Gemeente Roosendaal

Planteksten

Op deze pagina vindt u de planteksten behorende bij het plan Schouwenbaan 19.

regels


 

Wijzigingsplan Schouwenbaan 19 te Wouwse Plantage

 

Inhoudsopgave

 

regels

Hoofdstuk 1 inleidende regels

ARTIKEL 1 Begrippen

1.1 wijzigingsplan

1.2 verbeelding

1.3 Veehouderij

Hoofdstuk 2 bestemmingsregels

ARTIKEL 2 Van toepassing verklaring

ARTIKEL 3 Agrarisch met waarden - 3

3.1 Veehouderij

3.2 Landschappelijke inpassing

ARTIKEL 4 Natuur

4.1 Bestemmingsomschrijving

4.2 Bouwregels

4.2.1 Algemeen

4.3 Specifieke gebruiksregels

4.3.1 Opslag

4.3.2 Be- en/of verwerken van goederen en producten

4.3.3 Lawaaisporten

4.3.4 Verblijfsrecreatie

4.4 Aanlegvergunning

4.4.1 Verbodsregel

4.4.2 Uitzondering

4.4.3 Toelaatbaarheid

ARTIKEL 5 Waarde - Archeologie

5.1 Bestemmingsomschrijving

5.2 Bouwregels

5.2.1 Algemeen

5.2.2 Vergunning

5.2.3 Weigering vergunning

5.3 Aanlegvergunning

5.3.1 Verbod

5.3.2 Uitgezonderde werkzaamheden

5.3.3 Toelaatbaarheid

5.3.4 Opgraving

5.3.5 Advies

Hoofdstuk 3 overgangs- en slotregels

ARTIKEL 6 Slotregel

 

 

Hoofdstuk 1 inleidende regels

 

ARTIKEL 1 Begrippen

 

In de regels van dit plan wordt verstaan onder:

 

1.1 wijzigingsplan

 

de geometisch bepaalde planobjecten Als vervat in het GML-bestand met identificatienummer

NL.IMRO.1674.1110SCHOUWENBAAN19-0601 van de gemeente Roosendaal;

 

1.2 verbeelding

 

de plankaart met daarop aangegeven het plangebied en de bestemmingen, met het identificatienummer NL.IMRO.1674.1110SCHOUWENBAAN19-0601 van het bestemmingsplan wijzigingsplan 'Schouwenbaan 19, Wouwse Plantage' van de gemeente Roosendaal

 

1.3 Veehouderij

 

Agrarisch bedrijf gericht op het fokken, mesten en houden van runderen, varkens, schapen, geiten, pluimvee, tamme konijnen en pelsdieren.

 

Hoofdstuk 2 bestemmingsregels

 

ARTIKEL 2 Van toepassing verklaring

 

De regels deel uitmakende van het bestemmingsplan 'Buitengebied Wouw' met identificatienummer NL.IMRO.1674.2012BUITENGEBIEDW-0601 van de gemeente Roosendaal, vastgesteld op 8 juli 2010 zijn onverkort van toepassing.

 

De verbeelding behorende bij het bestemmingsplan 'Buitengebied Wouw' van de gemeente Roosendaal met identificatienummer NL.IMRO.1674.2012BUITENGEBIEDW-0601 is als volgt gewijzigd: het bouwvlak is qua vorm gewijzigd. Een en ander is aangegeven op de bij dit plan behorende verbeelding met identificatienummer NL.IMRO.1674.1110SCHOUWENBAAN19-0601

 

 

ARTIKEL 3 Agrarisch met waarden - 3

 

De regels ten aanzien van de bestemming 'Agrarisch met waarden - 3' van het bestemmingsplan 'Buitengebied Wouw' worden voor de locatie Schouwenbaan 19, Wouwse Plantage als volgt aangevuld:

 

3.1 Veehouderij

 

Het is niet toegestaan om gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde en gronden in gebruik te nemen ten behoeve van een veehouderij.

 

3.2 Landschappelijke inpassing

 

De -op basis van dit wijzigingsplan mogelijk gemaakte- nieuwe ruimtelijke ontwikkeling, is uitsluitend toegestaan, indien de landschappelijk inpassing, conform de bijlage bij de regels opgenomen beplantingsplan, geheel is uitgevoerd en in stand wordt gehouden.

 

 

 

ARTIKEL 4 Natuur

 

Deze bestemming is letterlijk overgenomen uit het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Wouw' met identificatienummer NL.IMRO.1674.2012BUITENGEBIEDW-0601 van de gemeente Roosendaal, vastgesteld op 8 juli 2010 en is derhalve onverkort van toepassing.

 

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ''Natuur'' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. behoud, herstel en ontwikkeling van de bestaande biotopen;

  2. het als zodanig instandhouden van de niet-beboste gedeelten;

  3. behoud en bescherming van aardkundige waarden;

  4. behoud, herstel en ontwikkeling van cultuurhistorische, en landschappelijke en natuurwaarde;

  5. waterhuishoudkundige doeleinden;

  6. recreatief medegebruik;

  7. agrarisch gebruik gericht op natuurbeheer;

een en ander met bijbehorende voorzieningen.

 

 

4.2 Bouwregels

 

4.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming met een maximale bebouwingshoogte van 2 m, met dien verstande dat bouwwerken ten behoeve van informatievoorzieningen, entreevoorzieningen dan wel schuilvoorzieningen zijn toegestaan tot een hoogte van 3 m.

 

 

4.3 Specifieke gebruiksregels

 

4.3.1 Opslag

Het is niet toegestaan de gronden en opstallen te gebruiken voor het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, tenzij dit gebruik plaatsvindt ten dienste van de bestemming.

