Bestaand gebruik ten tijde van de inwerkingtreding van het plan, dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijvingen volgens de regels hoofdstuk 2, of past binnen de grenzen van de afwijking volgens artikel 11 en de aanvullende beoordelingskader voor de afwijking in artikel 12.
10.2 Strijdig gebruik
Onder strijdig gebruik als bedoeld in Artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in dit plan in ieder geval ook verstaan:
het gebruik van vrijstaande bijgebouwen bij een (bedrijfs)woning voor bewoning, als zelfstandige woning of bedrijfswoning, als afhankelijke woonruimte of voor tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers;
het gebruik van chalets, stacaravans, trekkershutten, trekkerstenten of kampeermiddelen voor bewoning;
het gebruik van gronden voor kamperen of andere vormen van verblijfsrecreatie, tenzij daarvoor op basis van de bestemming expliciet (mede)bestemd;
het gebruik van bebouwing en gronden voor bedrijfsmatige uitoefening van detailhandel, horeca, dienstverlening, ambachtelijke bedrijvigheid, industriële bedrijvigheid, escortbedrijven en/of seksinrichtingen, behoudens voor zover dat rechtstreeks verband houdt met het op de bestemming gerichte gebruik;
Een uitzondering op het bepaalde onder artikel 10 lid 2 sub d vormt de uitoefening van aan huis gebonden/verbonden beroep uitsluitend in een woning of bedrijfswoning, mits:
de hoofdfunctie als zodanig aanwezig blijft en de woning of bedrijfswoning blijft voldoen aan het bepaalde in de gemeentelijke bouwverordening en het Bouwbesluit;
de omvang van de activiteit niet meer bedraagt dan 50% van het bebouwd oppervlak van de woning of bedrijfswoning met bijbehorende bijgebouwen op het bouwperceel en dat tot een maximum van 60 m²;
er geen zelfstandige vorm van detailhandel ontstaat, uitgezonderd een beperkte verkoop in verband met het uitgeoefende beroep;
eventueel extra benodigde parkeerplaatsen op eigen terrein worden gerealiseerd;
het beroep wordt uitgeoefend door de bewoner(s) van het pand.