Plan: | Pauwmolen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0503.BP0008-2002 |
Ontwikkelingsvisie Pauwmolen (2005)
Voor de herontwikkeling van de projectlocatie is een ontwikkelingsvisie opgesteld. Daarin zijn de mogelijkheden voor de locatie onderzocht en is de ontwikkelingsrichting bepaald. Het bouwplan en het bestemmingsplan zijn verdere uitwerkingen van de uitgangspunten van de visie.
In de ontwikkelingsvisie is geconstateerd dat de projectlocatie een uitgesproken positie heeft ten opzichte van assen en lijnen in de stad. De locatie is daardoor bij uitstek geschikt voor het situeren van een baken. Een markant gebouw langs de snelweg A13 kan een aanwinst zijn voor de stad.
Belangrijk uitgangspunt in de visie is dat de hoogbouw op het punt staat waar de assen uit de wijkstraten samenkomen, aan de zijde van de A13 en niet direct aan de straten langs de locatie. Voor deze zogenoemde 2e linie hoogbouw van de Pauwmolen is de bouwhoogte bepaald op maximaal 55 m. Het hoogteaccent is géén wand, als maximale breedte wordt gesteld 30 m.
Door de zichtbaarheid van grotere afstand wordt de snelweg aangeduid, en andersom vanaf de snelweg de stad Delft. Ook kan het baken een rol spelen bij het zichtbaar maken van de voortzetting van de Delfgauwseweg en de Rijksstraatweg onder de snelweg door.
Het gehele gebouw moet zich verhouden tot de schaal van de stad én de schaal van de directe omgeving. Hierdoor ontstaat een voorkeur voor een hoogbouw op of aan een plintgebouw. Zo wordt de hoogbouw onderdeel van de schaal van de stad en de plint onderdeel van de schaal van de directe omgeving. De hoofdmassa (plint) dient aan te sluiten op de heersende bouwhoogte in het omliggende gebied, eventueel op een verdiepte parkeergarage. Daarbij werd het gewenst geacht uit te gaan van een eenvoudige rechthoekige vorm.
Figuur 4: Positiebepaling gebouw met hoogte accent in Ontwikkelingsvisie Pauwmolen 2005
Figuur 5: Pauwmolen is een hoogbouwlocatie langs A13 en accent op de oude landschappelijke lijn (Ontwikkelingsvisie Pauwmolen 2005)
Nota Bouwhoogten Delft (2005)
In 2005 is de nota "Bouwhoogten Delft" vastgesteld. Het beleid heeft drie doelstellingen:
In de nota zijn de mogelijkheden voor nieuwe hoogbouw onderzocht en vastgelegd. Eén van de gebieden is de zone langs de A13 waar Pauwmolen deel van uitmaakt. De nota maakt onderscheid tussen consolidatiegebieden waar hoogbouw niet wenselijk is en initiatiefgebieden waar dat wel het geval is. De zone langs de A13 is aangemerkt als 'initiatiefgebied, zwakke ruimtelijke structuur'. In initiatiefgebieden is de maximale bouwhoogte 75 meter.
De ontwikkeling van het project Pauwmolen sluit aan bij de uitgangspunten van de Nota Bouwhoogten.
Ruimtelijke Structuurvisie Delft 2030 (2009)
In de structuurvisie "Ontmoetingen met Delft" is de lange termijnvisie op de ruimtelijke ontwikkeling van Delft tot 2030 opgenomen. De structuurvisie gaat uit van een dubbele ruimtelijke strategie: verdichten en vergroenen. De combinatie van verdichting en vergroening vergroot de stedelijke
dynamiek, levendigheid en de groene identiteit van Delft en sluit aan bij de vraag naar groen stedelijk wonen. Verdichting gebeurt onder meer door meervoudig ruimtegebruik en hoogbouw.
