoneerde terrein, maar binnen de geluidzone gelegen.

Aangezien het gezoneerde terrein is uitgebreid met een aantal bedrijfspercelen is akoestisch onderzoek uitgevoerd om de consequenties voor de geluidzone in beeld te brengen. Op basis hiervan is de geluidzone verruimd. De Raad van State heeft geoordeeld dat in het akoestisch onderzoek dat ten grondslag ligt aan de uitbreiding van het gezoneerde terrein en de aanpassing van de geluidzone onjuiste berekeningsuitgangspunten zijn gehanteerd.

Parapluherziening Geluidzone Industrie Gasthuiswaard

Ten behoeve van de vastgestelde parapluherziening Geluidzone Industrie Gasthuiswaard is een akoestisch onderzoek industrielawaai uitgevoerd.

Uit dit akoestisch onderzoek en de jaarlijkse updates van het akoestisch model blijkt dat op basis van de oude geluidzone op enkele zonebewakingspunten de geluidsbelasting meer bedraagt dan 50 dB(A). Dit betekent dat het industrieterrein 'op slot' zit: bedrijfsuitbreidingen of -wijzigingen zijn hierbij niet mogelijk. Dit komt het functioneren van het industrieterrein niet ten goede. Om deze reden is de geluidzone verruimd, waarbij de nieuwe zonegrens is gebaseerd op de 49,5 dB(A)-contour. Deze zonegrens biedt de beste groeimogelijkheden aan de bedrijven, zonder dat dit leidt tot aanzienlijke consequenties voor de woningen binnen de nieuwe geluidzone. In verband met de verruiming van de geluidzone is een zogenaamde parapluherziening vastgesteld. In dat kader zijn voor enkele woningen hogere waarden vastgesteld.

Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard  

De buitengrens van de geluidzone is vastgelegd met de parapluherziening Geluidzone Industrie Gasthuiswaard. Bij het bepalen van de geluidzone is rekening gehouden met de bestaande en eventuele toekomstige bedrijfsactiviteiten binnen de grenzen van het bestemmingsplan Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard. Op het perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg zijn bedrijfsactiviteiten t/m categorie 5.2 mogelijk binnen de nieuwe geluidzone zoals vastgelegd met de parapluherziening.

In het kader van het bestemmingsplan Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard dienen keuzes te worden gemaakt voor wat betreft de begrenzing van het gezoneerde industrieterrein (het gebied waarbinnen inrichtingen zijn of kunnen worden gevestigd die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken). Bij de keuzes met betrekking tot de begrenzing van het gezoneerde industrieterrein speelt enerzijds de akoestische situatie ter plaatse van de bedrijfswoningen Centraleweg 9 en 11 een rol, en zijn anderzijds de gevolgen voor de geluidruimte van bestaande en eventuele toekomstige bedrijven van belang. In het akoestisch onderzoek (bijlage 2) en de onderliggende analyses zijn de akoestische gevolgen in beeld gebracht.

Op basis van het akoestisch onderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken:

  • het is niet wenselijk om de percelen Centraleweg 9 en 11 deel uit te laten maken van het gezoneerde terrein. Vanwege de beperkte geluidruimte leidt een eventuele uitbreiding van het gezoneerde industrieterrein met de percelen Centraleweg 9 en 11 tot een beperking van de ontwikkelingsruimte op het bestaande gezoneerde terrein. Een dergelijke beperking is ongewenst. Wanneer in de toekomst de woonfunctie op de percelen Centraleweg 13 en Heulweg 3 wordt beëindigd, is er geen belemmering meer om het perceel Centraleweg 9 en 11 deel uit te laten maken van het gezoneerde terrein;
  • het perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg (uitbreidingsperceel Sibelco) blijft onderdeel van het gezoneerde industrieterrein. Het perceel is altijd onderdeel van het gezoneerde terrein geweest. Daarnaast is het perceel eigendom van Sibelco, waarbij de bestaande bedrijfsactiviteiten aan de overzijde van de Centraleweg ook onderdeel zijn van het gezoneerde terrein;
  • de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 blijven buiten het gezoneerde terrein (en daardoor binnen de geluidzone). De vigerende MTG-waarde van 55 dB(A) legt vergaande beperkingen op aan de ontwikkelingsmogelijkheden op het perceel ten westen van de Centraleweg (uitbreidingsperceel Sibelco). Vanwege het woon- en leefklimaat ter plaatse van de woningen is het geen reële optie om de woningen op het gezoneerde bedrijventerrein te bestemmen (waardoor de woningen akoestisch gezien 'vogelvrij' zouden worden). Evenals in de vigerende situatie blijven de beide woningen buiten het gezoneerde terrein. Wel zal bij de uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten van Sibelco de MTG-waarde worden verhoogd naar 60 dB(A). Uit de ruimtelijke onderbouwing en het onderliggende akoestische onderzoek dat is uitgevoerd ten behoeve van de uitbreiding van Sibelco, blijkt dat met toepassing van BBT-maatregelen en additionele geluidmaatregelen aan de gevels van de bedrijfswoningen aan de Centraleweg 13 en Heulweg 3, een verhoging van de MTG-waarde van 55 dB(A) naar 60 dB(A) past binnen de voorwaarden uit het gemeentelijke hogere waardenbeleid.
4.2.3 Conclusie

