direct naar inhoud van Samenvatting
Plan: Escher Gardens
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0375FEscherGard-40ON

Samenvatting

Escher Gardens is een nieuwbouwontwikkeling met een bouwhoogte van ca. 160 meter hoog, die bestaat uit twee woontorens bovenop een stedelijke laag met kantoren, commerciële en maatschappelijke voorzieningen. Het bouwplan voorziet in een gemengd woonprogramma met maximaal 1.250 woningen voor studenten, starters en gezinnen. Escher Gardens is onderdeel van de integrale gebiedsontwikkeling HS Kwartier (NvU HS Kwartier; RIS301942), rondom Station Hollands Spoor. In de gebiedsontwikkeling wordt gewerkt een goed bereikbaar hoogstedelijk gebied met ruimte voor wonen, werken, voorzieningen en groen. Ten behoeve van de gebiedsontwikkeling wordt de Waldorpstraat afgewaardeerd voor doorgaand gemotoriseerd verkeer om ruimte te creëren voor de realisatie van een groene stadsboulevard. HS Kwartier is onderdeel van de bredere gebiedsontwikkeling Laakhavens (Ontwikkelvisie Laakhavens; RIS311821) en ligt in het Central Innovation District (Structuurvisie CID; RIS307135).

Het plangebied van Escher Gardens ligt in het stadsdeel Laak van de gemeente Den Haag, direct ten zuiden van de spoorlijn Den Haag – Rotterdam en wordt begrensd door de Waldorpstraat, het ROC Mondriaan en het stationsplein. Aangezien de voorgenomen ontwikkeling niet past in het ter plaatse geldende bestemmingsplan, wordt middels het voorliggende bestemmingsplan voor Escher Gardens een nieuw bestemmingsplan opgesteld waarmee, na vaststelling hiervan door de gemeenteraad, hierin wordt voorzien. Daarbij geldt dat de verbrede reikwijdte ingevolge de Crisis- en herstelwet op bestemmingplan van toepassing is, omdat het plangebied binnen het Central Innovation District (CID) ligt - het CID maakt deel uit van een pilot in het kader van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet, waarin vooruitlopend op de Omgevingswet mag worden geëxperimenteerd met enkele nieuwe instrumenten uit deze wet, zoals een bredere reikwijdte (gericht op de gehele fysieke leefomgeving) en het gebruik van open normen (uitleg afhankelijk van beleidsregels). De verbrede reikwijdte komt in bestemmingsplan Escher Garden tot uiting door de toepassing van open normen, ten aanzien van een aantal nieuwe thema's zoals klimaatadaptatie, energie, en duurzaamheid, waardoor het mogelijk is om snel in te spelen op nieuwe ontwikkelingen, zodat nieuwe initiatieven daaraan getoetst kunnen worden. Aangezien de ontwikkelingen die voorts mogelijk worden gemaakt in het bestemmingsplan voor het overige vrij concreet zijn, zijn de bestemmingsbepalingen nog conform de traditionele manier van werken, waarbij wordt gewerkt met bestemmingen op de plankaart en bijbehorende concrete bouw- en specifieke gebruiksregels in de planregels. Het plan vormt daarmee een mix tussen de traditionele manier van werken en de nieuwe manier van werken onder de Omgevingswet. Doordat de beoogde realisatie van Escher Gardens, onderdeel uitmaakt van het CID, is daarnaast de structuurvisie CID met bijbehorende PlanMER hierop van toepassing. Het bestemmingsplan Escher Gardens past binnen de uitgangspunten hiervan. Als nadere uitwerking van de PlanMER is ten behoeve van het bestemmingsplan Escher Gardens een Project-MER opgesteld. De aanbevelingen uit het Project-MER zijn, voor zover mogelijk, geborgd in de planregels van het bestemmingsplan. Omdat met dit bestemmingsplan hoogbouw van ca. 160 meter hoog wordt mogelijk gemaakt, conform de uitgangspunten voor verdichting binnen het CID, de Nota Hoogbouw (Eyeline en Skyline RIS 298448), de NvU HS Kwartier (RIS301942), en de Ontwikkelvisie Laakhavens (RIS311821), behoeft voorts aandacht dat de realisatie van dergelijke hoogtes tot knelpunten kunnen leiden in relatie tot vastgesteld gemeentelijk beleid ten aanzien van bijvoorbeeld bezonning, windhinder en parkeren. Dit komt doordat het vigerende beleid ten aanzien van deze thema's is opgesteld in een periode waarin hoogbouw met dergelijke hoogtes nog niet of nauwelijks werd voorzien in drukbevolkte binnenstedelijke gebieden zoals het CID. Hoe met de uitgangspunten uit dit beleid wordt omgegaan en hoe is omgegaan met de aanbevelingen uit de Project-MER in onderhavig bestemmingsplan is gemotiveerd in hoofdstukken 3 en 5 van de toelichting.