Plan: | Gestraatje - Lemmensweg - Heinsbergerweg te Montfort |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1669.BPMFT2018GESTRHEIN-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan 'Gestraatje - Lemmensweg - Heinsbergerweg te Montfort' met identificatienummer NL.IMRO.1669.BPMFT2018GESTRHEIN-VG01 van de gemeente Roerdalen.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
inpandig gestalde auto's, boten, caravans en daarmee direct samenhangende artikelen, zoals accessoires, onderhoudsmiddelen, onderdelen en/of materialen, niet zijnde kleine huisraad, voor particulieren.
landbouwfolie zonder constructies, bestemd voor de akker- en vollegrondstuinbouw, sier-, (klein) fruit- en bollenteelt, met als doel het afdekken van groenten, teelten en gerooide akkerproducten.
bijbehorende bouwwerk dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit het oogpunt van mantelzorg gehuisvest is.
een bedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het verlenen van diensten, het leveren van dieren of goederen aan agrarische bedrijven of dat is gericht op het verwerken of het opslaan van dieren of agrarische (aanverwante) producten, die afkomstig of bedoeld zijn van/voor agrarische bedrijven; hieronder worden geen grootschalige industriële activiteiten begrepen.
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
een antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
de waarde die van belang is voor de archeologie en voor de kennis van de beschavingsgeschiedenis.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
het op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage tot waar het bouwperceel maximaal mag worden bebouwd, of wanneer dat in deze regels uitdrukkelijk is bepaald, het percentage tot waar het bouwvlak maximaal mag worden bebouwd.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
de uitoefening aan huis van bedrijfsactiviteiten die vanwege hun kleinschalige omvang en geringe invloed op de omgeving kunnen worden uitgeoefend in een gedeelte van de woning, door diegene die ter plaatse zijn hoofdverblijf heeft, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijk uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, vanwege de bestemming van het gebouw of het terrein.
een accommodatie voor recreatief nachtverblijf in een (bedrijfs)woning.
beperkt kwetsbaar object zoals vermeld in art. 1 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).
de uitoefening aan huis van een vrij beroep of de beroepsmatige verlening van diensten aan huis op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen terrein, door diegene die ter plaatse zijn hoofdverblijf heeft, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan legaal tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
uitbreiding van een hoofdgebouw, dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
een afgesloten systeem van tanken/silo's dat gebruikt wordt voor de productie van energie uit biomassa (mest, bermafval, GFT en dergelijke).
een winkel bij een agrarisch bedrijf, waarin hoofdzaak eigen of door agrariërs uit de regio geproduceerde agrarische producten worden verkocht.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of het veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond dat een niet voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een kampeerterrein voor kampeermiddelen al dan niet met voorzieningen voor dagrecreatieve activiteiten met nachtverblijf en daaraan ondergeschikte horeca.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Een en ander met inbegrip van:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren en bankfilialen.
vormen van recreatief medegebruik van gronden door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis- en picknickplaatsen en strandjes.
een voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak met bijbehorende voorzieningen waaronder in ieder geval parkeren.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
de teelt van gewassen (nagenoeg) geheel met behulp van kassen.
het leveren van prestaties gericht op realisatie van maatschappelijke wensen op terreinen als natuur, landschap, waterbeheer en recreatief medegebruik, waarbij de bestemming gehandhaafd blijft.
groepsrisico zoals vermeld in art. 1 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).
voorzieningen bestemd voor de bescherming van vollegrondsgroente-, fruit-, bloemen- en boomteelt die niet doorlopen tot aan de grond.
een afscheiding van hout of metaal met openingen, zoals gaaswerk, waar doorheen gekeken kan worden.
een perceel grenzend aan de woning.
