Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Urlingsestraat 11a te Oeffelt
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0756.BP10OefUrlingsestr-VG01

Artikel 11 Algemene afwijkingsregels

11.1 Afwijking minimum- en maximummaten

Bij het afwijken van de in deze regels voorgeschreven minimum- en maximummaten gelden de volgende voorwaarden:
  1. De afwijking mag niet meer bedragen dan 10%;
  2. De noodzaak vanuit een goede of doelmatige functionele, stedenbouwkundige, bouwkundige of architectonische inpassing dient aanwezig te zijn;
  3. Deze afwijking mag niet worden toegepast indien elders in deze regels een mogelijkheid is opgenomen voor afwijking van voorgeschreven minimum- en maximumwaarden of indien het de maximum inhoud van woningen betreft.

11.2 Bebouwing ten behoeve van algemeen nut

Bij het afwijken t.b.v. het bouwen van kleine, niet voor bewoning bestemde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een functie ten behoeve algemeen nut - zoals ten dienste van verkeer, waterhuishouding, energievoorziening, telecommunicatie, dagrecreatief medegebruik, de wering van milieuhinder en/of gevaar, de bescherming van diersoorten en/of wild, herdenkings- of religieuze doeleinden - gelden de volgende voorwaarden:
  1. de bebouwde oppervlakte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 20 m²;
  2. de goothoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 3 m;
  3. de hoogte van gebouwen mag niet bedragen dan 5 m;
  4. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 15 m;
  5. gebruiksfuncties en natuur- en/of landschapswaarden conform de gebieds- of detailbestemming, mogen niet onevenredig worden belemmerd of aangetast.

11.3 Afwijking voor bijzondere situaties bij woningen

Bij het afwijken t.b.v.  het bouwen van woningen, in afwijking van het bepaalde in artikel 2.5 lid B gelden de volgende voorwaarden:
  1. De afwijkende maatvoeringen moeten ter plaatse noodzakelijk zijn voor een doelmatige perceelsinrichting, uitbreiding en/of aansluiting op aanwezige bebouwing en worden slechts toegestaan voor zover dat voor de betreffende bebouwing of onderdeel daarvan noodzakelijk is;
  2. Er kan uitsluitend afgeweken worden voor:
    1. bestaande (bedrijfs)woningen indien toepassing van de bouwregels afbreuk doet aan noodzakelijke of gewenste bijzondere functionele eisen, zoals aanpassing voor gehandicapten, of realisering van specifiek aan een bedrijfswoning toe te voegen verbindingsruimten naar bedrijfsruimten, zoals kantoor of ontvangstruimte voor bezoekers e.d.
  3. Afgeweken kan worden voor de volgende onderdelen van de bouwregels:
    1. bij woningen als bedoeld onder artikel 11 lid 3 sub b onder 1 voor:
      • de diepte van de woning, tot maximaal 20 m;
      • de afstand van de woning tot de perceelsgrens, tot ten minste 3 m;
      • de afstand van de woning tot de weg, tot ten minste 3 m;
    2. de bijgebouwen bij woningen als bedoeld onder artikel 11 lid 3 sub b onder 1 voor:
      • afstand t.o.v. de voorgevel, tot ten hoogste daarmee gelijk;
      • afstand tot de perceelsgrens, tot ten minste 1 m daaruit;
      • afstand tot de woning (met aan– en uitbouwen), tot ten hoogste 50 m;
    3. de terreinafscheidingen bij woningen als bedoeld onder artikel 11 lid 3 sub b onder 1 voor:
      • de hoogte voor de voorgevelrooilijn, tot ten hoogste 2 m.Indien het afrasteringen betreft, dienen die zo nodig met opgaand groen ingepast te worden. Indien het muren of andere dichte afscheidingen betreft mogen die aantoonbaar geen afbreuk doen aan de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving.