direct naar inhoud van Artikel 11 Algemene gebruiksregels
Plan: Ollandseweg 119
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0846.BP2012BUI02OLLA119-oh01

Artikel 11 Algemene gebruiksregels

11.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo, wordt in ieder geval verstaan:

  • a. het gebruik van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van een seksinrichting en/of escortbedrijf, raamprostitutie en straatprostitutie;
  • b. het gebruik en laten gebruiken van aangebouwde en vrijstaande bijbehorende bouwwerken bij een woning als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
  • c. bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken;
  • d. het permanent bewonen of laten bewonen van recreatieve nachtverblijven;
  • e. het gebruiken of laten gebruiken van gronden, gebouwen, bouwwerken en onderkomens ten behoeve van evenementen;
  • f. permanente bewoning van woonzorggebouwen en (zorg)woningen;
  • g. het gebruik van de woonzorggebouwen en (zorg)woningen voor asielzoekersopvang;
  • h. het gebruik van de woonzorggebouwen en (zorg)woningen voor justitiële activiteiten zoals een strafinrichting en/of tbs.
11.2 Verbod strijdig gebruik

Het is verboden de in de artikelen 4 tot en met 5 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de bestemmingsomschrijving.

11.3 Afwijken t.b.v. mantelzorg
  • a. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 11.1 sub b voor het gebruik van aangebouwde en vrijstaande bijbehorende bouwwerken als afhankelijke woonruimte, mits:
    • 1. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit het oogpunt van mantelzorg;
    • 2. het geen recreatiewoning betreft;
    • 3. op het perceel al een woning aanwezig is;
    • 4. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
    • 5. de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijbehorende bouwwerken wordt ingepast waarbij de oppervlakte in gebruik als afhankelijke woonruimte niet meer mag bedragen dan 80 m²;
    • 6. het vrijstaande bijbehorende bouwwerken op een maximale afstand van 20 m van het hoofdgebouw staat;
  • b. Het bevoegd gezag trekt de omgevingsvergunning, verleend op grond van sub a in, indien de bij het verlenen van de omgevingsvergunning bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.

11.4 Algemene aanduidingsregels
11.4.1 Aardkundig waardevol

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'aardkundig waardevol' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het beschermen en ontwikkelen van de aardkundige waarden.

11.4.2 Cultuurhistorisch waardevol gebied

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorisch waardevol gebied' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het beschermen en ontwikkelen van het cultuurhistorisch waarevolle gebied.

11.4.3 Cultuurhistorisch waardevolle akker

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorisch waardevolle akker' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het beschermen en ontwikkelen van de cultuurhistorisch waardevolle akker'.

11.4.4 Bebouwingsconcentratie

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'bebouwingsconcentratie 2' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd als bebouwingsconcentratie.