direct naar inhoud van Artikel 5 Detailhandel - Perifeer
Plan: Nijverheidscentrum 2013
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.BpNijverheidscentr-On01

Artikel 5 Detailhandel - Perifeer

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel - Perifeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een woonwinkel, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - woonwinkel';

alsmede voor:

  • b. ondersteunende horeca;
  • c. een inpandige bedrijfswoning;

met de daarbij behorende:

  • d. tuinen;
  • e. in- en uitritten;
  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. wegen, straten en paden;
  • h. water en waterstaatkundige voorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen, bermen en taluds;
  • j. voorzieningen van openbaar nut;
  • k. kunstwerken.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op of in de gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.

5.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de goothoogte bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m) aangegeven goothoogte;
  • d. de bouwhoogte bedraagt en hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte;
5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevel bedraagt maximaal 1 meter;
  • b. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevel bedraagt maximaal 2 meter;
  • c. de hoogte van vlaggenmasten bedraagt maximaal 6 meter;
  • d. de hoogte van reclamezuilen bedraagt maximaal 2,5 meter;
  • e. de hoogte van lichtmasten bedraagt maximaal 9 meter;
  • f. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 2,5 meter.
5.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 20 wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. detailhandel, anders dan bedoeld in 5.1, onder a;
  • b. een verkooppunt voor motorbrandstoffen;
  • c. coffeeshops;
  • d. seksinrichtingen;
  • e. zelfstandige horeca;
  • f. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • g. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.