Plan: | Verzamelplan Initiatieven en Omissies |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0441.BPSCHVIO-VA01 |
De gemeente biedt de mogelijkheid om verschillende ruimtelijke initiatieven te bundelen in één bestemmingsplan.
Concrete initiatieven mogen in het verzamelplan meedraaien. Om opgenomen te worden in het plan gelden een aantal voorwaarden:
Daarnaast bevat het bestemmingsplan correcties van geconstateerde omissies uit bestaande bestemmingsplannen.
Het plangebied heeft betrekking op de onderstaande locaties.
paragraaf in toelichting | Locatie omissies |
2.1 | Duinroosweg 93 Callantsoog |
2.2 | Kruisweg 4 en 4a Callantsoog |
2.3 | Raadhuisstraat 72 Dirkshorn |
2.4 | Grote Sloot 458 Oudesluis |
2.5 | Grotewallerweg 4 Schagen |
2.6 | Grotewallerweg Schagen |
2.7 | Tjallewallerweg 3 Schagen |
2.8 | Witte Paal 155 Schagen |
2.9 | Grote Sloot 274 Schagerbrug |
2.10 | Grote Sloot 317 en 317a Schagerbrug |
2.11 | Stranden Sint Maartenszee, Callantsoog en Grote Keeten |
2.12 | Molenbiotopen in het buitengebied van Zijpe |
2.13 | Kalverdijk 2b Tuitjenhorn |
2.14 | Kalverdijkerlaantje, ten noorden van nr. 3 Tuitjenhorn |
2.15 | Kalverdijkerlaantje 4 Tuitjenhorn |
2.16 | Hoebelaan Waarland, groengebied |
2.17 | Dorpsstraat 46 Warmenhuizen |
Locatie initiatieven | |
3.1.1 | Belkmerweg 12 Burgerbrug |
3.1.2 | Raadhuisstraat 97 Dirkshorn |
3.1.3 | Grote Sloot 411a Schagerbrug |
3.1.4 | Ruigeweg 76a en 76b Sint Maartensbrug |
3.1.5 | Terpweg ten westen van nr. 2 Tuitjenhorn |
3.1.6 | Slootgaardweg 2e Waarland |
3.1.7 | Slootgaardweg 10 Waarland |
3.1.8 | Weelweg tussen 14 en 18 Waarland |
3.1.9 | Oostwal 128-128a Warmenhuizen |
3.1.10 | Oud Wulpendorp 2 en 4 Warmenhuizen |
3.1.11 | Stationsstraat 22D, E en F Warmenhuizen |
Dit hoofdstuk maakt deel uit van de toelichting van het bestemmingsplan Verzamelplan Initiatieven en Omissies. De toelichting van een bestemmingsplan geeft uitleg over en een onderbouwing van de bestemmingsregeling die in de planregels en op de verbeelding is opgenomen.
Hoofdstuk 2 Correctie van omissies beschrijft de geconstateerde omissies in verschillende bestemmingsplannen en er wordt ingegaan op de correctie.
Hoofdstuk 3 Initiatieven gaat over de verschillende ruimtelijke initiatieven. De huidige bestemming van de locatie en het initiatief wordt beschreven. Vervolgens volgt een onderbouwing en een beschrijving op welke wijze het initiatief planologisch wordt geregeld.
Hoofdstuk 4 Beleidskader beschrijft de beleidskaders.
Hoofdstuk 5 Juridische vormgeving beschrijft de opzet van het bestemmingsplan
Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid gaat in op de uitvoerbaarheid van het plan.
Hoofdstuk 7 Procedure bestemmingsplan beschrijft de planprocedure.
In onderstaande tabel zijn de omissies en de voorgestelde correcties beschreven.
Locatie
Artikel verzamelplan Te wijzigen bestemmingsplan (planregel en/of verbeelding) |
Omschrijving omissie en correctie | |
1 |
Duinroosweg 93 rv1 Callantsoog
Wijziging bestemmingsplan “Petten, 't Zand, Callantsoog, Groote Keeten”, zie Bijlage 1 Verbeelding Duinroosweg 93 Callantsoog |
Op het perceel Duinroosweg 93 rv1 Callantsoog staat een legale zomerwoning. Er ontbreekt een aanduiding "specifieke vorm van wonen - zomerwoning". Deze aanduiding moet alsnog worden aangebracht. |
2 |
Kruisweg 4 en 4a Callantsoog
Wijziging bestemmingsplan “Buitengebied Zijpe”, zie Bijlage 2 Verbeelding Kruisweg 4 en 4a Callantsoog |
Op de percelen Kruisweg 4 en 4a Callantsoog geldt de aanduiding "maximum aantal recreatiewoningen". Dat is op 9 bepaald maar er zijn 10 bestaande recreatiewoningen. Het aantal 9 moet worden gewijzigd naar 10. |
3 |
Raadhuisstraat 72 Dirkshorn
Wijziging bestemmingsplan “Dirkshorn”, zie Bijlage 3 Verbeelding Raadhuisstraat 72 Dirkshorn |
Het perceel Raadhuisstraat 72 Dirkshorn heeft een bedrijfsbestemming maar er is daar een burgerwoning gevestigd. Deze woning dient een woonbestemming te krijgen. |
4 |
Grote Sloot 458 Oudesluis Wijziging bestemmingsplan "Buitengebied Zijpe", zie Bijlage 4 Verbeelding Grote Sloot 458 Oudesluis |
Op het perceel Grote Sloot 458 Oudesluis ligt een reactieve aanwijzing van de provincie omdat de provincie niet kan instemmen met de in het bestemmingsplan 'Buitengebied Zijpe' neergelegde bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aan de achterzijde van het perceel. Op de digitale verbeelding is echter een ander gebied aangegeven aan de zijkant van het perceel. Met verwerking van de provinciale aanwijzing wordt de digitale verbeelding gecorrigeerd. |
5 |
Grotewallerweg 4 Schagen
Wijziging bestemmingsplan “Bedrijventerrein Witte Paal”, zie Bijlage 5 Verbeelding Grotewallerweg 4 Schagen |
Op het perceel Grotewallerweg 4 Schagen is een machinekamer van het bedrijf verschoven. De RRGS en de Risicokaart is aangepast, maar vraagt ook nog aanpassing van de veiligheidszone Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). De contour van de tweede machinekamer ontbreekt. De zones moeten worden aangepast/ toegevoegd. |
6 |
Grotewallerweg Schagen
Wijziging bestemmingsplan “Bedrijventerrein Witte Paal”, zie Bijlage 6 Verbeelding Grotewallerweg Schagen |
Op woonpercelen aan de Grotewallerweg in Schagen is een functieaanduiding "bedrijven tot en met categorie 1" vermeld maar dat is niet opgenomen in de planregels. Deze aanduiding heeft als achtergrond dat in het voorgaande bestemmingsplan op bepaalde percelen tevens lichte, niet publiekgerichte bedrijfs- alsmede beroepsuitoefening aan huis plaatsvond. Deze aanduiding kan vervallen omdat er een algehele regeling voor bedrijfs- en beroepsuitoefening geldt. |
7 |
Tjallewallerweg 3 Schagen
Wijziging bestemmingsplan "Landelijk gebied Schagen", zie Bijlage 7 Verbeelding Tjallewallerweg 3 Schagen |
