direct naar inhoud van Artikel 9: Verkeer - Oefenterrein
Plan: Lelystad - Larserknoop
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0995.083811-VG01

Artikel 9: Verkeer - Oefenterrein

9.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Oefenterrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een verkeersoefenterrein;
  • b. een testbaan voor motorvoertuigen;
  • c. een slipschool en andere rijopleidingen;
  • d. een motorcrossbaan, ter plaatse van de aanduiding 'motorcrossterrein';
  • e. een autosportcircuit, ter plaatse van de aanduiding 'autocircuit';
  • f. een wegenwachtstation, een keuringsstation en een informatie- en demonstratieruimte, ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van verkeer - aanvullende voorzieningen voor automobielen”;
  • g. gebouwen ten behoeve van de in lid 9.1. sub a tot en met f genoemde voorzieningen;
  • h. bedrijfswoningen, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • i. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen;

en mede bestemd voor:

  • j. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het vliegtuiglawaai BKL op geluidsgevoelige objecten, ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - vliegtuiglawaai BKL';
  • k. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het vliegtuiglawaai KE op geluidsgevoelige objecten, ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - vliegtuiglawaai KE';
  • l. het tegengaan van te hoge bouwwerken en beplanting in verband met het vrijhouden van invlieghoogtes van het nabijgelegen vliegveld, ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone';
  • m. het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten vanwege de luchthaven, ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 1';
  • n. het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten vanwege de luchthaven, ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 2';

met daaraan ondergeschikt:

  • o. groenvoorzieningen;
  • p. nutsvoorzieningen;
  • q. water;

met de daarbijbehorende:

  • r. sloten, bermen en beplanting;
  • s. parkeervoorzieningen;
  • t. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

9.2. Bouwregels
9.2.1. Gebouwen

Voor het bouwen van de in lid 9.1 sub f. genoemde gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. als gebouwen mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van de voorziening genoemd in lid 9.1. sub a tot en met f worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak mag ten hoogste 7,5% bedragen;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen mag ten hoogste 10,00 m bedragen.
9.2.2. Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' mag ten hoogste één bedrijfswoning worden gebouwd;
  • b. de inhoud van een bedrijfswoning mag ten hoogste 500 m³ bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een bedrijfswoning mag ten hoogste 10,00 m bedragen.
9.2.3. Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij een bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de totale oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag ten hoogste 50 m² bedragen;
  • b. de goothoogte van een aan- of uitbouw of een aangebouwd bijgebouw mag ten hoogste 3,50 m bedragen;
  • c. de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw mag ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van een overkapping mag ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van een bijgebouw mag ten hoogste 5,00 m bedragen;
  • f. de afstand van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen tot de bijbehorende bedrijfswoning mag ten hoogste 25,00 m bedragen.
9.2.4. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 10,00 m bedragen.
9.3. Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van

  • a. het bepaalde in lid 9.2.4. sub b en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 25,00 m, mits:
    • 1. deze ontheffing uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van verkeer - aanvullende voorzieningen voor automobielen";
    • 2. het lichtmasten betreft;
    • 3. advies wordt gevraagd aan Luchtverkeersleiding Nederland omtrent de invloed op de werking van elektronische navigatie-, communicatie en surveillancehulpmiddelen.

9.4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden en bouwwerken voor klassikaal onderwijs, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van verkeer - aanvullende voorzieningen voor automobielen".

9.5. Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van:

  • a. het bepaalde in lid 9.4 en toestaan dat de gronden en bouwwerken worden gebruikt ten behoeve van een introductie- en instructieruimte, mits:
    • 1. deze ontheffingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van verkeer - aanvullende voorzieningen voor automobielen";
    • 2. vooraf positief extern veiligheidsadvies wordt verkregen van de provincie Flevoland.

9.6. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:

  • de aanduiding 'bedrijfswoning' wordt verwijderd, mits:
    • 1. de woonfunctie ter plaatse is beëindigd.