De projectlocatie bevindt zich in het Zuidoosten van Delft. Belangrijke speerpunten van de structuurvisie voor dat gebied zijn het transformeren van de TU-wijk van een monofunctionele universiteitswijk naar een gemengd stedelijk milieu voor wonen, werken, onderwijs, onderzoek en recreatie en de verdere ontwikkeling van het Technologisch Innovatieve Complex Delft (TIC). In het zuidoosten van de stad omvat het TIC een complete biotoop van ca. 300 hectare voor technologie en innovatie in de vorm van onderwijs aan de TU en HBO-instellingen, laboratoria en onderzoeksinstituten, startende, groeiende en bloeiende ondernemingen en toeleverende bedrijven. Tegelijkertijd bevat het gebied een aantrekkelijke woonomgeving voor studenten, onderzoekers, kenniswerkers en docenten en anderen die zich in het gebied thuis voelen. De projectlocatie bevindt zich op een bijzonder zichtbare locatie aan de A13, aan de rand van het TIC-gebied. De zone langs de A13 is - zoals te zien is op de afbeelding hieronder - aangemerkt als 'Etalage TIC langs A13'. Het gaat hier om een langgerekt groengebied langs de A13 van waar een betere zichtrelatie dient te worden gemaakt op het TIC door een combinatie van bebouwing en groen langs de randen. Op deze plek kan het TIC zich presenteren aan een openbare weg van nationaal niveau. Het bouwplan Pauwmolen draagt bij aan de Etalage TIC. Er ontstaat een betere zichtrelatie met TIC doordat (studenten)woningen als onderdeel van het TIC zich presenteren aan de A13. De bebouwing van Pauwmolen versterkt de etalage van TIC Delft.
Figuur 6: Pauwmolen als onderdeel van Etalage TIC langs A13 (Structuurvisie)
Figuur 7: Pauwmolen in vogelvlucht (omcirkeld) (Structuurvisie)
In de structuurvisie is voor de projectlocatie uitgegaan van een combinatie van bebouwing en groen. Het project sluit daarbij aan en past in de uitgangspunten van de structuurvisie.
Ecologieplan Delft 2004-2015
De projectlocatie is onderdeel van de gemeentelijke ecologische hoofdstructuur (EHD). Die structuur is vastgelegd in het in 2004 vastgestelde Ecologieplan Delft 2004-2015. De structuur bestaat uit een netwerk van kerngebieden, 'stepping stones' en verbindingen (het netwerk). Het plangebied is onderdeel van de structuur en aangemerkt als 'kerngebied aanwezig groen' en het 'primair netwerk' langs de A13. In de in 2009 vastgestelde Ruimtelijke Structuurvisie is ervoor gekozen om het gebied te ontwikkelen. De Structuurvisie wijst het gebied aan als 'Etalage TIC'. Voor het gebied wordt uitgegaan van een combinatie van groen en bebouwing.
Het Ecologieplan sluit ruimtelijke ontwikkelingen binnen de ecologische structuur niet uit maar verbindt daar voorwaarden aan. De voorwaarden die het Ecologieplan stelt aan ruimtelijke ingrepen in de EHD en het compensatiebeginsel komen aan de orde in paragraaf 5.3.3. In het kader van het bestemmingsplan is nader onderzocht welke natuurwaarden op het terrein ontstaan zijn en welke betekenis het terrein voor de EHD heeft. Uit het onderzoek is gebleken dat het terrein slechts in beperkte mate is ontwikkeld en dat de natuurwaarden beperkt zijn. Door verstoringen en barrières buiten het plangebied kan het gebied niet goed functioneren. De effecten van de ruimtelijke ingreep zijn daardoor beperkt. In het project zijn compenserende maatregelen opgenomen. Daarnaast worden maatregelen getroffen die het functioneren van het gebied en de betekenis voor de EHD verbeteren.
MER
In het MER is ten aanzien van Pauwmolen geconstateerd dat de locatie door de ligging bij de A13 en de ecologische structuur bijzondere opgaven kent. Door de nabijheid van de A13 is de geluidsbelasting hoog. Daarom zijn geluidsmaatregelen - zoals bijvoorbeeld dove gevels - noodzakelijk. Verder dient rekening te worden gehouden met externe veiligheid. Daarnaast kan het project negatieve effecten hebben op de ecologische hoofdstructuur. Het is echter ook mogelijk dat het project positieve effecten op de structuur heeft.
In het MER worden aanbevelingen gedaan voor het project. De ontwikkeling is mogelijk mits voldoende rekening wordt gehouden met de in het MER geconstateerde aandachtspunten.
Het MER wordt besproken in hoofdstuk 5.
Beleid hogere overheden
In zowel de Gebiedsagenda als het Ruimtelijk Structuurplan van Haaglanden neemt de ontwikkeling van de Technologische Innovatiecampus (TIC) een zeer belangrijke plaats in. Enkele thema's in deze beleidsnota's zijn dezelfde als waar dit plan mee aan de slag is gegaan: verdichten (bebouwing en programma als studentenhuisvesting) en vergroenen (ecologische structuur en recreatief groen en water).