direct naar inhoud van Artikel 9 Tuin
Plan: Groot Vettenoord en het volkstuinencomplex
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0622.0225bpGrvt2010-0130

Artikel 9 Tuin

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuin behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
  • b. ontsluitingen, wegen en paden.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Erkers en toegangsportalen
  • a. er mogen erkers en toegangsportalen worden gebouwd;
  • b. erkers en toegangsportalen mogen aan de voorgevel van een bijbehorend hoofdgebouw worden gebouwd;
  • c. erkers en toegangsportalen mogen aan de zijgevel van een bijbehorend hoofdgebouw worden gebouwd, mits er sprake is van een hoekwoning;
  • d. de gezamenlijke breedte van erkers en toegangsportalen mag niet meer bedragen dan 2/3 van de breedte van de voorgevel;
  • e. de diepte van erkers en toegangsportalen mag niet meer bedragen dan 1,5 m;
  • f. de afstand van erkers en toegangsportalen tot aan de voorliggende perceelgrens mag niet minder bedragen dan 1 m;
  • g. de breedte van een erker mag niet meer bedragen dan 2/3 van de breedte van de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • h. de breedte van een toegangsportaal mag niet meer bedragen dan 1/3 van de breedte van de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • i. de bouwhoogte van erkers en toegangsportalen mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste verdiepingsvloer van het hoofdgebouw.
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op of in de voor 'Tuin' aangewezen gronden mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met uitzondering van muren ter afscherming van een woning;

met dien verstande dat:

  • a. de maximale bouwhoogte van de muur 2 meter bedraagt;
  • b. de maximale bouwhoogte voor luifels 3 meter bedraagt;
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 1 m als de erf- of terreinafscheiding voor de voorgevellijn wordt gebouwd;
  • d. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 1 m als de erf- of terreinafscheiding op het zijerf dat grenst aan het openbaar gebied wordt gebouwd;
  • e. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m is de erf- of terreinafscheiding achter de voorgevellijn of op het zijerf dat niet grenst aan het openbaar gebied wordt gebouwd;
  • f. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen en geen erf- of terreinafscheiding zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 m.
9.2.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen te stellen met betrekking tot de plaatsing van de bebouwing ten behoeve van de gebruiksmogelijkheden van en zon- en daglichttoetreding op aangrenzende gronden.

9.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.
9.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan of bergen van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.