Plan: | Tergooi Blaricum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0376.BPTergooizh-Va01 |
Hoogte groepsrisico
Op basis van de eerder voor de ontwikkeling van het Rosa Spierhuis opgestelde QRA kan gesteld worden dat het groepsrisico ten gevolge van de Rijksweg A1 op deze locatie maximaal 0,117 maal de orientatiewaarde bedraagt. De ontwikkeling zorgt niet voor een toename van het aantal personen. In de huidige situatie is er sprake van circa 45.000 m2 ziekenhuis. In de toekomstige situatie wordt dit 50.000 m2, maar dit betreffen veelal aan zorg gerelateerde functies waarvoor de personendichtheid lager ligt dan voor een ziekenhuis. In totaliteit zal het aantal personen ten gevolge van deze ontwikkeling dan ook niet toenemen. Het groepsrisico zal dan ook niet groter worden dan het huidige groepsrisico van 0,117 maal de orientatiewaarde.
Het groepsrisico ten gevolge van de hogedruk aardgasleidingen is niet exact bekent. Echter op basis van de gegevens van de aardgasleidingen in relatie tot de omgeving rondom deze leidingen kan gesteld worden dat het groepsrisico naar verwachting niet groter is dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde. Ook hiervoor geldt dat ten gevolge van de ontwikkeling het aantal personen niet toeneemt en daarmee het groepsrisico ook niet.
Maatgevende scenario's
BLEVE-scenario
Met betrekking tot het vervoer van brandbare gassen zoals LPG of propaan is een incident mogelijk met een tankwagen geladen met een van deze stoffen met als gevolg het voltrekken van een BLEVE (Boiling liquid expanding vapour explosion). In het meest geloofwaardige scenario scheurt de tankwagen waardoor het tot vloeistof verdichte gas (LPG) expandeert en een overdrukscenario veroorzaakt (koude BLEVE). Dit kan worden gevolgd door een wolkbrand of een explosiescenario waarvan de effecten overeenkomen met de drukgolf van de koude BLEVE. In de onderstaande tabel staan de effectafstanden van het scenario weergegeven. Dit scenario wordt gezien als het maatgevend scenario voor een ongeval met een LPG- tankwagen. Het scenario waarbij een zogenaamde warme BLEVE ontstaat is na uitvoering van de maatregelen uit het LPG convenant (aanbrengen van hittewerende coating op tankwagens) niet meer maatgevend.
Tabel B3.1 Effectafstanden koude BLEVE scenario
Koude BLEVE-scenario met een tankwagen | ||
Effect | Schadebeeld | Effectafstand |
100% letaal (0,3 bar) | verwoestende schade | 30 m |
1% letaal ( 0,1 bar) (= invloedsgebied) |
middelmatige schade | 70 m |
Glasbreuk (0,03 bar) | lichte schade | 180 m |
Fakkelbrandscenario
Met betrekking tot hogedruk aardgastransportleiding is een incident mogelijk veroorzaakt door leidingbreuk en ontsteking van het uitstromende gas met een fakkelbrandscenario tot gevolg. In onderstaande tabel zijn de effectafstanden weergegeven voor het scenario waarin een lek van 30 mm ontstaat en het scenario waarin een volledige leidingbreuk plaatsvindt (guillotine).
Tabel B3.2 Effectafstanden fakkelbrandscenario
Fakkelbrandscenario | |||
Effect | Schadebeeld | Effectafstand (m) | |
30 mm | guillotine | ||
100% letaal (35 kW/m2) | verwoestende schade | - | 15 m |
10% letaal (23 kW/m2) | (zeer) zware schade | - | 35 m |
1% letaal (12,5 kW/m2) (= invloedsgebied) |
middelmatige schade | 7 m | 50 m |
1e graad brandwonden (5 kW/m2) | lichte schade | 10 m | 90 m |
Effecten scenario's
Bij het ontstaan van een BLEVE is er sprake een overdrukscenario waarbij er geen tijd is voor ontvluchting van het gebied. De mate van zelfredding is afhankelijk van de situatie ter plaatse en van de gebouwen. Op het moment dat de hulpverlening ter plaatse komt kan er worden begonnen met het redden van slachtoffers.