Met de voorgestelde begrenzing van het gezoneerde terrein en de wijziging van de geluidzone (die via een afzonderlijk paraplubestemmingsplan is gerealiseerd), wordt voorkomen dat het industrieterrein akoestisch gezien 'op slot' zit. De bedrijven krijgen uitbreidingsmogelijkheden, zonder dat dit leidt tot onaanvaardbare akoestische situaties ter plaatse van de woningen binnen de geluidzone.

4.3 Bedrijven en milieuzonering

4.3.1 Toetsingskader

Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stellen zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door middel van milieuzonering. Onder milieuzonering wordt verstaan het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Die onderlinge afstand moet groter zijn naarmate de milieubelastende functie het milieu sterker belast. Milieuzonering heeft twee doelen:

  • het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar bij woningen en andere gevoelige functies;
  • het bieden van voldoende zekerheid aan bedrijven dat zij hun activiteiten duurzaam onder aanvaardbare voorwaarden kunnen uitoefenen.

Voor het bepalen van de aan te houden afstanden gebruikt de gemeente Geertruidenberg de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van de vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een milieubelastende activiteit in een milieucategorie en daarmee ook voor de uiteindelijke richtafstand. De richtafstandenlijst gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan mogelijk is.

Hoe gevoelig een gebied is voor milieubelastende activiteiten, is mede afhankelijk van het omgevingstype. De richtafstanden van de richtafstandenlijst gelden ten opzichte van het omgevingstype rustige woonwijk. Een rustige woonwijk is ingericht volgens het principe van de functiescheiding: afgezien van wijkgebonden voorzieningen komen vrijwel geen andere functies voor; langs de randen is weinig verstoring door verkeer. Vergelijkbaar met de rustige woonwijk zijn rustig buitengebied, stiltegebied en natuurgebied. Daarvoor gelden dan ook dezelfde richtafstanden.

Wanneer sprake is van het omgevingstype gemengd gebied kunnen de richtafstanden tussen milieubelastende en milieugevoelige functies met één afstandsstap verlaagd worden, zonder dat dit ten koste gaat van het woon- en leefklimaat. Een gemengd gebied is een gebied met een variatie aan functies; direct naast woningen komen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. Gebieden die direct langs de hoofdinfrastructuur liggen behoren ook tot het omgevingstype gemengd gebied. Gezien de aanwezige functiemenging of de ligging nabij drukke wegen kent het gemengd gebied al een hogere milieubelasting. Dat rechtvaardigt het verlagen van de richtafstanden met één stap. De richtafstand van 30 meter voor een bedrijf in milieucategorie 2 kan dan bijvoorbeeld worden verkleind tot 10 meter en de richtafstand van 100 meter voor een bedrijf in milieucategorie 3.2 kan verlaagd worden tot 50 meter. Uitzondering op het verlagen van de richtafstanden vormt het aspect gevaar: de richtafstand voor dat milieuaspect wordt niet verlaagd.

Onderstaande tabel geeft de relatie tussen milieucategorie, richtafstanden en omgevingstype weer.