De voormalige tuinderswoning Tjallewallerweg 3 in Schagen heeft in het geldende bestemmingsplan de bouwaanduiding 'karakteristiek' gekregen. Uit onderzoek en advisering (zie Bijlage 31 Tjallewallerweg 3 Schagen redengevende omschrijving) komt naar voren dat deze aanduiding niet van toepassing is en kan vervallen. |
8 |
Witte Paal 155 Schagen
Wijziging bestemmingsplan “Bedrijventerrein Witte Paal”, zie Bijlage 8 Verbeelding Witte Paal 155 Schagen |
Op het perceel Witte Paal 155 Schagen bevindt zich een legale inpandige bedrijfswoning. Deze woning is niet als aanduiding 'bedrijfswoning' aangeduid. Deze aanduiding moet alsnog worden aangebracht. |
9 |
Grote Sloot 274 Schagerbrug
Wijziging bestemmingsplan “Buitengebied Zijpe”, zie Bijlage Verbeelding Grote Sloot 274 Schagerbrug |
Op dit perceel geldt de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - permanente bollenteelt uitgesloten", maar een puntje aan de voorzijde van het perceel heeft deze aanduiding niet. Deze aanduiding moet alsnog worden aangebracht. Voor het perceel is op 26 juni 2012 een wijzigingsplan voor het vergroten van het agrarisch bouwvlak vastgesteld, maar dit is niet verwerkt in het bestemmingsplan. Het vergrote bouwvlak zal alsnog worden opgenomen. |
10 |
Grote Sloot 317-317A Schagerbrug
Wijziging bestemmingsplan “Dorpen langs de Groote Sloot”, zie Bijlage 10 Verbeelding Grote Sloot 317 en 317a Schagerbrug |
Dit betreft feitelijk geen omissie maar een door tijdsverloop gewijzigde situatie die planologisch aanvaardbaar is. Het perceel Grote Sloot 317-317A heeft de bestemming "dienstverlening" maar is achterhaald en is nu in gebruik als burgerwoning. De locatie krijgt een woonbestemming waarbij binnen het bouwvlak niet meer dan 2 woningen zijn toegestaan. |
11 |
Stranden Sint Maartenszee, Callantsoog en Grote Keeten
Wijziging bestemmingsplan “Buitengebied Zijpe”, zie Bijlage 11 Verbeelding stranden Sint Maartenszee, Callantsoog en Grote Keeten Wijziging planregel artikel 19 Recreatie – Dagrecreatie. In artikel 19.1 wordt letter n. gebouwen geschrapt en de overige letters vernummerd. Zie Artikel 14 Recreatie - Dagrecreatie |
De bebouwing op het strand is toegestaan binnen de aangewezen bouwvlakken voor strandpaviljoens, het aanduidingsvlak voor strandcabines en voor reddingsbrigades. Buiten deze locaties is bebouwing niet gewenst maar dit is onvoldoende in de planregels geborgd. Voor het strand in Petten is dit afdoende geregeld in het bestemmingsplan "Kustzone Petten 2020". |
12 |
Molenbiotopen in het buitengebied van Zijpe
Wijziging bestemmingsplan “Buitengebied Zijpe”, zie Bijlage 12 Verbeelding molenbiotopen Zijpe Wijziging planregel artikel 46.6 onder b, tabel, derde kolom. Zie 49.3 vrijwaringszone - molenbiotoop |
In het bestemmingsplan zijn ter bescherming van traditionele molens, molenbiotopen opgenomen. In de planregels zijn daarvoor beschermende regels opgenomen die voorkomen dat er binnen 100/400 meter vanaf de molen gebouwen en / of beplanting wordt opgericht die ervoor kan zorgen dat de molen minder windvang krijgt. Gebleken is dat de formule in artikel 46, lid 6 onder b. onjuist is. In de formule is de variabele askophoogte opgenomen. In de tabel, met de adressen van molens, worden de zgn. askophoogtes opgesomd. De daaronder genoemde lengtes zijn onjuist, de genoemde lengtes zijn namelijk van de gehele roeden. De kop van de as ligt op het punt waar de roeden kruisen. De askophoogte is dus de halve lengte van de roede. De getallen in de laatste kolom moeten worden gehalveerd. |
13 |
Kalverdijk 2b Tuitjenhorn
Wijziging bestemmingsplan “Tuitjenhorn”, zie Bijlage 13 Verbeelding Kalverdijk 2a Tuitjenhorn |
Voor dit perceel is op 25 augustus 2005 vergunning verleend voor een burgerwoning maar is niet opgenomen in het bestemmingsplan. In het bouwvlak dient een aanduiding 'woning' opgenomen te worden. |
14 |
Kalverdijkerlaantje ten noorden van nr. 3 Tuitjenhorn
Wijziging bestemmingsplan “Landelijk Gebied Harenkarspel”, zie Bijlage 14 Verbeelding Kalverdijkerlaantje ten noorden van nr. 3 Tuitjenhorn |
Ten noorden van het perceel Kalverdijkerlaantje 3 Tuitjenhorn is een strook grond die niet is opgenomen in het bestemmingsplan "Tuitjenhorn" en ook niet in het bestemmingsplan "Landelijk Gebied Harenkarspel". De grond moet worden toegevoegd aan het plangebied "Landelijk Gebied Harenkarspel" en worden bestemd als enkelbestemming "Verkeer" met de dubbelbestemming "Waarde-archeologie 4". |
15 |
Kalverdijkerlaantje 4 Tuitjenhorn
Wijziging bestemmingsplan “Tuitjenhorn”, zie Bijlage 15 Verbeelding Kalverdijkerlaantje 4 Tuitjenhorn |
Het perceel heeft een bedrijfsbestemming met een functieaanduiding "specifieke vorm van bedrijf - timmerwerkfabriek". Dit moet gewijzigd worden naar "Wonen-2" binnen hetzelfde bouwvlak. |
16 |
Hoebelaan Waarland, groengebied
Wijziging bestemmingsplan “Waarland”, zie Bijlage 16 Verbeelding Hoebelaan Waarland, groengebied Wijziging planregel artikel 6 Groen. In artikel 6.1 wordt ingevoegd onder g. een hertenkamp, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “hertenkamp”. De overige letters worden vernummerd. |
De groenpercelen ten zuiden van de Hoebelaan zijn in het bestemmingsplan bestemd als "Groen" en zijn ingericht als hertenkamp. Dit gebruik is niet geregeld in het bestemmingsplan. De gronden dienen een functieaanduiding 'hertenkamp' te krijgen. |
17 |
Dorpsstraat 46 Warmenhuizen
Wijziging bestemmingsplan “Warmenhuizen”, zie Bijlage 17 Verbeelding Dorpsstraat 46 Warmenhuizen |
Het perceel Dorpsstraat 46 Warmenhuizen heeft in het geldende bestemmingsplan een bouwvlak voor één woning. In het voorheen geldende bestemmingsplan bevatte het perceel twee bouwvlakken. Abusievelijk is het 2e bouwvlak niet in het geldende bestemmingsplan meegenomen. Aan het perceel wordt alsnog een bouwvlak voor nog één woning toegevoegd. |
Hieronder zijn de initiatieven, de onderbouwing en de nieuwe planregeling beschreven. Tevens gaan we in op de communicatie met de woonomgeving (participatie).