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk in gebruik is en/of als zodanig valt aan te merken.
een bedrijf, in hoofdzaak gericht op:
waarbij de categorie-indeling, zoals opgenomen in de Staat van Horeca-activiteiten zoals opgenomen in bijlage 2, in acht dient te worden genomen.
een bedrijf, gericht op de aanleg, de inrichting en het onderhoud van tuinen en groen, met gebruikmaking van de daarbij behorende materialen en gereedschappen, zonder dat zelfstandige detailhandel wordt uitgeoefend.
het bedrijfsmatig houden van dieren zonder dat het bedrijf hoeft te beschikken over grond bestemd voor de voerproductie van deze dieren. De dieren worden in stallen of hokken gehouden niet zijnde een melkveehouderij.
niet als een bouwwerk aan te merken vouwwagens, kampeerauto's, caravans of hiermee gelijk te stellen onderkomens, die bestemd zijn voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
de volledige of nagenoeg volledige afdekking van een gebouw in een gebogen vorm dan wel met een dakhelling van ten minste 15° en ten hoogste 75°.
een bouwwerk van glas of ander licht doorlatend materiaal ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering met een hoogte van 2,5 m of meer, trek, tunnel-, schaduw-, boog- en gaaskassen daaronder begrepen.
thee- en koffieschenkerij of proeverij van streekeigen producten dan wel producten afkomstig van het eigen bedrijf, géén café, restaurant of ander horecabedrijf zijnde.
kamperen op een kampeerterrein voor maximaal 40 kampeermiddelen, niet zijnde permanente kampeermiddelen, gedurende de periode van 15 maart tot en met 31 oktober.
kwetsbaar object zoals vermeld in art. 1 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).
de landschappelijke inpassing van terreinen en/of gebouwen en aanvullende tegenprestatie, zoals opgenomen in de bijlagen 1 en 2 bij deze regels.
voorzieningen op het gebied van welzijn, volksgezondheid, cultuur, religie, onderwijs, sport, verenigingsleven, opvoeding, kinderopvang, openbaar bestuur en andere openbare en sociale voorzieningen.
een bedrijf dat gericht is op het lesgeven in paardrijden en daarvoor paarden en/of pony's houdt, in combinatie met een of meer van de volgende hiermee samenhangende ondergeschikte activiteiten of voorzieningen: het in pension houden van paarden en/of pony's, ondergeschikte activiteiten (kantine, foyer en dergelijke), verenigingsaccommodatie ondergeschikt aan het bedrijf en het ondergeschikt houden van wedstrijden of andere evenementen.
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond.
een ontwikkeling is milieuhygiënisch inpasbaar indien is aangetoond dat:
een bouwwerk of terrein dat van algemeen belang is vanwege de schoonheid, de betekenis voor de wetenschap of de cultuurhistorische waarde.
een of meer (bedrijfsmatige) activiteiten in combinatie met en ondergeschikt aan de uitoefening van het ter plaatse en bij wijze van hoofdfunctie uitgeoefende (agrarische) bedrijf/wonen.
het verplaatsen van een agrarisch bedrijf uit de provincie Limburg naar een nieuwe locatie waarbij het vrijgekomen bouwvlak gebruikt mag worden voor bedrijven uit en van buiten de gemeente.
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een agrarisch bedrijf dat uitsluitend is gericht op het fokken van paarden, de verkoop van gefokte paarden en het houden van paarden ten behoeve van de fokkerij.
een bedrijf dat uitsluitend is gericht op het houden, stallen of africhten van paarden, alsmede de handel in paarden.
het houden van paarden en/of pony's ten behoeve van verhuur en eigen gebruik, alsmede het bieden van gelegenheid aan derden om hun paarden en/of pony's in pension te stallen en te weiden.
De kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
een stuk grond dat eenzelfde gebruik heeft en is omgeven door een duidelijk herkenbare grens in de vorm van bijvoorbeeld heggen, afrasteringen, sloten of greppels.
