| Plan: | Nieuw Buinen - Het Nije Daip |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.1681.05BP0010-VG01 |
In deze paragraaf wordt een korte toelichting gegeven op de bestemmingen in dit bestemmingsplan.
In het plangebied liggen twee groengebieden die de bestemming "Groen" hebben. Dit is gedaan omdat hierover specifieke afspraken zijn gemaakt met de omwonenden van deze groenstructuren. De bestemming is dan ook gericht op het behoud van de groenstructuur en maakt slechts kleinschalige bebouwing mogelijk.
In sommige gevallen kan een geringe verandering van een grens tussen verschillende functies nodig zijn, bijvoorbeeld door een wijziging van een straat naast de groenstrook. Bovendien kan het voor een vergroting van de gebruiksfunctie van het groen wenselijk zijn om paden aan te leggen. Om die reden zijn naast groenvoorzieningen ook andere functies mogelijk.
In het groen zijn speelvoorzieningen mogelijk gemaakt. Hierdoor is er niet meer alleen sprake van zichtgroen, maar kan het ook beleefd worden door de omwonenden. Waar nodig en mogelijk staan hierin speeltoestellen en worden ze - ter beveiliging - omzoomd door een hekwerk. Dit is de reden voor het beperkt mogelijk van bouwwerken in deze bestemming.
Het (graven van het) Nije Daip moet mogelijk gemaakt worden. In dit bestemmingsplan is dit gedaan door de bestemming "Water" op te nemen. Naast een ruimtelijke functie, heeft deze nieuwe watergang ook een belangrijke functie voor de opvang van regenwater.
Ook voor deze bestemming geldt dat andere functies mogelijk worden gemaakt, zodat flexibiliteit mogelijk is voor eventueel nodige onderlinge verschuivingen van de grenzen van die functies.
Het water is niet bedoeld voor (grootschalige) waterrecreatie, de bouw van aanlegvoorzieningen is dan ook niet mogelijk. Wel is het mogelijk om bouwwerken te bouwen die van belang zijn voor de waterhuishoudkundige functie van het water. Hieronder vallen onder meer bruggen, die bijvoorbeeld nodig is ter hoogte van de oversteek van de Rozenlaan.
De hoofdfunctie van het plangebied wordt wonen, wat in dit bestemmingsplan mogelijk wordt gemaakt binnen de bestemming "Woongebied". De bestemming maakt de woonfunctie mogelijk en richt zich daarbij op grondgebonden woningen. Daarbij kan het gaan om vrijstaande, geschakelde, twee-onder-één-kap en rijwoningen. Binnen de bestemming Woongebied is daarnaast de realisatie van de openbare ruimte meegenomen. Het gaat daarbij om onder meer groen, wegen en parkeervoorzieningen. Het gewenste beeld zoals geschetst in de visie voor het plangebied is nog geen definitief en uitgemeten eindbeeld. Door alle functies op te nemen in één bestemming "Woongebied" is nog de nodige flexibiliteit in het schuiven met de functies mogelijk.
Het maximum aantal te bouwen en maximum aantal aaneen te bouwen woningen is in de regels vastgelegd. Ook de ruimtelijke afmetingen van de woningen zijn bepaald in de regels. Hierbij is aangesloten op de omgeving. De plaatsing van de woningen is vastgelegd door middel van een bouwvlak (bouwstroken). Deze bieden voldoende ruimte voor het gewenste beeld.
De realisatie van voldoende parkeergelegenheid bij de woningen is van belang om overlast te voorkomen. De woningen mogen dan ook alleen worden gebouwd, wanneer voldaan is aan de geldende parkeernormen. In de regels is deze koppeling opgenomen.
Een regeling is opgenomen om een aan-huis-verbonden-beroep mogelijk te maken. Hieraan zijn (standaard)regels verbonden waardoor verzekerd blijft dat de woonfunctie de belangrijkste functie in het gebouw blijft. Hierdoor wordt overlast voor de omgeving voorkomen.
In verband met de aanwezigheid van beschermde soorten is in deze bestemming een verplichting opgenomen die voorkomt dat bebouwing gesloopt en gebouwd wordt zonder ontheffing van de Flora- en faunawet en het daarbij nodige mitigatieplan. Deze regels zijn verankerd in de bouwregels en de specifieke gebruiksregels.
Voor de voormalige school zijn meerdere invullingen mogelijk. Wel is duidelijk dat het gaat om een woonfunctie. Omdat de exacte invulling nog niet vastligt en dit in een later stadium binnen de planprocedure van dit bestemmingsplan nog plaatsvindt, heeft het de bestemming "Voortraject". Dit betekent dat een nadere uitwerking van dit gebied in een later stadium plaatsvindt. Dit bestemmingsplan geeft echter al wel kaders aan waaraan de uitwerking moet voldoen. Een voorbeeld hiervan is dat voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd moeten worden om parkeeroverlast te voorkomen. De kaders zijn opgenomen in de regels van deze bestemming.