Het perceel Belkmerweg nabij 12 (kadastraal bekend als gemeente Zijpe, sectie G, nr. 3092) ligt in het bestemmingsplan 'Buitengebied Zijpe'. Het perceel heeft de enkelbestemming 'Agrarisch met waarden' en de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4'. Daarnaast heeft het perceel een gebiedsaanduiding voor weidevogelleefgebied.
De initiatiefnemer, gevestigd met een bedrijf aan de Pettermerweg 25 in Burgerbrug, wil graag een toegangsweg en uitrit realiseren voor privégebruik. Deze toegangsweg ontsluit zich via het achtererf van de buren op de Belkmerweg. Om deze ontwikkeling te verwezenlijken is een stuk grond van de buren gekocht om overpad mogelijk te maken.
Deze aanlegactiviteiten zijn in strijd met het bestemmingsplan. Voor deze activiteiten zijn in 2020 tijdelijke vergunningen verleend voor een periode van 1 jaar.
Het plan leidt niet tot een onevenredige aantasting van:
• de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
• het straat- en bebouwingsbeeld;
• de milieusituatie;
• de verkeersveiligheid.
Met het voorgenomen plan vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
Voor de bereikbaarheid van het perceel moet nog gebruik gemaakt worden van het recht van overpad via het perceel behorende bij Pettemerweg 27 in Burgerbrug. Van dit recht van overpad wordt ook gebruik gemaakt door de eigenaar van Belkmerweg 12 in Burgerbrug. Door een toename van de verkeersbewegingen naar en van deze percelen ontstaan er verkeersproblemen waarbij regelmatig op de openbare weg moet worden geparkeerd. Om de doorstroming van het verkeer te verbeteren is het noodzakelijk om een extra toegang naar het perceel Pettermerweg 25 in Burgerbrug te realiseren.
Met het voorgenomen plan vindt geen onevenredige aantasting plaats van het straat- en bebouwingsbeeld.
De afwijking van het bestemmingsplan leidt er niet toe dat de milieusituatie onevenredig wordt aangetast. Er is sprake van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.
De toegangsweg sluit aan op de doorgaande weg. Met het voorgenomen plan vindt geen onevenredige aantasting plaats van de verkeersveiligheid.
Ten behoeve van de omgevingsvergunningen zijn destijds de nodige onderzoeken gedaan voor het realiseren van de toegangsweg en uitrit.
Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier heeft voor het dempen van een waterloop, het ter compensatie verbreden van een waterloop en het aanbrengen van een uitrit bij Belkmerweg 12 in Burgerbrug op 16 september 2020 een watervergunning verleend.
De bestemming van de Pettemerweg 25 en de naastgelegen grond zijn bestemd als 'Bedrijf'. Het perceel G3092 wordt in de nieuwe situatie gewijzigd van 'Agrarisch met waarden' naar de enkelbestemming 'Bedrijf', zie Bijlage 18 Verbeelding Belkmerweg 12 Burgerbrug. Op grond van die bestemming zijn de aanlegactiviteiten planologisch toegestaan.
De buren van het perceel hebben aan het initiatief meegewerkt door de verkoop van de grond.
Het betreft hier een woning aan de Raadhuisstraat 97 in Dirkshorn. Dit perceel ligt in het bestemmingsplan 'Dirkshorn'. Het perceel heeft de enkelbestemming 'Bedrijf'. Daarnaast ligt er een dubbelbestemming 'Archeologie' over het perceel en beschikt het perceel over een bouwvlak met de functieaanduiding 'bedrijfswoning' en een maatvoering voor maximum bouwhoogte en goothoogte.
Het pand is nu in gebruik als particuliere woning. Dit is in strijd met het bestemmingsplan. De eigenaar van de woning wenst de bestemming te wijzigen naar 'Wonen - 3'. In het bestemmingsplan staat een wijzigingsbevoegdheid, die dit mogelijk maakt.
In het bestemmingsplan worden een aantal voorwaarden voor de wijzigingsbevoegdheid genoemd:
Aan deze voorwaarden wordt voldaan.
De regels van de bestemming 'Wonen - 3' worden van toepassing verklaard. De woning komt in het bestaande gebouw, er zijn geen extra bouwactiviteiten. De bedrijfswoning is nu in gebruik als particuliere woning, er wordt geen woning toegevoegd. De geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten mag niet hoger zijn dan de geldende voorkeursgrenswaarde. De Raadhuisstraat is een 30 kilometerweg, dat betekent dat er niet getoetst hoeft te worden aan de Wet Geluidshinder. Aangezien het gebruik niet verandert en er geen extra bouwmogelijkheden gerealiseerd worden, is een bodemonderzoek niet nodig. Een ecologische quick scan is, aangezien er ruimtelijk en qua gebruik niets verandert, ook niet nodig.
De bestemming moet, conform de wijzigingsbevoegdheid, gewijzigd worden naar 'Wonen - 3, zie Bijlage 19 Verbeelding Raadhuisstraat 97 Dirkshorn. De functieaanduiding 'bedrijfswoning' moet worden verwijderd.
Er is geen participatie uitgevoerd. Het betreft een bestaande situatie.
