Herstelbestemmingsplan bebouwd gebied Deurne 2021

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

De gemeente Deurne is voornemens een 'Herstelbestemmingsplan bebouwd gebied Deurne 2021' op te stellen. Met dit bestemmingsplan worden een aantal reparaties in de geldende bestemmingsplannen voor het bebouwd gebied voorgesteld. Deze herstelactie heeft betrekking op een beperkt aantal bestemmingsplannen. Bij de reparaties gaat het om het niet meenemen van reeds vergunde situaties of om verkeerde of ongewenst ruime interpretaties van de bestaande situatie.

Tegelijkertijd wordt met het 'Herstelbestemmingsplan bebouwd gebied Deurne 2021' een 'Paraplubestemmingsplan Deurne 2021', en een 'Paraplu- en herstelbestemmingsplan Buitengebied Deurne 2021' opgesteld. Met het 'Paraplubestemmingsplan Deurne 2021' wordt het meest recente beleid op het gebied van de ruimtelijke ordening doorvertaald naar een bestemmingsplanregeling. Deze toevoegingen moeten gaan gelden voor de gehele gemeente. Het is veel werk om alle afzonderlijke bestemmingsplannen hiervoor te wijzigen. Met een zogenaamd paraplubestemmingsplan kan de gemeente kleine aanvullingen op meerdere huidige bestemmingsplannen tegelijkertijd doen. Een paraplubestemmingsplan heeft een aanvullende werking op de huidige bestemmingsplannen.

Het 'Paraplu- en herstelbestemmingsplan Buitengebied Deurne 2021' heeft betrekking op de 'Derde herziening bestemmingsplan Buitengebied'. Toevoegingen die op dit bestemmingsplan nodig zijn worden integraal verwerkt in de Derde herziening. Dit met name om de leesbaarheid en het gebruiksgemak van de Derde herziening in stand te laten.

Daarnaast wordt nog een 'Paraplu- en herstelbeheersverordening Deurne 2021' opgesteld. De 'Paraplu- en herstelbeheersverordening Deurne 2021' wordt opgesteld omdat een herstelbestemmingsplan een beheersverordening niet kan repareren. Uit artikel 3.39 lid 2 Wet ruimtelijke ordening (Wro) volgt namelijk dat bij inwerkingtreding van een bestemmingsplan de beheersverordening komt te vervallen. Artikel 3.39 lid 1 Wro bevat het spiegelbeeld: zodra een beheersverordening in werking treedt, vervalt het bestemmingsplan. Beide bepalingen leiden er dus toe dat nooit tegelijkertijd een bestemmingsplan en een beheersverordening van kracht kunnen zijn (bijvoorbeeld uitspraak RvS 201800747/1/R3).

1.2 Opbouw

Dit 'Herstelbestemmingsplan bebouwd gebied Deurne 2021' is opgebouwd volgens een heldere structuur en bestaat naast deze toelichting uit regels en een verbeelding.

De aanpassingen, die onderdeel uitmaken van dit herstelbestemmingsplan zijn ingegeven door voortschrijdend inzicht of andere informatie die zich heeft aangediend na de vaststelling van een bestemmingsplan. Per geval wordt aangegeven welke aanpassing wordt doorgevoerd en om welke reden. Hieronder vallen ook de 'omissies'. De geconstateerde fouten zijn kort aangegeven, alsmede de door te voeren wijzigingen.

1.3 Bestaande bestemmingsplannen

Het herstelbestemmingsplan omvat de volgende bestemmingsplannen:

Bestemmingsplan	Datum inwerking/onherroepelijk
Bedrijventerrein Binderen-Zuid	24-2-2017
Bedrijventerrein Industrieweg-Noord	24-12-2013
Bedrijventerrein Deurne, Zuid en West	6-12-2016
Kom Liessel, 2e herziening	18-6-2014
Kom Vlierden, 1e herziening	7-12-2012

Hoofdstuk 2 Overzicht herstelacties

2.1 Locatie Fabriekstraat 36 in Deurne

Voor de locatie Fabriekstraat 36 is op 23 augustus 1988 een vergunning verleend voor het oprichten van een bedrijfsruimte met woning. De locatie maakt onderdeel uit van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Deurne, Zuid en West'. In dit bestemmingsplan is binnen de bestemming 'Bedrijf' een bedrijfswoning toegestaan ter plaatse van de betreffende aanduiding. Deze aanduiding ontbreekt op de locatie Fabriekstraat 36. Dit wordt hersteld.

