direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Evenemententerreinen, terrassen e.a.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding en doel

De aanleiding en het doel voor het voorliggende bestemmingsplan Evenemententerreinen, terrassen e.a. is het juridisch-planologisch mogelijk maken van evenementen (waaronder ook markten en een kermis) op daartoe geschikte terreinen en het juridisch-planologisch regelen van terrassen van horecabedrijven in de openbare ruimte.

Evenementen

De gemeenteraad van Ouder Amstel heeft op 16 februari 2017 het 'Beleidskader evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020' vastgesteld. Het evenementenbeleid regelt onder andere de soort evenementen, het aantal evenementen en bezoekersaantallen per locatie en het daarbij passend geluidsniveau. Eveneens zijn per locatie aanvangs- en sluitingstijden bepaald. Het beleidskader is uitgewerkt in beleidsregels1 die vervolgens zijn vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. De beleidsregels regelen hoe vergunningaanvragen voor evenementen worden behandeld en bevatten regels ten aanzien van veiligheid, milieu en gezondheid. Op basis van deze beleidsregels worden vergunningen voor evenementen verleend. Het beleid is het resultaat van een uitgebreid participatietraject met omwonenden van de evenemententerreinen.

Voor de ruimtelijke waarborging van het beleidskader en beleidsregels is het voorliggende bestemmingsplan opgesteld. Dit bestemmingsplan heeft de vorm van een facetbestemmingsplan en heeft het doel om aan de onderliggende bestemmingsplannen een regeling toe te voegen die het, onder voorwaarden, ruimtelijk mogelijk maakt om evenementen te organiseren op enkele specifieke evenementenlocaties. De regeling bestaat uit regels over het soort evenementen, de te verwachten bezoekersaantallen, aanvangs- en sluitingstijden en geluidbelasting. Met dit bestemmingsplan ontstaat er een grotere rechtszekerheid voor omwonenden en organisatoren. Daarnaast is het is voor organisatoren niet meer nodig om per evenement een afwijking aan te vragen. Het jaarlijks opnieuw in behandeling nemen van terugkerende aanvragen van vergunningen voor evenementen is niet wenselijk, zowel uit oogpunt van de gemeente, als uit oogpunt van organisatoren.

Verwerken evaluatie beleidskader evenementen

Het beleidskader evenementen en de daarop gebaseerde beleidsregels zijn in 2018 geëvalueerd. Uit de evaluatie is gebleken dat de kaders voor het houden van evenementen op de locaties Ouderkerkerplas en Waver op een aantal punten aangescherpt en gewijzigd kunnen worden. Deze wijzigingen zijn toegelicht in paragraaf 2.1.6 en 3.2 en verwerkt in de planregels.

Terrassen

De gemeente Ouder-Amstel is een levendige gemeente waar sprake is van een gevarieerd aanbod aan horecagelegenheden. De daarbij behorende terrassen dragen bij aan het verlevendigen van de gemeente en zorgen voor een goede sfeer in de verschillende kernen. Uit ambtelijke toetsing is gebleken dat de geldende bestemmingsplannen - voor zover het de openbare ruimte betreft - bestaande terrassen niet altijd toestaan. Op basis van jurisprudentie moet een bestemmingsplan het gebruik van de gronden als terras wel mogelijk maken. Een exploitatievergunning als bedoeld in de APV is niet voldoende. De gemeente heeft daarom besloten om terrassen via een parapluregeling alsnog mogelijk te maken op de locaties waar dit ruimtelijk wenselijk en verantwoord is. Het voorliggende facetbestemmingsplan heeft betrekking op de openbare ruimte die door een aantal horecabedrijven wordt gebruikt als terras. Het gebruik van terrassen kan gevolgen hebben voor het woon- en leefklimaat waaronder het geluidniveau ter plaatse. Op grond van de APV kunnen beperkingen worden gesteld aan de openingstijden. Op deze wijze kan in iedere situatie maatwerk worden geleverd. Dit verdient de voorkeur boven een algemene regulering van de openingstijden in een bestemmingsplanregel.

Met het voorliggende bestemmingsplan wordt tevens de vergunde en bestaande poffertjekraam aan de Korendragerstraat 4 tijdelijk planologisch geborgd. Daarnaast worden de vergunde ceremonies aan de Kerkstraat 11 positief bestemd middels dit bestemmingsplan.

1.2 Ligging en begrenzing plangebied

Het plangebied omvat de hele gemeente Ouder-Amstel.

Het plangebied van dit bestemmingsplan betreft daarmee de plangebieden van alle geldende bestemmingsplannen binnen de gemeente Ouder-Amstel, met uitzondering van de gebieden waarvoor een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding is. In deze in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen, wordt de regeling ten aanzien van evenementen en terrassen in dat betreffende bestemmingsplan opgenomen.

Het plangebied heeft nadrukkelijk betrekking op twaalf evenementenlocaties en enkele terrassen binnen de gemeente Ouder-Amstel. In figuur 1.1 is de ligging van de evenemententerreinen weergegeven. Het gebied 'Zone rondom Amsterdam ArenA', dat ook in de beleidsregels is opgenomen, maakt geen deel uit van voorliggend bestemmingsplan. Bij de herziening (Bestemmingsplan De Nieuwe Kern) van de bestemmingsplannen Strandvliet 1970 en industriegebied 1977 wordt dit evenemententerrein meegenomen. Het gebied 'Amstel Businesspark Zuid', maakt evenmin onderdeel uit van dit bestemmingsplan.

De locaties opgenomen in figuur 1.1 zijn onderdeel van het plangebied. Op veel van deze locaties vinden de evenementen al plaats. Zo wordt er in het recreatiegebied Ouderkerkerplas al enkele jaren dancefeesten georganiseerd.

Tabel 1.1 Locaties evenemententerreinen

Ouderkerk aan de Amstel:  
Recreatiegebied Ouderkerkerplas  
't Kampje e.o.  
Centrum Ouderkerk overig           
Sluisplein  
Op het water: Amstel en Bullewijk  
Sporthal Bindelwijk  
Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel  
Amstelbad        
Ronde Hoep en Waver  
Locatie ijsbaan  
Duivendrecht:  
Dorpsplein Duivendrecht  
Sportvelden Duivendrecht  

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0001.png"

Figuur 1.1 Ligging evenemententerreinen

In tabel 1.2 zijn alle terrassen in de gemeente Ouder-Amstel opgenomen. Een groot deel van deze terrassen worden middels voorliggend bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Andere terrassen waren reeds planologisch geborgd. In paragraaf 3.3 zijn de locaties van de terrassen weergegeven.

