direct naar inhoud van Artikel 5 Wonen
Plan: Ollandseweg 119
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0846.BP2012BUI02OLLA119-oh01

Artikel 5 Wonen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. een beroep- of bedrijf aan huis;
  • c. een bebouwingsconcentratie ter plaatse van de aanduiding 'bebouwingsconcentratie 2';
  • d. cultuurhistorische waardevolle gebieden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorisch waardevol gebied';
  • e. (onverharde) paden en wegen en parkeervoorzieningen;
  • f. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. Per bestemmingsvlak is bebouwing ten behoeve van niet meer dan één woning toegestaan.
  • b. Gebouwen en overkappingen zijn uitsluitend binnen een bouwvlak toegestaan tenzij anders is bepaald.
  • c. Binnen het gehele bouwvlak mag worden gebouwd, met dien verstande dat:
    • 1. de afstand tot de as van de weg waaraan wordt gebouwd niet minder mag bedragen dan:
      • 30 meter voor een interlokale weg, de Ollandseweg;
      • 25 meter voor overige verharde en onverharde wegen;
    • 2. de afstand tussen gebouwen niet minder mag bedragen dan 3 meter;
    • 3. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse en achterste perceelsgrenzen niet minder mag bedragen dan 5 meter.

5.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. De inhoud van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 900 m³;
  • b. de afstand vanaf de as van de Ollandseweg tot de voorgevel van het hoofdgebouw dient minimaal 22 meter te bedragen;
  • c. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 meter;
  • d. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 9 meter;
  • e. Het hoofdgebouw dient te zijn voorzien van een kap met een dakhelling van ten minste 12º en ten hoogste 60º.

5.2.3 Bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bijbehorende bouwerken bij woningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. Bijbehorende bouwwerken dienen binnen het bouwvlak of ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' te worden gebouwd;
  • b. Ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' zijn geen bijbehorende bouwwerken toegestaan.
  • c. De gezamenlijke oppervlakte mag niet meer bedragen dan 100 m²;
  • d. Bijbehorende bouwwerken dienen op een afstand van ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
  • e. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • f. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 7 m.

5.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 2 meter.

5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Beroep aan huis

Binnen deze bestemming is de uitoefening van een beroep- of bedrijf aan huis toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woning, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:

  • a. De omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 30% van de gezamenlijke oppervlakte van de bebouwing van de woning en/of bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m²;
  • b. De activiteit mag geen onevenredige beperking opleveren voor de bedrijfsvoering en bedrijfsontwikkeling van omliggende (agrarische) bedrijven;
  • c. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken;
  • d. Detailhandel is niet toegestaan;
  • e. Het wonen dient als hoofdfunctie intact te blijven.

5.3.2 Gebruik woning

Het gebruik conform het bepaalde in lid 5.1 is uitsluitend toegestaan indien de gronden landschappelijk zijn ingepast, conform hetgeen hierover in de, als bijlage aan de regels toegevoegde, paragraaf landschappelijke inpassing is opgenomen.

5.4 Afwijken van de gebruiksregels
5.4.1 Kleinschalig kamperen bij de woning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1

voor het toestaan van kleinschalig kamperen bij de woning, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. De totale omvang niet meer mag bedragen dan 25 kampeermiddelen, waarbij de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 3.000 m²;
  • b. Het kleinschalig kamperen dient landschappelijk te worden ingepast op basis van een erfbeplantingsplan;
  • c. Het kleinschalig kamperen mag geen onevenredige publieks- en/of verkeersaantrekkende werking tot gevolg hebben.

5.4.2 Kleinschalig logeren in de woning

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1 voor het toestaan van kleinschalig logeren in de woning, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. De omvang mag niet meer mag bedragen dan 5 eenheden, waarbij de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 400 m²;
  • b. Het gebruik mag geen onevenredige beperking opleveren voor de bedrijfsvoering en bedrijfsontwikkeling van omliggende (agrarische) bedrijven;
  • c. Er dient te worden voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing op basis van een erfbeplantingsplan;
  • d. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken;
  • e. Het wonen dient als hoofdfunctie intact te blijven.