De Biezen - De Hagen

Artikel 3 Bedrijventerrein

3.1 Bestemmingsomschrijving

Voor Bedrijventerrein aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. bedrijven. Daarbij geldt dat:
  • 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.1' bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan in de milieucategorieën 1, 2 en 3.1, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van toegelaten bedrijfstypen;
  • 2. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.2' bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan in de milieucategorieën 1, 2, 3.1 en 3.2., zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van toegelaten bedrijfstypen;
  • 3. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.1' bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan in de milieucategorieën 1, 2, 3.1, 3.2 en 4.1, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van toegelaten bedrijfstypen;
  • 4. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2' bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan in de milieucategorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van toegelaten bedrijfstypen;
  • 5. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.1'. bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan in de milieucategorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2 en 5.1, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Lijst van toegelaten bedrijfstypen;
  • 6. ter plaatse van de navolgende aanduiding tevens zijn toegestaan:

Functieaanduiding	Bedrijf	Straat bezoekadres	Huisnr.	SBI-code
'specifieke vorm van bedrijf –betoncentrale'	Kylstra Beton	De Limiet	23	2666.2
'specifieke vorm van bedrijf – houtbewerking'	Dekker Hout Vianen B.V.	Hagenweg	3	205.0
'specifieke vorm van bedrijf –betoncentrale'	Niemans Beton B.V.	Placotiweg	BY 5	2666.2
		Stuartweg	31	2666.2

• b. bestaande detailhandelbedrijven, behoudens het bepaalde in lid 3.4. sub a onder 2;
• c. bestaande kantoren;
• d. verkooppunten voor motorbrandstoffen, daaronder begrepen lpg, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg';
• e. medische dienstverlening (sbi-codes 8512, 8513, 8514 en 8515) ter plaatse van de aanduiding 'gezondheidszorg';
• f. een langzaamverkeersroute binnen een strook van 20 m ter weerszijde van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer – langzaam verkeer route';
• g. bestaande bedrijfswoningen;
• h. voor het behoud en herstel van beeldbepalende panden, voor zover deze als 'karakteristiek' zijn aangeduid;
• i. tuin en/of erf;
• j. ontsluitingswegen;
• k. fiets- en voetpaden;
• l. groenvoorzieningen;
• m. water(gangen) o.a. ten behoeve van de waterberging;
• n. nutsvoorzieningen.

met de daarbij behorende bouwwerken en parkeervoorzieningen.

3.2 Bouwregels

Naast de algemene bouwregels van artikel 13.1 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema, waarbij geldt dat de in het schema voorkomende verwijzingen verwijzen naar de in lid 3.3 genoemde specifieke ontheffingen.

Bebouwing	Minimale / maximale bebouwing- percentage/grondoppervlakte/ inhoud	Maximale goothoogte	Maximale hoogte	Bijzondere regels
Bedrijfsgebouwen en overkappingen, met uitzondering van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg en van bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen	zie maatvoering aanduiding	zie maatvoeringaanduiding	Zie maatvoering aanduiding	- afstand van gebouwen en overkappingen tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt ten minste 3m (3.3a); - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - representatieve zone' dienen de gebouwen met de voorkant te worden georiënteerd naar de gronden met de bestemming "Verkeer"; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding –bebouwingsaccent' mag de maximale hoogte van een bebouwingsaccent als onderdeel van een gebouw niet meer bedragen dan volgens de maatvoeringaanduiding is aangegeven.
Bijgebouwen en overkappingen bij bestaande bedrijfswoningen	50 m²	bijgebouw: 3 m	- bijgebouw: 5 m - overkapping: 3 m	- afstand van bijgebouwen en overkappingen tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt ten minste 3m (3.3a); - bijgebouwen en overkappingen mogen niet voor de voorgevel van de bedrijfswoning of het verlengde daarvan worden opgericht (3.3b);
Gebouwen en luifels voor verkooppunten motorbrandstoffen met lpg ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg'	- 75 m² voor gebouwen - 250 m² voor luifels		5 m
Reclamemasten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding -reclamemast'	Maximaal 15 breed en 15 lang (225 m2)		Zie maatvoeringaanduiding	- ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding –reclamemast' is maximaal 1 reclamemast toegestaan; - een reclamemast mag vrij van de bebouwing worden gerealiseerd.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde niet zijnde overkappingen			- tuinmeubilair: 3 m; - terrein- en erfaf- scheidingen: 2 m; - antenne-installaties:15 m; - reclame objecten: 5 m, tenzij anders staat aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding –reclamemast' - overig: 6 m (3.3.c) - vlaggenmasten 9 m.	- erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de naar de straat of openbaar verblijfsgebied georiënteerde gevel(s): maximale hoogte 1 m; - ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' is een mast toegestaan met een hoogte van maximaal 36 m - per bouwperceel zijn maximaal 2 vlaggenmasten toegestaan.

3.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het in lid 3.2 bepaalde:

• a. om de afstand tot de zijdelingse perceelgrens bij gebouwen, overkappingen en bijgebouwen te verkleinen tot een afstand van tenminste 0 m mits de brandweer kenbaar heeft gemaakt hier geen bezwaar tegen te hebben;
• b. dat bijgebouwen bij de bedrijfswoning niet voor de voorgevel v/d bedrijfswoning of het verlengde daarvan mogen worden gebouwd, indien dit uit stedenbouwkundig oogpunt niet onaanvaardbaar is en niet is gelegen ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding "representatieve zone";
• c. voor een grotere hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde tot een hoogte van 20 m, mits dit aantoonbaar noodzakelijk is in het kader van de bedrijfsvoering en voor zover de bouwwerken niet zijn gelegen binnen gronden met de aanduiding "representatieve zone";
• d. voor de bouw van een kraan van maximaal 20 m hoog.

