direct naar inhoud van 2.9 Archeologie
Plan: Oosterzee - Gietersebrug
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0082.000500-0004

2.9 Archeologie

Ingevolge het "Verdrag van Malta" is het noodzakelijk om te bezien of in het plangebied sprake is van te verwachten oudheidkundige waarden. De Archeologische Monumentenkaart (AMK) geeft een overzicht van alle bekende behoudenswaardige archeologische terreinen in Nederland. Daarnaast geeft de Inventarisatie Kaart Archeologische Waarden (IKAW) een globaal overzicht van de mate waarin archeologische resten in een gebied kunnen worden aangetroffen. In Oosterzee - Gietersebrug zijn volgens deze kaarten geen archeologische vindplaatsen bekend of te verwachten. De IKAW wordt niet als toetsingskaart gebruikt, omdat in opdracht van de gemeente een verdiepingsslag is uitgevoerd.

Verder is er informatie beschikbaar van de Friese Archeologische MonumentenKaart Extra (FAMKE). De provincie heeft hiervoor samen met het rijk de Friese archeologische terreinen geïnventariseerd en in kaart gebracht (Bijlage 6 FAMKE advieskaart steentijd - bronstijd en Bijlage 5 FAMKE advieskaart ijzertijd - middeleeuwen). Het zijn dynamische kaarten, waar telkens nieuw ontdekte terreinen aan toegevoegd kunnen worden. Het grootste deel van het plangebied is op Bijlage 6 FAMKE advieskaart steentijd - bronstijd aangegeven als een gebied waar zich op enige diepte archeologische lagen kunnen bevinden uit de steentijd, die zijn afgedekt door een veen- of kleidek. Mochten zich hier archeologisch resten bevinden, dan zijn deze waarschijnlijk goed van kwaliteit. De provincie beveelt daarom aan om bij ingrepen van meer dan 5.000 m² een karterend (boor)onderzoek uit te laten voeren.

In de periode 2002-2004 is door Archeologisch Adviesbureau RAAP een inventariserend archeologisch en cultuurhistorisch onderzoek uitgevoerd in de gemeente Lemsterland. Op basis hiervan is een archeologische verwachtingskaart voor de periode Steentijd tot en met Vroege Bronstijd en een archeologische kwetsbaarheidskaart gemaakt. De locatie waar een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen voor twee woningen en bedrijfsloodsen heeft een hoge verwachting. Deze kaart is een verfijning van FAMKE. Het is in hoofdzaak gebaseerd op de analyse van landschappelijke en bodemkundige kenmerken van bekende vindplaatsen en geeft een indruk van de verwachte vindplaatsdichtheid.

Voor het terrein aan het Sluispad is op 3 december 2002 door Archeologisch Adviesbureau RAAP een apart inventariserend onderzoek uitgevoerd (Bijlage 7 Archeologie RAAP) voor de uitkomsten van dit onderzoek wordt verwezen naar de toelichting van het bestemmingsplan Sluispad 2005.

Door archeologisch onderzoeks- en adviesbureau de Steekproef (Bijlage 8 Inventariserend Archeologisch onderzoek) is een inventariserend archeologisch onderzoek uitgevoerd ter plaatse van de uitbreiding aan de westzijde van de kern en de wijzigingsbevoegdheid voor twee woningen en bedrijfsloodsen aan de Herenweg 88. Voor onderhavig plan is alleen laatstgenoemde locatie van belang, nu voor de uitbreiding aan de westzijde een separaat bestemmingsplan wordt opgesteld.

De kern Oosterzee-Gietersebrug ligt in een veengebied. Onder het veenpakket is zand aanwezig. Twee kilometer zuidoostelijk van Echten zijn op een hoger gelegen deel van dat zand houtskool en bewerkt vuursteen gevonden. Bij het veldonderzoek dat eind augustus 2007 heeft plaatsgevonden is een zandkop gevonden op de locaties waar in het plan een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen voor twee woningen en bedrijfsloodsen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0082.000500-0004_0003.jpg"

Op deze zandkop zijn houtskoolbrokjes aangetroffen. Mogelijk is dit houtskool het gevolg van menselijke activiteiten in de prehistorie. De zandkop is niet verstoord, waardoor eventuele archeologische grondsporen eveneens gaaf kunnen zijn. Ter plaatse van de zandkoppen wordt geadviseerd geen ingrepen te doen dieper dan de bouwvoor. Als toch diepere ingrepen nodig zijn, wordt geadviseerd de zandkoppen eerst waarderend te onderzoeken door middel van verdichtende mengboringen op een onderlinge afstand van tien meter. Geadviseerd wordt het opgeboorde zand te zeven op een zeef met mazen van één millimeter. Voor de overige delen in dit gebiedje is geen sprake van beperkingen. Bescherming of vervolgonderzoek is hier niet nodig.