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf.
een gedeelte van een terrein bestemd voor de plaatsing van een kampeermiddel, inclusief bij dat kampeermiddel behorende ondergeschikte onderkomens, zoals bijzettenten, gedurende het gehele jaar.
een gedeelte van een terrein bestemd voor de plaatsing van een stacaravan, inclusief bij de stacaravan behorende ondergeschikte onderkomens gedurende het gehele jaar.
een gedeelte van een terrein bestemd voor de plaatsing van een woonwagen, inclusief bij de woonwagen behorende ondergeschikte onderkomens gedurende het gehele jaar.
teeltondersteunende voorzieningen met een hoogte van ten hoogste 3 m die langer dan 6, al dan niet aaneengesloten, maanden per jaar aanwezig is.
een (deel van een ) gebouw dat blijkens de bestemming is bedoeld voor recreatief verblijf, waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
een overdekte ruimte die maximaal aan drie zijden is omsloten door wanden, waarvan het/de betreffende dier(en) in geval van weidegang uit oogpunt van dierwelzijn gebruik moet(en) kunnen maken door vrij in en uit te lopen, met als doel bescherming tegen extreme weersomstandigheden in zowel zomer als winter en waarbij in en nabij de schuilgelegenheid geen opslag is toegestaan. De schuilgelegenheid is een open constructie zonder deuren.
een gebouw dat in zijn geheel kan worden verplaatst en is bestemd voor recreatief verblijf, waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten zoals opgenomen in bijlage 1 van deze regels.
een strook grond, die gekenmerkt wordt door een relatief groot hoogteverschil over een korte afstand.
voorziening of constructie, niet zijnde afdekfolie en hagelnet, met een hoogte van ten hoogste 3 m, met als doel het gewas te forceren tot meer groei, de oogst te spreiden en meer opbrengsten te genereren. Het gaat daarbij om zowel het vervroegen als verlaten ten opzichte van normale teelt en/of beschermen tegen weersinvloeden, ziekten en plagen om een kwalitatief beter product te verkrijgen.
teeltondersteunende voorzieningen met een hoogte van ten hoogste 3 m die korter dan 6, al dan niet aaneengesloten, maanden per jaar aanwezig zijn, met dien verstande dat tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen (met uitzondering van funderingsanker en dergelijke) na de teelt opgeruimd en van het veld verwijderd dienen te worden. Voorbeelden van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen zijn plastic (mini)tunnels, stellingen, regenkappen en boogkassen.
verkoop van producten als nevenfunctie bij een (agrarisch) bedrijf van zelf geproduceerde of uit de plaatselijke regio afkomstige producten.
de diepte van een gebouw onder de grond of deels onder de grond (half verdiept).
een agrarisch bedrijf met een omvang van ten minste één volwaardige arbeidskracht en een zodanige bedrijfsomvang dat de continuïteit ook op de lange termijn is gewaarborgd.
de gevel(s) van een gebouw die is/zijn gelegen in de voorgevelrooijlijn.
denkbeeldige lijn waarin een (of meer) gevel(s) van een gebouw word(t)(en)/is/zijn gesitueerd en die is/zijn gelegen aan de zijde van de aan de weg gelegen perceelsgrens.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
een bouwwerk ter opwekking van energie door benutting van windkracht, met uitzondering van bemalingsinstallaties ten behoeve van de waterhuishouding.
een gebouw, bestaande uit hoofdgebouwen en de aangebouwde bijbehorende bouwwerken (met uitzondering van aangebouwde overkappingen), dat blijkens zijn indeling en inrichting geschikt en bestemd is voor de huisvesting van een huishouden.
een woning zoals opgenomen in lid 1.97.
een stacaravan of geprefabriceerd en schakelbaar gebouw voor tijdelijke bewoning.
een woning met een eigen toegang waarbij keuken, douche en toilet niet gedeeld hoeven te worden met de andere bewoners van het pand.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
vanaf de bovenkant van de afgewerkte begane grondvloer tot aan de bovenkant van de onderste afgewerkte vloer.
