5.2.3 Bebouwingsnormen
a Bouwhoogte
-
1. Op de plankaart is per bouwvlak de maximum en minimum bouwhoogte aangegeven.
-
2. Op de plankaart zijn ter plaatse van de daartoe gegeven aanduiding "sba - ha2" twee hoogteaccenten toegestaan met een maximum bouwhoogte van 100 meter.
-
3. Bij een bouwhoogte van meer dan 70 meter is, teneinde aan te tonen dat de voorgenomen bouwactiviteiten geen gevaar of hinder opleveren voor het luchtverkeer, een advies van de Luchtverkeersleiding Nederland noodzakelijk.
b Bebouwingspercentage
-
1. Tot de maximum bouwhoogte mag 100% bebouwd worden.
-
2. Het bruto vloeroppervlak van een hoogteaccent mag niet meer dan 1.600 m2 per verdieping bedragen. Voor de hoogteaccenten in "Centrum - 2" en "Centrum - 3" samen geldt een maximum oppervlak van 4.000 m2 per verdieping.
-
3. Voor de hoogteaccenten geldt dat minimaal een tussenruimte van 15 meter moet worden aangehouden. De minimale tussenruimte geldt ook ten opzichte van de reeds aanwezige bebouwing.
c Bouwgrens
-
1. Er dient in de aan het Kruisplein en het Weena gelegen bouwgrens gebouwd te worden.
-
2. De op de plankaart aangegeven bouwgrens, voor zover gelegen aan het Kruisplein, mag 6,9 meter schuiven in de richting van het Kruisplein, waarbij de grens van de bouwaanduiding 'hoogteaccent' mee schuift.
-
3. De op de plankaart aangegeven bouwgrens, voor zover gelegen aan het Weena (met uitzondering van het direct tegen de als "Centrum - 2" bestemde gronden gelegen gedeelte), mag 7,2 meter schuiven in de richting van het Weenawaarbij de grens van de bouwaanduidingen 'hoogteaccent' en 'overkraging' mee schuift.
d Functies
Van de hierna te noemen functies zijn (samen met de functies voor de "Centrum - 2" en "Centrum - 3" bestemde gronden) toegestaan:
-
1. recreatieve voorzieningen, met een maximum van 15.000 m2 b.v.o;
-
2. detailhandel, met een maximum van 2.000 m2 b.v.o.;
-
3. dienstverlening, met een maximum van 3.000 m2 b.v.o;
-
4. horeca, met een maximum van 9.000 m2 b.v.o;
-
5. kantoren, met een maximum van 80.000 m2 b.v.o;
-
6. maatschappelijke voorzieningen, met een maximum van 4.000 m2 b.v.o;
-
7. een of meer ondergrondse parkeergarages, met een maximum van 850 parkeerplaatsen;
-
8. 250 woningen, niet in Centrum - 1;
een en ander met dien verstande dat voor alle functies, met uitzondering van parkeren, in de bestemmingen "Centrum - 1", "Centrum - 2" en "Centrum - 3" samen niet meer dan 110.000 m2 bruto vloeroppervlak mag worden gerealiseerd.
e Parkeren
Gebouwde parkeervoorzieningen dienen ondergronds te worden ontsloten.
f Woningen
Voor zover woningen worden gerealiseerd aan de zijde van het Kruisplein, mag dit, waar dat is aangegeven op de afbeelding in de toelichting bij 6.4.3 Tabel, slechts vanaf een hoogte van 24 meter, tenzij gebruik wordt gemaakt van een dove gevel.
g (Nood)uitgang
Gebouwen dienen één (nood)uitgang te hebben welke van de spoorlijn Rotterdam CS afgekeerd is.
h Schaduwhinder
Voor bouwwerken hoger dan 70 meter gelden de volgende voorwaarden:
-
1. De schaduwhinder als gevolg van alle gebouwen in "Centrum - 2" hoger dan 70 meter wordt bepaald vanaf het punt waar een gebouw (of deel daarvan) een hoogte van 35 meter boven maaiveld heeft;
-
2. De schaduwhinder als gevolg van alle gebouwen in "Centrum - 3" hoger dan 70 meter wordt bepaald vanaf het punt waar een gebouw (of een deel daarvan) een hoogte van 25 meter boven maaiveld heeft;
-
3. De schaduwhinder wordt bepaald op de bij deze regels horende bijlage "Meetpunten bezonning" aangegeven beoordelingspunten voor de representatieve datum 21 maart;
-
4. De afname van het mogelijk aantal zonuren van de punten op het Kruisplein mag op 21 maart niet groter zijn dat 1 uur (punten 3, 6 en 8 worden gemiddeld gewogen);
-
5. De afname van het mogelijk aantal zonuren van de punten op het Stationsplein mag op 21 maart niet groter zijn dan 1 uur (punten 11 tot en met 16, 18 en 22 worden gemiddeld gewogen);
-
6. De afname van het mogelijk aantal zonuren op de overige beoordelingspunten mag op 21 maart niet groter zijn dan 2 uur (1, 2, 4, 5, 7, 9, 10, 17, 19, 20, 21 en 23 tot en met 29).
i Windhinder
Bouwhoogten van 35 meter en hoger mogen slechts vergund worden, nadat uit aanvullend windhinderonderzoek aan de hand van het concrete bouwplan naar voren is gekomen dat er geen onaanvaardbare windhinder op maaiveld zal optreden.