direct naar inhoud van Artikel 16: Algemene aanduidingsregels
Plan: Lelystad - Larserknoop
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0995.083811-VG01

Artikel 16: Algemene aanduidingsregels

16.1. geluidzone - industrie
16.1.1. Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • een op grond van de andere daar voorkomende bestemming(en) toelaatbaar geluidsgevoelig object, of de uitbreiding daarvan, mag slechts worden gebouwd indien de geluidsbelasting vanwege een industrieterrein van de gevels van dit geluidsgevoelige object niet hoger zal zijn dan de voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.

16.2. geluidzone - vliegtuiglawaai BKL
16.2.1. Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • een op grond van de andere daar voorkomende bestemming(en) toelaatbaar geluidsgevoelig object, of de uitbreiding daarvan, mag slechts worden gebouwd indien de geluidsbelasting vanwege een luchtvaartterrein van de gevels van dit geluidsgevoelige object niet hoger zal zijn dan de voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.

16.3. geluidzone - vliegtuiglawaai KE
16.3.1. Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • een op grond van de andere daar voorkomende bestemming(en) toelaatbaar geluidsgevoelig object, of de uitbreiding daarvan, mag slechts worden gebouwd indien de geluidsbelasting vanwege een luchtvaartterrein van de gevels van dit geluidsgevoelige object niet hoger zal zijn dan de voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.

16.4. luchtvaartverkeerzone
16.4.1. Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • ter plaatse van de aanduiding 'maximum hoogte' mag de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste de aangegeven hoogte bedragen.

16.4.2. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden voor opgaande beplanting met een grotere hoogte dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale hoogte' aangegeven hoogte.

16.5. gezoneerd terrein

Ter plaatse van de aanduiding 'gezoneerd terrein' zijn de gronden aangewezen als gezoneerd terrein.

16.6. veiligheidszone - luchthaven 1
16.6.1. Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemming(en) mogen op in deze gronden geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd.

16.6.2. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden en bouwwerken als kwetsbaar of beperkt kwetsbaar object.
16.6.3. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:

  • a. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 1' wordt verwijderd, mits:
    • 1. de betreffende risicovolle functie ter plaatse niet meer aanwezig is;
  • b. de omvang en situering van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 1' wordt gewijzigd, mits:
    • 1. de hoedanigheid van de betreffende risicovolle functie is gewijzigd;
    • 2. de ligging van de zone is afgestemd op de risicocontouren ingevolge de van toepassing zijnde wettelijke regels.

Burgemeester en wethouders kunnen toepassing geven aan de wijzigingsbevoegdheden indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.

16.7. veiligheidszone - luchthaven 2
16.7.1. Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemming(en) mogen op in deze gronden geen nieuwe kwetsbare objecten worden gebouwd.

16.7.2. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden en bouwwerken als kwetsbaar object.
16.7.3. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:

  • a. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 2' wordt verwijderd, mits:
    • 1. de betreffende risicovolle functie ter plaatse niet meer aanwezig is;
  • b. de omvang en situering van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - luchthaven 2' wordt gewijzigd, mits:
    • 1. de hoedanigheid van de betreffende risicovolle functie is gewijzigd;
    • 2. de ligging van de zone is afgestemd op de risicocontouren ingevolge de van toepassing zijnde wettelijke regels.

Burgemeester en wethouders kunnen toepassing geven aan de wijzigingsbevoegdheden indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.