Tabel 1.2 Terrassen in de gemeente Ouder-Amstel

Ouderkerk aan de Amstel:  
Sluisplein 5  
Ouderkerkerplas  
Achterdijk 2-4  
Hogereinde Zuid 2A  
Koningin Julianalaan (Bindelwijk)  
Rondehoep Oost 3  
Kerkstraat 1, 56, 61  
Korendragerstraat 3 en 4  
Kerkstraat 11  
Dorpsstraat 7, 9  
Gijsbrecht van Aemstelstraat 8  
Duivendrecht:  
Dorpsplein 51, 53, 60, 75                                                       
Rijsstraatweg 215  
Biesbosch 39  
hoek Kloosterstraat/Rijsstraatweg  

1.3 Geldende bestemmingsplannen

Het plangebied van dit bestemmingsplan betreft de plangebieden van alle geldende bestemmingsplannen binnen de gemeente Ouder-Amstel, met uitzondering van de gebieden waarvoor een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding is. In de plannen die voor laatstgenoemde gebieden worden gemaakt, wordt de regeling in dat betreffende bestemmingsplan opgenomen.

1.4 Leeswijzer

Het voorliggende facetbestemmingsplan bestaat uit een verbeelding met bijbehorende planregels, vergezeld van een toelichting. De planregels en de verbeelding vormen de juridisch bindende elementen van het bestemmingsplan. De toelichting bestaat uit een planbeschrijving met (separate) bijlagen waarin relevante onderzoeksresultaten zijn opgenomen.


De toelichting van dit bestemmingsplan is opgebouwd uit een zestal hoofdstukken. In hoofdstuk 2 komt het relevante gemeentelijk beleidskader aan de orde. Hoofdstuk 3 beschrijft de verschillende evenementenlocaties en terrassen met de bijbehorende randvoorwaarden. In hoofdstuk 4 komen de relevante omgevingsaspecten aan de orde en in hoofdstuk 5 de juridische planopzet. Hoofdstuk 6 tenslotte gaat in op de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van het plan.

Hoofdstuk 2 Beleidskader

Gelet op het doel, de aard, omvang en betekenis van de regelingen in het voorliggende facetbestemmingsplan wordt in dit hoofdstuk met name ingegaan op het gemeentelijke beleid. Het rijks en provinciaal beleid wordt kort beschreven.

Rijksbeleid

Op rijksniveau zijn op ruimtelijke gebied de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (2012) en Barro (2012) de meest bepalende beleidsdocumenten. Deze documenten richten zich op een dusdanig schaalniveau en zijn als gevolg daarvan ook van een zeker (hoog) abstractieniveau, dat hieruit geen concrete beleidskaders voortkomen voor voorliggend bestemmingsplan. Het rijksbeleid staat het planvoornemen derhalve niet in de weg.

Provinciaal beleid

In de Structuurvisie Noord-Holland 2040 (2015) geeft de provincie Noord-Holland aan op welke manier de ruimte benut en ontwikkeld zou moeten worden. De drie hoofdbelangen zijn daarbij ruimtelijke kwaliteit, duurzaam ruimtegebruik en klimaatbestendigheid. Ook dit document, samen met de Provinciale Verordening (de laatste aanpassing dateert van 1 maart 2017) is van een dusdanig abstractieniveau dat concrete beleidskaders voor evenementen en terrassen niet aanwezig zijn. De uitgangspunten van het provinciaal beleid staan het planvoornemen derhalve niet in de weg.

2.1 Gemeentelijk beleid

2.1.1 Structuurvisie gemeente Ouder-Amstel 2007

In de ‘Structuurvisie gemeente Ouder-Amstel 2007’ (vastgesteld 2008) verwoordt de gemeente haar visie op de ruimtelijke inrichting en ontwikkeling van haar grondgebied voor de lange termijn. In de kernen van de gemeente ligt de nadruk op de woonfunctie. Er zijn voldoende voorzieningen om aan de lokale behoefte te voldoen.

Ouderkerk aan de Amstel
Ouderkerk aan de Amstel als horecadorp (‘Culinair Hart van Holland’) is het leidend uitgangspunt. De gemeente moet zich bij voorkeur richten op (internationale) toeristen die meer willen zien dan alleen het ‘stedelijke’ Amsterdam. De Prins Hendrikstraat wordt genoemd als concrete optie voor het toevoegen van functies. Terrassen aan de Amstel ontbreken. Om deze reden zijn meer horecatypen, terrassen en evenementen wenselijk. Het voornamelijk particulier eigendom langs de Amstel maakt deze wens echter lastig te realiseren. Naast het versterken van de horeca in de kern Ouderkerk aan de Amstel wordt tevens ingezet op het uitbreiden van het specialistische, hoogwaardige winkelaanbod in samenhang met het reguliere, lokaal verzorgende woningaanbod. De huidige situatie in de kern vraagt om een herinrichting van het centrum, waar in principe minder ruimte is voor de auto en het openbaar groen wordt versterkt. Deze keuze staat feitelijk op gespannen voet met de keuze het dorp te versterken, aangezien dit waarschijnlijk een aantrekkende werking op het autoverkeer heeft. Er dient specifiek aandacht te worden besteed aan de mogelijke toename van het autoverkeer en de parkeerproblematiek die daarmee samenhangt.

Duivendrecht

In de visie wordt Duivendrecht gekarakteriseerd als dorp met een eigen gemeenschap en een stedelijk karakter. Uitgangspunt in de structuurvisie is om dat te behouden, maar tegelijkertijd aan de zuidwestelijke rand (in De Nieuwe Kern en nabij station Duivendrecht aan de zijde van Amstel Business Park) ruimte te bieden voor nieuwe woonwijk met voorzieningen. Daarbij wordt rekening gehouden met de kleinschaligheid van Duivendrecht. Het voorkomen van het ‘isoleren’ van de kern Duivendrecht staat centraal in de structuurvisie. De visie spreekt zich uit voor een betere ontsluiting richting Amstelscheg middels langzaam verkeerroutes.

Ronde Hoep/Waver

De visie voor de Ronde Hoep/Waver is sterk sterk gericht op behoud en versterking van de ecologische en landschappelijke kwaliteiten. Het huidige agrarische karakter is daarbij leidend. De combinatie van open landschap (Ronde Hoep) en stedelijke agglomeratie op korte afstand van elkaar dient beter te worden benut. In potentie is de polder recreatief aantrekkelijk. Grootschalige ruimtelijke aanpassingen zijn niet voorzien. Het uitgangspunt is om met kleine en relatief simpele details de beleefbaarheid van de polder de Ronde Hoep te versterken. Ontwikkelingskansen dienen in te steken op het versterken van de groen-blauwe kwaliteiten van het landschap. Aansluitend op de beoogde initiatieven in het gebied ten noorden van de kern Ouderkerk aan de Amstel, dient de gemeente zich in polder de Ronde Hoep ook te richten op recreatie. Een combinatie met natuur ligt daarbij voor de hand. In de beleefbaarheid van de polder te versterken wordt een versterking van de fietsroute 'Rondje Hoep' in de visie voorgestaan. Het water, de oude statige (heren)boerderijen en natuurgebieden ronddom de polder hebben een grote recreatieve waarde. Bovendien ligt de route nog relatief dichtbij het stedelijk gebied, waardoor het ook voor stadsbewoners aantrekkelijk is om te recreëren. Uiteraard is het Rondje Hoep ook voor wandelaars aantrekkelijk.