Het perceel Grote Sloot 411a Schagerbrug heeft in het geldende bestemmingsplan "Buitengebied Zijpe" de bestemming "Agrarisch" en bevat een bouwvlak voor agrarische bebouwing.
Initiatiefnemer wenst het bouwvlak van vorm te veranderen zodat de achter de bestaande loods gelegen mestplaat binnen het bouwvlak wordt gesitueerd. Hierdoor is het mogelijk om hier een overkapping te plaatsen zodat uitspoeling van mest naar omliggende gronden en sloten wordt voorkomen.
De oppervlakte van het bouwvlak zal niet vergroot worden.
Het bestemmingsplan heeft een mogelijkheid om het plan te wijzigen voor het veranderen van de vorm van het bouwvlak. Met dien verstande dat:
- de oppervlakte van het bouwvlak gelijk blijft;
- de vormverandering van het bouwvlak milieuhygiënisch inpasbaar is.
De gewenste situatie voldoet aan de voorwaarden voor toepassing van de wijzigingsbevoegdheid.
Er zijn geen onderzoeken aangeleverd. De huidige bestemming wijzigt niet en er zijn geen directe buren daarom is afgezien van bodemonderzoek en akoestisch onderzoek. Het huidige gebruik is grasland. Indien gebouwd gaat worden zal verkennend onderzoek natuur uitgevoerd moeten worden en wellicht andere onderzoeken.
De verbeelding moet worden aangepast waarbij de vorm van het bouwvlak wordt gewijzigd, zie Bijlage 20 Verbeelding Grote Sloot 411a Schagerbrug.
Gewenste gewijzigde situatie
De initiatiefnemer heeft met de directe buren overleg gevoerd over het initiatief. De buren hebben schriftelijk aangegeven geen bezwaren te hebben tegen de vormwijziging.
De percelen Ruigeweg 76a en 76b Sint Maartensbrug liggen buiten de bebouwde kom. Volgens het geldende bestemmingsplan "Buitengebied Zijpe" hebben de percelen de bestemming "Agrarisch" met de aanduiding 'specifieke vorm van wonen-zomerwoning'. Ter plaatse is een zomerwoning toegestaan i.e. een gebouw hoofdzakelijk op het achtererfgebied van een (bedrijfs)woning dat uitsluitend is bestemd om voor één persoon/gezin of andere groep van personen, die zijn/hun hoofdverblijf elders heeft/hebben, tot recreatieverblijf te dienen. De woningen staan niet op het achtererf van een woning en worden als hoofdverblijf permanent bewoond.
De initiatiefnemers verzoeken om wijziging van deze bestemming in de bestemming 'Wonen'.
Van agrarische activiteiten is op deze gronden sinds de oplevering van de panden in 2002 geen sprake meer. De panden zijn opgeleverd met inachtneming van de destijds geldende eisen voor een reguliere woning en sindsdien ook daadwerkelijk als zodanig in gebruik.
De woningen zijn destijds gebouwd op een perceel met een agrarische bestemming. Een perceel dat gezien de grootte vooral geschikt was voor bijgebouwen, dus niet direct om in gebruik te nemen als akkerland of weidegebied. De woningen maken geen deel uit van een groter recreatiepark, maar staan vanaf het begin af aan als zelfstandige woningen in lijn met de andere woningen aan de Ruigeweg met een groensingel langs de weg. Indertijd is ervoor gekozen om de bestemmingswijziging niet mee te nemen in het thans geldende bestemmingsplan, omdat dit bestemmingsplan vooral conserverend van aard was. Het is logisch dat deze woningen nu een woonbestemming krijgen.
Volgens provinciaal beleid is het niet mogelijk om nieuwe woningen in het buitengebied toe te voegen, behalve wanneer het gaat om een functieverandering van agrarisch bedrijf. Daar kunnen deze twee woningen onder worden geschaard.
Het plan sluit aan op de omgeving met twee woningen die passend is binnen het bestaande straatbeeld. Bij de situering van de woningen is rekening gehouden met de bestaande voorgevelrooilijn
De percelen krijgen een woonbestemming volgens de planregeling uit het geldende bestemmingsplan, zie Bijlage 21 Verbeelding Ruigeweg 76a en 76b Sint Maartensbrug.
Aangezien de panden sinds 2002 als woningen in gebruik zijn en er sindsdien geen klachten van omwonenden zijn binnengekomen, zal deze bestemmingswijziging geen impact hebben op de omgeving. De omwonenden zijn geïnformeerd en hebben bovendien schriftelijk aangegeven geen bezwaar te hebben tegen deze bestemmingswijziging.
Het betreft een onbebouwd perceel aan de Terpweg ten westen van nr. 2 te Tuitjenhorn (kad. HRK 5183). Het perceel heeft in het geldende bestemmingsplan 'Tuitjenhorn' de bestemming “Agrarisch – Cultuurgrond” met de dubbelbestemming “Waarde – Archeologie 3”.
Initiatiefnemer heeft het plan ingediend om op dit perceel een woning te bouwen dat in strijd is met deze bestemming.
De kavel is aansluitend op de woonbebouwing. Op het achterste/noordelijke deel van het perceel ligt deels een agrarische bouwvlak voor agrarische bebouwing. Verder helpt elke woning bij het oplossen van de woningnood.
Voor het initiatief zijn onderzoeken uitgevoerd, zie, Bijlage 22 Onderzoeken Terpweg Tuitjenhorn.
Uit de toetsing is gebleken dat de onderdelen bodem, geluid, natuur en stikstof de uitvoering van het project niet in de weg staan.
Het perceel wordt gewijzigd naar de bestemming "Wonen" en wordt voorzien van een bouwvlak, zie Bijlage 23 Verbeelding Terpweg ten westen van nr. 2 Tuitjenhorn.
De initiatiefnemer heeft met de omwonende belanghebbende overleg gevoerd over het initiatief. Een aantal bewoners van aangrenzende percelen had aangegeven bezwaar te hebben tegen het initiatief. Initiatiefnemer heeft daarom het bouwvlak verplaatst zodat deze niet direct grenst aan de percelen van bezwaarmakers. Ook na aanpassing van het bouwvlak hebben deze bewoners aangegeven nog steeds bezwaren te hebben tegen het initiatief.
Het perceel Slootgaardweg 2e Waarland heeft in het geldende bestemmingsplan "Landelijk Gebied Harenkarspel" de bestemming "Wonen". Aan de zij- en achterzijde zijn de gronden bestemd als "Agrarisch" (kadastrale percelen 2598, 3404 en 3407). Perceel 2598 is in 2007 aangekocht en maakt sindsdien deel uit van de woonkavel. De percelen 3404 en 3407 zijn nu ook aangekocht met de bedoeling om de bestaande garage/schuur uit te breiden en ter plaatse een veranda te realiseren. De overige grond wordt als siertuin ingericht.