2.2 Locatie Jacob Marisstraat 6, 6a in Deurne

Voor de locatie Jacob Marisstraat 6, 6a in Deurne is op 25 april 1994 een vergunning verleend voor het oprichten van een woning. De locatie maakt onderdeel uit van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Deurne, Zuid en West'. In dit bestemmingsplan is binnen de bestemming 'Bedrijf' een bedrijfswoning toegestaan ter plaatse van de betreffende aanduiding. Deze aanduiding ontbreekt op de locatie Jacob Marisstraat 6, 6a. Dit wordt hersteld.

2.3 Garageboxen

Binnen de bebouwde kom van Vlierden en Liessel zijn garageboxen aanwezig. Deze garageboxen zijn echter niet voorzien van een passende planologische regeling. Ter plaatse is de bestemming 'Woongebied' van toepassing. Echter is hierin niets geregeld voor een garagebox. Derhalve wordt nu in een passende regeling voorzien.

De garageboxen zijn gelegen aan:

• Boerhaavestraat 2 t/m 12, Vlierden
• Oude Molen 6, Liessel

2.4 Mestbewerking

Binnen de bestemmingsplannen voor de bedrijventerreinen zijn in de staat van bedrijfsactiviteiten twee bedrijfscategorieën met een milieucategorie opgenomen die te maken hebben met mestbe- of verwerking:

• a. mestverwerking/korrelfabrieken met een milieucategorie 5.1;
• b. covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen voedingsindustrie met een milieucategorie 3.2.

Milieucategorie 3.2-bedrijven zijn binnen de bestemmingsplannen voor de bedrijventerreinen op diverse plaatsen toegestaan. Daarnaast is een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid opgenomen waarmee bedrijfsactiviteiten die qua milieucategorie vergelijkbaar zijn, kunnen worden toegestaan.

Milieucategorie 5.1-bedrijven zijn slechts toegestaan op een beperkt gedeelte van het bedrijventerrein Kranenmortel (rood omlijnd op onderstaande afbeelding).

 

Uitsnede bestemmingsplan Bedrijventerreinen Deurne, Zuid en West

De gemeente Deurne heeft in november 2019 ingestemd met de 'Visie op mestbewerking', een gezamenlijk product van de Brabantse gemeenten in Zuidoost Brabant, Noordoost Brabant en de provincie. Deze visie is in lijn met de koers van de provincie, die vooral gebaseerd is op 'schoon en veilig'. Er wordt een toekomst geschetst waarbij (drijf)mest al op het bedrijf gescheiden en bewerkt wordt, waardoor zo min mogelijk uitstoot en geuroverlast veroorzaakt wordt.

We willen inwoners en bedrijven een prettig woon- en leefklimaat bieden, waarbij we overlast van stank en verkeer zoveel mogelijk willen voorkomen. Daarom vinden we het ongewenst dat zich nabij woonconcentraties nieuwe bedrijven met mestbewerking kunnen vestigen. Om te voorkomen dat ruimtelijk ongewenst gebruik van gronden en/of gebouwen voor mestbe- en verwerking plaatsvindt, wordt aan de bestemmingsplannen voor de bedrijventerreinen een verbod toegevoegd. De uitsluiting van bedrijven met mestverwerkingsinstallaties geldt niet voor bestaande bedrijven die zich bezighouden met mestverwerking.

In dit bestemmingsplan worden, zoals hiervoor verwoord, de bestaande rechten (bouw en gebruik) van de bestaande mestverwerkingsbedrijven, gerespecteerd. Mestverwerking is steeds vaker onderwerp van maatschappelijke discussie, hetgeen voor de toekomst naar verwachting aanleiding geeft om het beleid opnieuw tegen het licht te houden. Dat kán alsdan tot gevolg hebben dat er andere keuzes gemaakt moeten worden in het locatiebeleid voor mestverwerkingsbedrijven. Het gevolg daarvan kan zijn, dat niet benutte planologische mogelijkheden van nu bestaande bedrijven in de toekomst worden wegbestemd.