Tabel 4.1 Richtafstanden conform VNG-brochure (bron: VNG-brochure 'Bedrijven en Milieuzonering', 2009)

milieucategorie     richtafstand tot omgevingstype
rustige woonwijk    
richtafstand tot omgevingstype
gemengd gebied    
1     10 m     0 m    
2     30 m     10 m    
3.1     50 m     30 m    
3.2     100 m     50 m    
4.1     200 m     100 m    
4.2     300 m     200 m    
5.1     500 m     300 m    
5.2     700 m     500 m    
5.3     1.000 m     700 m    
6     1.500 m     1.000 m    

Het systeem van richtafstanden gaat uit van het principe van scheiding van functies: de richtafstandenlijst geeft richtafstanden tussen bedrijfslocatie en omgevingstype rustige woonwijk respectievelijk gemengd gebied. Binnen gebieden met functiemenging zijn milieubelastende en milieugevoelige functies die op korte afstand van elkaar zijn of worden gesitueerd. Bij gebieden met functiemenging kan gedacht worden aan stads- en wijkcentra, horecaconcentratiegebieden en woongebieden met kleinschalige c.q. ambachtelijke bedrijvigheid. Het kan gaan om bestaande gebieden met functiemenging en om gebieden waar bewust functiemenging wordt nagestreefd, bijvoorbeeld om een grotere levendigheid tot stand te brengen. Voor dergelijke gebieden is in de VNG-brochure een specifieke bedrijvenlijst opgenomen. Aangezien in voorliggend bestemmingsplan, gezien het karakter van het gebied, wordt uitgegaan van het principe van functiescheiding (bedrijven binnen een bedrijvenbestemming, woningen binnen een woonbestemming etc.), wordt niet deze specifieke lijst gebruikt, maar wordt uitgegaan van de 'standaard' lijst met bedrijfsactiviteiten en de daarbij geldende richtafstanden.

4.3.2 Onderzoek

Bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010)

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard was aan de gronden ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg een algemene toelaatbaarheid van maximaal categorie 4.2 toegekend. Dit betekende een beperking ten opzichte van de mogelijkheden die het voorheen geldende (nu weer vigerende) bestemmingsplan Steelhovensedijk bood. Weliswaar is in dat plan ook sprake van een toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten tot maximaal categorie 4, maar de indeling in deze bijbehorende Staat van Inrichtingen week af van de Staat van bedrijfsactiviteiten in het bestemmingsplan Gasthuiswaard. Bepaalde bedrijfsactiviteiten die in het bestemmingsplan Steelhovensedijk zijn ingedeeld in categorie 4, vallen op grond van het bestemmingsplan Gasthuiswaard in categorie 5, en zijn daardoor niet meer toegestaan. De Raad van State heeft geoordeeld dat deze verlaging van de algemene toelaatbaarheid onvoldoende is gemotiveerd.

Op de percelen Centraleweg 11, Centraleweg 13 en Heulweg 3 is in het bestemmingsplan Gasthuiswaard sprake van een algemene toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten uit maximaal categorie 3.2.

Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard

Perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg

Algemene toelaatbaarheid bedrijfsactiviteiten

Ter plaatse van het perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg zijn op grond van het vigerende bestemmingsplan (Industrieterrein Steelhovensedijk) zware bedrijfsactiviteiten toegestaan. Gezien de op korte afstand gelegen bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 zijn dergelijke bedrijfsactiviteiten niet zonder meer algemeen toelaatbaar. Dat blijkt onder andere uit de resultaten van het akoestisch onderzoek. Maar ook voor andere milieuthema's (zoals geur en stofhinder) kunnen onaanvaardbare situaties niet worden uitgesloten. Uitgaande van de systematiek van milieuzonering zoals vastgelegd in de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering' loopt de algemene toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten op van maximaal categorie 2 op korte afstand van de bedrijfswoningen tot maximaal categorie 4.2 op ruimere afstand. De milieuzonering is opgenomen op de verbeelding. Daarbij is uitgegaan van de richtafstanden voor een gemengd gebied (gezien het feit dat sprake is van bedrijfswoningen op een gezoneerd industrieterrein wordt op deze wijze een relatief hoog beschermingsniveau toegekend aan de woningen). De maximale toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten is gekoppeld aan de Staat van Bedrijfsactiviteiten zoals opgenomen in de regels van het bestemmingsplan Gasthuiswaard 2010.

afbeelding "i_NL.IMRO.0779.BPreparatiegwaard-va01_0013.png"

Figuur 4.1 Milieuzonering perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg

Op het moment dat de woonfunctie van de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 is beëindigd, zijn er geen belemmeringen om ter plaatse activiteiten uit hoge milieucategorieën algemeen toe te staan. Bedrijfsactiviteiten uit categorie 5.2 passen binnen de geluidzone zoals die met de parapluherziening mogelijk wordt gemaakt. Daarnaast blijkt uit het onderzoek luchtkwaliteit dat bij een invulling met categorie 5.2 wordt voldaan aan de wettelijke grenswaarden (zie paragraaf 4.4).

