direct naar inhoud van 4.3 Water
Plan: Sport- en vrijetijdscentrum 'De Vijfsprong', Baanvelden 22
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0840.2581S0011-VO01

4.3 Water

Algemeen

De watertoets is een belangrijk instrument om te verzekeren dat de waterhuishouding vanaf het begin van de planvorming integraal deel uitmaakt van de ontwikkeling. Met name het vasthouden, bergen en afvoeren van regenwater is daarbij een belangrijk aandachtspunt.

Op basis van het Besluit ruimtelijke Ordening (Bro) zijn gemeenten verplicht om bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met de besturen van de betrokken Waterbeheerders (artikel 3.16 Bro). In de toelichting bij het ruimtelijk plan dient voorts een waterparagraaf te worden opgenomen. Deze waterparagraaf moet een beschrijving bevatten van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het betreffende ruimtelijke plan voor de waterhuishouding en vormt de schriftelijke weerslag van de watertoets.

Het waterkwantiteitsbeheer binnen de gemeente Rucphen is in handen van het Waterschap Brabantse Delta (waterkwaliteit en -kwantiteit). De gemeente Rucphen wil samen met het Waterschap Brabantse Delta, de Provincie Noord-Brabant en Brabant Water het watersysteem in Rucphen op orde brengen en houden. Door Tauw bv is in juni 2007 het Waterplan Rucphen opgesteld. Dit plan geeft inzicht in de verschillende actuele waterthema's en de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de wateropgave.

Huidige situatie

De waterhuishoudkundige analyse en het overleg met de waterbeheerder maken duidelijk dat in en rond het plangebied geen grote knelpunten in waterkwaliteit en -kwantiteit aan de orde zijn. Gesignaleerd wordt wel dat in het plangebied relatief weinig oppervlaktewater aanwezig is.

Toekomstige situatie

Aan de hand van de Checklist Watertoets van het waterschap is nagegaan of de beoogde uitbreiding van de indoorschietbaan strijdig is met waterdoelstellingen of noodzaakt tot waterhuishoudkundige maatregelen. Ook de hydraulische randvoorwaarden van het Waterschap zijn hierbij betrokken. Het bouwplan omvat een toename van de verharding. Deze toename bedraagt echter minder dan 2.000 m², waardoor geen extra waterberging conform de hydraulische randvoorwaarden van het waterschap gerealiseerd hoeft te worden.

Waterkeringen  
Veiligheid   Primaire waterkering   Niet van toepassing  
Watergangen  
Wateroverlast   Oppervlaktewaterlichamen   Het waterschap eist waterberging voor het lozen van hemelwater bij uitbreiding van verhard oppervlak van 2000 m² of groter. De uitbreiding van de indoorschietbaan bedraagt circa 1.700 m². Waterberging is daarom niet nodig.  
  Waterbergingslocaties   Niet van toepassing  
Aan- en afvoer   Oppervlaktewaterlichamen   Als gevolg van uitbreiding, geen wijzigingen in watersysteem.  
Beheer en Onderhoud   Leggerwateren (zie toelichting)   Niet van toepassing  
  Oppervlaktewaterlichamen   Niet van toepassing  
Waterkwaliteit   Oppervlaktewaterlichamen   Om het hemelwater schoon te houden worden uitsluitend niet-uitlogende bouwmaterialen toegepast.  
Riolering  
  Oppervlaktewaterlichamen   Huishoudelijk afvalwater wordt aangesloten op de bestaande drukriolering. Bij de bouw van de uitbreiding van de indoorschietbaan wordt een gescheiden binnenriolering aangelegd tot de perceelsgrens. Bij vervanging van het bestaande gemengde rioleringssysteem kan dan later eenvoudig een gescheiden stelsel worden gerealiseerd in het gebied.
De hoeveelheid rioolwater dat aanvullend op de drukriolering wordt afgevoerd is als gevolg van de uitbreiding van de schietaccommodatie zeer beperkt. Er resteert voldoende afvoercapaciteit.  
  Oppervlaktewaterlichamen   Niet van toepassing.  
  Wvo-vergunning/ Aansluitvergunning   Niet van toepassing.  
Grondwater/ontwatering      
    De initiatiefnemer zal bij de bouw van de beoogde uitbreiding zorgdragen voor voldoende drooglegging.  
Natuur      
  Oppervlaktewaterlichaam   Niet van toepassing.  

In de leggerwateren worden onder andere weergegeven:

  • de afmetingen van de wateren;
  • de afmetingen en constructie van stuwen, sluizen, duikers en gemalen (kunstwerken);
  • wie wat moet doen als het gaat om het onderhoud van het water.

Een onderdeel van de legger zijn de leggerkaarten. Deze geven welke wateren een A-, B-, C- status hebben en waar deze liggen. De status is van belang voor:

  • het verlenen van ontheffingen op basis van de keur en de beleidsregels;
  • het bepalen wie een onderhoudsplicht heeft voor een water.

Voorts is bepaald dat indien een project voorziet in meer dan 2.000 m2 er 750 m³per hectare waterberging dient te worden voorzien.

Conclusie

Geconcludeerd kan worden dat de beoogde functiewijziging niet strijdig is met waterdoelstellingen dan wel noodzaakt tot waterhuishoudkundige maatregelen. Het project voorziet in minder dan 2.000 m² verharding, waardoor geen uitbreiding van waterberging op het perceel is vereist.