2.1.2 Regelingen in de geldende bestemmingsplannen

Evenementen

Zoals uit paragraaf 1.2 blijkt, gelden in het plangebied van het voorliggende facetbestemmingsplan een groot aantal bestemmingsplannen. Op grond van deze bestemmingsplannen zijn evenementen nu niet toegestaan.

Terrassen

In de onderliggende bestemmingsplannen zijn horecabestemmingen opgenomen of deze bestemmingsplannen maken horeca anderzins mogelijk. Onderliggende bestemmingsplannen bevatten echter geen regelingen die het realiseren of exploiteren van terrassen in het openbare gebied (zoals op pleinen of in een winkelstraat) ruimtelijk mogelijk maken.


Indien terrassen in het openbare gebied liggen, dient het gebruik van die gronden ten behoeve van horeca in het bestemmingsplan geregeld te zijn. In de gemeente Ouder-Amstel is dat tot op heden niet overal het geval, zodat de terrassen in de openbare ruimte eigenlijk aangemerkt moeten worden als strijdig gebruik. Het voorliggende bestemmingsplan is bedoeld om deze terrassen alsnog goed te regelen.

Alle bestaande terrassen in de openbare ruimte (met een terrasvergunning op basis van de APV) worden met het voorliggende plan ruimtelijk gewaarborgd. Bij de overige horecabedrijven in de gemeente Ouder-Amstel worden eveneens terrassen in de openbare ruimte toegestaan.

2.1.3 Algemene plaatselijke verordening (APV)

Naast het gemeentelijk beleid omtrent evenementen en terrassen is een Algemene plaatselijke verordening (APV) van kracht. Een gemeentelijke verordening is een op gemeentelijk niveau vastgesteld algemeen verbindend voorschrift. Dit is een juridisch hard document. De APV is de meest bekende gemeentelijke verordening. In de APV worden onder andere voorschriften gegeven op het gebied van de openbare orde en veiligheid in de breedste zin van het woord. Hierbij valt te denken aan: verkeerszaken, horeca-aangelegenheden en bescherming van het milieu. Elke gemeente heeft een eigen APV waarin zij de dingen op haar manier regelt.

De bevoegdheid om een APV vast te stellen, is bepaald in artikel 149 van de Gemeentewet. De raad stelt de verordeningen vast die hij in het belang van de gemeente nodig oordeelt. APV-bepalingen regelen het ordelijk verloop van het maatschappelijk verkeer voor zover dat in de openbare ruimte en in openbare inrichtingen plaatsvindt of een weerslag heeft op de openbare ruimte. In de APV is een aantal basisregels gedefinieerd ten aanzien van het organiseren van evenementen en terrassen. Deze regels zien vooral op aspecten die verband houden met openbare orde en veiligheid en stellen bijvoorbeeld geen concrete normen voor de geluidbelasting van evenement.

Mede om die reden heeft de gemeente Ouder Amstel eigen evenementenbeleid geformuleerd met aanvullende regels. Dit is beschreven in de paragrafen 2.1.4 en 2.1.5.

Evenementen

Voor het organiseren van een evenement is een vergunning op basis van de APV 2017 nodig: de evenementenvergunning. Artikel 2:27 van de APV luidt als volgt:

  • 1. Het is verboden zonder vergunning of in afwijking van een vergunningvan de burgemeester een evenement te organiseren.
  • 2. De organisator c.q. vergunning aanvrager van door de burgemeester aan te wijzen categorieën vergunningplichtige vechtsportwedstrijden of -gala’s, is niet van slecht levensgedrag.
  • 3. De burgemeester weigert de vergunning als de organisator c.q. vergunning aanvrager van een evenement als bedoeld in het tweede lid, onder a, van slecht levensgedrag is, onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 en het genoemde in het derde lid.
  • 4. Onverminderd het bepaalde inartikel 1:8 kan de vergunning worden geweigerd in het belang van:
    • a. het voorkomen of beperken van overlast;
    • b. de verkeersveiligheid of de veiligheid van personen of goederen;
    • c. de zedelijkheid of gezondheid.
  • 5. De burgemeester kan evenementen aanwijzen, waarvoor het in eerste lid bedoelde verbod niet geldt en waarvoor de organisator ten minste twee weken voorafgaand aan het evenement een melding maakt aan de burgemeester.
  • 6. Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg in situaties waarin wordt voorzien door artikel 10 juncto 148 van de Wegenverkeerswet 1994.
  • 7. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Awb (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
  • 8. De burgemeester kan binnen 5 dagen na ontvangst van de melding als bedoeld in het vijfde lid besluiten een evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

Zoals uit de leden 4 en 8 blijkt, is in de APV niet alleen de openbare orde, maar ook het milieu en de kwaliteit van de leefomgeving onderwerp van de afweging die de gemeente moet maken bij het toestaan van een evenement. Om een aanvaardbaar woon- en leefklimaat te garanderen voor omwonenden is het nodig om in de planregels bepalingen op te nemen over het aantal evenementen(dagen), het maximale aantal bezoekers en het soort en de omvang van evenementen.

Terrassen 

Voor het exploiteren van een terras bij een horecabedrijf is een vergunning op basis van de APV 2017 nodig: de exploitatievergunning openbare inrichting. Artikel 2:30 van de APV luidt als volgt:

  • 1. Het is verboden een openbare inrichting te exploiteren zonder vergunning van de burgemeester.
  • 2. De burgemeester weigert de vergunning indien de vestiging of exploitatie van de openbare inrichting in strijd is met een geldend bestemmingsplan of beheersverordening.
  • 3. In afwijking van artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning geheel of gedeeltelijk weigeren, indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de woon- en leefsituatie in de omgeving van de openbare inrichting of openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed.
  • 4. Geen vergunning is vereist voor een openbare inrichting die zich bevindt in
    • a. een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet voor zover de activiteiten van de openbare inrichting een ondersteunende activiteit vormen van de winkelactiviteit;
    • b. een zorginstelling;
    • c. een museum; of
    • d. een bedrijfskantine of bedrijfsrestaurant.
  • 5. Bij de toepassing van de in het derde lid genoemde weigeringsgrond houdt de burgemeester rekening met het karakter van de straat en de wijk, waarin de openbare inrichting is gelegen of zal zijn gelegen, de aard van de openbare inrichting,de spanning, waaraan het woonmilieu ter plaatse reeds blootstaat of bloot zal komen te staan door de exploitatie, de wijze van bedrijfsvoering door de exploitant of de leidinggevende en het levensgedrag van de exploitant of leidinggevende.
  • 6. De exploitant en de leidinggevende(n) van een
      • horecabedrijfstaan niet onder curatele of bewind en
      • zijn niet in enig opzicht van slecht levensgedrag.
  • 7. De leidinggevende heeft de leeftijd van eenentwintig jaar bereikt
  • 8. In afwijking van het bepaalde in artikel 2:10 beslist de burgemeester in geval van een vergunningaanvraag die ook betrekking heeft op een of meer bij de openbare inrichting behorende terrassen voor zover deze zich op de weg bevinden over de ingebruikneming van die weg ten behoeve van het terras.
  • 9. Onverminderd het gestelde in het derde en vijfde lid kan de burgemeester de in het zevende lid bedoelde ingebruikneming van die weg ten behoeve van een of meer bij een openbare inrichting horende terrassen weigeren:
    • a. indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan;
    • b. indien het terras in strijd is met het ter plaatse geldende bestemmingsplan of beheersverordening.
  • 10. Het bepaalde in het achtste en negende lid geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken of de op grond van de Wegenverkeerswet 1994 vastgestelde Provinciale wegenverordening.
  • 11. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing op de vergunning als bedoeld in het eerste lid.

Zoals uit bovenstaande tekst blijkt, is in de APV niet alleen de openbare orde, maar ook de kwaliteit van het woon- en leefklimaat onderwerp van de afwegingen die de gemeente moet maken. De burgemeester moet een vergunningaanvraag weigeren wanneer deze in strijd met het bestemmingsplan. Een directe aanleiding voor het voorliggende facetbestemmingsplan is hier ook terug te lezen. Op basis van de huidige APV kunnen juridisch gezien geen exploitatievergunningen voor terrassen in het openbare gebied worden verleend.

2.1.4 Beleidskader evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020

De gemeenteraad heeft tijdens de vergadering van 16 februari 2017 het ‘Beleidskader evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020’ vastgesteld. Met dit evenementenbeleid wordt een kader gesteld om evenementen op een verantwoorde en veilige wijze mogelijk te maken, waarbij wordt gestreefd naar een evenementenaanbod dat past bij het karakter van de gemeente. Het evenementenbeleid bestaat uit twee onderdelen, namelijk een beleidskader en beleidsregels. Het kader is door de raad vastgesteld, de beleidsregels door het college van burgemeester en wethouders.

Het evenementenbeleid beoogt de volgende effecten:

  • 1. Sturen op evenementen die passen bij het karakter van de gemeente;
  • 2. Voorzien in een locatie waar incidenteel een groter evenement kan plaatsvinden;
  • 3. Duidelijkheid scheppen naar zowel organisatoren als omwonenden over (on)mogelijkheden voor het houden van evenementen;
  • 4. Veilig en ordelijk verloop van de evenementen en implementeren van aanbevelingen die zijn gedaan door de Inspectie Veiligheid en Justitie;
  • 5. Verbeteren van de economische spin-off van evenementen;
  • 6. Stimuleren van lokale kleinschalige initiatieven;
  • 7. Verhogen van duurzaamheid bij evenementen;
  • 8. Kaders stellen voor het proces van vergunningverlening, toezicht en handhaving.

Het Beleidskader evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020 is als bijlage 1 aan deze toelichting toegevoegd.

2.1.5 Beleidsregels evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020

De beleidsregels evenementen hebben betrekking op alle evenementen waarvoor volgens de APV een evenementenvergunning is vereist. Dit betreft evenementen die zowel binnen als buiten plaatsvinden. De APV maakt hierin immers geen onderscheid. In de praktijk komt het erop neer dat dit voornamelijk buitenevenementen zijn.

Daarnaast regelt het evenementenbeleid onder meer eindtijden, geluidsnormen, de locatie van het plaatsen van een tent, de verkoop van alcoholische dranken, de regulering van verkeer en parkeren, het gebruik van gemeentelijke materialen, hoe om te gaan met de promotie van een evenement, hoe het opruimen van afval verloopt en hoe eventuele schade wordt afgehandeld. Eveneens wordt geregeld hoe vergunningaanvragen worden behandeld en bevatten het regels ten aanzien van veiligheid, milieu en gezondheid.

De beleidsregels evenementen gemeente Ouder-Amstel 2017-2020 is als bijlage 2 aan deze toelichting toegevoegd.

2.1.6 Aanpassing evenementenbeleid en beleidsregels evenementen

Het beleidskader evenementen en de daarop gebaseerde beleidsregels zijn in oktober 2017 geëvalueerd. Uit de evaluatie is gebleken dat de kaders voor het houden van evenementen op de locaties Ouderkerkerplas en Waver op een aantal punten aangescherpt en gewijzigd kunnen worden. Voor de Ouderkerkerplas gaat het hoofdzakelijk om de volgende wijzigingen:

  • Het toevoegen van een extra categorie kleine evenementen met een maximum van twaalf evenementen per jaar.
  • Enkele verruimingen qua dagen en tegelijkertijd beperkingen voor evenementen met afsluiten van wegen.
  • Vereenvoudiging van een aantal regels voor kleine evenementen, waaronder regels over een duurzaamheidsplan en informatieavonden.

Voor de Waver wordt de eindtijd voor het Waverfeest op de donderdag verruimd naar 1:30 uur in plaats van 23:00 uur.

Het aangepaste beleidskader en de aangepaste beleidsregels met de voorgenomen wijzigingen worden ter inzage gelegd zodat eenieder zienswijzen kenbaar kan maken. Dit gebeurt tegelijkertijd met het ontwerp bestemmingsplan.

De planning is dat het gewijzigde beleidskader, de gewijzigde beleidsregels en het bestemmingsplan begin 2019 worden vastgesteld. Dit betekent dat het vast te stellen bestemmingsplan is gebaseerd op het nieuwe gewijzigde beleidskader en de nieuwe gewijzigde beleidsregels.

Hoofdstuk 3 Planbeschrijving

In dit hoofdstuk wordt de beoogde ontwikkeling beschreven. Na een beschrijving van vergunningvrije evenementen, gaat het in op alle locaties waar evenementen morgen worden georganiseerd. Per locatie wordt ingegaan op de in het beleidskader/regels gestelde kaders voor evenementen op die locatie. De locaties waar terrassen worden toegestaan, ceremonies (zoals huwelijksvoltrekkingen) kunnen plaatsvinden en een marktkraam planologisch wordt geregeld zijn opgenomen aan het eind van dit hoofdstuk.

3.1 Aanwijzingsbesluit vergunningsvrije evenementen

De burgemeester heeft op grond van de APV 2017 de volgende evenementen aangewezen als vergunningsvrije evenementen:

Evenementen die voldoen aan alle onderstaande criteria:

  • Het betreft een eendaags evenement;
  • Tijdens het evenement zijn minder dan 200 bezoekers tegelijkertijd aanwezig;
  • Het gemiddeld geluidsniveau (LAeq) veroorzaakt door muziekgeluid of andere geluidsbronnen dat voor de gevel(s) van nabijgelegen woningen of andere geluidsgevoelige objecten bedraagt niet meer dan 70 dB(A); Het evenement vindt in zijn geheel plaats tussen 09:00 en 23:00 uur of op zondag tussen 13:00 en 23:00 uur;
  • Op de rijbaan is altijd en overal een vrije doorgang van 3,50 meter breed aanwezig voor hulpdiensten;
  • Voor het evenement worden geen tenten geplaatst waarin meer dan 50 personen tegelijkertijd aanwezig kunnen zijn;
  • Voor het houden van het evenementen is tenminste twee weken van tevoren een melding ingediend bij de burgemeester;
  • Het evenement vindt niet plaats op of nabij een evenement waarvoor een vergunning is aangevraagd of verleend.

Wandel- of fietsevenementen, waarbij:

  • Niet meer dan 500 deelnemers zijn;
  • Geen wegen worden afgesloten;
  • Het verkeer wordt geregeld door daartoe bevoegde verkeersregelaars;
  • Geen sprake is van een wedstrijdelement;
  • Tenminste twee weken voor het houden van het evenement een melding is ingediend bij de burgemeester.

Open dagen, openingen, jubilea, etc. bij bedrijven en instellingen, waarbij:

  • Parkeren in zijn geheel plaatsvindt op eigen terrein of binnen bestaande parkeergelegenheid in de openbare ruimte;
  • Niet meer dan 500 bezoekers gelijktijdig aanwezig zijn (of meer, voor zover dat is toegestaan volgens de gebruiksmelding in het kader van brandveiligheid);
  • Het gemiddeld geluidsniveau (LAeq) veroorzaakt door muziekgeluid of andere geluidsbronnen dat voor de gevel(s) van nabijgelegen woningen of andere geluidsgevoelige objecten niet meer dan 70 dB(A) bedraagt en waarbij de geluidbelasting na 23:00 uur overeenkomstig de normen uit het Activiteitenbesluit is;
  • Geen activiteiten op de openbare weg plaatsvinden;
  • Voor het evenement geen tenten worden geplaatst waarin meer dan 50 personen tegelijkertijd aanwezig kunnen zijn;
  • Tenminste twee weken vóór het houden van het evenement een melding is ingediend bij de burgemeester.

Gezien de beperkte ruimtelijke impact van deze vergunningsvrije evenementen worden deze niet ruimtelijk geborgd met het voorliggende bestemmingsplan. Daarnaast hoeft bij een aanvraag voor een dergelijk evenement niet getoetst te worden aan de regels uit het aldaar geldende bestemmingsplan.

3.2 Aangewezen evenemententerreinen met beleidsregels

In gemeente Ouder-Amstel is een aantal locaties (in het bijzonder) geschikt voor het houden van evenementen. Dit betreft de volgende locaties:

Ouderkerk aan de Amstel:

  • Recreatiegebied Ouderkerkerplas
  • 't Kampje                                                                                             
  • Centrum Ouderkerk overig                        
  • Sluisplein
  • Op het water: Amstel en Bullewijk
  • Sporthal Bindelwijk
  • Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel
  • Amstelbad                                                                               
  • Ronde Hoep en Waver
  • Locatie ijsbaan

Duivendrecht:

  • Dorpsplein Duivendrecht                                                     
  • Sportvelden Duivendrecht

Voor een evenwichtige spreiding van de evenementen en de daarmee gepaard gaande (geluids)hinder, wordt het aantal evenementen per locatie aan een maximum gebonden. Tevens wordt geregeld hoeveel geluidsevenementen per locatie en per jaar zijn toegestaan. In de volgende paragrafen zijn alle locaties met randvoorwaarden kort omschreven. De kaders komen voort uit het vastgesteld beleidskader en de beleidsregels, zoals opgenomen in bijlage 1 en 2 bij dit bestemmingsplan. In het beleidskader en de beleidsregels zijn de locaties uitgebreid omschreven. De tekst uit het beleidskader en de beleidsregels zijn leidend ten opzichte van de tekst in onderhavige plantoelichting.

De voorgenomen wijzigingen van het beleidskader en beleidsregels zijn hieronder verwerkt in de tekst alsmede in de planregels.

Geluidscategorie I

Alle evenementen waarbij geluidsversterkende apparatuur wordt gebruikt en waarvoor een ontheffing nodig is op grond van artikel 4:5 van de APV, worden aangemerkt als “geluidsevenement”. In de Beleidsregels Evenementen Ouder-Amstel wordt een categorie 1 geluidsevenement gedefinieerd als: “een evenement waarbij de geluidsproductie van het gehele evenement hoger is dan 100 dB(A) bronvermogen en waarbij deze geluidsproductie langer duurt dan 4 uur of (deels) plaatsvindt in de avond (19:00 – 23:00 uur) en/of nacht (23:00 – 07:00 uur).” Alle overige geluidsevenementen vallen onder categorie 2.

Dance evenementlen

Dance evenementen zijn evenementen waar overwegend elektronische dansmuziek ten gehore wordt gebracht. Deze evenementen behoren altijd tot de geluidscategorie 1. Omdat bij dance evenementen doorgaans meer geluidshinder wordt ervaren dan bij andere geluiddragende evenementen (ongeacht de feitelijke geluidbelasting), worden dance evenementen niet op alle locaties toegestaan.

Tijdsbeperking

In het bestemmingsplan wordt, met uitzondering van de ijsbaan, geen seizoensbeperking gegeven. Evenementen kunnen plaatsvinden over de duur van het hele jaar.

3.2.1 Ouderkerkerplas

Het recreatiegebied Ouderkerkerplas is in 1990 opengesteld en wordt gewaardeerd om de ontstane natuurwaarden. Door de ligging bij de woonwijken aan de oostkant van Ouderkerk aan de Amstel recreëren veel inwoners uit deze wijken hier maar ook veel mensen uit Amsterdam Zuid-Oost en van elders. De gemeente wil, bij voorkeur op één locatie, ruimte bieden voor het incidenteel organiseren van grotere evenementen. Uit een in 2016 gehouden pilot, is geconcludeerd dat het incidenteel houden van grotere evenementen in een bepaald deel van het recreatiegebied Ouderkerkerplas, onder voorwaarden, buiten het winterseizoen waarin de plas gedeeltelijk gesloten is, mogelijk is. Op deze locatie wordt het volgende toegestaan:

  • i. Eénmaal per jaar een ééndaags evenement met muziek met het geluidsspectrum van dancemuziek op zaterdag (tot uiterlijk 23.00 uur).
  • ii. Eénmaal per jaar een weekend met maximaal twee evenementen van één dag of één tweedaags evenement met muziek met een ander geluidsspectrum dan dance (dus met minder bassen, te denken valt aan pop, jazz of klassieke muziek) op zaterdag (tot uiterlijk 23.00 uur) en/of op zondag (tot uiterlijk 20.00 uur) met eenzelfde fysieke omgeving zodat in een keer op- en afgebouwd kan worden.
  • iii. Maximaal 12 eendaagse evenementen met een beperkte (geluids-)impact waarbij muziek en ander geluid ondergeschikt zijn aan de activiteit. Deze evenementen mogen in de periode van oktober tot april niet plaatsvinden in het afgesloten gedeelte van de Ouderkerkerplas.
  • iv. Maximaal 12 eendaagse evenementen met een beperkte (geluids-)impact waarbij muziek en geluid ondergeschikt zijn aan de activiteit, met een maximum van 500 bezoekers. Hierbij zijn ook meerdaagse evenementen toegestaan.
  • v. Evenementen door scholen of non-profit instellingen op doordeweekse dagen en in het weekend.
3.2.2 't Kampje

Het terrein 't Kampje is centraal gelegen in de kern Ouderkerk aan de Amstel en bestaat uit 't Kampje, het haventje en enkele omringende straten. Het Kampje is gecentreerd rond een klein grasveld, een parkeerterrein en een omringende straat (Kerkstraat). Het terrein bestaat verder uit een deel van de Dorpsstraat en Korendragerstraat. Ten zuidoosten van het terrein ligt een groene zone met een Portugees-Israëlitische begraafplaats. Ten noorden en oosten wordt het terrein omringd door bebouwing. Het haventje betreft de oostzijde van de Amstel en loopt van Achterdijk 12A tot 16A naar het noorden naar de Brugstraat en omvat ook het haventje waar boten kunnen aanleggen. Tot dit gebied hoort ook de parkeerplaats van de supermarkt aldaar. Het gebied bestaat verder uit de straten Hoger Einde-Noord huisnummer 28 t/m 31, Hoger Einde-Zuid, Burgemeester Cordesweg huisnummers 23 t/m 26, Gijsbrecht van Aemstelstraat, Prins Henrikstraat, Brugstraat, en Achterdijk.

Vanwege de ruime opzet en de centrale ligging in de kern Ouderkerk aan de Amstel is 't Kampje de aangewezen locatie voor het houden van diverse evenementen in het centrum. De geschiktheid voor het houden van een kermis, braderieën/themamarkten en muziekevenementen is reeds gebleken. Vanwege de toeristische ambitie van de gemeente is deze locatie tevens geschikt voor evenementen die zich richten op toeristen. Daarbij is het uitgangspunt om te streven naar aansluiting van het evenement bij de thema's uit het Actieplan Toerisme, namelijk: cultuur, historie, natuur en culinair. Jaarlijks worden op 't Kampje twaalf grotere evenementen (tot 2.500 bezoekers) toegestaan, ongeacht de geluidscategorie. Dance evenementen zijn niet toegestaan. Kleine evenementen, waarbij het plein grotendeels beschikbaar blijft voor het huidige gebruik, zijn onbeperkt toegestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0002.png"

Figuur 3.1 't Kampje

3.2.3 Centrum Ouderkerk overig (BI-zone) en Sluisplein (BI-zone)

Sinds 2016 is een bedrijveninvesteringszone (BI-zone) opgericht in het centrum Ouderkerk aan de Amstel. Ondernemers hebben zich verenigd om activiteiten in de openbare ruimte te ontplooien. Naast het treffen van fysieke maatregelen zoals aankleding van het gebied met bloembakken, kan onder die activiteiten het organiseren van evenementen worden verstaan. Hierin wordt gefaciliteerd door de gehele BI-zone aan te wijzen als locatie voor het houden van evenementen. Deze evenementen zullen hoofdzakelijk gericht zijn op het winkelend publiek en de inwoners van de kern. Omdat de (verkeers)impact van dergelijke evenementen relatief hoog is en omdat 't Kampje wordt aangewezen voor het houden van (relatief) grote evenementen is het aantal evenementen, waarvoor de gehele BI-zone wordt gebruikt, beperkt tot drie per jaar. Evenementen van geluidscategorie I zijn niet toegestaan. Het maximaal aantal bezoekers voor evenementen in de BI-zone bedraagt 7.000. Omdat de terreinen Centrum Ouderkerk overig en Sluisplein zich niet in de nabijheid van elkaar bevinden, zijn op de verbeelding en in de regels twee verschillende zones aangehouden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0003.png"

Figuur 3.2 Het haventje

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0004.png"

Figuur 3.3 Sluisplein

3.2.4 Op het water: Amstel en Bullewijk

Het terrein omvat (een deel van) de rivieren de Amstel, Bullewijk en (Oude) Waver. De Amstel is een gekanaliseerde rivier die even na Ouderkerk aan de Amstel ten zuiden van de huidige brug van de A9 een scherpe bocht maakt. Hier is de Amstel in de 18e eeuw rechtgetrokken door middel van het Amstel-Drechtkanaal en is het Amsteleiland ontstaan. De Bullewijk is een riviertje van ongeveer 3 km lang en is een oostelijke zijtak van de Amstel. De rivier de Waver vormt de zuidelijke en de oostelijke grens van de gemeente Ouder-Amstel en de noordwestgrens van De Ronde Venen. Sinds 1819 vormt de rivier eveneens de grens tussen de provincies van Noord-Holland en Utrecht. Voorbij de Stokkelaarsbrug heet de Waver de Oude Waver. Het terrein begint bij de rivier de Amstel ter hoogte van Amsteldijk Noord 112 en loopt naar het zuiden tot waar de Amstel de Oude Waver kruist. De Oude Waver gaat vervolgens in een lus weer naar het noorden en gaat over in de rivier de Waver en stroomt tenslotte vanaf de Voetangelbrug als rivier de Bullewijk ten oosten langs de Bullewijker en Holendrechter polder en mondt uiteindelijk in Ouderkerk aan de Amstel, na de Kerkbrug, weer uit in de rivier de Amstel.

De Amstel en de Bullewijk biedt kansen voor watergebonden recreatie en evenementen. Evenementen op of aan het water worden daarom mogelijk gemaakt, met een maximum van acht per jaar, waarvan maximaal twee evenementen van geluidscategorie I. Dance evenementen zijn op het water uitgesloten. Besloten is dat de verkeersbestemmingen en groenbestemmingen aan de weerszijden van deze rivieren worden meegenomen, zodat deze onderdeel worden van het evenemententerrein. Er is geen muziek toegestaan en er is (bewust) geen maximum aantal bezoekers gesteld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0005.png"

Figuur 3.4 Amstel en Bullewijk

3.2.5 Sporthal Bindelwijk

Voor het houden van overdekte evenementen wordt sporthal Bindelwijk aangewezen. Daarbij kan worden gedacht aan een themamarkt, sociaal culturele activiteiten of kleinschalige muziekevenementen (waaronder bijvoorbeeld alcoholvrije disco avonden gericht op kinderen die in de horeca nog niet terecht kunnen). Sportevenementen zijn reeds toegestaan. Overige evenementen zijn maximaal driemaal per jaar toegestaan. Het parkeerterrein bij de Sporthal Bindelwijk maakt geen onderdeel uit van het evenemententerrein.

