Plan: | Speel- en IJsboerderij De Drentse Koe |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1690.BP00275-0401 |
Beleid
Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op inrichtingen (bedrijven) of transportroutes. Op beide categorieën is verschillende wet- en regelgeving van toepassing. Het huidige beleid voor transportmodaliteiten staat beschreven in de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' (cRvgs), die op termijn vervangen zal worden door het 'Besluit transportroutes externe veiligheid' (BTEV).
Binnen het beleidskader voor externe veiligheid staan twee kernbegrippen centraal: het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Hoewel beide begrippen onderlinge samenhang vertonen, zijn er belangrijke verschillen. Hieronder worden beide begrippen verder uitgewerkt.
Plaatsgebonden Risico (PR)
Het plaatsgebonden risico (PR) geeft de kans, op een bepaalde plaats, om te overlijden ten gevolge van een ongeval bij een risicovolle activiteit. De kans heeft betrekking op een fictief persoon die de hele tijd op die plaats aanwezig is. Het PR kan op de kaart van het gebied worden weergeven met zogeheten risicocontouren: lijnen die punten verbinden met eenzelfde PR. Binnen de 10-6/jaarcontour (welke als wettelijk harde norm fungeert) mogen geen nieuwe kwetsbare objecten geprojecteerd worden. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt de 10-6/jaarcontour niet als grenswaarde, maar als een richtwaarde.
Groepsrisico (GR)
Het groepsrisico (GR) is een maat voor de kans dat bij een ongeval een groep slachtoffers valt met een bepaalde omvang. Het GR is daarmee een maat voor de maatschappelijke ontwrichting bij een calamiteit. Het GR wordt bepaald binnen het invloedsgebied van een risicovolle activiteit. Dit invloedsgebied wordt begrensd door de 1%-letaliteitsgrens (tenzij anders bepaald): de afstand waarop nog 1% van de blootgestelde mensen in de omgeving komt te overlijden bij een calamiteit met gevaarlijke stoffen. Het GR kan niet 'op de kaart' worden weergegeven, maar wordt weergegeven in een grafiek waar de kans (f) afgezet wordt tegen het aantal slachtoffers (N): de fN-curve.
Vervoer van gevaarlijke stoffen
Vervoer van gevaarlijke stoffen vindt sinds jaar en dag plaats via het spoor, over de weg en het water. Knelpunt hierbij is dat er geen plafond bestaat voor de omvang en samenstelling van dit vervoer. Theoretisch kan het vervoer ongelimiteerd toenemen, met dan eveneens ongelimiteerde gevolgen voor de ruimtelijke ordening. De overheid is voornemens een zogeheten Basisnet vast te stellen met routes die worden aangewezen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Het beleid achter het landelijke Basisnet is dat een plafond vastgesteld wordt voor dit vervoer van gevaarlijke stoffen. Ook worden randvoorwaarden aan de ruimtelijke ordening gesteld. Omdat het ontwikkelen van instrumenten voor dit beleid bijzonder complex is, en de gevolgen voor vervoerders en de ruimtelijke ordening ingrijpend kunnen zijn, vindt nog veel discussie plaats en loopt de vaststelling van het Basisnet achter op schema. Binnen het onderhavige project is voor zover mogelijk geanticipeerd op de komst van het Basisnet.
Plasbrandaandachtgebied (PAG)
Een nieuw onderdeel van het Basisnet is het plasbrandaandachtgebied. De volgende paragraaf citeert het hoofdrapport van de "Eindrapportage Basisnet Weg" (oktober, 2009);
"Plasbrandaandachtgebied (PAG) = het gebied tot 30 meter van de weg waarin, bij de realisering van kwetsbare objecten, rekening dient te worden gehouden met de effecten van een plasbrand. De 30 meter voor het PAG wordt gemeten vanaf de rechterrand van de rechterrijstrook. Mocht een gemeente willen bouwen in een PAG dan wordt er dus rekening gehouden met de effecten van een plasbrand. Rekening houden met de effecten van een plasbrand bestaat uit een verantwoording van de keuze om in dat gebied te gaan bouwen.
Het PAG geldt in principe alleen voor rijkswegen met grote vervoershoeveelheden van brandbare vloeistoffen. De provincie kan eveneens kiezen voor een aanwijzing van een plasbrandaandachtgebied bij een provinciale weg. Bij het plangebied is hiervan geen sprake.
Figuur 7: Uitsnede risicokaart (bron: www.nederland.risicokaart.nl/risicokaart.html)
Besluit externe veiligheid buisleidingen
Het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) en de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb) zijn op 1 januari 2011 in werking getreden. Het Bevb regelt onder andere welke veiligheidsafstanden moeten worden aangehouden rond buisleidingen met gevaarlijke stoffen. Nabij het plangebied liggen echter geen buisleidingen, de afstand tot de dichtstbij zijnde buisleiding van de NAM is circa 580 meter.
Resultaat
Risicovolle inrichtingen
In de omgeving is op ruime afstand een risicovolle inrichtingen aanwezig, te weten de gasproductielocatie De Wijk 4 aan de Koekangerweg. Deze inrichting valt niet onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Deze inrichting kent enkele PR-contouren die op figuur 7 met zwarte onderbroken lijnen zijn weergegeven. Gezien de afstand van het plangebied tot deze inrichting (ca. 600 meter) is dat geen belemmering voor dit bestemmingsplan.
Transport gevaarlijke stoffen
Er is geen sprake van transport van gevaarlijke stoffen over de weg of het spoor in de omgeving van het plangebied. Het genoemde plasbrandaandachtgebied geldt in principe alleen voor rijkswegen met grote vervoershoeveelheden van brandbare vloeistoffen, maar de provincie kan eveneens de keuze maken om een plasbrandaandachtgebied bij een provinciale weg aan te wijzen. Bij het plangebied is hiervan geen sprake.
Buisleidingen
Ten zuiden en zuidoosten van het plangebied liggen twee buisleidingen (aardgastransportleidingen). De buisleiding aan de zuidkant ligt op circa 860 meter en die aan de zuidoostzijde op 560 meter afstand tot het plangebied. Gezien deze afstand is er geen belemmering voor het plangebied.
Conclusie
Volgens de gegevens van risicokaart.nl geen elementen aanwezig die leiden tot een invloed op veiligheid. Van een plasbrandaandachtgebied is geen sprake.