Plan: | Appartementen Smallekamplaan |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0450.BPAppartSmallekamp-VS01 |
In dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en is vermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraan deze ontwikkelingen – wat ecologie betreft – moeten worden getoetst. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen het toetsingskader dat door wettelijke regelingen wordt bepaald en het toetsingskader dat wordt gevormd door het beleid van Rijk, provincie en gemeente.
Huidige situatie
Het plangebied bestaat uit een braakliggend terrein dat grotendeels wordt gebruikt voor grondopslag.
Beoogde ontwikkelingen
In het plangebied worden drie appartementengebouwen gerealiseerd. Hiervoor moeten de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd:
Soortenbescherming
De huidige ecologische waarden zijn vastgesteld aan de hand van foto's van het plangebied, algemene ecologische kennis en verspreidingsatlassen/gegevens (onder andere www.ravon.nl en www.waarneming.nl) waarin de waarnemingen zijn aangegeven.
Planten
Op basis van bekende verspreidingsgegevens en de aanwezige biotopen kan worden gesteld dat het plangebied geen bijzondere of beschermde soorten herbergt.
Vogels
Door het ontbreken van opgaand groen heeft het plangebied geen functie voor broedvogels. De watergangen kunnen leefgebied bieden aan watervogels als meerkoet, wilde eend en waterhoen.
Zoogdieren
In het plangebied komen mogelijk grondgebonden zoogdieren als huisspitsmuis, veldmuis en konijn voor. Het plangebied heeft naar verwachting geen functie voor vleermuizen.
Amfibieën
Gezien de voorkomende biotopen zijn algemene soorten als bruine kikker, middelste groene kikker en gewone pad te verwachten in het plangebied. Mogelijk dat het plangebied ook leefgebied vormt voor de zwaar beschermde rugstreeppad.
Vissen
In de watergangen langs het plangebied komt mogelijk de kleine modderkruiper voor.
Overige soorten
Het plangebied is ongeschikt als biotoop voor beschermde reptielen en insecten (vlinders, sprinkhanen en libellen). De genoemde beschermde soortengroepen stellen hoge eisen aan hun leefgebied; het plangebied voldoet hier niet aan.
In tabel B.1.1 staat aangegeven welke beschermde soorten er binnen het plangebied (naar verwachting) voorkomen en onder welk beschermingsregime deze vallen.
Tabel B.1.1 Beschermde soorten binnen het plangebied en het beschermingsregime
vrijstellingsregeling Ffw | tabel 1 | veldmuis, huisspitsmuis en konijn bruine kikker, gewone pad en de middelste groene kikker |
|
ontheffingsregeling Ffw | tabel 2 | kleine modderkruiper | |
tabel 3 | bijlage 1 AMvB | geen | |
bijlage IV HR | rugstreeppad | ||
vogels | cat. 1 t/m 4 | geen |
Toetsing en conclusie
Gebiedsbescherming
Net buiten het plangebied, ten oosten van het spoor, ligt een gebied dat deel uitmaakt van de EHS. Dit EHS-gebied heeft, gezien de ligging tussen 2 spoorwegen en de nabijheid van de snelweg, geen functie voor verstoringsgevoelige soorten. De ontwikkeling van drie appartementengebouwen heeft, als buiten het broedseizoen wordt begonnen met de werkzaamheden, geen invloed op de EHS. De Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie staan de uitvoering van het plan dan ook niet in de weg.
Soortenbescherming
Het bestemmingsplan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermde dier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit dat ruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen dat overtredingen van de Ffw niet optreden.
Het bestemmingsplan voorziet in de realisatie van drie appartementengebouwen. De benodigde werkzaamheden ten behoeve van deze ontwikkeling kunnen leiden tot aantasting van te beschermen natuurwaarden.