Vanaf het peil tot aan de as van de windturbine.
bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, zoals plinten, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, liftschachten, ondergeschikte dakkapellen en gevelopbouwen, gevelen kroonlijsten, luifels, uitbouwen, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, onder voorwaarde dat de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,5 m bedraagt, en de totale oppervlakte van de overschrijding niet meer dan 6 m²
de afstand tussen bouwwerken onderling en de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn; ondergeschikte bouwdelen worden hierbij niet meegenomen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren.
de som van de buitenwerks gemeten vloeroppervlakte van alle bouwlagen, dus inclusief bijvoorbeeld ingesloten buitenruimte, trappen, liftkokers, installatieruimten, enz.
Bij het meten gelden de volgende aanvullende regels:
De voor 'Agrarisch - Landbouwontwikkelingsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
alsmede voor:
Tabel 3.1
nevenfunctie | maximaal aantal m² | |
gronden in gebruik voor nevenfunctie | bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | |
verkoop-aan-huis van lokaal/streekeigen agrarische producten | - | 100 m² |
beroep-aan-huis | - | max. 1/3 van de woning en bijbehorende bouwwerken |
- = niet van toepassing |
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Tabel 3.2
max. oppervlak |
max. inhoud |
max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
bedrijfswoning | - | 1.000 m³ | 6 m | 9 m |
bijbehorende bouwwerken | 100 m² | - | 3,5 m | 6,5 m |
kassen | 5.000 m² | - | 4,5 m | 6,5 m |
overige bedrijfsgebouwen | volledig bouwvlak | - | 6 m | 12 m |
teeltondersteunende voorzieningen, niet zijnde kassen | gehele bouwvlak | - | - | 3 m |
hagelnetten | gehele bouwvlak | - | - | - |
mestsilo's | 10.000 m³ | - | - | 8,5 m |
overige silo's | - | - | - | 15 m |
vlaggenmasten | - | - | - | 8 m |
lichtmasten bij paardenbakken | - | - | - | 5 m |
lichtmasten overig | - | - | - | 5 m |
erf- en terreinafscheidingen binnen bouwvlak |
- |
- |
- |
2 m |
erf- of terreinafscheidingen t.b.v. boom-, sier- en fruitteelt buiten bouwvlak | - | - | - | 2 m |
overige erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak | - |
- |
- |
1,2 m |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde |
- |
- |
- |
3 m |
- = niet van toepassing |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder a om kuilvoerplaten en sleufsilo's buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
3.3.2 Ten behoeve van hagelnetten
Het bevoegd gezag kan ten behoeve van agrarische bedrijven bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder a om hagelnetten buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan ten behoeve van de opslag van dierlijke mest buiten het bouwvlak, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder a, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder e teneinde een afwijkende dakvorm voor bedrijfsgebouwen of silo's te realiseren, met inachtneming van het volgende:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 onder f ten behoeve van het toestaan van een of meer nevenfuncties zoals opgenomen in tabel 3.3, met inachtneming van het volgende:
Tabel 3.3
nevenfunctie | maximaal aantal m² | |
gronden in gebruik voor nevenfunctie | bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | |
bedrijf-aan-huis | - | max. 1/3 van de woning en bijbehorende bouwwerken |
agrarische duurzaamheid, innovatie en educatie | - | zoals bepaald in lid 3.2 |
overige agrarisch aanverwante bedrijfsactiviteiten | - | zoals bepaald in lid 3.2 |
- = niet van toepassing |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.4 onder d om paardenbakken buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.4 onder f om de productie van energie uit biomassa toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Agrarisch - Landbouwontwikkelingsgebied' zodanig wijzigen dat vormverandering van bouwvlakken is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Agrarisch - Landbouwontwikkelingsgebied' zodanig wijzigen dat de realisatie van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn toegestaan, met inachtneming van het volgende:
De voor 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
alsmede voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Tabel 4.1
max. oppervlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
lichtmasten bij paardenbakken | 5 m | |||
lichtmasten overig | - | - | - | 5 m |
erf- of terreinafscheidingen t.b.v. boom-, sier- en fruitteelt buiten bouwvlak | - | - | - | 2 m |
overige erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak | - | - | - | 1,2 m |
- = niet van toepassing |
Het bevoegd gezag kan ten behoeve van agrarische bedrijven bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 onder a om kuilvoerplaten en sleufsilo's buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan ten behoeve van agrarische bedrijven bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 onder a om hagelnetten buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan ten behoeve van de opslag van dierlijke mest buiten het bouwvlak, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 onder a, met inachtneming van het volgende:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.4 onder d om paardenbakken buiten het bouwvlak toe te staan, met inachtneming van het volgende:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.6.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, gebouwen te slopen.