3.2.6 Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel

Het terrein omvat vier grasvelden, van echt gras of kuntgras, een verhard speelveld en een gebouw. Het terrein ligt naast het Amstelbad. De velden naast het gebouw en achter het Amstelbad zijn voorzien van verlichting om het sporten na zonsondergang mogelijk te maken. De meest zuidwestelijke grasvelden hebben geen verlichting. Aan de lange en korte kant loopt van west – zuid – oost een sloot van enkele meters breed. Tussen sloot en grasveld ligt struweel met opgaande struiken en bomen en wordt met het snoeiafval een takkenril van enkele decimeters hoog gevormd.

De sportvelden zijn geschikt voor het houden van evenementen, gelieerd aan de daar gevestigde sportverenigingen. Daarnaast is de locatie geschikt voor het houden van zes evenementen per jaar, waarvan twee evenementen van geluidscategorie I. De voorkeur op deze locatie gaat uit naar evenementen die zich richten op de inwoners van Ouderkerk aan de Amstel. Het maximaal aantal bezoekers bedraagt hier 2.000. De maximale eindtijd van evenementen bedraagt op alle dagen 23:00 uur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0006.png"

Figuur 3.5 Sportvelden Ouderker aan de Amstel

3.2.7 Amstelbad

Het Amstelbad is een openlucht zwembad met twee grote zwembaden, een ligweide, een sportveldje van zand, een mini-golfbaan en een zandkasteel met waterpartijen. Er is een overdekt gedeelte met verkleedruimten en opslag van speelmateriaal. Het terrein is omgeven door een sloot.

Sport- en spelactiviteiten zijn reeds toegestaan. In aanvulling op het reguliere gebruik worden maximaal acht evenementen per jaar toegestaan, waarvan twee evenementen van geluidscategorie I. Dance evenementen zijn hier toegestaan. Niet geschikt voor het houden van evenementen met monstertrucks, kermissen en circussen. Voor wat betreft geluid is men gebonden aan de eisen uit het Activiteitenbesluit en de regels omtrent incidentele festiviteiten uit de APV. De maximale eindtijd voor geluid bedraagt op alle dagen 23:00 uur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0007.png"

Figuur 3.6 Zwembad Amstelbad

3.2.8 Ronde Hoep en Waver

Het evenemententerrein ligt in de polder De Ronde Hoep en langs de rivier de Oude Waver. De wegen rondom deze polder worden vanwege de landelijke ligging nabij stedelijk gebied veel gebruikt door recreanten en sporters en zijn daardoor ook geschikt voor het houden van sportevenementen, zoals bijvoorbeeld wandel- en fietsevenementen. Daarnaast zijn er tijdens de Amstellanddag diverse activiteiten in het gebied. Bedrijven aan de Ronde Hoep hebben er ook regelmatig opendagen (zoals de Open Boerderijdag). De Ronde Hoep en de Waver lenen zich voor het houden van sportieve, educatieve en recreatieve evenementen in de natuur. Een belangrijke randvoorwaarde daarbij is dat de natuur niet wordt verstoord, omdat de polder een stilte- en weidevogelkerngebied is. Het evenemententerrein betreft een weiland dat agrarisch in gebruik is. Het ligt op enkele tientallen meters van de binnendijk langs de rivier de Oude Waver.

Er zijn maximaal 8 evenementen per jaar toegestaan, waarvan twee evenementen van geluidscategorie 1. Dance evenementen zijn hier uitgesloten. Evenementen van geluidscategorie 1 duren maximaal 3 dagen . Het terrein is niet geschikt voor het houden van evenementen met monstertrucks, kermissen en circussen. De maximale geluidbelasting voor evenementen bedraagt 75 dB(A). Bij evenementen met geluidscategorie 1 is een geluidsbelasting hoger dan 100 dB(A) toegestaan. Op zondag t/m donderdag duren de evenementen maximaal tot 23:00 uur, op vrijdag en zaterdag tot 01:30 uur (daaropvolgende dag). Het maximaal aantal bezoekers is 720. Voor het Waverfeest geldt een eindtijd op donderdag van 1:30 uur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0008.png"

Figuur 3.7 Waver

3.2.9 Locatie ijsbaan

Dit evenemententerrein betreft een weiland in het landelijk gebied, buiten de bebouwde kom van Ouderkerk aan de Amstel .

Wanneer het vriest wordt aan het Molenpad een ijsbaan aangelegd. Gedurende de gebruiksperiode van de ijsbaan, kunnen er evenementen worden gehouden op en aan de ijsbaan, met een maximum van zes per jaar en waarvan één van geluidscategorie I. Buiten die perioden is het gebruik van deze locatie voor het houden van evenementen niet toegestaan. Het terrein is niet geschikt voor het houden van evenementen met monstertrucks, kermissen en circussen. De maximale geluidbelasting voor evenementen bedraagt 75 dB(A); bij evenementen met geluidscategorie 1 is een geluidsbelasting hoger dan 100 dB(A) toegestaan. Geluid wordt gemeten voor de gevels van de dichtstbijzijnde geluidsgevoelige bestemming. Een evenement van geluidscategorie 1 duurt maximaal 1 dag. De maximale eindtijd van evenementen bedraagt op alle dagen 23:00 uur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0009.png"

Figuur 3.8 IJsbaan

3.2.10 Dorpsplein Duivendrecht en omliggende straten (Waddenland, Telstarweg en Begoniastraat en Rijksstraatweg, tussen Telstarweg en Waddenland)

Het evenemententerrein betreft een dorpsplein met een aantal panden, zoals een dorpshuis en bijbehorende sporthal en winkels. Een deel van de omliggende straten (Waddenland, Telstarweg, Begoniastraat en de Rijksstraatweg) behoren ook tot het evenemententerrein.

Het Dorpsplein is het kloppend hart van de kern Duivendrecht en daarom de belangrijkste evenementenlocatie. Om die reden wordt daar de ruimte geboden voor kleinschalige initiatieven en worden jaarlijks zo'n acht grotere evenementen van geluidscategorie I. De locatie leent zich in het bijzonder voor evenementen die zich richten op het winkelend publiek zoals een braderie. Tevens is dit de locatie voor dorpsfeesten. Evenementen die veel overlast met zich meebrengen, zoals dance-evenementen, zijn hier niet toegestaan. Voor het houden van evenementen kunnen het vernieuwde dorpshuis en bijbehorende sporthal worden benut. Als uitloop voor evenementen op het Dorpsplein kan gebruik worden gemaakt van de omliggende straten: Waddenland, Telstarweg en Begoniastraat en Rijksstraatweg, tussen Telstarweg en Waddenland. Hier zijn dezelfde evenementen toegestaan als op het Dorpsplein zelf, met dien verstande dat activiteiten met geluid zoveel als mogelijk op het Dorpsplein zelf moeten plaatsvinden.