De voorgenomen ontwikkeling is passend bij het beeld van een groot aantal woonpercelen in het buitengebied en betekent feitelijk het voortzetten van een bestaande situatie.
Wel moet bij de realisatie van ruimtelijke ontwikkelingen rekening worden gehouden met een goed woon- en leefklimaat ter plaatse. Het vergroten van de tuin betekent in absolute zin een verbetering, omdat er tussen het bijgebouw en de als agrarisch in gebruik blijvende gronden een grotere afstand ontstaat.
Echter, de betreffende agrariër kan door het initiatief in zijn bedrijfsuitoefening worden belemmerd (o.a. gebruik gewasbeschermingsmiddelen). In dit specifieke geval heeft de betreffende agrariër er zelf voor gekozen om de grond te verkopen.
Voor zgn. spuitzones gelden geen wettelijke regels. Op basis van vaste jurisprudentie geldt voor spuitzones een richtafstand van 50 m tot een woon- of tuinbestemming. Op grond van onderzoek naar de plaatselijke situatie kan van genoemde afstandsmaat worden afgeweken.
Aangezien de woning al de bestemming 'Wonen' heeft en met het initiatief enkel de realisatie van tuin en garage/ schuur met de bestemming 'Wonen' mogelijk wordt gemaakt is het niet nodig om een locatie specifiek onderzoek naar de spuitzone uit te laten uitvoeren.
De agrarisch bestemde gronden die aan de woonkavel worden toegevoegd krijgen de bestemming 'Wonen' met de planregeling uit het geldende bestemmingsplan, zie Bijlage 24 Verbeelding Slootgaardweg 2e Waarland.
De woonomgeving is op de hoogte. De betrokken agrariër heeft de gronden ten behoeve van dit plan aan initiatiefnemer verkocht.
Het perceel ligt in het geldende bestemmingsplan ""Landelijk gebied Harenkarspel" en heeft de bestemming 'Agrarisch met Waarden'.
Initiatiefnemer wenst het verplaatsen van een schapenschuur. Het initiatief is in strijd met het geldende bestemmingsplan. De gronden zijn bestemd voor de uitoefening van volwaardige agrarische bedrijven met een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering. Er is geen sprake van een volwaardig agrarisch bedrijf. Initiatiefnemer hoedt schapen in deeltijd. Verder mogen op grond van artikel 3.2 onder a van de planregels de bedrijfsgebouwen uitsluitend binnen een agrarisch bouwvlak gebouwd worden. De schapenschuur is geprojecteerd buiten een bouwvlak. Van de wijzigingsbevoegdheid voor het aanwijzen van een bouwvlak kan geen gebruik gemaakt worden omdat het bedrijf niet volwaardig is.
Aan het initiatief kan worden meegewerkt omdat:
De huidige bestemming wijzigt niet en er zijn geen directe buren. Er is daarom afgezien van bodemonderzoek en akoestisch onderzoek. Het huidige gebruik is grasland. Indien gebouwd gaat worden zal verkennend onderzoek natuur uitgevoerd moeten worden en wellicht andere onderzoeken.
Gewenste gewijzigde situatie (bestaande locatie, perceel 2274, nieuwe locatie, perceel2271)
Op de bestaande locatie zal de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden – veldschuur' worden verwijderd. Deze wordt op de nieuwe locatie vermeld, zie Bijlage 25 Verbeelding Slootgaardweg 10 Waarland.
De initiatiefnemer heeft geen directe buren. Daarom is afgezien van participatie.
Het perceel is onbebouwd en ligt in de lintbebouwing tussen Weelweg 14 en 18 te Waarland. In het geldende bestemmingsplan "Waarland" heeft het perceel de bestemming 'Agrarisch'.
Initiatiefnemer wenst op het perceel een woning te bouwen. Dit is in strijd met het bestemmingsplan.
Het gaat om de invulling van een open stuk tussen de bebouwing in Waarland. Feitelijk wordt er gevraagd of het bestaande tussenkavel benut kan worden door een woning met de dan daarbij behorende gebruiksmogelijkheden voor een extra huishouden. De locatie ligt in bebouwd gebied waar in het verleden al planvorming met woningbouw beoogd was. De beoogde maat- en schaalgrootte kan passend in de omgeving zijn. Opvallend is ook dat de huisnummer toewijzing tussen de naastgelegen kavels met een stap verspringt.
Het perceel is recent al langere tijd in eigendom van aanvrager. Het perceel heeft een relatief groot oppervlak waar solitair een woonerf met hoofdgebouw (ca 75m2) en een relatief groot bijgebouw (ca 110m2) op staan. De aanwezige schuur is door de centrale positionering op het erf en omvang afwijkend op een woonperceel te noemen, mede door de ligging naast het weideveld is het passend in het straatbeeld. Het perceel heeft een relatief grote diepte en door de bestaande geleding met een woonperceel is de beoogde kavelbreedte vergelijkbaar met de naastgelegen kavels in deze straat.
Binnen de bebouwingsritmiek wordt voorzien in een invulling waarbij het straatbeeld niet onevenredig aangetast wordt. Uitgangspunt is dat de naastliggende schuur overeenkomstig de bestemming wordt vervangen door een vrijstaande woning. De restende weidegrond zal worden uitgegeven aan één of beide nieuwe woningen. De inpassing van de nieuwe woning vindt plaats binnen de ritmiek van de bestaande bebouwing langs de Weelweg.
Op het perceelsgedeelte tussen de schuur en de woning van nr. 14 wordt een nieuw bestemmingsvlak gelegd met de bestemming `wonen-3`. Het bestemmingsvlak heeft een diepte van 50 meter vanaf de voorgevelrooilijn van de woning op nr. 18. Binnen dit bestemmingsvlak wordt een bouwvlak gesitueerd, aan weerszijde op minimaal 3 meter uit de zijdelingse erfgrens. Het bouwvlak ligt op 7,5 meter vanaf de wegkant van de Weelweg en krijgt een breedte van 7 meter en een diepte van 11 meter waarbinnen een nieuwe woning kan worden gerealiseerd. De nieuwe woning krijgt een maximale goothoogte en nokhoogte van respectievelijk 7 en 10 meter. De woning dient een minimale dakhelling van 30 graden te krijgen.
