direct naar inhoud van Artikel 5 Natuur
Plan: Industrieterrein Haven Cuijk, Plas 1
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1684.13BPplas1-VA01

Artikel 5 Natuur

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, herstel en ontwikkeling van de natuurwaarden;
  • b. behoud, herstel en ontwikkeling van de landschappelijke waarden;
  • c. extensieve beweiding;
  • d. paden;
  • e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • f. extensief recreatief medegebruik.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op of in deze gronden mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, behoudens:

  • a. eenvoudige, kleinschalige voorzieningen in de vorm van bouwwerken ten behoeve van het beheer of extensief recreatief medegebruik, waarbij de volgende regels gelden:
    • 1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 4 meter;
    • 2. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 20 m²;
  • b. hekwerken, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 2 meter;
  • c. palen ten behoeve van ooievaarsnesten, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 7 meter.

5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.3.1 Omgevingsvergunningplicht

Het is verboden om zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  • a. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
  • b. het diepploegen, diepwoelen of uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,6 meter onder maaiveld, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage;
  • c. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins verlagen van de waterstand;
  • d. het vellen of rooien van bos;
  • e. het verwijderen van landschapselementen;
  • f. het verwijderen van onverharde wegen of paden;
  • g. het aanleggen en verharden van wegen of paden, dan wel het aanbrengen van andere niet omkeerbare oppervlakteverhardingen groter dan 100 m².
5.3.2 Uitzonderingen

Het in 5.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud en gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;
  • b. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
5.3.3 Toelaatbaarheid

De in 5.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van het natuurgebied, de landschappelijke en natuurwaarden van de gronden.