direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Noordwest 1 (Hof van Delft)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0023-2001

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

3.2 Bouwregels
3.2.1 Bouwwerken, binnen het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken binnen het bouwvlak gelden de regels van artikel 24 en de volgende bepalingen:

  • a. het aantal bouwlagen boven peil mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bouwlagen' op de verbeelding is aangegeven;
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' op de verbeelding is aangegeven;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - kap' (A en B), zoals weergegeven op de verbeelding en zoals gedefinieerd in figuur 1 van bijlage 1, is per perceel ten hoogste één dakverdieping toegestaan binnen het denkbeeldig kapprofiel;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - kap C' is geen dakverdieping toegestaan;
  • e. dakterrasafscheidingen en voorzieningen voor de betreding van een dakterras zijn uitsluitend op een afstand van tenminste 1 m uit de voorgevel van het hoofdgebouw toegestaan;
  • f. dakkapellen zijn toegestaan indien wordt voldaan aan de volgende eisen:
    • 1. de totale breedte van de dakkapellen mag niet meer zijn 70% van de breedte van het dakvlak gemeten aan de bovenzijde;
    • 2. de hoogte dakkapel mag gemeten vanaf de voet van de dakkapel niet groter zijn dan 1,75 m.
3.2.2 Bouwwerken, buiten het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken buiten het bouwvlak gelden de regels van artikel 24 en de volgende bepalingen:

  • a. fietsenstallingen zijn toegestaan met een maximale bouwhoogte van 3 m;
  • b. voor het overige zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde, toegestaan.
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Milieucategorie

De in lid 3.1, sub a genoemde functie is uitsluitend toegestaan voorzover zij behoort tot categorie 1 en 2 van de LvB.

3.3.2 Milieucategorie, maatbestemming

De gronden en bebouwing mogen tevens worden gebruikt voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf', een bedrijf met SBI-code 45A, uit ten hoogste categorie 3.1 van de LvB;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - groothandel chemische producten', een bedrijf met SBI-code 51551, uit ten hoogste categorie 3.2 van de LvB;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - natuursteenbewerkingsbedrijf', een bedrijf met SBI-code 267-1, uit ten hoogste categorie 4.2 van de LvB.
3.3.3 Verticale bestemming

De in lid 3.1, sub c genoemde functie is slechts toegestaan op de verdieping(en).

3.3.4 Gebruiksverbod

Niet toegestaan zijn:

3.4 Afwijken van de gebruiksregels
3.4.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid 3.3.1 om bedrijven uit categorie 3.1 van de LvB mogelijk te maken;
  • b. het bepaalde in lid 3.3.1 om bedrijven toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
3.4.2 Voorwaarden afwijken

Het bevoegd gezag past de in lid 3.4.1 bedoelde afwijkingsbevoegdheid toe indien deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden te behoren tot categorie 2 en indien de kwaliteit van de leefomgeving niet onevenredig nadelig wordt beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan: sociale veiligheid, groen, verkeer en economisch functioneren.

3.4.3 Afwijken gebruiksverbod

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.3.4 sub d voor het uitoefenen van een seksinrichting, met in achtneming van de volgende bepalingen:

  • a. binnen het gehele gemeentelijke grondgebied zijn maximaal 2 seksinrichtingen toegestaan;
  • b. binnen een straal van 250 m vanaf NS-stations en binnen een straal van 50 m vanaf gebedshuizen en scholen zijn seksinrichtingen niet toegestaan;
  • c. de afstand tussen de seksinrichtingen de dichtstbijzijnde woning van een derde dient minimaal 10 m te bedragen;
  • d. de onderlinge afstand tussen de 2 seksinrichtingen dient minimaal 50 m te bedragen;
  • e. ten behoeve van de seksinrichting dient in voldoende mate in parkeergelegenheid voor de bezoekers te zijn voorzien;
  • f. een seksinrichting in de vorm van een raamprostitutie bedrijf is niet toegestaan.