Op het verlenen van ontheffing als bedoeld in lid 3.3. zijn de in artikel 17 lid 17.1 opgenomen procedureregels van toepassing.

3.4 Specifieke gebruiksregels

• a. Niet toegelaten bedrijven

Niet toegelaten zijn detailhandelsbedrijven, met uitzondering van:

• 1. bestaande detailhandelsbedrijven;
• 2. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit van nijverheid en industrie, in ter plaatse vervaardigde goederen, niet zijnde detailhandel in textiel, schoeisel en lederwaren, voedings- en genotmiddelen en huishoudelijke artikelen;
• 3. niet voor particulieren toegankelijke detailhandelsbedrijven die zich uitsluitend toeleggen op postorderactiviteiten en/of verkoop via internet;
• 4. detailhandel in automobielen, motoren, boten, caravans en machinerieën voor bedrijven.

• b. Gebruik niet bebouwde grond

De niet bebouwde grond mag uitsluitend als bedrijfsterrein, tuin, erf en/of:

• 1. parkeervoorziening worden gebruikt, met dien verstande dat ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding "representatieve zone";
• 2. parkeervoorzieningen zijn toegestaan over een breedte van maximaal 50% van de breedte van de bedrijfskavel; laad- en losvoorzieningen c.q. opstelplaatsen voor transportauto's, evenals opslag van goederen niet zijn toegestaan;

• c. Regels voor verkooppunt motorbrandstoffen

Ten aanzien van het verkooppunt motorbrandstoffen gelden de volgende regels:

• 1. bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' mag worden gebruikt als technische ruimte, zoals werkplaatsen, en als servicegebouw, waaronder in ieder geval begrepen winkel, magazijn en sanitaire ruimten, zulks ten dienste van het verkooppunt motorbrandstoffen;
• 2. in het onder 1 van dit sublid genoemde servicegebouw zijn geen afzonderlijke ruimten voor detailhandel toegestaan;
• 3. al dan niet zelfstandige horecaruimten in de zin van café/bar, restaurant, snackbar, etc. zijn niet toegestaan. Buffetverkoop en verkoop uit automatiek zijn, als onderdeel van de detailhandelsactiviteiten, wel toegestaan;
• 4. Bij beëindiging van het verkooppunt motorbrandstoffen dienen ondergeschikte nevenactiviteiten in de zin van detailhandel eveneens te worden beëindigd.

3.5 Ontheffing van de gebruiksregels

• a. Ontheffingsbevoegdheid
  Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in lid 3.1 onder a bepaalde, teneinde de vestiging van bedrijfsactiviteiten toe te staan die niet zijn genoemd in de Lijst van toegelaten bedrijfsactiviteiten, dan wel voorkomen in een hogere categorie dan in de betreffende zone is toegestaan, en die naar hun aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijfsactiviteiten die ter plaatse bij recht zijn toegestaan;
• b. Voorwaarden ontheffing
  Ontheffingen als bedoeld in dit lid kunnen alleen worden verleend voor de ontheffing onder a, voor zover geen onevenredige belemmeringen voor omliggende functies ontstaan.

Op het verlenen van ontheffing als bedoeld in lid 3.5 zijn de in artikel 17 lid 17.1 opgenomen procedureregels van toepassing.

3.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd:

• a. de bestemming "Bedrijventerrein" te wijzigen in de bestemming "Verkeer" met inachtneming van de volgende regels:
  • 1. na wijziging dient de inrichting van de gronden binnen de bestemming Verkeer" ter plaatse te voldoen aan een profielmaat van maximaal 22 m;
  • 2. de regels als bedoeld in artikel 6 (bestemming "Verkeer") van overeenkomstige toepassing;
  • 3. toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is alleen mogelijk nadat de gronden door de gemeente Vianen in eigendom zijn verworven;
• b. zowel de vermelding van bedrijven als bedoeld in lid 1.1 sub a onder 6 van dit artikel als de aanduiding hiervan te schrappen, indien het betreffende bedrijf zijn bedrijfsactiviteiten ter plaatse definitief heeft beëindigd;
• c. zowel de ter plaatse aangeduide milieuzones als de in lid 1.1 van deze bestemming opgenomen regels te wijzigen, indien dit op grond van de feitelijke planologische situatie kan worden gemotiveerd, waaronder begrepen beëindiging van de woonfunctie van aangrenzende woningen in en buiten het plangebied.

3.7 Sloopvergunning

• a. Sloopvergunningplicht
  Het is verboden om zonder of in afwijking van een door burgemeester en wethouders verleende sloopvergunning panden (of delen daarvan) die zijn aangeduid als "karakteristiek" te slopen.
• b. Uitzonderingen sloopvergunningplicht
  Het in sub a van dit lid 3.7 vervatte verbod geldt niet voor sloopwerken of sloopwerkzaamheden die ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan in uitvoering waren of waar voor de inwerkingtreding van dit plan sloopvergunning voor is verleend.
• c. Beoordelingscriteria
  De in dit lid in sub a bedoelde sloopvergunning wordt slechts verleend indien uit een nadere overweging van het verzoek blijkt dat handhaving van (delen) van het pand redelijkerwijs niet kan worden geëist, gezien de huidige bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het pand in verhouding tot de kosten van de waardedaling en renovatie. Een verzoek om sloopvergunning als bedoeld in sub a van dit lid dient daartoe vergezeld te gaan van deskundigen rapport dat ingaat op de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het pand in verhouding tot de economische waarde(daling) en de kosten van renovatie.
• d. Procedure sloopvergunning
  Op het verlenen van sloopvergunningen zijn de in artikel 17 lid 17.3 opgenomen procedureregels van toepassing.