direct naar inhoud van Artikel 21 Recreatie - Kanoverhuur
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1924.Buitengebied11-BP40

Artikel 21 Recreatie - Kanoverhuur

21.1 Bestemmingsomschrijving
21.1.1 Algemeen

De voor Recreatie - Kanoverhuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. dagrecreatieve voorzieningen;
  • b. kanoverhuur;
  • c. bedrijfswoning;
  • d. aan de functie als bedoeld onder a, b en c gebonden parkeervoorzieningen;
  • e. aan de functie als bedoeld onder a en b gebonden horeca;
  • f. groenvoorzieningen en water;
  • g. erven en tuinen;
  • h. paden en wegen.
21.1.2 Bed & breakfast

De in lid 21.1.1 bedoelde gronden zijn binnen de bestaande bebouwing tevens bestemd voor bed & breakfast als ondergeschikte nevenactiviteit.

21.2 Bouwregels

Ten aanzien van de in lid 21.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

21.2.1 Gebouwen
  • a. de grondoppervlakte van de gebouwen, exclusief bedrijfswoning, ten hoogste 800 m2 mag bedragen;
  • b. de inhoud van een bedrijfswoning niet meer dan 750 m3 mag bedragen tenzij de inhoud van de bestaande bedrijfswoning reeds groter is in welk geval de bestaande inhoud als maximum geldt;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' de goothoogte niet meer mag bedragen dan aangegeven;
  • d. bij een bedrijfswoning bijgebouwen en overkappingen mogen worden opgericht waarbij:
    • 1. de maximale gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 50 m2;
    • 2. de goothoogte maximaal 3 m mag bedragen
    • 3. de bebouwing minimaal 3 m achter de naar de weg gekeerde gevel van de bedrijfswoning dient te worden gebouwd;
    • 4. de bebouwing op maximaal 50 m van de bedrijfswoning dient te worden gebouwd.
21.2.2 Andere bouwwerken

de bouwhoogte van andere bouwwerken niet meer mag bedragen dan:

  • a. 2 m voor erf- en terreinafscheidingen;
  • b. 5 m voor overige andere bouwwerken.
21.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 21.2.1 onder d, sub 1 ten behoeve een grotere oppervlakte aan bijgebouwen onder de voorwaarde dat:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen en overkappingen bij een bedrijfswoning niet meer bedraagt dan 75 m2;
  • b. de bijgebouwen vanuit landschappelijk oogpunt aanvaardbaar zijn dan wel op andere wijze in het landschap zijn ingepast.