Uitbreiding Sibelco

Het perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg is eigendom van het bedrijf Sibelco (een erts en mineraal veredelingsbedrijf) dat ten oosten van de Centraleweg is gevestigd. Het perceel (waar in de huidige situatie alleen een parkeerterrein is gesitueerd) biedt uitbreidingsruimte voor het bedrijf. Op grond van de Staat van Bedrijfsactiviteiten (SBI-codes 267: Natuursteenbewerking met breken, zeven of drogen, 5152.1: groothandel in metaalertsen en 6311.2: laad-, los- en overslagactiviteiten ten behoeve van de binnenvaart) valt het bedrijf in categorie 5.2 (genoemde SBI-codes conform de indeling 1993). Sibelco heeft plannen om de bedrijfsactiviteiten uit te breiden op het perceel ten westen van de Centraleweg. In het kader van deze uitbreiding is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld, waarin onder andere is onderzocht of de uitbreiding van Sibelco kan worden mogelijk gemaakt, zonder dat sprake is van onaanvaardbare milieuhinder. Uit de ruimtelijke onderbouwing en onderliggend onderzoek blijkt dat wanneer bij de inrichting van het perceel nadrukkelijk rekening wordt gehouden met de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3, kan worden gekomen tot een uitbreiding van de bedrijfsactiviteiten van Sibelco zonder dat sprake is van onaanvaardbare milieugevolgen ter plaatse van de woningen. Op basis van de ruimtelijke onderbouwing is besloten om de uitbreidingsplannen van Sibelco positief te bestemmen. Dit betekent dat de specifieke bedrijfsactiviteiten van Sibelco (met de bijbehorende SBI-codes) worden toegestaan op het uitbreidingsperceel. In de regels van het bestemmingsplan zijn voorwaarden opgenomen om het woon- en leefklimaat ter plaatse van de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3 te borgen.

Afwijking via omgevingsvergunning

Uit de ruimtelijke onderbouwing blijkt dat het mogelijk is om met maatwerk te komen tot een invulling van het perceel ten westen van de Centraleweg en ten zuiden van de Heulweg zonder dat onaanvaardbare gevolgen optreden voor het woon- en leefklimaat ter plaatse van de nabijgelegen bedrijfswoningen. Het perceel heeft een dermate grote omvang dat het mogelijk is om een scheiding aan te brengen tussen meer en minder hinderlijke activiteiten, afschermende voorzieningen / bedrijfsbebouwing te realiseren of andere maatregelen te treffen om hinder te voorkomen. Om deze reden is er voor gekozen om in het bestemmingsplan ook de mogelijkheid op te nemen om onder voorwaarden (binnenplans, via omgevingsvergunning) af te wijken van de milieuzonering met maximaal toegestane milieucategorieën zoals opgenomen op de verbeelding. Deze afwijking doet recht aan de status van Gasthuiswaard als gezoneerd industrieterrein en de huidige vigerende (ruime) bedrijfsbestemming. Ook binnen deze afwijkingsmogelijkheid is in de regels met specifieke voorwaarden geborgd dat geen onaanvaardbare situaties ontstaan ter plaatse van de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3.

Perceel Heulweg 12-20

Op het perceel Heulweg 12-20 (dat onbedoeld is vernietigd) is een bedrijfsverzamelgebouw gevestigd. Het bestemmingsplan Gasthuiswaard uit 2010 bood ter plaatse ruimere planologische mogelijkheden (maximaal categorie 4.2). In lijn met de uitgangspunten voor de milieuzonering zoals opgenomen voor het uitbreidingsperceel van Sibelco, zijn in het reparatieplan op het perceel Heulweg 12-20 (opnieuw) bedrijfsactiviteiten uit maximaal categorie 4.2 mogelijk gemaakt. Voor deze bedrijfsactiviteiten wordt voldaan aan de richtafstanden die gelden ten opzichte van woningen in een gemengd gebied. Daarbij dient te worden opgemerkt dat het gezien de omvang van het perceel en de huidige invulling met een bedrijfsverzamelgebouw niet aannemelijk is dat zich in de praktijk ter plaatse daadwerkelijk bedrijven uit categorie 4.2 zullen vestigen.

