direct naar inhoud van 20.1 Overleg met betrokken overheden (art. 3.1.1. Bro)
Plan: NDSM-werf Oost
Plannummer: N1010BPSTD
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.N1010BPSTD-VG01

20.1 Overleg met betrokken overheden (art. 3.1.1. Bro)

In het kader van het overleg als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening is het concept ontwerp bestemmingsplan verzonden aan:

  • 1. Provincie Noord-Holland;
  • 2. Rijkswaterstaat, directie Noord-West;
  • 3. Ministerie van Defensie;
  • 4. Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;
  • 5. Burgemeester en Wethouders van gemeente Amsterdam / Dienst Ruimtelijke Ordening;
  • 6. Stadregio Amsterdam;
  • 7. Brandweer Amsterdam-Amstelland;
  • 8. Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht;
  • 9. Kamer van Koophandel Amsterdam;
  • 10. Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied;
  • 11. Gasunie;
  • 12. Stadsdeel West.

Van de instanties genoemd onder 1, 3, 4, en 12 is geen reactie ontvangen. De reacties van de overige instanties zijn hieronder weergegeven.

Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht
Bij de voorbereiding van dit bestemmingsplan is informeel overleg gevoerd met het Hoogheemraadschap. De opmerkingen van het hoogheemraadschap (die vooral betrekking hadden op de beschrijving van het toetsingskader voor wateraspecten) zijn in de toelichting verwerkt.

Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied
Het CNB heeft de gemeente verzocht om in de toelichting van het bestemmingsplan een passage op te nemen over het Basisnet Water dat ten doel heeft een duurzaam evenwicht te creƫren tussen het vervoer gevaarlijke stoffen, ruimtelijke ontwikkelingen en veiligheid. Naar aanleiding hiervan is paragraaf 10.2.1 Toetsingskader aangevuld.

Haven Amsterdam
In aanvulling op het hierboven genoemde advies, heeft Haven Amsterdam namens Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied en Rijkswaterstaat advies uitgebracht.

  • De functie stadsstrand (bestemming Gemengd - 4) krijgt de instemming van Haven Amsterdam, maar wordt geadviseerd maatregelen te treffen om zwemmen in het water onmogelijk te maken. Het treffen van dergelijke maatregelen is een uitvoeringskwestie, die niet in het bestemmingsplan wordt geregeld. Wel kan het volgende worden opgemerkt. Ter voorkoming van het zwemmen is een stortsteenstrook aangelegd. Op een dergelijke strook kan niet (of nauwelijks) gelopen worden. Er wordt een bord geplaatst om mensen er op te wijzen dat zwemmen niet is toegestaan.
  • Haven Amsterdam heeft verzocht om in de toelichting meer aandacht te besteden aan de transportfunctie van het IJ. Naar aanleiding hiervan is in de toelichting een nieuwe paragraaf 14.4 Nautische aspecten opgenomen.
  • Haven Amsterdam gaf aan dat de bestemming Waarde-Archeologie onnodige beperkingen opwerpt voor werkzaamheden van de Haven ten behoeve van de verdieping van de vaargeul. Naar aanleiding van deze reactie van Haven en na afstemming met het Bureau Monumenten en Archeologie is de dubbelbestemming Archeologie verkleind. De kans dat in de vaargeul archeologische resten worden aangetroffen is inderdaad erg klein.

Gasunie
Gasunie raadt aan om het groepsrisico door middel van berekening inzichtelijk te maken. Tevens geeft zij hierbij aan dat in de meeste gevallen de invloed van de leiding zeer gering is. Ten behoeve van dit bestemmingsplan is het groepsrisico berekend en advies gevraagd aan de regionale brandweer. De toelichting van het bestemmingsplan bevat verder een verantwoording van het groepsrisico. Hiermee wordt aan de wettelijke vereisten voldaan.

Stadsregio Amsterdam
Stadsregio Amsterdam toonde zich blij met de wijze waarop zijn beleid in de toelichting is weergegeven. Tevens werd een voorstel gedaan voor aanvulling van de toelichting. Naar aanleiding hiervan is paragraaf 6.4 Langzaam verkeer aangepast.

Brandweer Amsterdam-Amstelland
In het kader van 3.1.1 overleg heeft de Brandweer Amsterdam-Amstelland advies uitgebracht over fysiek veiligheid in brede zin. Voorts heeft de Brandweer advies uitgebracht over de mogelijke maatregelen waarmee de beschreven effecten van rampen en ongevallen beperkt kunnen worden en over de mogelijke maatregelen om de zelfredzaamheid van mensen in het plangebied te verhogen. Het advies van de Brandweer is in paragraaf 10.4 verwerkt.

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Amsterdam
B&W merken op dat het plan in algemene zin past binnen de ambities van de geldende Structuurvisie en de uitgangspunten van de Kantorenstrategie van de gemeente Amsterdam.

B&W verzoeken om een maximum aan de functie detailhandel te binden. Detailhandel is na aanpassing in dit bestemmingsplan niet toegestaan.

Met betrekking tot hoogbouweffecten verzoeken ze om een aangepast HER voorafgaand aan de vaststelling van het uitwerkingsplan voor de Docklandsplot (bestemming Gemengd - uit te werken) aan B&W ter beoordeling voor te leggen. Naar aanleiding van deze reactie is de Hoogbouweffectrapportage aangevuld. Met de aangevulde rapportage zijn B&W akkoord gegaan.