Er is een quickscan omgevingsaspecten uitgevoerd, zie bijlage Bijlage 32 Quickscan omgevingsfactoren Weelweg tussen nr. 14 en 18 Waarland
De bestemming 'Agrarisch' moet worden gewijzigd naar 'Wonen' en worden voorzien van een bouwvlak, zie Bijlage 26 Verbeelding Weelweg tussen nrs. 14 en 18 Waarland.
De initiatiefnemer heeft met de directe buren overleg gevoerd over het initiatief. De buren hebben schriftelijk aangegeven geen bezwaren te hebben.
Het perceel Oostwal 128 Warmenhuizen is een diep perceel en bevat één woning. In het geldende bestemminsplan 'Warmerhuizen' heeft het perceel de bestemming 'Wonen-1'en de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' en is voorzien van een bouwvlak voor één woning.
Initiatiefnemer heeft een plan ingediend om aan de achterzijde nog een woning toe te voegen.
Gewenste gewijzigde situatie
Het betreft de bouw van een woning op het (grote) achtererf van de bestaande woning. Met de gevraagde situering ontstaat een cluster van vier woningen: Dorpsstraat 2 en 4 en Oostwal 128/128a. Er is sprake van 2e lijn bebouwing: destijds is bij de sanering van de bedrijfsbebouwing van bouwbedrijf Pronk tot deze invulling aan de Dorpsstraat gekomen. Die invulling was mede gebaseerd op een vormgeving van de woning op het achtererf gebaseerd op een uitstraling/vormgeving als bijgebouw.
In de kern Warmenhuizen en dan men name langs de oude linten is er vaker sprake van 'wonen achter wonen', meestal gebaseerd op een historische ontwikkeling waar effectief met de beschikbare (droge) gronden werd omgegaan. Gelet op die bebouwingspatronen en de daarbij aanwezige bouwdieptes ten opzichte van het lint betreft het een passende invulling. Doorzicht naar de landschappelijk belangrijke open ruimte tussen Oostwal en de Fuik blijft mogelijk. Gelet op de geschakelde volumes als bijgebouwen met het 'hoofdvolume' achter de bestaande woning ontstaat een aantrekkelijk ensemble. Aandacht is nodig voor de situering aan de noordzijde: hier past enige afstand tot het weiland (zie bij Dorpsstraat 4).
Het betreft een invulling als onderdeel en afronding van een cluster woningen. In de bebouwingsstructuur van het historische lint is het een passende invulling met als uitgangspunt dat het geschakelde hoofdvolume wordt vormgegeven als/geïnspireerd op die van 'bijgebouwen' en er enige afstand wordt gehouden naar de open ruimte.
De volgende onderzoeken zijn uitgevoerd.
Zie Bijlage 27 Notitie milieu- en omgevingsaspecten Oostwal 128 Warmenhuizen.
Uit de onderzoeken is gebleken dat het plan uitvoerbaar is.
Aan de achterzijde van het perceel wordt een nieuw bouwvlak voor 1 woning toegevoegd (zie situatie onder 3.1.9.1 en Bijlage 28 Verbeelding Oostwal 128 Warmenhuizen.
De initiatiefnemer heeft met de omwonenden/ belanghebbenden overleg gevoerd over het initiatief. De directe buren hebben aangegeven dat zij mogelijk bezwaar indienen tegen het plan. Overige buren hebben geen problemen met de bouw van een extra woning. Er is een participatieverslag ingediend.
Het pand aan Oud Wulpendorp 2 in Warmenhuizen heeft jarenlang dienst gedaan als schoolgebouw. Na realisatie van een brede school en kinderopvang aan de Doorbraak in Warmenhuizen is het pand leeg komen te staan en heeft de gemeente besloten dit te verkopen met de toezegging medewerking te verlenen aan een woonfunctie als daar door de bieder om wordt verzocht. Het perceel heeft in het geldende bestemmingsplan "Warmenhuizen" de enkelbestemming "Maatschappelijk" met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie 3".
Voor de ontwikkeling naar 'Wonen' is in 2016 een omgevingsvergunning verleend waarbij een planologische procedure is gevoerd om van het bestemmingsplan af te wijken. Het perceel is in gebruik genomen als dubbelwoonhuis met de huisnummers 2 en 4.
Met het voorliggende plan wordt de bestaande situatie planologisch geregeld.
De wijziging naar een woonbestemming leidt niet tot een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en er is ook geen aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld.
Er is eveneens geen aantasting van de sociale veiligheid en de verkeersveiligheid en geen onevenredige aantasting van de milieusituatie. De omliggende percelen hebben allemaal een woonbestemming. Het toekomstig gebruik als 'wonen' leidt niet tot een slechtere milieusituatie dan het gebruik als 'onderwijs'.
Gezien de bestaande situatie zijn er geen onderzoeken uitgevoerd.
De percelen krijgen de bestemming 'Wonen-1' conform de planregeling uit het geldende bestemmingsplan, zie Bijlage 29 Verbeelding Oud Wulpendorp 2 en 4 Warmenhuizen.
Er heeft geen participatie plaatsgevonden. Het gaat om een bestaande situatie die lanologisch wordt ingepast.
Het gaat hier om een café. Het perceel ligt in het geldende bestemmingsplan 'Bedrijventerreinen' en heeft de bestemming 'Bedrijventerrein', met daarbij een aantal functieaanduidingen. Eén van deze aanduidingen is de functieaanduiding 'horeca van categorie 2'. Het is dus toegestaan om op deze locatie een café te hebben.
Initiatiefnemer en eigenaar wil een microbrouwerij op deze locatie. In deze brouwerij wordt maximaal 10.000 liter bier per jaar geproduceerd. Dit is in strijd met het bestemmingsplan.
Op 1 december 2020 is er een omgevingsvergunning verleend, waarmee voor een periode van vijf jaar de microbrouwerij is toegestaan. Ook heeft de initiatiefnemer op 5 februari 2020 een milieumelding gedaan bij de Omgevingsdienst. Deze milieumelding was voor een installatie waar maximaal 75.000.000 liter bier mee gebrouwen kan worden. Dit valt onder artikel 2.2a, onder d van het Bor. De voorgenomen activiteit valt onder onderdeel D, categorie D37.1 van de bijlagen behorende bij het Besluit Milieueffectrapportage. De drempelwaarden van kolom 2 worden niet overschreden. Dat betekent dat er een vormvrije m.e.r.-beoordeling moet worden gedaan. In het kader van de omgevingsvergunning is deze beoordeling gedaan. De conclusie is dat er geen MER hoeft te worden opgesteld.
In het kader van de omgevingsvergunning is er onderzoek gedaan naar de milieusituatie.