Overige percelen

De algemene toelaatbaarheid op de percelen Centraleweg 9, Centraleweg 11, Centraleweg 13 en Heulweg 3 staat niet ter discussie. In het nieuwe bestemmingsplan is voor deze percelen aangesloten bij de milieuzonering uit het Bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010). Dit betekent dat op de percelen Centraleweg 9, Centraleweg 11, Centraleweg 13 en Heulweg 3 bedrijfsactiviteiten uit maximaal categorie 3.2 toelaatbaar zijn. De aanwezige bedrijfsactiviteiten vallen binnen deze algemene toelaatbaarheid.

Het trafostation aan de Centraleweg (ongenummerd) heeft zijn functie verloren. In het onderhavige reparatiebestemmingsplan wordt de bestemming gewijzigd ten behoeve van opslagdoeleinden. Hiervoor geldt een maximale milieucategorie van 2 en is ten opzichte van de in de omgeving gelegen gevoelige objecten inpasbaar.

De Sint Gertrudis kapel is geen gevoelig object en leidt ook niet tot milieugevolgen voor de omgeving, zodat een beoordeling op dit punt achterwege kan blijven.

4.3.3 Conclusie

In het bestemmingsplan wordt door de gehanteerde milieuzonering zorg gedragen voor een aanvaardbaar woon- en leefklimaat ter plaatse van de woningen en worden de bestaande bedrijven niet in hun functioneren belemmerd.

4.4 Luchtkwaliteit

4.4.1 Toetsingskader

Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door de Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen (Wm). De Wm bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk met name de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang, zie kader. De grenswaarden van stikstofdioxide en fijn stof zijn in de volgende tabel weergegeven. De grenswaarden gelden met enkele uitzonderingen voor de buitenlucht.

Tabel 4.2 Grenswaarden maatgevende stoffen Wm

Stof   Toetsing van   Grenswaarde  
stikstofdioxide (NO2)   jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³  
  Uurgemiddelde concentratie   Max. 18 keer p.j. meer dan 200 µg /m³  
fijn stof (PM10)   jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer p.j. meer dan 50 µg / m³  
fijn stof (PM2,5)   jaargemiddelde concentratie   25 µg/m³  

Voor een uitgebreider overzicht van het toetsingskader wordt verwezen naar het rapport in bijlage 3.

4.4.2 Onderzoek

In het kader van het Bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010) is een onderzoek luchtkwaliteit uitgevoerd. Ten behoeve van de reparatie is dit onderzoek geactualiseerd. Uitgangspunt voor de toetsing van de wettelijke grenswaarden is een invulling van het uitbreidingsperceel van Sibelco en het Perceel Heulweg 12-20 met bedrijfsactiviteiten uit categorie 5.2. Op die manier blijkt uit de resultaten of de wettelijke grenswaarden voor luchtkwaliteit beperkingen opleggen aan de algemene toelaatbaarheid van bedrijfsactiviteiten. Uit de onderzoeksresultaten (bijlage 3) blijkt dat bij een invulling met bedrijfsactiviteiten uit categorie 5.2 wordt voldaan aan de wettelijke grenswaarden, ook ter plaatse van de bedrijfswoningen Centraleweg 13 en Heulweg 3. Aangezien bij deze theoretische maximale invulling wordt voldaan aan de wettelijke grenswaarden, zullen ook met de milieuzonering zoals die wordt vastgelegd in het reparatieplan (maximaal categorie 4.2) geen overschrijdingssituaties ontstaan. Ook toont het onderzoek (voor het aspect luchtkwaliteit) de uitvoerbaarheid van de binnenplanse afwijkingsmogelijkheid voor bedrijfsactiviteiten uit hogere milieucategorieën aan.

4.4.3 Conclusie

Het bestemmingsplan leidt niet tot een overschrijding van de grenswaarden zoals vastgelegd uit de Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen. Het aspect luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de uitvoering van het bestemmingsplan.

4.5 Overige milieuaspecten

In het bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010) is uitgebreid ingegaan op alle relevante milieuthema's. In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de aspecten die een directe relatie hebben met de verbeelding en/of regels van het onderhavige bestemmingsplan Reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard. Voor een uitgebreide beschrijving wordt verwezen naar het bestemmingsplan Gasthuiswaard (2010).

