direct naar inhoud van Artikel 4 Maatschappelijk
Plan: Centrum Oirschot, herziening 2010-01 (uitbreiding Sint Joris)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0823.BPOICENTRUM201001-VAST

Artikel 4 Maatschappelijk

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van:
    • 1. maatschappelijke voorzieningen;
    • 2. een zorginstelling, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "zorginstelling";
    • 3. ondersteunende horeca, uitsluitend in de vorm een restaurant, tot maximaal een netto-vloeroppervlakte van 300 m²;

met de daarbijbehorende:

  • b. wegen en paden;
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. speelvoorzieningen;
  • g. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • h. tuinen, erven en terreinen;
  • i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" mag de goot- en bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan in het bouwvlak is aangegeven;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" mag het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan aangegeven;
  • d. de dakhelling van gebouwen mag niet minder bedragen dan 25° en niet meer dan 65°, met dien verstande dat de voorgeschreven dakhelling niet van toepassing is op 40% van de oppervlakte van het gebouw. Deze bepaling geldt niet voorzover de in de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven goot- en bouwhoogte aan elkaar gelijk zijn.
4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 m mag bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.
4.3 Ontheffing van de bouwregels
4.3.1 Ontheffing maximum bebouwingspercentage

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 4.2.1 onder c. teneinde toe te staan het maximum bebouwingspercentage te verhogen, mits voldaan wordt aan de volgende bepalingen:

  • a. de ontheffing kan niet worden verleend binnen de als ´Waarde – Historisch stedenbouwkundig´ bestemde gronden;
  • b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de sociale veiligheid;
    • 5. de milieusituatie;
    • 6. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
4.3.2 Ontheffing dakhelling

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 4.2.1 onder d. teneinde een andere kapvorm dan wel dakhelling toe te staan, mits voldaan wordt aan de volgende bepalingen:

  • a. de ontheffing kan niet worden verleend voor de voorgevel van een gebouw binnen de als ´Waarde – Historisch stedenbouwkundig´ bestemde gronden;
  • b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de hoogte van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de sociale veiligheid;
    • 5. de milieusituatie;
    • 6. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.