direct naar inhoud van 5.4 Geluid
Plan: Bedrijventerrein Loven, Bosscheweg e.o. 2008, 2e herziening (Bosscheweg 160 - 162)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010024-e001

5.4 Geluid

Sinds het einde van de jaren zeventig vormt de Wet geluidhinder (Wgh) het juridische kader voor het Nederlandse geluidsbeleid. De Wgh bevat een uitgebreid stelsel van bepalingen ter voorkoming en bestrijding van geluidshinder door wegverkeer, railverkeer en industriële activiteit. Het stelsel is gericht op het voorkomen van nieuwe geluidgehinderden.

5.4.1 Wegverkeerslawaai

Binnen het plangebied zal de bestaande bedrijfswoning worden gesloopt en zal er een nieuwe woning op bijna dezelfde plaats worden teruggebouwd. De bedrijfswoning ligt in de geluidszone van de Bosscheweg. Door de afschermende 1e lijns bebouwing aan de Bossche weg zal de geluidsbelasting op deze woning lager zijn dan de voorkeursgrenswaarde. Aanvullende maatregelen zijn vanuit wegverkeerslawaai niet noodzakelijk.

5.4.2 Railverkeerslawaai

Naar aanleiding van het oprichten van een vervangende bedrijfswoning is door Tritium Milieuadvies (projectnummer 1009/112/RV, oktober 2010) een akoestisch onderzoek uitgevoerd naar de geluidbelasting vanwege railverkeerslawaai op de bedrijfswoning. Uit dit onderzoek blijkt dat de voorkeursgrenswaarde vanwege railverkeerslawaai op de woning wordt overschreden.

De zogenaamde voorkeursgrenswaarde voor woningen bedraagt 55 dB. Wordt deze voorkeursgrenswaarde overschreden dan dient bij de gemeente een hogere waarde te worden aangevraagd. Indien de geluidbelasting lager is dan de maximale ontheffingswaarde van 68 dB dan kan de gemeente ontheffing verlenen. Uit het onderzoek blijkt dat maatregelen aan de bron en in de overdracht niet doelmatig zijn en het woningontwerp dusdanig is dat de hoofdslaapkamer beschikt over een geluidluwe zijde (ruimtenummer -1,5).

De maximaal aan te vragen hogere waarde bedraagt 66dB.

Conclusie: weliswaar wordt de voorkeursgrenswaarde van 55 dB overschreden echter de maximale ontheffingswaarde van 68 dB wordt niet overschreden. De initiatiefnemer kan geen invloed uitoefenen voor maatregelen aan de bron zoals hoge geluidsschermen of het verlagen van de snelheid van treinen. Gelet op de hoge kosten die geluidsschermen met zich meebrengen is het ook niet reëel dat deze kosten door het initiatief worden gedragen. Ook uit stedenbouwkundig oogpunt zijn geluidsschermen niet wenselijk. Het verlenen van een hogere waarde tot 66dB zoals blijkt uit het akoestisch onderzoek is mogelijk en acceptabel. Het ontwerp hogere waarde besluit, evenals het akoestisch onderzoek, zal als bijlage aan het ontwerpbestemmingsplan worden toegevoegd (zie Bijlage 3 Besluit hogere grenswaarde).

5.4.3 Industrielawaai

In het plangebied is de vestiging uitgesloten van bedrijven die vallen onder artikel 2.4 van het Inrichtingen en Vergunningen Besluit (c.q. de desbetreffende bijlage bij de Wabo). Hoofdstuk V "Zones rond industrieterreinen" van de Wet geluidhinder is hierdoor niet van toepassing.

5.4.4 Luchtvaartlawaai

Als gevolg van de nabijheid van het militaire vliegveld Gilze-Rijen gelden in delen van Tilburg geluidcontouren (de zogenaamde Ke-contouren). Deze contouren liggen niet over het plangebied.