De sloopwerkzaamheden als bedoeld in lid 4.7.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden - 2' zodanig wijzigen dat de realisatie van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Tabel 5.1
max. oppervlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
bijbehorende bouwwerken | 100 m² | - | 3,5 m | 6,5 m |
bedrijfsgebouwen | bestaand * | - | 6 m | 10 m |
vlaggenmasten | - | - | - | 8 m |
lichtmasten overig | - | - | - | 5 m |
erf- en terreinafscheidingen binnen bouwvlak | - | - | - | 2 m |
erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak | - | - | - | 1,2 m |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | 3 m |
* tenzij anders is aangegeven door middel van de maatvoeringaanduiding 'maximum bebouwd oppervlak' of 'maximum bebouwingspercentage'. | ||||
- = niet van toepassing |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2 onder d teneinde de oppervlakte van bedrijfsbebouwing uit te breiden, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2 onder d teneinde de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, te vergroten, met inachtneming van het volgende:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf' zodanig wijzigen dat vormverandering van bouwvlakken is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf' zodanig wijzigen dat het vergroten van een bouwvlak is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf' zodanig wijzigen dat – indien sprake is van een algehele beëindiging van de bedrijfsactiviteiten – de in tabel 5.2 genoemde vervolgfuncties zijn toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Tabel 5.2
gronden grenzend aan de bestemming | vervolgfuncties |
AW-L2 | bedrijven behorende tot categorie 3 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten indien deze qua aard en omvang vergelijkbaar zijn met categorie 1- en 2-bedrijven, met dien verstande dat bedrijven gericht op recreatie, toerisme en zorg niet zijn toegestaan |
De voor 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Tabel 6.2
max. oppervlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
bijbehorende bouwwerken | 100 m² | - | 3,5 m | 6,5 m |
bedrijfsgebouwen | bestaand * | - | 6 m | 10 m |
vlaggenmasten | - | - | - | 8 m |
lichtmasten bij paardenbakken | - | - | - | 5 m |
lichtmasten overig | - | - | - | 5 m |
erf- en terreinafscheidingen binnen bouwvlak | - | - | - | 2 m |
erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak | - | - | - | 1,2 m |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | 3 m |
* tenzij anders is aangegeven door middel van de maatvoeringaanduiding 'maximum bebouwd oppervlak' of 'maximum bebouwingspercentage'. | ||||
- = niet van toepassing |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 onder c teneinde de oppervlakte van bedrijfsbebouwing uit te breiden, met inachtneming van het volgende:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' zodanig wijzigen dat vormverandering van bouwvlakken is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' zodanig wijzigen dat het vergroten van een bouwvlak is toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van gronden met de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' zodanig wijzigen dat – indien sprake is van een algehele beëindiging van de bedrijfsactiviteiten – de in tabel 6.4 genoemde vervolgfuncties zijn toegestaan, met inachtneming van het volgende:
Tabel 6.4
gronden grenzend aan de bestemming: | vervolgfuncties: |
AW-L2 | - wonen - bedrijven behorende tot categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat bedrijven gericht op recreatie, toerisme en zorg niet zijn toegestaan - bedrijven behorende tot categorie 3 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten indien deze qua aard en omvang vergelijkbaar zijn met categorie 1- en 2-bedrijven, met dien verstande dat bedrijven gericht op recreatie, toerisme en zorg niet zijn toegestaan |
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen - Buitengebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Tabel 8.1
nevenfunctie | maximaal aantal m² | |
