direct naar inhoud van 3.1 Ontstaansgeschiedenis
Plan: Buytenpark
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00007-0004

3.1 Ontstaansgeschiedenis

Het turfsteken heeft ervoor gezorgd dat tussen de veertiende en achttiende eeuw bijna het gehele Zoetermeerse grondgebied is afgegraven. Het gebied tussen de Voorweg, de Leidsewallenwetering en de Meerpolder, waarin het Buytenpark ligt, werd van 1767 tot 1771 met behulp van vier molens drooggemalen. Het gebied kreeg de naam Zoetermeerse of Nieuw Drooggemaakte Polder. In 1965 werd de naam veranderd in Nieuwe Polder. De vier molens werden in 1877 afgebroken en vervangen door een stoomgemaal, met de naam Nieuwe Polder. Het gemaal sloeg net als de vier molens het water uit op de Noord-Aasche Vliet. Het gemaal heeft tot 1990 dienst gedaan, zij het vanaf eind van de jaren zeventig als reserve. Als oorspronkelijke occupatie-as is de Voorwegwetering en de Voorweg, door zijn hoge ligging ten opzichte van de 3 à 4 meter lager gelegen polder nog duidelijk herkenbaar in het landschap.

Het deel van de Nieuwe Polder dat nu het Buytenpark is, is van 1985 tot 1995 gebruikt als puinstort. In die tijd is gekozen voor een compacte stort met grote hoogteverschillen rond een centrale ruimte. Het ontwerp van de puinstort bestond uit vijf heuvels. Uiteindelijk is de vijfde heuvel nooit gerealiseerd. In het midden van het gebied (waar nu SnowWorld ligt) stond de puinbreker. De hoogte van de heuvels bedraagt 20 meter. Een deel van het gebied is nooit als puinstort in gebruik genomen. Het betreft het gebied waar in dit bestemmingsplan de nieuwe locatie van de TV Seghwaert is voorzien. In het gedeelte ten zuidoosten van de puinbreker zijn de begraafplaats en sportvoorzieningen aangelegd die niet op de puinstort aangelegd konden worden. Midden jaren '90 van de vorige eeuw is de puinstort gesloten en heeft het Buytenpark zijn huidige vorm gekregen.

3.1.1 Archeologische waarden

Met de turf zijn ook alle bewoningsresten uit de periode van voor de achttiende eeuw verdwenen. Er is echter één uitzondering: de wegen, de dijken en de grond onder de woningen werden niet afgegraven. De oude verbindingswegen, waaronder de Voorweg, en de bewoningskernen zijn de enige plaatsen in Zoetermeer waar nog archeologische resten in de grond zitten.

Het gebied rond de Voorweg is een zeer oude bewoonde zone. In de vroege Middeleeuwen is vanuit zones als deze het oorspronkelijke veenlandschap ontsloten en ontgonnen. Het veen is inmiddels verdwenen, maar de oorspronkelijke ontginningsas is nog aanwezig, waarin zich nog sporen van vroegere occupatie kunnen bevinden. Het gehele dijklichaam van de Voorweg en de Voorwegwetering bevat bewoningsresten uit de vijftiende eeuw en later. Vanuit archeologisch oogpunt is het gebied beschermenswaardig. Volgens de rapportage Beschermde archeologische monumenten in Zoetermeer (zie paragraaf 2.4.7) behoort het gebied tot het archeologische waardevolle gebied "Omgeving Elizabethhoeve". Het betreft het stuk land tussen de Voorwegwetering, de Limietsloot en het Buytenpark. De archeologische waarden zijn de zogenoemde daliegaten, kleiwinningsputten uit de tiende tot dertiende eeuw. Deze putten zijn dichtgegooid met onder meer huisafval uit deze periode. Dit materiaal verschaft zeer belangrijke informatie over de eerste bewoners van het Zoetermeerse grondgebied. Verder ligt het dijklichaam dat gelegen is ten zuidwesten van de Ringvaart voor een deel binnen het plangebied. Dit dijklichaam behoort tot het archeologische waardevolle gebied "Ringvaart". Het dijklichaam is van vóór 1616 en bevat mogelijk bewoningsresten uit de tijd van de eerste bewoning van Zoetermeer (tiende eeuw). Veenlagen onder de dijk bevatten mogelijk resten uit de periode tussen 4000 voor Christus en 1300 na Christus.

De gebieden die zijn aangewezen als archeologisch waardevolle gebieden in Zoetermeer hebben een dubbelbestemming "Waarde - Archeologie" gekregen. Ter bescherming van de archeologische waarden is in de regels voor deze gebieden een vergunningstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden opgenomen.

Verder is een deel van het plangebied op deze kaart aangeduid als een gebied met een redelijke tot grote kans op archeologische sporen. Het betreft de zone die nu hoofdzakelijk in gebruik is voor de begraafplaats en sportverenigingen (zie de figuur hieronder voor een fragment van de provinciale kaart).

afbeelding "i_NL.IMRO.0637.BP00007-0004_0005.png"

Figuur 3.1: Fragment van de provinciale kaart Cultuurhistorische Hoofdstructuur

Omdat het deel waar de uitbreiding van de begraafplaats is voorzien in een gebied dat is aangewezen als een gebied met een redelijke tot grote kans op archeologische sporen is er archeologisch onderzoek verricht. De resultaten van dit onderzoek zijn vastgelegd in het rapport "Locatie Buytenpark, gemeente Zoetermeer. Een archeologisch onderzoek" van april 2010. Uit het onderzoek blijkt dat de uitbreidingslocatie van de begraafplaats deel uitmaakt van een zone waar in principe vanwege mogelijk in de ondergrond aanwezige geulafzettingen en de eventuele in gebruikname daarvan door de mens vanaf het Midden Neolithicum een middelhoge archeologische verwachting is toegekend. Vanwege het afgraven van het later gevormde veen bevinden bovengenoemde afzettingen zich in principe vandaag de dag net aan of direct onder de huidige bouwvoor. Feit is echter dat tot op heden in de directe omgeving van de uitbreidingslocatie geen vondsten uit de Late Prehistorie bekend zijn. Verder lijken de resultaten van een milieukundig onderzoek van het gebied direct ten zuiden van de uitbreidingslocatie aan te geven dat de bodem plaatselijk zeker tot op 0,80 m - mv verstoord is en mogelijk zelfs tot op grotere diepte geheel uit opgebracht zand bestaat. Voor de aanleg van een begraafplaats hoeft alleen de bovenste meter van het maaiveld afgegraven te worden. De kans dat daarbij archeologische waarden aangesneden zullen worden, wordt vooralsnog klein geacht. Er is daarom geen nader archeologisch onderzoek nodig (voor het volledige rapport wordt verwezen naar Bijlage 1 van de plantoelichting).

3.1.2 Beschermd stads- dorpsgezicht en monumenten

De Voorweg en de Zoetermeerse Meerpolder zijn, als gezegd in het vorige hoofdstuk, op grond van de gemeentelijke monumentenverordening aangewezen als beschermd stadsgezicht. Voor meer informatie hierover wordt verwezen naar paragraaf 2.4.6 van deze toelichting.

In het plangebied staan geen gebouwen die zijn aangewezen als rijks- en/of gemeentelijk monument.