Structuurvisie ''Moerdijk 2030''

4.5 Hoogwaardige industrie en bedrijvigheid

Gedifferentieerd aanbod

De gemeente heeft een groot en gevarieerd aanbod aan werkgelegenheid. Dit aanbod zal in de komende periode verder toenemen. Moerdijk is in 2030 door de komst van het LPM het logistieke knooppunt van Zuidwest-Nederland geworden, gelegen op de as Rotterdam-Antwerpen/België. Bedrijven met bijzondere vestigingscondities kunnen hier een plek krijgen. Het LPM zal grootschalig en multimodaal ontsloten zijn via de A16 en A17 en door een rechtstreekse hoofdaansluiting op het nabijgelegen Zeehaven- en Industrieterrein Moerdijk. Direct ten oosten van het LPM wordt bij het station Lage Zwaluwe een 25 hectare groot hoogwaardig bedrijvenpark, een servicepoint of een transferium ontwikkeld. Hierdoor krijgen het station en zijn omgeving een enorme impuls.

Veilig intensiveren

De gemeente Moerdijk dankt haar naamsbekendheid vooral aan het gelijknamig Zeehaven- en Industrieterrein. Het terrein geeft Moerdijk een belangrijke economische positie op (inter)nationaal niveau. Het ruimtegebruik van het Zeehaven- en Industrieterrein wordt geïntensiveerd; de nu nog braakliggende kavels worden verder ingevuld en benut. Tevens wordt ruimte geboden voor de uitbreiding van de derde insteekhaven ('natte reservering') aan de oostzijde van het terrein. Aan die zijde zullen bedrijven een plek krijgen die geen verhoogd risico vormen voor bewoners van de kern Moerdijk. Het Zeehaven- en Industrieterrein wordt op een voor de omgeving verantwoorde wijze ingevuld. Externe veiligheid heeft hierbij altijd een hoge prioriteit, waarbij veel aandacht besteed wordt aan een goede zonering en compartimentering. Bij het realiseren van gevoelige functies in de buurt van risicovolle bedrijven is vanzelfsprekend externe veiligheid een belangrijke maatstaaf, maar ook (overlast van) licht, geluid, geur en fijnstof zijn hierbij belangrijk (zie ook paragraaf 4.10).

Bovenlokale terreinen

Naast de bovenregionale bedrijventerreinen Moerdijk en LPM zijn er binnen de gemeente verschillende bovenlokale en lokale bedrijventerreinen. De bovenlokale bedrijventerreinen zijn Dintelmond en Zevenbergen. Bedrijventerrein Dintelmond blijft binnen de huidige contour en wordt niet uitgebreid. Dit terrein is gelegen in de 'recreatieve zone langs het water'. De gemeente stimuleert daarom een transformatie en invulling met maritieme bedrijvigheid, zoals bijvoorbeeld zeilmakerijen of botenstallingen, maar zal hierin niet actief opereren. Bij Zevenbergen is wel uitbreiding van bovenlokale bedrijvigheid mogelijk. In de noordrand van Zevenbergen heeft revitalisering/transformatie van bestaand bedrijventerrein prioriteit; uitbreiding van het bovenlokaal bedrijventerrein De Koekoek is op termijn mogelijk, binnen de nieuw te realiseren randweg. Eventueel kan uitbreiding van bovenlokaal bedrijventerrein in tweede instantie plaatshebben aan de zuidoostzijde van Zevenbergen (nabij het Sint Josephplein), binnen de reeds gerealiseerde Oostrand. Ook woningbouw (stap 2) of een combinatie is hier op termijn een mogelijkheid. De uiteindelijke invulling van deze locatie is afhankelijk van nader onderzoek, dat in samenspraak met partners in het kader van de te actualiseren Woonvisie en nota Lokaal vestigingsbeleid zal worden uitgevoerd.

Lokale terreinen

De meeste kernen in de gemeente hebben een (klein) lokaal bedrijventerrein. Op deze terreinen ligt de nadruk op kwaliteit en kleinschaligheid. Waar de ruimtelijke kwaliteit te wensen over laat, wordt ingezet op revitalisering en herstructurering. In een aantal kernen, zoals in Klundert, wordt het bedrijventerrein (gedeeltelijk) getransformeerd tot een gemengd gebied met bedrijven en (woon-werk)woningen. In een aantal kernen - in ieder geval Zevenbergen en Fijnaart - wordt in dergelijke gemengde gebieden gezocht naar een plek voor sportscholen, bouwmarkten et cetera. Op de lokale terreinen en in het buitengebied worden alleen bedrijven toegestaan met maximaal milieucategorie 2. Het streven is vooral de lokale bedrijventerreinen in hun netto omvang te laten bestaan. Voor de leefbaarheid en de sociale cohesie in de kernen is de aanwezigheid van levensvatbare lokale bedrijvigheid van groot belang. De gemeente zal (lokale) bedrijven steeds nadrukkelijker wijzen op hun maatschappelijke functie en 'plichten' vanuit de '3-O-gedachte': Onderwijs, Ondernemers en Overheid (zie hiervoor ook de collegeagenda). De gemeente richt zich daarom op het behoud en eventueel de uitbreiding van de werkgelegenheid op deze lokale terreinen en stimuleert mobiliteits- en parkmanagement. Herstructurering en transformatie geven ruimte voor beperkte uitbreiding, passend bij de kern. Het verkrijgen van inzicht in de (ruimte)behoeften van bedrijven op bestaande lokale bedrijventerreinen zal periodiek middels een behoeftenonderzoek plaatshebben.

Verplaatsing

Voor grote, niet op de lokale markt gerichte bedrijven is geen plek op de lokale terreinen. Als dergelijke bedrijven reeds aanwezig zijn, wordt gestreefd naar verplaatsing naar één van de bovenlokale terreinen bij Zevenbergen of zelfs naar de bovenregionale bedrijvenparken (Zeehaven- en Industrieterrein Moerdijk of LPM), afhankelijk van het type bedrijf. Het gaat daarbij in het bijzonder om bedrijven ten noorden van Zevenbergen, op het voormalige Campinaterrein in Zevenbergschen Hoek, een transportbedrijf aan de Huizersdijk-Zuid ten zuiden van Zevenbergen, een transportbedrijf in Klundert en bedrijven langs de Mark bij Standdaarbuiten (zie ook hoofdstuk 5). Dit komt de ruimtelijke kwaliteit en de leefbaarheid in de kernen ten goede.