gronden in gebruik voor nevenfunctie | bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | |
beroep-aan-huis | - | max. 1/3 van de woning en bijbehorende bouwwerken |
bed & breakfast | - | max. 8 slaapplaatsen verdeeld over max. 3 kamers |
groene en blauwe diensten | - | - |
- = niet van toepassing |
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Tabel 8.2
max. oppervlak | max. inhoud | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
woning | 1.000 m³ | 6 m | 9 m | |
bijbehorende bouwwerken | 100 m² * | - | 3,5 m | 6,5 m |
erf- of terreinafscheidingen binnen het bouwvlak: - voor de voorgevelrooilijn - overige plaatsen |
- | - | - |
1 m 2 m |
erf- en terreinafscheidingen buiten bouwvlak | - | - | - | 1,2 m |
lichtmasten bij paardenbakken | - | - | - | 5 m |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | - | - | 3 m |
* tenzij anders is aangegeven door middel van de maatvoeringaanduiding 'maximum oppervlakte bijbehorende bouwwerken' | ||||
- = niet van toepassing |
met dien verstande dat:
Met betrekking tot het gebruiken en laten gebruiken van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.1 onder c ten behoeve van het toestaan van een of meer nevenfuncties zoals opgenomen in tabel 8.3, met inachtneming van het volgende:
Tabel 8.3
nevenfunctie | maximaal aantal m² | |
gronden in gebruik voor nevenfunctie | bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | |
bedrijf-aan-huis | - | max. 1/3 woning en bijbehorende bouwwerken |
inpandige stalling van ABC-goederen voor particulieren | - | max. 500 m² |
paardenbakken buiten het bouwvlak, mits gelegen binnen een zone van 25 m van het bouwvlak | - | - |
- = niet van toepassing |
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Wonen - Buitengebied' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, gebouwen te slopen.
De sloopwerkzaamheden als bedoeld in lid 8.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien:
De voor 'Waarde - Archeologie - 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van een terrein met archeologische waarde.
Het is verboden om te bouwen of te laten bouwen op de voor 'Waarde - Archeologie - 5' mede bestemde gronden.
Het in lid 9.2.1 genoemde verbod is niet van toepassing:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het verbod in lid 9.2.1 voor het bouwen volgens de andere daar voorkomende bestemming(en), mits:
Het bevoegd gezag kan het besluit om af te wijken onder beperkingen verlenen en de volgende voorschriften aan het besluit verbinden:
Alvorens de in lid 9.3.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt verleend, kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning archeologische waarden (kunnen) worden aangetast, en welke voorschriften aan de vergunning moeten worden verbonden.
Het is verboden om op de voor 'Waarde - Archeologie - 5' aangewezen gronden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning:
Het in lid 9.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing indien:
De vergunning wordt verleend, indien de in 9.4.1 bedoelde werken of werkzaamheden niet zullen leiden tot een verstoring van de archeologische waarden, of indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Het bevoegd gezag kan de vergunning onder beperkingen verlenen en de volgende voorschriften aan de vergunning verbinden:
Alvorens de omgevingsvergunning wordt verleend, kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een archeologisch deskundige, omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning archeologische waarden (kunnen) worden aangetast, en welke voorschriften aan de vergunning moeten worden verbonden.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de bestemming 'Waarde - Archeologie - 5' geheel of gedeeltelijk laten vervallen, indien op basis van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie - 6' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van een terrein met archeologische waarde.
Het is verboden om te bouwen of te laten bouwen op de voor 'Waarde - Archeologie - 6' mede bestemde gronden.
