Speel- en IJsboerderij De Drentse Koe

4.6 Geluidhinder

De beoogde uitbreiding betreft dagrecreatie en de aanleg van parkeren en houtopstanden. Deze elementen zijn in het kader van de Wet geluidhinder geen gevoelige functies. Een akoestisch onderzoek is voor dit initiatief dan ook niet nodig. Wel is onderzoek verricht naar de geluidseffecten van het plan op de omgeving. De resultaten van dit onderzoek zijn vastgelegd in het rapport "Akoestisch onderzoek Inpasbaarheid uitbreiding Speel- en IJsboerderij De Drentse Koe, Wolddijk 23, Ruinerwold", april 2011, Oranjewoud (zie Bijlage 4 Akoestisch onderzoek).

De inrichting valt onder Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim). In onderhavig onderzoek is de ruimtelijke inpassing van uitbreiding beschouwd. Het doel van het onderhavige onderzoek is het bepalen van de geluidbelasting bij woningen in de directe omgeving van inrichting. Onder representatieve bedrijfsomstandigheden bedraagt het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ter plaatse van de geluidgevoelige bestemmingen ten hoogste 33 dB(A) in de dagperiode. Daarmee voldoet de boerderij aan het gestelde toetsingskader van 50 dB(A) in deze periode.

De maximale geluidbelasting bedraagt ter plaatse van de geluidgevoelige bestemmingen ten hoogste 58 dB(A) in de dagperiode. Daarmee voldoet de boerderij aan het gestelde toetsingskader van 70 dB(A). Ter indicatie is berekend wat de geluidbelasting als gevolg van het stemgeluid van spelende kinderen bedraagt op de nabijgelegen woningen. Onder representatieve bedrijfsomstandigheden bedraagt het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ten gevolge van de spelende kinderen ter plaatse van de
nabijgelegen woningen ten hoogste 37 dB(A) in de dagperiode. Gesommeerd met de overige
geluidbronnen op het terrein zal de geluidbelasting op de nabijgelegen woningen ruimschoots onder het toetsingskader van 50 dB(A) blijven.

Gezien het bovenstaande is de uitbreiding van de inrichting voor wat betreft geluid ruimschoots inpasbaar in de omgeving.

In het Activiteitenbesluit is geen geluidsnorm opgenomen ten aanzien van het verkeer van en naar de inrichting. Dat ontslaat gemeenten echter niet van de verplichting, noch de verantwoordelijkheid, om bij de ruimtelijke besluitvorming goed na te denken over de combinatie van verschillende functies, om zo te komen tot een optimale inrichting van een gebied. In voorkomende gevallen kan dat betekenen dat, in het kader van een goede ruimtelijke ordening, een belangenafweging gemaakt moet worden waarbij het feit dat geluid geproduceerd wordt een rol kan spelen. Vanuit het planologisch spoor en de
ruimtelijke impact is derhalve het geluid vanwege verkeer van en naar de boerderij ook beoordeeld. De geluidbelasting LAeq als gevolg van de verkeersaantrekkende werking bedraagt maximaal 43 dB(A) in de dagperiode. De waarden zijn in overeenstemming met de streefwaarde van 50 B(A) in de dagperiode.

De beoogde uitbreiding van de Speel- en IJsboerderij De Drentse Koe wordt niet belemmerd en vormt geen belemmering voor de omgeving.