Voor een fakkelbrandscenario geldt dat er directe ontsteking plaats waardoor er sprake is van een snel scenario. Op het moment dat de hulpverlening ter plaatse is komt kan worden begonnen met het redden van slachtoffers. De duur van de zogenaamde 'flare' is afhankelijk van de snelheid waarop de leiding kan worden afgesloten en is niet door de hulpverlening te beïnvloeden. De effecten kunnen worden beperkt door een snelle inzet van de brandweer, deze inzet zal zich richten op het voorkomen van uitbreiding van de brand.
Beperken risico's
De maatregelen die genomen kunnen worden om de risico's te beperken en de hulpverlening te ondersteunen bij het bestrijden van de gevolgen van een incident kunnen onder andere worden onderverdeeld in bronmaatregelen, effectmaatregelen en maatregelen ten behoeve van de zelfredzaamheid.
Bronmaatregelen
Met betrekking tot het transport van gevaarlijke stoffen over de weg is het verminderen van het transport van gevaarlijke stoffen een mogelijke maatregel. Echter als gevolg van de vaststelling van het Basisnet Weg is voor de relevante wegvakken een vervoersplafond vastgesteld. Daarmee is ruimte gecreëerd voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de A1. Dit betekent dat er geen mogelijkheden zijn om bronmaatregelen te treffen. Omdat er al sprake is van een vigerende maatschappelijke bestemming, is er ook geen mogelijkheid om het externe veiligheidsrisico verder te verlagen door vermindering van de aanwezigheid van personen. Ten gevolge van de ontwikkeling zal het aantal personen al afnemen ten opzichte van de huidige situatie. Er zijn daarom geen mogelijkheden om de risico's te beperken. Omdat het GR maximaal 0,117 maal de oriënterende waarde bedraagt, is daar op grond van het beleid ook geen aanleiding toe, het GR is ruimschoots beneden de toetsingswaarde gelegen.
Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen door de buisleidingen geldt eveneens dat hier sprake is van vastgestelde transporten. Dit aantal transporten zorgt ervoor dat iedereen in de (nabije) omgeving wordt voorzien van aardgas. Omdat er sprake is van vergunde rechten is het niet mogelijk om het externe veiligheidsrisico te verlagen door de hoeveelheid aardgas door de buisleidingen te reduceren.
Beperken effecten
Los van de risico's kunnen aan de kant van de ontvanger maatregelen worden getroffen om de effecten ingeval van een calamiteit te beperken. Voor het meest geloofwaardige scenario geldt dat deze maatregelen erop gericht moeten zijn om de gebouwen en de directe omgeving geschikt zijn om het gebied te kunnen ontvluchten waarbij de aanwezige personen tijdig moeten kunnen worden geïnstrueerd. Hierbij kunnen maatregelen getroffen worden zoals:
Maatregel met betrekking tot de omgeving:
Maatregelen op gebouwniveau:
Maatregel met betrekking tot handelingsperspectief:
De uitvoering van bovengenoemde, aanvullende, bouwkundige maatregelen kan niet zeker worden gesteld in het bestemmingsplan en kunnen niet allemaal worden gesteld gezien de bestaande bebouwing die reeds aanwezig is. Deze maatregelen komen aan de orde ten tijde van de omgevingsvergunning voor bouwen en moeten in overleg tussen gemeente en initiatiefnemer worden verwerkt in het ontwerp van de gebouwen en de vergunningaanvraag.
Bestrijdbaarheid
De bestrijdbaarheid is afhankelijke van de inzetbaarheid van hulpverleningsdiensten in hoeverre zij in staat zijn hun taken goed uit te kunnen voeren en om daarmee verdere escalatie van een incident te voorkomen. Hierbij kan gedacht worden aan het voldoende/ adequaat aanwezig zijn van aanvalswegen en bluswatervoorzieningen, maar ook de brandweerzorgnorm wordt hier onder geschaard. Ten aanzien van de aspecten bereikbaarheid en bluswatervoorziening hanteert de regionale brandweer Gooi en Vechtstreek de richtlijnen zoals beschreven in de NVBR publicatie “Handleiding bluswatervoorziening en bereikbaarheid” van de NVBR.
