Plan: | Bedrijventerrein Holten |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1742.BPHB2009000-0401 |
De provincie Overijssel heeft het streekplan, verkeer- en vervoerplan, waterhuishoudingsplan en milieubeleidsplan samengevoegd tot één Omgevingsvisie. De Omgevingsvisie vormt hèt provinciale beleidsplan voor de fysieke leefomgeving van Overijssel. Op 1 juli 2009 is dit plan vastgesteld door Provinciale Staten.
In de Omgevingsvisie staan enkele ambities die de provincie de komende jaren tot uitvoering wil brengen. De doelstellingen van de provincie Overijssel voor wat betreft bedrijventerreinen zijn:
Over de kern Holten geldt dat voor vestiging en uitbreiding van uit de kern voortkomende en qua aard en schaal passende werkgelegenheid, voldoende mogelijkheden moeten worden geboden. Hieronder wordt tevens verstaan bedrijvigheid die zich vanuit de kern Holten georiënteerde buitengebied of uit omliggende kernen naar het bedrijventerrein in de kern wil verplaatsen. De uitbreidingen van Vletgaarsmaten zijn in de omgevingsvisie opgenomen als ontwikkelingsperspectief. De gemeente dient selectief met de ruimte om te gaan. Ruimte vragende bedrijvigheid moet worden verwezen naar het dichtstbijzijnde regionale bedrijvenpark dat er op is gericht dergelijke bedrijvigheid op te vangen. Daarnaast zijn het intensiever benutten van bedrijventerreinen en de revitalisering van bestaande terreinen van belang. Bij een dergelijk beleid zal de gemeente langer in staat zijn de eigen bedrijvigheid op te vangen.
De provincie verwacht dat voor de periode van 2010-2020 op basis van nu geldende inzichten er een behoefte is aan circa 1315 ha aan nieuw bedrijfterrein. Een deel van die behoefte kan worden gevonden via de herstructurering van verouderde bedrijventerreinen. De ruimtewinst die daarmee kan worden behaald is geraamd op ca. 195 ha. De netto behoefte aan nieuwe terreinen komt daardoor uit op ongeveer 1120 ha.
De provincie verlangt verder dat gemeenten over hun ruimtelijke ontwikkelingsplannen afspraken maken met hun buurgemeenten. De provincie verlangt dit onder andere bij woningbouw en bedrijventerreinen. Het doel is om optimaal afgestemd en zuinig ruimtegebruik te bereiken en te voorkomen dat er sprake is van overcapaciteit. Een gemeentelijke bedrijventerreinvisie kan hierbij een goed hulpmiddel zijn.
Uitgangspunten uit voormalig Waterhuishoudingsplan 2000+ (2000)
In het 'Waterhuishoudingsplan 2000+' wordt gesteld dat één van de uitgangspunten bij de opzet van ruimtelijke plannen het ordenend principe van water is. De volgende algemene uitgangspunten zijn hierbij van belang:
Gesteld wordt, dat afkoppelen van schoon water standaard is voor nieuwbouw, tenzij zwaarwegende waterhuishoudkundige belangen zich daartegen verzeten. Voor bestaande bebouwing geldt dat afkoppelen van schone dak- en terreinoppervlakken moet worden bevorderd, tenzij zwaarwegende waterhuishoudkundige belangen zich daartegen verzetten.
Uitgangspunten uit voormalig Milieubeleidsplan 2005 (2000)
In het Milieubeleidsplan stelt de provincie Overijssel de volgende opgaven voor de komende periode:
Het bestemmingsplan is één van de instrumenten om deze doelen te halen. Zo moet in het bestemmingsplan aandacht wordt besteed aan geluidsbelasting, luchtkwaliteit en externe veiligheid, ten behoeve van de kwaliteit van de omgeving.
Bij de herstructurering van bedrijventerreinen krijgt de samenstelling van de bedrijven op een terrein bijzondere aandacht. Het gaat dan bijvoorbeeld om een combinatie van bedrijven die elkaar kunnen versterken. In het bestemmingsplan dienen hiervoor randvoorwaarden te worden geschapen.
In maart 2009 heeft de Gedeputeerde Staten van Overijssel de Provinciale omgevingsverordening vastgesteld. De omgevingsverordening geeft instructies ten aanzien van de inhoud van ruimtelijke plannen zoals bestemmingsplannen. In de Provinciale omgevingsverordening zijn enkele regels opgenomen met betrekking tot belangrijke ruimtelijke elementen die een doorwerking hebben in het bestemmingsplan. Het betreft onder meer aspecten als: woningbouw, EHS, nieuwe bedrijventerreinen, externe veiligheid et cetera.
Omdat de omgevingsverordening niet ingaat op bestaande bedrijventerreinen zijn er vanuit de verordening geen relevante aspecten aanwezig in het kader van dit bestemmingsplan.