Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: De Nieuwe Wetering
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0491.BP1031NW001-VG01

4.10 Verkeer en Parkeren

4.10.1 Verkeer
De infrastructuur wordt zoveel mogelijk aangesloten op de bestaande wegenstructuur van het bestaande bedrijventerrein. Aan de westzijde wordt aangesloten op de Nijverheidsstraat en Timmerfabriekstraat.
Aan de noordzijde wordt voorzien in een nieuwe aansluiting op de N210. Deze tweede aansluiting in de vorm van een (enkelstrooks) rotonde is noodzakelijk. Uit een door DHV opgestelde verkeersanalyse blijkt dat dit de kwaliteit van de verkeersafwikkeling op de huidige rotonde Dijklaan ten goede komt. Deze rotonde kan de verkeersintensiteiten tot 2020 niet verwerken. Aanvullende reden voor de noodzakelijkheid van deze tweede aansluiting is nog de directheid van de routes waardoor onnodig omrijden wordt voorkomen. Door een tweede ontsluiting wordt extra verkeersdruk op de bestaande wegenstructuur in het bestaande bedrijventerrein voorkomen en hoeft het verkeer niet via allerlei omwegen bij het juiste bedrijf te komen. Daarnaast is de tweede ontsluiting noodzakelijk in verband met de risicospreiding voor situaties van reconstructiewerkzaamheden of calamiteiten en de verkeersveiligheid.
 
De exacte locatie van deze tweede ontsluiting is opgenomen in dit bestemmingsplan. Bij Gedeputeerde Staten is hieraan voorafgaand een principe verzoek ingediend. Deze voorziet in een aansluiting over de middelste groenstrook aan de oostzijde van het terrein en loopt vervolgens richting het oosten, waarna deze op één van de oostgelegen percelen af zal buigen naar het noorden om daar door middel van een rotonde op de N210 aan te takken.
4.10.2 Parkeren
In de openbare ruimte zullen geen parkeerplaatsen gerealiseerd worden. In de openbare ruimte komen één of meerdere stopplekken bijvoorbeeld nabij informatieborden. Voorts dient de parkeerbehoefte per bedrijf op eigen terrein opgelost te worden. In de planregels is hiervoor een parkeernorm opgenomen. Deze parkeernorm sluit aan op de landelijke CROW normen. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen arbeidsintensieve en arbeidsextensieve bedrijven.
Door het opnemen van normen in de regels wordt ook voor de toekomst geborgd dat voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid. 
In de regels is voorzien in een afwijkingsmogelijkheid voor het college om een hoger bebouwingspercentage toe te staan. Dit is uitsluitend mogelijk indien minimaal het extra aantal benodigde parkeerplaatsen ondergebracht worden in een gebouwde parkeervoorziening. Hierbij kan gedacht worden aan een parkeerkelder of parkeren op het dak. Daarnaast moet middels een verkeerskundigonderzoek aangetoond worden dat op eigen terrein voldoende parkeergelegenheid overblijft. Hiervoor gelden de minimale parkeernormen zoals opgenomen in de regels.