Externe veiligheid

Ten oosten van de Centraleweg is het bedrijf Van der Sluys tankopslag gevestigd. Dit bedrijf valt onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). De PR10-6-contour ligt gedeeltelijk het binnen het plangebied gelegen bedrijfsverzamelgebouw. Aangezien de oppervlakte minder dan 1.500 m2 bvo bedraagt is sprake een beperkt kwetsbaar object. Omdat het een bestaande situatie betreft, wordt de ligging van het bedrijfsverzamelgebouw binnen de PR10-6-contour aanvaardbaar geacht. De risicocontour is als 'veiligheidszone – Bevi' op de verbeelding opgenomen. In de regels wordt uitgesloten dat het bedrijfsverzamelgebouw kan uitbreiden tot 1.500 m2 bvo of meer (waardoor sprake zou zijn van een kwetsbaar object). Op deze wijze wordt voorkomen dat er een saneringssituatie ontstaat als gevolg van de uitvoering van het bestemmingsplan.

Kabels en leidingen

Binnen het plangebied zijn verschillende planologisch relevante kabels en leidingen gelegen. Het betreft een hoogspanningsverbinding, een gasleiding en een rioolleiding. Deze zijn met de bijbehorende belemmeringenstrook opgenomen op de verbeelding. In de regels zijn voorwaarden opgenomen voor de bouw- en gebruiksmogelijkheden in de zones boven leidingen en onder de hoogspanningsverbinding.

Water

Aan de zuidzijde van het plangebied is een waterkering gelegen. Op de verbeelding is een beschermingszone vastgelegd. Naar aanleiding van de vooroverlegreactie van het Waterschap Brabantse Delta is de beschermingszone aangepast. In de regels zijn voorwaarden opgenomen voor de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen deze beschermingszone. Het is verboden om zonder vergunning van het Waterschap bepaalde werkzaamheden uit te voeren binnen de zone van de waterkering en op of in de nabijheid van oppervlaktewaterlichamen.

Archeologie

De gronden binnen het plangebied kent een lage archeologische verwachtingswaarde. Om deze reden is in het bestemmingsplan geen regeling ter bescherming van archeologische waarden opgenomen.

Hoofdstuk 5 Juridische planbeschrijving

Het onderhavige bestemmingsplan heeft enkel betrekking op het repareren van het deels vernietigde bestemmingsplan Gasthuiswaard. Het voorliggend bestemmingsplan omvat een verbeelding voor de vernietigde plandelen en voor de percelen waarvoor met dit bestemmingsplan een aanpassing wordt doorgevoerd. Voor wat betreft de regels wordt hoofdzakelijk verwezen naar de regels van het bestemmingsplan Gasthuiswaard.

Het ontwerpbestemmingsplan Gasthuiswaard is vóór 1 januari 2010 ter inzage gelegd en kan conform artikel 8.1.2 van het Besluit ruimtelijk ordening worden gerepareerd in 'papieren vorm'. Dit betekent dat het plan nog niet hoeft te voldoen aan de digitaliseringsvereisten, maar wel aan de landelijke afspraken zoals vastgelegd in de SVBP.

Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid

6.1 Overleg, inspraak en zienswijzen

Overleg en inspraak

Het plan is in het kader van het vooroverleg ter advisering naar de diverse overleginstanties gestuurd. Daarnaast is het plan ter inzage gelegd en is een ieder in de gelegenheid gesteld een inspraakreactie in te dienen. In de Nota van beantwoording inspraak en vooroverleg Gasthuiswaard zijn de reacties weergegeven en van een reactie voorzien (bijlage 4). Tevens is aangegeven hoe de reacties in het plan zijn verwerkt.

Zienswijzen

Het ontwerpbestemmingsplan “Gedeeltelijke reparatie bestemmingsplan Gasthuiswaard” heeft gedurende 6 weken ter inzage gelegen. Gedurende deze periode is een ieder in de gelegenheid om schriftelijk en mondeling op het plan te reageren. De ingediende zienswijzen zijn samengevat en beantwoord in bijlage 6 .

6.2 Economische uitvoerbaarheid

De reparatie van het bestemmingsplan ziet toe op een actuele bestemming voor bestaande bedrijfspercelen. Het plan voorziet niet in een aangewezen bouwplan als bedoeld in artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening. Het opstellen van een exploitatieplan is dan ook niet vereist. In het kader van de economische uitvoerbaarheid is een planschaderisicoanalyse uitgevoerd. Met mogelijke planschade naar aanleiding van dit bestemmingsplan is rekening gehouden.