direct naar inhoud van Artikel 9 Maatschappelijk
Plan: Westeinde e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0082EWesteinde-70OH

Artikel 9 Maatschappelijk

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. welzijnsvoorzieningen;
  • b. overheidsvoorzieningen;
  • c. levenbeschouwlijke voorzieningen;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. (toegangs)wegen en paden;
  • f. tuinen en erven;
  • g. speelvoorzieningen;
  • h. onderdoorgangen;

één en ander met de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, groen, water en overige voorzieningen.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen moeten zich bevinden binnen het bouwvlak.
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • c. ter plaatse van de aanduiding van een bebouwingspercentage in een bouwvlak mag, in afwijking van het gestelde onder b, het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan op de plankaart staat aangegeven.
  • d. de hoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan op de plankaart staat aangegeven.
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 3,5 m.
  • b. het gestelde onder a is niet van toepassing op het plaatsen van masten en soortgelijke bouwwerken.
  • c. in afwijking van het gestelde onder a mag de hoogte van erf- en/of terreinafscheidingen, voor zover deze zich voor de voorgevel bevinden, niet meer bedragen dan 1 m.
9.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn, met inachtneming van het gestelde in lid 25.4, bevoegd ontheffing te verlenen van:

  • a. lid 9.2.1, onder a voor het bouwen van aanbouwen en/of bijgebouwen buiten het bouwvlak tot een bebouwingspercentage van 100%, met dien verstande dat de hoogte van de aanbouwen en/of bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 3,5 m en de situering van de aanbouwen en/of bijgebouwen niet mag leiden tot verkeersonveilige situaties.
  • b. lid 9.2.1 onder c, voor borstweringen en andersoortige uit architectonische of esthetische overwegingen voorgestane dakelementen, waaronder kroonlijsten en dergelijke, tot een hoogte van 1,5 m.
9.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik van gronden, gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. ter plaatse van de aanduiding "wonen" mogen de gronden gebruikt worden voor wonen.
9.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming Maatschappelijk ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' te wijzigen in de bestemmingen Wonen en Gemengd-4, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het deel Noordwal 117-326, begrensd door de denkbeeldig doorgetrokken grens van het bouwperceel kadastraal bekend sectie C nummer 6227, kan worden gewijzigd in de bestemming Gemengd-4.
  • b. het deel Bakkersstraat t.p.v. 57a, begrensd door de denkbeeldig doorgetrokken grens van het bouwperceel kadastraal bekend sectie C nummer 6227, kan worden gewijzigd in de bestemming Wonen.
  • c. de delen als bedoeld onder a en b moeten in onderlinge samenhang tot ontwikkeling worden gebracht, waarbij de onderlinge begrenzing ten gunste van het deel Noordwal 117-326 met 1 m mag worden overschreden en de ontwikkeling van het deel Noordwal 117-326 moet voorzien in de parkeerbehoefte van het deel Bakkersstraat 57a.
  • d. parkeervoorzieningen mogen alleen vanaf de Noordwal bereikbaar zijn en mogen niet bovengronds worden gebouwd als ze in de voorgevelrooilijn liggen.
  • e. na wijziging zijn de voor Gemengd-4 aangewezen gronden bestemd voor woningen, welzijnsvoorzieningen, ateliers, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, (toegangs)wegen en paden, tuinen en erven, met de daarbij behorende gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en voorzieningen.
  • f. het brutovloeroppervlak voor welzijnsvoorzieningen en ateliers als bedoeld onder e moet tenminste respectievelijk 1.000 m2 en 200 m² bedragen.
  • g. de bebouwing ten behoeve van Gemengd-4 moet worden georiënteerd op de Noordwal en moet worden gebouwd in een blok evenwijdig aan deze straat.
  • h. de hoogte van de bebouwing ten behoeve van Gemengd-4 mag niet meer bedragen dan 16 m en moet in 4/5 deel van de voorgevelrooilijn tenminste 9 m bedragen.
  • i. als de bebouwing ten behoeve van Gemengd-4 losstaand van de bestaande bebouwing aan weerszijden van het deel Noordwal 117-326 wordt gebouwd, moet de ruimte tussen deze en de bestaande bebouwing tenminste 4 m bedragen.
  • j. als de bebouwing ten behoeve van Gemengd-4 (GD-4) aansluit op de bestaande bebouwing aan weerszijden van het deel Noordwal 117-326, moet in hoogte een goede overgang worden gerealiseerd.
  • k. na wijziging zijn de voor Wonen aangewezen gronden bestemd voor wonen en is het bepaalde in artikel 19 overeenkomstig van toepassing.
  • l. de bebouwing ten behoeve van Wonen moet worden georiënteerd op de Bakkersstraat.
  • m. de hoogte van de bebouwing ten behoeve van Wonen mag niet meer dan 9 m bedragen en moet in de voorgevelrooilijn tenminste 6 m bedragen.
  • n. de horizontale diepte de bebouwing ten behoeve van Wonen mag niet meer dan 12 m bedragen.
  • o. de horizontale diepte van het erf tussen de achtergevelrooilijn van de bebouwing ten behoeve van Wonen en de bouwperceelgrens aan de achterzijde van de bebouwing moet tenminste 8 m bedragen.
  • p. het bouwplan moet in stedenbouwkundig opzicht passen in de omgeving, gelet op de situering.
  • q. de cultuurhistorische waarden van een beschermd stadsgezicht als bedoeld in artikel 21 mogen niet onevenredig worden geschaad.
9.6 Specifieke procedureregels

Bij de toepassing van een ontheffing als opgenomen in lid 9.3 of bij gebruikmaking van de wijzigingsbevoegdheid als opgenomen in lid 9.5 dient de procedure te worden gevolgd als bedoeld in artikel 26.1.1 respectievelijk 26.2.