Hoofdstuk 3 Aanwezige waarden en milieu- en wateraspecten

3.1 Archeologische, cultuurhistorische, landschappelijke en natuurlijke waarden

De in dit 'Herstelbestemmingsplan Deurne 2021' opgenomen reparaties hebben geen consequenties voor de aanwezige waarden op archeologisch, cultuurhistorisch, landschappelijk en/of natuurlijk terrein. Derhalve is in het kader van dit herstelbestemmingsplan geen verdere inventarisatie naar eventueel in geding zijnde waarden uitgevoerd omdat bij eerdere planvorming of bij eerder doorlopen procedures reeds geoordeeld is dat geen onevenredige aantasting van genoemde waarden plaatsvindt.

3.2 Milieuaspecten

De aanpassingen in dit herstelbestemmingsplan hebben geen milieuhygiënische consequenties. Verder leidt het herstel van omissies ten opzichte van de bestaande situatie niet tot nieuwe situaties waarvoor een milieubeoordeling noodzakelijk is.

3.3 Wateraspecten

Voor de waterhuishoudkundige aspecten is dezelfde redenering van toepassing, als hierboven beschreven onder de paragraaf 'milieuaspecten'.

Hoofdstuk 4 Juridische opzet

4.1 Herziene onderdelen

Zoals uit voorgaande hoofdstukken mag blijken, bestaan geen overwegende bezwaren tegen de genoemde wijzigingen en aanpassingen. De bestemmingsplannen worden conform de genoemde, te herziene onderdelen aangepast.

De regels van de afzonderlijke bestemmingsplannen blijven integraal van toepassing met daarop de aanpassingen en aanvullingen uit dit herstelbestemmingsplan.

Met betrekking tot de verbeelding is ervoor gekozen slechts die onderdelen, die aanpassing behoeven opnieuw op kaart vast te leggen. Op de schaal van de gemeente Deurne betreffen de aanpassingen slechts ondergeschikte onderdelen. Aldus wordt direct duidelijk op welke percelen/perceelsgedeelten het herstelbestemmingsplan betrekking heeft.

Hoofdstuk 5 De procedure

5.1 De te volgen procedure

Het bestemmingsplan doorloopt als (voor)ontwerp respectievelijk vastgesteld en onherroepelijk bestemmingsplan de volgende procedure, te weten:

• a. Voorbereiding:
• b. Ontwerp: 1e ter inzage legging (ontwerp bestemmingsplan)
• c. Vaststelling: Vaststelling door de Raad
  2e ter inzage legging (vastgesteld bestemmingsplan)
• d. Beroep: Beroep bij Raad van State

5.2 Resultaten inspraak en vooroverleg

In artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is opgenomen dat de gemeente bij de voorbereiding van een ruimtelijke ontwikkeling overleg moet plegen met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen, en met de besturen van de provincie en het Rijk, die betrokken zijn bij de zorg voor ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in geding zijn.

In het kader van het vooroverleg is het plan toegezonden aan het waterschap en de provincie.

Provincie Noord-Brabant: De provincie heeft op 18 maart 2021 een vooroverlegreactie toegezonden. In de reactie geeft de provincie aan dat het plan in overeenstemming is met de provinciale belangen.

Waterschap Aa en Maas: Het waterschap heeft op 28 januari 2021 een vooroverlegreactie toegezonden, waarin zij laat weten dat het plan geen waterbelangen raakt en het waterschap daarom kan instemmen met het plan.

5.3 Zienswijzen

Het ontwerpbestemmingsplan heeft gedurende zes weken voor een ieder ter inzage gelegen. Tijdens de inzagetermijn is één zienswijze ingediend. Deze zienswijze is in de besluitvorming meegenomen. Een Nota van zienswijzen en Nota van wijzigingen is toegevoegd als Bijlage 1 bij de toelichting.