Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Kom Schijndel 2013
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0844.BPKomschijndel2013-VG01

Artikel 23 Wonen - Woonwagenstandplaats

 
23.1 Bestemmingsomschrijving
 
De gronden met de bestemming ‘Wonen - woonwagenstandplaats’ zijn bestemd voor:
  1. maximaal 2 standplaatsen voor woonwagens;
  2. aan-huis-verbonden beroepen;
  3. internetverkoop;
  4. tuinen, parkeervoorzieningen en overige verhardingen, waarbij moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 36;
  5. waterhuishoudkundige voorzieningen.
één en ander met de bijbehorende voorzieningen.
 
23.2 Bouwregels
 
23.2.1 Hoofdgebouwen
Voor het plaatsen van woonwagens gelden de volgende bepalingen:
  1. Per standplaats mag niet meer dan 1 woonwagen worden geplaatst.
  2. Het hoofdgebouw (woonwagen) mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden geplaatst.
  3. De goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen (woonwagen) mag niet meer bedragen dan respectievelijk 3 m en 5 m.
23.2.2 Erfbebouwing
Voor het bouwen van erfbebouwing gelden de volgende bepalingen:
  1. Erfbebouwing is uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan.
  2. Ter plaatse van de aanduiding ´bijgebouwen uitgesloten’ mag geen erfbebouwing worden gebouwd.
  3. De oppervlakte aan erfbebouwing bedraagt per standplaats niet meer dan 45 m2, waarbij carports en overkappingen zijn inbegrepen.
  4. De bouwhoogte van erfbouwing mag niet meer bedragen dan 3 m.
23.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
  1. De hoogte van een erfafscheiding voor de voorgevellijn mag niet meer dan bedragen 1 m.
  2. De hoogte van een erfafscheiding achter de voorgevellijn mag niet meer bedragen dan 2 m.
  3. De hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 2 m.
23.2.4 Ondergronds bouwen
Ondergronds bouwen is niet toegestaan.
 
23.3 Specifieke gebruiksregels
 
23.3.1 Algemeen
Voor aan-huis-verbonden beroepen en internetverkoop gelden de volgende bepalingen:
  1. De functie mag uitsluitend worden uitgeoefend door een bewoner van de woning.
  2. Het gebruik blijft in ruimtelijke en visuele zin ondergeschikt aan de woonfunctie.
  3. De bruto vloeroppervlakte benodigd voor het gebruik bedraagt niet meer dan 25% van de oppervlakte van de woning met een maximum van 25 m2.
  4. Het gebruik levert geen onevenredige hinder op voor de woonomgeving en doet geen onevenredige afbreuk aan het woonkarakter van de wijk.
  5. Het gebruik omvat geen verkeersaantrekkende activiteiten, die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van het verkeer, dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte.
23.3.2 Aan-huis-verbonden beroepen
In aanvulling op het bepaalde in lid 23.3.1 gelden voor aan-huis-verbonden beroepen de volgende bepalingen:
  1. Er mag geen sprake zijn van een bedrijf dat wordt aangemerkt als een inrichting in het kader van de Wet Milieubeheer.
  2. Er vindt geen detailhandel plaats, tenzij ondergeschikt aan en in direct verband met het aan-huis-verbonden beroep.
  3. Indien het aan-huis-verbonden beroep wordt uitgeoefend in een bijgebouw mag de afstand van het bijgebouw tot de woning niet meer bedragen dan 10 m.
23.3.3 Internetverkoop
In aanvulling op het bepaalde in lid 23.3.1 gelden voor internetverkoop de volgende bepalingen:
  1. Er mag geen showroom en/of verkoopruimte aanwezig zijn.
  2. Er mag geen uitstalling ten behoeve van verkoop plaatsvinden.
  3. Er mag geen mogelijkheid aan personen worden geboden voor het ter plaatse afhalen van goederen.
  4. Er mag geen mogelijkheid aan personen worden geboden voor het ter plaatse betalen van goederen.
  5. Indien de internetverkoop wordt uitgeoefend in een bijgebouw mag de afstand van het bijgebouw tot de woning niet meer bedragen dan 10 m.
23.3.4 Strijdig gebruik
Als gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval aangemerkt:
  1. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning;
  2. het gebruik van gronden en bouwwerken voor horeca;
  3. het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel, met uitzondering van detailhandel:
    1. bij aan-huis-verbonden beroepen, voor zover ondergeschikt aan en in direct verband met het aan-huis-verbonden beroep;
    2. door middel van internetverkoop;
  4. het opslaan van verpakte en onverpakte stoffen, materialen en goederen;
  5. het gebruik van gronden en bouwwerken voor enigerlei vorm van erotische dienstverlening.
23.4 Afwijken van de gebruiksregels
 
23.4.1 Mantelzorg
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 23.3.4 onder a, ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw bij een bestaande woonwagen als afhankelijke woonruimte, mits:
  1. de bewoning op advies van een onafhankelijke deskundige instantie, dan wel een daaraan gelijk te stellen advies, noodzakelijk is uit het oogpunt van mantelzorg;
  2. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen van omwonenden of bedrijven;
  3. de afhankelijke woonruimte een oppervlak beslaat van maximaal 80 m2, onverminderd het bepaalde in lid 23.2.2 onder c.
  4. Burgemeester en wethouders trekken de omgevingsvergunning in als de noodzaak voor mantelzorg, voortvloeiend uit het advies als bedoeld onder a, niet meer aanwezig is.
23.5 Wijzigingsbevoegdheid
 
23.5.1 wro-zone - wijzigingsgebied 2
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, na een daartoe strekkend verzoek van de perceelseigenaar, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het plan te wijzigen door de bestemming te wijzigen en een bouwvlak toe te voegen ten behoeve van een derde standplaats ter plaatse van de ‘wro-zone – wijzigingsgebied 2’. Voorwaarde is dat alle aanwezige bouwwerken binnen het wijzigingsgebied worden gesloopt.