Plan: | Nijverheidscentrum 2013 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1892.BpNijverheidscentr-On01 |
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
met de daarbij behorende:
Op of in de gronden mogen uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 4.2.2 onder e om de afstand van gebouwen en overkappingen tot de perceelsgrens te verkleinen tot ten minste 1 m, mits daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolgde de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 20 wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1, onder a, b en c, ten behoeve van:
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp, gevaar, de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking. Toepassing van deze afwijkingsbevoegdheid mag niet leiden tot een strijdige situatie met en/of beperkende situatie van de omliggende (uit te werken) woonbestemmingen van het aangrenzende bestemmingsplan(nen).
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1 ten behoeve van vestiging van webwinkels, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat de Staat van Bedrijfsactiviteiten behorende bij artikel 4 (bijlage 2) wordt gewijzigd door het onderbrengen van een bedrijf in een andere categorie, dan wel door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf, indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne, dan wel technologische ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat een weergegeven aanduiding als bedoeld in 4.1 onder d, e of f wordt verwijderd indien de binnen deze aanduiding toegelaten functie is beeindigd en wordt omgezet in een andere binnen het ter plaatse geldende bestemmingsvlak toegelaten functie.