direct naar inhoud van 4.7 Water
Plan: Zorgvliet (Eurojust)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0249DZorgvltEur-50VA

4.7 Water

Ten aanzien van het thema waterhuishouding zijn een aantal beleidsstukken van betekenis, waarop hieronder wordt ingegaan.

Europees

De Europese Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG) - verder KRW - is op 22 december 2000 in werking getreden. De richtlijn heeft tot doel de chemische en ecologische kwaliteit van al het oppervlakte- en grondwater in Europa te verbeteren. De richtlijn stelt daartoe eisen aan het waterbeheer in alle lidstaten. Streefdatum voor het bereiken van gewenste waterkwaliteit is 2015, met eventueel uitstel tot 2027. De doelstellingen worden uitgewerkt in (deel)stroomgebiedsbeheerplannen. In deze plannen staan de ambities en maatregelen beschreven. De Europese Kaderrichtlijn heeft, waar het de gemeente betreft, consequenties voor riolering, afkoppelen en toepassing van bouwmaterialen.

Nationaal

Het nationaal waterbeleid is vastgelegd in het Nationaal Waterplan 2009-2015. Hierin zijn de consequenties van zowel KRW als het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW, waterkwaliteit) uitgewerkt. Belangrijk is om de drietrapsstrategie vasthouden, bergen en afvoeren als afwegingsprincipe te hanteren.

Provinciaal

De provinciale 'Verordening Ruimte' voorziet in het doorwerken van een aantal provinciale belangen in gemeentelijke bestemmingsplannen. Ten aanzien van de waterhuishouding betreft het de onbelemmerde werking, instandhouding en onderhoud van regeionale waterkeringen. Het plangebied kent geen waterkeringen.

Hoogheemraadschap van Delfland

Het Waterbeheerplan 2010-2015, 'Keuzes maken en kansen benutten' beschrijft de doelen voor het waterbeheer en de financiële consequenties daarvan. Delfland investeert de komende jaren volop in het vergroten van de veiligheid, het verbeteren van de waterkwaliteit, het tegengaan van wateroverlast en het optimaliseren van de zuivering van afvalwater. Klimaatverandering, zeespiegelstijging verzilting en nieuwe wetten en regels gaan het waterbeheer de komende decennia ingrijpend veranderen. Bovendien dwingen de complexiteit van het gebied en de omvang van de noodzakelijke investeringen tot het stellen van prioriteiten. Delfland spreidt daarom de maatregelen in de tijd, zodat het tempo aansluit bij de mogelijkheden van de organisatie en het gebied. Het schap zal actief de watertoets - de toetsing van bestemmingsplannen voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen aan de belangen van de waterhuishouding - plegen. Voor gemeenten heeft zij 'de Handreiking watertoets 2007 opgesteld. In de handreiking worden de randvoorwaarden en uitgangspunten voor een plan per thema toegelicht.

Waterplan en Waterbergingsvisie Den Haag

Het Waterplan Den Haag 2011-2016 (in voorbereiding) is een gezamenlijk plan van de gemeente Den Haag en het Hoogheemraadschap van Delfland. Het beschrijft hoe de komende jaren omgegaan zal worden met water in de stad. Belangrijk nieuw element in dit Waterplan is dat het zich behalve op de waterkwaliteit ook op de veiligheid, recreatie en ruimtelijke ontwikkelingen richt.

De gemeente streeft naar het realiseren van een duurzaam vitale en aantrekkelijke leefomgeving. Daarom de lange termijndoelstelling voor dit waterplan: Het realiseren van een duurzaam schoon en gezond watersysteem, dat bijdraagt aan een aantrekkelijke en veilige (leef)omgeving, waar bewoners en bezoekers van Den Haag op een bewuste manier mee omgaan.

In 2006 hebben het Hoogheemraadschap van Delfland en de gemeente Den Haag de Waterbergingsvisie Den Haag vastgesteld. Hierin is aangegeven welke ruimtelijke en technische maatregelen er genomen moeten worden om het watersysteem in Den Haag op orde te brengen. De visie bestaat uit acht deelgebiedsrapportages. In het plangebied bestaat geen waterbergingsopgave.

Afvalwater en Riolering

Uitgangspunt voor het rioleringsbeleid is “het Gemeentelijk Rioleringsplan 2011-2015".

De Wet milieubeheer bepaalt dat de gemeente de zorg draagt voor de doelmatige inzameling en transport van afvalwater evenals de inzameling en verdere verwerking van hemelwater (artikel 10.33). Verder verplicht artikel 4.22 van deze wet de gemeenteraad telkens voor een daarbij vast te stellen periode een gemeentelijk rioleringsplan vast te stellen. Ten opzichte van het voorgaande plan is het verbreed met de zorgplichten voor hemelwater en grondwater. Deze verbreding vindt zijn grondslag in de introductie van de Wet gemeentelijke watertaken op 1 januari 2008, die op 22 december 2009 is opgegaan in de Waterwet.

Om aan deze wettelijke verplichting te voldoen heeft de gemeenteraad in haar vergadering van 2 oktober 2010 het Gemeentelijk Rioleringsplan 2011 - 2015 vastgesteld. Werken aan waterkwaliteit betekent voor riolering dat meer rekening gehouden dient te worden met het voorkomen dat water vuil wordt, dan wel het scheiden van afvalwaterstromen aan de bron. Hierbij is het gebruik van voor het oppervlaktewater schadelijke stoffen zoals koper, zink en bitumineuze dakbedekking niet toegestaan. Het schone regenwater gescheiden afvoeren naar oppervlaktewater.

Werken aan waterkwantiteit leidt tot de voornemens om de inloop van hemelwater in het gemengde riool te verminderen door het daarvan af te koppelen dan wel de inloop te verminderen door de oppervlakte aan verhardingen niet te vergroten. De laatste maatregel wenst men bij ruimtelijke ontwikkelingen te hanteren.