Het in lid 10.2.1 genoemde verbod is niet van toepassing:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het verbod in lid 10.2.1 voor het bouwen volgens de andere daar voorkomende bestemming(en), mits:
Het bevoegd gezag kan het besluit om af te wijken onder beperkingen verlenen en de volgende voorschriften aan het besluit verbinden:
Alvorens de in lid 10.3.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt verleend, kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning archeologische waarden (kunnen) worden aangetast, en welke voorschriften aan de vergunning moeten worden verbonden.
Het is verboden om op de voor 'Waarde - Archeologie - 6' aangewezen gronden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning:
Het in lid 10.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing indien:
De vergunning wordt verleend, indien de in lid 10.4.1 bedoelde werken of werkzaamheden niet zullen leiden tot een verstoring van de archeologische waarden, of indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Het bevoegd gezag kan de vergunning onder beperkingen verlenen en de volgende voorschriften aan de vergunning verbinden:
Alvorens de omgevingsvergunning wordt verleend, kan het bevoegd gezag schriftelijk advies inwinnen bij een archeologisch deskundige, omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning archeologische waarden (kunnen) worden aangetast, en welke voorschriften aan de vergunning moeten worden verbonden.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de bestemming 'Waarde - Archeologie - 6' geheel of gedeeltelijk laten vervallen, indien op basis van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Binnen het bouwvlak moet de bebouwing op een afstand van ten minste 10 m van de as van een verharde weg met een breedte van 10 m of minder worden gebouwd of op een afstand van ten minste 15 m van de as van een verharde weg breder dan 10 m, met dien verstande dat:
In, op of onder gebouwen dan wel het daarbij behorende terrein dienen voldoende parkeerplaatsen voor auto's aanwezig te zijn. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan als de parkeernormen van de op dat moment van toepassing zijnde beleidsregels (die zijn neergelegd in het Gemeentelijk Verkeer- en Vervoersplan 2016-2021, dan wel de opvolger van dat plan) worden nageleefd.
De in lid 12.3.1 bedoelde parkeerplaatsen moeten afmetingen hebben die zijn afgestemd op gangbare personenauto's. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan indien de afmetingen minimaal 1,80 m bij 5,00 m bedragen.
Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.3.1 en lid 12.3.3, indien aangetoond is door initiatiefnemer dat in de directe omgeving (een straal van circa 100 meter) voldoende parkeerplaatsen aanwezig zijn en de openbare ruimte niet onevenredig wordt belast.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan ten behoeve van een goede parkeerbalans, de verkeerssituatie en/of het stedenbouwkundig beeld.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - roerdalslenk II' gelden voor die gronden in afwijking van hetgeen in de overige regels is bepaald de navolgende aanvullende regels.
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - roerdalslenk II' is het niet toegestaan om:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de verboden in dit artikel.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels ten behoeve van het realiseren van schuilgelegenheden voor hobbydieren met in achtneming van het volgende:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigingen teneinde (buitenlandse) werknemers (tijdelijk en structureel) te huisvesten, met inachtneming van het volgende:
er is voldaan aan de eisen die zijn gesteld in de in bijlage Gestraatje 65 in 4 opgenomen uitwerking van het kwaliteitsmenu.
Tabel 16.1
bebouwing in gebruik voor het tijdelijk huisvesten van werknemers | maximaal totaal aantal gehuisveste werknemers (tijdelijk + structureel) per bouwvlak |
agrarische bebouwing (inpandig) | 40 |
niet - agrarische bebouwing (inpandig) | 20 |
woonunits op het agrarische bedrijf | 20 |
woonunits op niet agrarisch bedrijf | 20 |
campings, vakantieparken, bed & breakfast en hotel | 20 |
bestaande (grote) complexen | 40 |
het hoofdgebouw bij vrijkomende agrarische bebouwing | 20 |
agrarische bedrijfsbebouwing (inpandig) | 20 |
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Gestraatje - Lemmensweg - Heinsbergerweg te Montfort'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 13 december 2018.
De voorzitter, De griffier,