Het perceel ligt in een gemengd gebied. In het gebied zijn andere bedrijven, woningen en infrastructuur aanwezig. Dat betekent dat bij een categorie 2-bedrijf, de maximale categorie hier toegestaan, er een richtafstand van 10 meter is tussen het bedrijf en naastgelegen woningen. Hier wordt niet aan voldaan. Met de onderzoeken is in de omgevingsvergunning echter aangetoond dat, in afwijking van de richtafstanden van de VNG-brochure, een microbrouwerij passend is in de omgeving.
De bestemming in het bestemmingsplan 'Bedrijventerreinen' blijft ongewijzigd. Er moet een functieaanduiding 'microbrouwerij' worden toegevoegd, zie Bijlage 30 Verbeelding Stationsstraat 22D, E en F Warmenhuizen. Op deze manier kan een kleine bierbrouwerij worden toegestaan.
Initiatiefnemer heeft buurtbewoners benaderd om zijn plannen toe te lichten. De buurtbewoners reageerden enthousiast en hebben aangegeven geen problemen met dit initiatief te hebben.
In dit hoofdstuk wordt het algemene ruimtelijke beleidskader weergegeven. De paragrafen bevatten samenvattingen van relevante beleidsstukken van het Rijk, de provincie, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) en de gemeente.
Onderdeel van de Omgevingswet is een visie op de leefomgeving: de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Met de NOVI neemt het Rijk het voortouw voor een langetermijnvisie op de toekomst en de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving van Nederland. De NOVI richt zich op de volgende vier prioriteiten die onderling veel met elkaar te maken hebben en gevolgen hebben voor het inrichten van
de fysieke leefomgeving:
In de NOVI staan de keuzes op nationaal niveau, maar in veel gevallen ligt de verantwoordelijkheid bij gemeenten en/of provincies. Op basis van drie uitgangspunten helpt de NOVI bij het wegen van belangen en het maken van keuzes:
De nationale belangen zijn geborgd in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro). Het gaat bijvoorbeeld om rijksvaarwegen, defensie, ecologische hoofdstructuur, erfgoederen van uitzonderlijke universele waarde, hoofdwegen en hoofdspoorwegen, elektriciteitsvoorziening, buisleidingen van nationaal belang voor vervoer van gevaarlijke stoffen en primaire waterkeringen.
Door de nationale belangen vooraf in bestemmingsplannen te borgen, wordt met het Barro bijgedragen aan versnelling van de besluitvorming bij ruimtelijke ontwikkelingen en vermindering van de bestuurlijke drukte.
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de Novi.
De 'ladder voor duurzame verstedelijking' is in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR)
geïntroduceerd en vastgelegd als procesvereiste in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro).
Artikel 3.1.6. lid 2 Bro schrijft voor dat de onderbouwing van een ruimtelijk plan, waar een
nieuwe stedelijke ontwikkeling mee mogelijk wordt gemaakt, aan de Ladder moet
voldoen. Per 1 juli 2017 is een vereenvoudigde Ladder van toepassing. De tekst uit het Bro
luidt als volgt: ''De toelichting van een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke
ontwikkeling mogelijk maakt, bevat een beschrijving van de behoefte aan de
voorgenomen stedelijke ontwikkeling. Indien blijkt dat de stedelijke ontwikkeling niet binnen
het bestaand stedelijk gebied kan worden voorzien, bevat de toelichting een motivering
daarvan en een beschrijving van de mogelijkheid om in die behoefte te voorzien op de
gekozen locatie buiten het bestaand stedelijk gebied'.
Het bestemmingsplan voorziet niet in nieuwe stedelijke ontwikkelingen, zodat de ladder niet
van toepassing is.
Het vastgestelde Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) borgt een aantal van
de nationale ruimtelijke belangen uit de Novi en voormalige PKB's in regelgeving.
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met het Barro.
Op 19 november 2018 is door Provinciale Staten van Noord-Holland de Omgevingsvisie NH2050 vastgesteld.
De hoofdambitie binnen deze visie is om de leefomgeving af te stemmen op de economische groei. Er wordt uitgegaan van de sturingsfilosofie 'lokaal wat kan, regionaal wat moet'.
Belangrijk hierbij zijn de ambities voor:
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de Omgevingsvisie NH 2050.
De Provinciale Omgevingsverordening is vastgesteld op 22 oktober 2020 door Provinciale Staten en is in werking getreden per 16 november 2020. De verordening schrijft voor waaraan de inhoud van (gemeentelijke) ruimtelijke plannen moet voldoen.
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de verordening.
Samen met de Provinciale Omgevingsvisie en de Provinciale Omgevingsverordening is door de provincie de Leidraad Landschap en Cultuurhistorie vastgesteld. Hierin geeft de provincie aan op welke wijze in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden met de
ontwikkelingsgeschiedenis, de bebouwingskarakteristiek en de inpassing in de wijdere
omgeving. Het basisuitgangspunt daarbij is 'behoud door ontwikkeling'.
In de Leidraad worden de te behouden karakteristieken vastgelegd. Schagen ligt in het Oude Zeekleilandschap, dat wordt gekenmerkt door een open landschap, waarin klein reliëf van de voormalige getijdengebied (onder meer kreken, kreekruggen) nog zichtbaar is. De
Westfriese Omringdijk, die ten noorden en westen van Schagen loopt, vormt daarvan de
begrenzing. Bij Schagen worden onder meer de terpen en het 'kadetjesland' als waardevolle
cultuurhistorische elementen benoemd.
De verschillende initiatieven zijn in overeenstemming met de Leidraad.
Het beleid van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) tot 2021 is verwoord in het Waterprogramma. De verwachte klimaatsverandering is medebepalend voor het beleid van HHNK. Het beleid anticipeert op de voorspelde wateroverlast, droogte en verhoogde overstromingsrisico's. Het doel van het beleid van HHNK is om ook de komende decennia van Noord-Holland boven het Noordzeekanaal een veilige en leefbare woonomgeving te houden. Dit hoofddoel is vierledig:
De initiatieven zijn in overeenstemming met het Waterprogramma.
De Keur heeft tot doel om waterstaatkundige objecten te beschermen. Het beleid zoals
verwoord in de WBP 4 geeft richting gaan de uitvoering van de Keur. In verband met de
inwerkingtreding van de Waterwet 2009 is de Keur van het Hoogheemraadschap Hollands
Noorderkwartier aangepast en opnieuw vastgesteld.
De initiatieven zijn in overeenstemming met de Keur.
In de Omgevingsvisie laten we zien wat we belangrijk vinden voor de omgeving waarin we wonen, werken en waarin we onze vrije tijd doorbrengen. Het is een visie op hoofdlijnen gericht op onze toekomst.