Bereikbaarheid
Uit bovengenoemde handreiking volgt het advies dat het plangebied goed bereikbaar moet zijn voor de hulpverleningsdiensten. Een willekeurig adres is bereikbaar wanneer deze vanaf een verkeersader binnen 2 minuten bereikbaar is. Op verkeersaders mogen geen infrastructurele snelheidsbeperkende maatregelen van kracht zijn zoals verkeersdrempels. In dit specifieke geval geldt dat de locatie vanaf de Rijksweg A1 binnen 2 minuten is te bereiken.
Bluswatervoorziening
Het bestemmingsplan voorziet niet in de realisatie van nieuw bluswater ten opzichte van de huidige situatie. Ten opzichte van de huidige situatie worden er ook minder personen verwacht binnen het plangebied. Er is vanuit gegaan dat het bluswater in de huidige situatie voldoende is.
Zorgnorm
De brandweerzorgnorm is een aanbevolen opkomsttijd die afhankelijk is van het soort object en de risico's voor de aanwezige personen. De opkomsttijd bestaat uit een optelsom van de uitruktijd en de aanrijdtijd. De uitruktijd betreft de tijd die men heeft vanaf het alarmeren totdat men gereed is om te vertrekken naar het plaats incident. De uitruktijd voor een beroepskorps ligt lager dan die van een vrijwillig korps, omdat de beroepsmedewerkers zich in de directe nabijheid van de kazerne bevinden. De streefwaarde voor een beroepskorps is 1,0 minuut en voor een vrijwillige organisatie ca 3,5 minuten. De aanrijdtijd betreft de zuivere rijtijd. De brandweer kan in de meeste gevallen binnen de zorgnorm in het plangebied aanwezig zijn.
Beschouwing zelfredzaamheid
De bevolking binnen het plangebied bestaat grotendeels uit verminderd zelfredzame personen. Het gaat om de patiënten van het ziekenhuis Tergooi Blaricum. Gelet op de afstand van de bestemmingsgrens tot de rand van de weg, die circa 100 m bedraagt, bevindt het ziekenhuis zich buiten de 100% letaliteitcontour. In het kader van een effectieve zelfredzaamheid kunnen de volgende maatregelen worden getroffen:
De gebruikers van de objecten moeten door middel van risicocommunicatie worden geïnstrueerd over de risico's en de mogelijke maatregelen die zij zelf kunnen nemen. Dit valt onder de informatieplicht van de gemeente en daar wordt door de gemeente op toegezien. Verder moeten het bestuur en het personeel van het ziekenhuis er op worden gewezen dat de BHV-organisaties goed geïnformeerd moeten zijn over de mogelijk optredende scenario's.
Restrisico
Na het treffen van maatregelen resteert een resteffect. Dit betreft een inschatting van het aantal doden, gewonden en materiële schade bij de representatieve scenario's, ondanks de getroffen maatregelen.
De zelfredzaamheid in het invloedsgebied is zeer laag. Dit komt doordat er veel verminderd zelfredzame personen in het plangebied verblijven: de patiënten van het ziekenhuis. Het resteffect bij een mogelijk incident met een LPG-tankwagen of hogedruk aardgasleiding, zonder maatregelen, is daardoor groot.
Met de in de verantwoording genoemde maatregelen wordt de kans op dodelijke slachtoffers sterk verminderd en daalt het aantal gewonden en de schade in de zone langs de Rijksweg A1. Ondanks deze maatregelen blijft bij het transport van LPG de kans op een ongeval met aanzienlijke gevolgen aanwezig. Dit wordt aangeduid met het restrisico. Het bevoegd gezag, de gemeente Blaricum, neemt kennis van het restrisico en neemt de verantwoording voor eventuele gevolgen.