 

4.3.2 Be- en/of verwerken van goederen en producten

Het is niet toegestaan de gronden en opstallen te gebruiken voor het bedrijfsmatig vervaardigen, verwerken of herstellen van goederen en/of be- of verwerken van producten.

 

4.3.3 Lawaaisporten

Het is niet toegestaan de gronden te gebruiken voor de uitoefening van lawaaisporten.

 

4.3.4 Verblijfsrecreatie

Het is niet toegestaan de gronden en opstallen te gebruiken voor verblijfsrecreatie.

 

 

 

4.4 Aanlegvergunning

 

4.4.1 Verbodsregel

Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren:

  1. het aanleggen of verharden van wegen en paden of het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen of halfverhardingen met een totale oppervlakte van meer dan 200 m2;

  2. het aanbrengen van boven- of ondergrondse leidingen en daarmee verband houdende constructies;

  3. het afgraven, ophogen of egaliseren van gronden;

  4. het graven en dempen van sloten, greppels en poelen;

  5. het verwijderen van houtopstanden, waaronder begrepen het verwijderen van houtopstanden ten behoeve van het behoud, herstel en ontwikkeling van bestaande biotopen.

 

4.4.2 Uitzondering

Het onder 18.4.1 bepaalde geldt niet voor de werken of werkzaamheden:

  1. waarvoor vÿ3ÿ3r het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning is verleend;

  2. die ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;

  3. die het normale onderhoud en natuurbeheer betreffen.

 

4.4.3 Toelaatbaarheid

De werkzaamheden zijn toelaatbaar indien:

  1. door die werken en werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de aanwezige waarden van de gronden niet onevenredig worden aangetast;

  2. de werken of werkzaamheden noodzakelijk zijn in verband met natuurbeheer en natuurontwikkeling, dan wel in verband met het recreatief medegebruik.

 

ARTIKEL 5 Waarde - Archeologie

 
Deze bestemming is letterlijk overgenomen uit het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied Wouw' met identificatienummer NL.IMRO.1674.2012BUITENGEBIEDW-0601 van de gemeente Roosendaal, vastgesteld op 8 juli 2010 en is derhalve onverkort van toepassing.

 

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waarde-Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende en/of te verwachten archeologische waarden.

 

5.2 Bouwregels

 

5.2.1 Algemeen

Binnen het aangegeven Waarde-Archeologie is het niet toegestaan te bouwen, met uitzondering van:

  1. verbouw en/of nieuwbouw van bestaande gebouwen binnen bestaande contouren van de bebouwing;

  2. nieuwbouw van een (deel van een) gebouw kleiner dan 500 m2;

  3. bouwwerkzaamheden waarbij geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd dieper dan 0,4 m ten opzichte van het maaiveld;

  4. bouwmogelijkheden binnen de agrarische bouwvlakken en binnen de bestemmingsvlakken ingevolge de artikelen 8-13, 15-17, 19-21 en 24-25.

 

5.2.2 Vergunning

Voor zover de betreffende bouwwerken toelaatbaar zijn volgens de overige voor deze gronden geldende regels, kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning de volgende regels worden verbonden:

  1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden;

  2. de verplichting tot het doen van opgravingen, of;

  3. de verplichting de uitvoering van de bouwwerken te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.

 

5.2.3 Weigering vergunning

De bouwvergunning wordt niet verleend dan nadat de aanvrager een rapport heeft overgelegd, waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.

 

5.3 Aanlegvergunning

 

5.3.1 Verbod

Het is op of in de gronden met de dubbelbestemming Waarde-Archeologie verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  1. het verlagen of afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem;

  2. het graven, verbreden, verdiepen en dempen van sloten, vijvers en

  3. andere wateren;

  4. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen;

  5. het rooien van diepwortelende beplantingen en bomen, waarbij de stobben worden verwijderd;

  6. het omzetten van gras- of akkerland in een teelt waarbij grond wordt afgevoerd, waartoe gerekend wordt boomteelt en graszodenteelt;

  7. het uitvoeren van grondwerkzaamheden dieper dan 0,4 m ten opzichte van het maaiveld, waartoe ook gerekend wordt het aanleggen van drainage, diepwoelen, mengen van grond, diepploegen en ontginnen;

  8. het aanbrengen van ondergrondse transportleidingen en de daarmee verband houdende constructies;

  9. het uitvoeren van werkzaamheden ter verlaging van de grondwaterstand;

  10. het aanbrengen van verhardingen, indien de oppervlakte van de aan te brengen verharding meer bedraagt dan 100 m2.

 

5.3.2 Uitgezonderde werkzaamheden

Het in 26.3.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken en/of werkzaamheden die:

  1. het normale onderhoud en beheer betreffen;

  2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip waarop het plan rechtskracht verkrijgt;

  3. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.

 

5.3.3 Toelaatbaarheid

De werken en/of werkzaamheden als bedoeld in 26.3.1 zijn slechts toelaatbaar indien en voorzover door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de archeologische waarden ontstaat of kan ontstaan.

 

5.3.4 Opgraving

Indien het om zwaarwegende redenen niet mogelijk is de archeologische waarden geheel of gedeeltelijk te behouden, wordt aan de aanlegvergunning de regel verbonden dat voorafgaand aan het uitvoeren van de werken en/of werkzaamheden een archeologische opgraving zal plaatsvinden.

 

5.3.5 Advies

Alvorens een aanlegvergunning als bedoeld in 26.3.1 wordt verleend, wordt archeologisch advies ingewonnen.

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 overgangs- en slotregels

 

ARTIKEL 6 Slotregel

 

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het wijzigingsplan 'Schouwenbaan 19, Wouwse Plantage’.