Met onze Omgevingsvisie nodigen we iedereen uit om bij te dragen aan de ontwikkeling van onze gemeente; aan Schagen een gastvrije, gezinsvriendelijke Hollandse Kustgemeente.
Onze visie bestaat uit 8 speerpunten, een visiekaart en een waardenkaart. Daar staat waar de gemeente op in wil zetten en welke waarden we willen behouden.
De 8 speerpunten:
In 2040 is de gemeente Schagen:
In de speerpunten staan veel belangrijke doelen. Als we een plan maken houden we zoveel
mogelijk rekening met deze doelen. Of we nu een woonbuurt of straat inrichten. Het is het mooist als we aan zoveel mogelijk doelen kunnen voldoen.
De visiekaart
De waardenkaart
Het is belangrijk dat toekomstige plannen goed aansluiten bij de waarden. Er zijn waarden geformuleerd ten aazien van de volgende gebieden:
De Omgevingsvisie is op hoofdlijnen. Het is goed mogelijk dat er voor deelgebieden of kernen uitwerkingen komen. Ook kijken we om de twee jaar of de Omgevingsvisie op een of meer onderdelen moet worden aangepast en/of aangevuld.
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de Omgevingsvisie.
De gemeente Schagen hanteert voor haar welstandbeleid de 'Reisgids voor ruimtelijke
kwaliteit'.
Naast algemene welstandscriteria en sneltoetscriteria voor kleine bouwplannen zijn er
gebiedsgerichte criteria bepaald, o.a. voor het gebied 'Werkgebied'. Voor die gebieden
geldt een regulier welstandsniveau waarbij meer aandacht gevraagd wordt voor de
randen van de bedrijventerreinen en in het zicht gelegen bedrijfsgebouwen. Aantrekkelijke
werkgebieden zijn van belang voor de gemeente Schagen. Samenhang tussen
bedrijfspanden met een individuele herkenbaarheid is gewenst.
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met dit beleid.
Verschillende ruimtelijke initiatieven worden met voorliggend bestemmingsplan gebundeld in één bestemmingsplan. Deze initiatieven worden in Hoofdstuk 3 beschreven. Daarnaast bevat het bestemmingsplan correcties van geconstateerde omissies uit bestaande bestemmingsplannen, welke in Hoofdstuk 2 worden beschreven.
Dit bestemmingsplan is opgebouwd uit een toelichting, regels en verbeelding. De regels en verbeelding zijn de juridisch bindende onderdelen van het bestemmingsplan en de toelichting vormt de uitleg en onderbouwing van de in de verbeelding en regels vastgelegde mogelijkheden, verplichtingen en verboden. De toelichting behoort niet tot het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan en heeft daarom geen directe rechtskracht. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast.
Het digitale bestemmingsplan Verzamelplan Initiatieven en Omissies is de verzameling geometrisch bepaalde planobjecten, vervat in een GML-bestand (NL.IMRO.0441.BPSCHVIO-VO01) met bijbehorende regels. Het bestemmingsplan gaat uit van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012 (SVBP). Het is via elektronische weg uitwisselbaar en raadpleegbaar via de website www.ruimtelijkeplannen.nl.
De digitale versie van het bestemmingsplan gaat boven de analoge versie. De analoge verbeeldingen zijn als bijlagen bij de toelichting gevoegd.
De regels zijn gegroepeerd in vier hoofdstukken:
In dit hoofdstuk zijn de regels opgenomen die van belang zijn voor een juiste interpretatie van begrippen en bepalingen die in de overige regels zijn opgenomen;
In dit hoofdstuk is in de regels per bestemming opgenomen welk gebruik is toegestaan en welke bouwmogelijkheden er zijn. Deze regels zijn conserverend overgenomen uit het moederplan, aangevuld met de wijzigingen vanuit het Paraplu-omgevingsplan, 1e tranche;
In dit hoofdstuk zijn de algemene regels opgenomen die gelden voor alle bestemmingen en andere onderdelen van het bestemmingsplan. Het gaat onder ander om algemene gebruiks(on)mogelijkheden en afwijkings- en wijzigingsmogelijkheden;
In het laatste hoofdstuk staat, naast enkele algemene slotbepalingen, opgenomen welk overgangsrecht geldt ten aanzien van het bestaand gebruik en bebouwing.
Het verzamelplan voorziet slechts in ondergeschikte veranderingen in het plangebied. Het herstelt in hoofdzaak slechts onvolkomenheden in andere bestemmingsplannen. Voor de initiatieven waar onderzoeken benodigd zijn naar de effecten op de milieu- en omgevingsaspecten is dit in Hoofdstuk 3 Initiatieven bij de desbetreffende initiatieven meegenomen. Vanwege deze ondergeschikte wijzigingen is er geen sprake van effecten op de milieu- en omgevingsaspecten. Bij de aanvraag van omgevingsvergunning worden de benodigde milieu- en omgevingsaspecten altijd in acht genomen.
Voor de in dit bestemmingsplan opgenomen initiatieven hebben initiatiefnemers - voor zover van toepassing - participatie met overige belanghebbenden uitgevoerd.
Het voorontwerp is voor een reactie gestuurd naar betrokkenen. Er zijn reacties ontvangen en die zijn zo mogelijk verwerkt in het ontwerp, zie Bijlage 33 Reacties en beantwoording voorontwerp.
De kosten voor het opstellen van dit plan komen voor rekening van de gemeente.
Met initiatiefnemers zijn anterieure overeenkomsten gesloten om een gedeelte van de plankosten te betalen en voor het verhalen van eventuele planschadekosten.
Het bestemmingsplan heeft de wettelijke procedure doorlopen. Het voorontwerp is op basis van het wettelijk vooroverleg ex artikel 3.1.1 Besluit ruimtelijke ordening (Bro) toegestuurd aan de verschillende (semi)overheden. Er zijn geen reacties ontvangen.
Het college van burgemeester en wethouders heeft het ontwerpbestemmingsplan vrijgegeven voor ter inzagelegging volgens artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Er is één zienswijze ontvangen. De zienswijze is van commentaar voorzien en verwerkt in het plan. Daarnaast zijn er ambtshalve wijzigingen uitgevoerd.
Het bovenstaande is beschreven in de "Nota zienswijze en ambtshalve wijzigingen ontwerpbestemmingsplan Verzamelplan Initiatieven en Omisies", Bijlage 34 van de plantoelichting.
Het door de raad vastgestelde bestemmingsplan zal zes weken ter inzage worden gelegd (aanvang beroepstermijn). Op het raadsbesluit en het bestemmingsplan is beroep mogelijk bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.