Plan: | Steenwijk; Brede School/MFC |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1708.STWbrschmfcgasBP01-VA01 |
In 2006 is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg van kracht geworden. In het kader hiervan dient een gemeente bij ruimtelijke planvorming te toetsen op archeologische waarden. Indien potentiƫle archeologische waarden worden verstoord, dient hier nader onderzoek naar te worden verricht.
Onderzoek
Adviesbureau de Steekproef heeft hiertoe een archeologisch onderzoek uitgevoerd binnen het plangebied (zie Bijlage 5 Archeologisch onderzoek MFC Gasthuislaan). In het vervolg van deze paragraaf wordt hier nader op ingegaan.
In het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel is uitgegaan van de mogelijke aanwezigheid van resten uit het laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd.
Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de bodem in het plangebied gekenmerkt wordt door slecht water-doorlatend keizand en keileem onder een ongeveer veertig centimeter dikke bouwvoor. De zeer slechte natuurlijke drainage van de bodem in deze delen van het plangebied zal ertoe hebben geleid dat mensen in de prehistorie voor hun nederzettingen gekozen zullen hebben voor de beter ontwaterde zuidrand van het plangebied. Alleen langs deze zuidrand van het plangebied is een onverstoord pakket dekzand aanwezig. De hier in een verdicht netwerk gezette megaboringen hebben echter geen archeologische indicatoren opgeleverd. Ook zijn hier geen resten van podzolvorming aangetroffen.
In het plangebied zal hooguit kans zijn op losse vondsten zoals de al eerder in het plangebied aangetroffen bronzen schrijfstift. Dergelijke archeologische resten zijn echter vrijwel niet door middel van booronderzoek op te sporen. Mochten archeologische waarden tijdens de voorgenomen werkzaamheden aangetroffen worden dan dienen deze conform de Monumentenwet 1988 artikel 53 & 54 direct te worden gemeld bij zowel de gemeente Steenwijkerland als bij de regioarcheoloog. Beperkende of beschermende maatregelen zijn in het plangebied niet wetenschappelijk te verdedigen. Archeologisch vervolgonderzoek is niet nodig.
Beoordeling door het bevoegd gezag
Het bevoegd gezag heeft het uitgevoerde archeologische onderzoek beoordeeld. Het advies van De Steekproef is door het bevoegd gezag overgenomen. Het plangebied Steenwijk, Zuidveen wordt, op archeologische gronden, vrijgegeven. Het uitvoeren van een archeologisch vervolgonderzoek is niet noodzakelijk. Bij het onverwachts aantreffen van archeologische waarden geldt een meldingsplicht volgens de Monumentenwet 1988, art. 53 en 54 bij het bevoegd gezag. In dit geval bij de gemeente Steenwijkerland.
Zie Bijlage 6 Beoordeling archeologisch onderzoek door het bevoegd gezag voor deze beoordeling.
Conclusie in het kader van het bestemmingsplan
Archeologisch vervolgonderzoek is niet nodig. Ook hoeft in het bestemmingsplan geen beschermende regeling te worden opgenomen.