direct naar inhoud van Artikel 6 Centrum
Plan: BP De Baarzen-Vughtse Hoeven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vgh1214-VG01

Artikel 6 Centrum

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel, met één supermarkt van ten hoogste 1000 m2;
  • b. dienstverlening,
  • c. horecadoeleinden, gerelateerd aan de winkelfunctie van de Rouppe van de Voortstraat, met een oppervlakte van ten hoogste 20% van de totale oppervlakte van de bouwvlakken;
  • d. maatschappelijke doeleinden;
  • e. kantoren;
  • f. wonen,

en de daarbij behorende voorzieningen.

6.2 Bouwregels

6.2.1 Algemeen

Op de voor 'Centrum' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen, geen woningen zijnde, ten behoeve van de in 6.1 genoemde doeleinden;
  • b. één (bedrijfs)woning per bouwperceel;
  • c. meergezinswoningen/gestapelde woningen, ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld';
  • d. bijgebouwen,

en de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.

6.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'
  • a. Gebouwen dienen in het bouwvlak te worden opgericht.
  • b. Het bouwvlak mag geheel worden bebouwd.
  • c. Gebouwen, geen woning zijnde, mogen in niet meer dan twee bouwlagen worden gebouwd, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bouwlagen' een afwijkend aantal bouwlagen is toegestaan.
  • d. Bij de bepaling van het aantal bouwlagen wordt een bouwlaag in de kap, die als verblijfsruimte is ingericht of kan worden ingericht, buiten beschouwing gelaten.
  • e. De hoogte van een bouwlaag mag niet meer dan 4,00 meter bedragen.
  • f. De voorgevel van gebouwen dient in of evenwijdig aan de naar de weg gekeerde bouwgrens worden gebouwd.
  • g. De voorgevelbreedte van de woning dient ten minste 5,00 meter te bedragen.
  • h. Gebouwen dienen in of ten minsten 3,00 meter uit de zijdelingse perceelsgrens te worden gebouwd.
  • i. Ruimten ten behoeve van detailhandel, dienstverlening, horecadoeleinden, maatschappelijke doeleinden en kantoren zijn uitsluitend toegestaan op de begane grond.
  • j. Indien het hoofdgebouw met een kap wordt afgedekt mag de dakhelling niet minder dan 30° en niet meer dan 60° bedragen, waarbij de maximale bouwhoogte niet meer dan 14,00 meter mag bedragen.
  • k. Een (bedrijfs)woning, ook indien deze een bovenwoning betreft, dient zoveel als mogelijk te voldoen aan het bepaalde in artikel 13.2.
  • l. Ondergronds bouwen is in het bouwvlak toegestaan tot een maximale diepte van 3,00 meter, mits daarbij niet wordt voorzien in een toegang van buitenaf, ten behoeve van het zelfstandig functioneren van de ruimte.

6.2.3 Overige regels met betrekking tot bebouwing

Binnen het bestemmingsvlak mag de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, voor de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 1,00 meter en achter de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 4,00 meter bedragen.

6.3 Nadere eisen
6.3.1 Burgemeester en wethouders kunnen, nadere eisen stellen ten aanzien van de op grond van in dit artikel toegelaten situering en afmetingen van bouwwerken met een maximum afwijkingspercentage van 10%, indien dit noodzakelijk is, ter voorkoming van onevenredige nadelige gevolgen voor de milieusituatie, verkeersveiligheid, sociale veiligheid en gebruiksmogelijkheden en/of privacy van aangrenzende gronden, dan wel voor zover dit noodzakelijk is ten behoeve van het na te streven stedenbouwkundig beeld.

6.3.2 Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van de horecabedrijven om de kwaliteit en het functioneren van het wijkwinkelcentrum te waarborgen en ter voorkomen van negatieve effecten op het gebied van openbare orde en veiligheid.
6.4 Ontheffing van de bouwregels

6.4.1 Ontheffing voor een grotere hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot een hoogte die niet meer bedraagt dan de hoogte van het aangrenzende bestaande hoofdgebouw, mits:

  • a. deze bouwwerken, geen gebouwen zijnde, vanuit het oogpunt van de betreffende functie zoals in 6.1 genoemd noodzakelijk zijn;
  • b. het stedenbouwkundige beeld ter plaatse niet wordt verstoord;
  • c. geen onevenredige nadelige gevolgen voor de omgeving ontstaan of kunnen ontstaan;
  • d. waarden en belangen van derden niet onevenredig worden geschaad of kunnen worden geschaad.

6.4.2 Ontheffing voor het toestaan van een afwijkende kapvorm op het hoofdgebouw

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het plaatsen van een afwijkende kapvorm op het hoofdgebouw, onder de voorwaarden dat:

  • a. het stedenbouwkundig beeld ter plaatse niet wordt verstoord;
  • b. geen onevenredig nadelige gevolgen voor het woonmilieu ontstaan of kunnen ontstaan;
  • c. waarden en belangen van derden niet onevenredig worden geschaad of kunnen worden geschaad;
  • d. de uitvoering van het bouwplan, waarvoor ontheffing noodzakelijk is, geen onevenredige nadelige gevolgen heeft voor de schaduwwerking, de daglichttoetreding en de privacy van de aangrenzende woningen.
6.5 Specifieke gebruiksregels
6.5.1 Gebruik van de grond

Onder strijdig gebruik wordt verstaan het gebruik van de gronden anders dan voor:

  • a. tuin- en/of groenvoorzieningen;
  • b. parkeervoorzieningen;
  • c. opslagdoeleinden, overeenkomstig het normale gebruik bij de bestemming 'Centrum'.

6.5.2 Gebruik van opstallen

Onder strijdig gebruik wordt verstaan het gebruik van opstallen voor:

  • a. ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
  • b. groothandel;
  • c. horecadoeleinden, anders dan bedoeld in artikel 1.50, zoals coffeeshop, nachtcafé, discotheek, amusementshal en speelautomatenhal;
  • d. verkooppunt voor motorbrandstoffen of andere explosiegevaarlijke stoffen;
  • e. opslagdoeleinden, anders dan in verband met het toegelaten gebruik, waarbij in ieder geval als strijdig gebruik wordt aangemerkt: brand- en explosiegevaarlijke opslag, waaronder opslag van vuurwerk, anders dan beschreven in het Vuurwerkbesluit, zoals vastgesteld d.d. 22 januari 2002.