direct naar inhoud van Artikel 18 Waarde - Archeologische verwachtingswaarde middelhoog
Plan: Hoogwatergeul Veessen-Wapenveld
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMip12hoogwgeulvw-3000

Artikel 18 Waarde - Archeologische verwachtingswaarde middelhoog

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Waarde - Archeologische verwachtingswaarde middelhoog ' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de voorkomende archeologische waarde. Deze bestemming is ten opzichte van:

18.2 Bouwregels

Op of in de voor ' Waarde - Archeologische verwachtingswaarde middelhoog ' aangewezen gronden mag niet worden gebouwd, met dien verstande dat dit niet van toepassing is op projecten met een oppervlakte van minder dan 1.000 m2.

18.3 Afwijken van de bouwregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 18.2 voor het bouwen ten dienste van andere voorkomende bestemmingen met een oppervlakte van meer dan 1.000 m2, mits hierdoor geen onevenredige schade wordt of kan worden toegebracht aan de aanwezige archeologische waarden en monumenten. Aan de vergunning kunnen voorschriften worden verbonden die zijn vastgesteld krachtens artikel 2.22 derde lid, onderdeel d van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

18.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
18.4.1 Verbod

Het is verboden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, voor zover deze werken of werkzaamheden een oppervlakte betreffen van meer dan 1.000 m2:

  • a. het verlagen van de bodem en het afgraven van gronden, tenzij daarvoor een vergunning is vereist krachtens de Ontgrondingenwet, en het ophogen en egaliseren van gronden;
  • b. het aanleggen en dempen van watergangen;
  • c. aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • d. het diepploegen, meer dan 0,4 m ten opzichte van het maaiveld;
  • e. bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden die dieper wortelen dan 0,4 m.
18.4.2 Uitzondering

Het in 18.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:

18.4.3 Afwegingskader

Een werk of werkzaamheden zoals genoemd in 18.4.1 is/zijn slechts toelaatbaar indien door dat werk of die werkzaamheden, dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen, de vastgestelde archeologische waarde niet onevenredig kan worden geschaad. De aanvrager dient aannemelijk te maken dat de archeologische waarde van het terrein in voldoende mate is vastgesteld.