Er zijn maximaal 20 evenementen toegestaan, waarvan maximaal 8 evenementen van geluidscategorie 1. Evenementen van geluidscategorie 1 duren maximaal 2 dagen. De maximale geluidbelasting voor evenementen met geluidscategorie 2 wijkt af van reguliere norm en bedraagt 85 dB(A); bij evenementen met geluidscategorie 1 is een geluidsbelasting hoger dan 100 dB(A) toegestaan. Op zondag t/m donderdag duren de evenementen maximaal tot 23:00 uur; op vrijdag en zaterdag tot 01:00 uur (daaropvolgende dag).

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0010.png"

Figuur 3.9 Dorpsplein Duivendrecht

3.2.11 Sportvelden Duivendrecht

Het terrein omvat drie (kunst)grasvelden, een verhard speelveld en een gebouw. Het trainingsveld ligt het meest zuidwestelijk, met daarnaast het betonnen veldje. In het midden van het terrein ligt een groter veld met kunstgras. Meest noordoostelijk ligt een veld met echt gras, van vergelijkbare grootte als het kuntgrasveld. Het trainings-, verharde- en kunstgrasveld zijn voorzien van verlichting door respectievelijk vier, twee en acht lampen. Het grote grasveld heeft geen verlichting. Aan de lange en korte kant ten zuidoosten van het terrein ligt een sloot van enkele meters breed. Paralell daaraan ligt een fiets-en voetpad omgeven door struweel en bomen en een spoorweg. Aan de noordelijke kant van het terrein ligt een parkeerplaats en een straat (Biesbosch).

De sportvelden in Duivendrecht zijn geschikt voor het houden van evenementen, gelieerd aan de daar gevestigde sportverenigingen. Daarnaast is dit de locatie voor eventuele kleine circussen op de parkeerplaatsen. Op de locatie worden maximaal zes evenementen per jaar toegestaan, waarvan twee muziekevenementen per jaar van geluidscategorie 1 (tot 1.000 bezoekers). Evenementen van geluidscategorie 1 duren maximaal 1 dag. Voor evenementen met geluidscategorie 1 is een geluidsbelasting hoger dan 100 dB(A) toegestaan, voor de overige evenementen wijkt de geluidsbelasting niet af van reguliere norm en bedraagt 75 dB(A). De eindtijd van evenementen bedraagt op alle dagen 23:00 uur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0011.png"

Figuur 3.10 Sportvelden Duivendrecht

3.2.12 Samenvatting beleidsregels en -kaders

Tabel 3.1 Samenvatting evenemententerreinen

Locatie   Maxi- maal # evene-menten   Maximaal # bezoe- kers   Geluids-
categorie I  
Dance evenementen   Eindtijd Zondag t/m donderdag   Eindtijd
Vrijdag / Zaterdag  
Toegestane geluidsniveau  
Ouderker- kerplas   27   variërend per soort evenement   Ja   Wel toegestaan   23:00   23:00   variërend per soort evenement  
't Kampje   8   2.500   Ja   Niet toegestaan   23:00, uitgezonderd op zondag dan is de eindtijd 1:00 (volgende dag)   23:00, uitgezonderd zaterdag dan is de eindtijd 1:00 (volgende dag)   85 dB(A)  
Sluisplein   3   3.600   Niet toegestaan   Niet toegestaan   23:00   23:00   75 dB(A)  
Centrum Ouderkerk overig   3  
3.400  
Niet toegestaan   Niet toegestaan   23:00   23:00   75 dB(A)  
Ijsbaan   6   1.000   Ja, maximaal 1 evenement   Niet toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Amstel en Bullewijk   8   2.000   Ja, maximaal 2 evenementen   Niet toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Sportvel- den Ouder- kerk   6   2.000   Ja, maximaal 2 evenementen   Niet toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Amstelbad   8   2.000   Ja, maximaal 2 evenementen   Wel toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Ronde Hoep en Waver   8   720   Ja, maximaal 2 evenementen   Niet toegestaan   23:00   01:30   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Bindelwijk   3   2.000   Ja, maximaal 2 evenementen   Niet toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A) bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  
Dorpsplein Duiven- drecht   20   2.000   Ja, maximaal 8 evenementen   Niet toegestaan     01:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A)
bronvermogen
Overig: 85 dB(A)  
Sportvel- den Duiven- drecht   6   1.000   Ja, maximaal 2 evenementen   Niet toegestaan   23:00   23:00   Geluidscategorie 1: >100 dB(A)
bronvermogen
Overig: 75 dB(A)  

3.3 Terrassen

In figuren 3.11 en 3.12 zijn alle terrassen weergegeven, die middels voorliggend bestemmingsplan voorzien zijn van een aanduiding. Alle bestaande terrassen in de openbare ruimte (met een terrasvergunning op basis van de APV) worden met het voorliggende plan ruimtelijk gewaarborgd. Bij de overige horecabedrijven in de gemeente Ouder Amstel worden eveneens terrassen in de openbare ruimte toegestaan. Bij het bepalen van de situering van de nieuwe terrassen is er rekening gehouden met beschikbare doorloopruimte voor voetgangers, bestaande parkeervoorzieningen, het schoonhouden van de omgeving en de geluidsoverlast. In de regels van het voorliggende bestemmingsplan zijn de afmetingen en situering van het terras geregeld middels een gebiedsaanduiding. Een terras dient verder ten dienste te staan van een horecabedrijf en dient de zijdelingse perceelsgrenzen van het aangrenzende horecabedrijf niet te overschrijden. Een terras mag de verkeersveiligheid niet in gevaar brengen en de aanwezigheid van een terras(afscheiding) moet de toegankelijkheid voor hulpdiensten niet in gevaar brengen. In het kader van het voorliggende bestemmingsplan is de ruimtelijke aanvaardbaarheid vanuit geluidshinder onderzocht. In paragraaf 4.6 zijn de onderzoeksreslutaten opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0012.png"

Figuur 3.11 Terrassen Ouderkerk aan de Amstel

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0013.png"

Figuur 3.12 Terrassen Duivendrecht

3.4 Kerkstaat 11 en Korendragerstraat 4

In de kerk aan de Kerkstraat 11 vinden ceremonies (zoals huwelijksvoltrekkingen) plaats. Omdat het erf van de kerk gelegen is aan de Amstel en dit een aantrekkelijke locatie is voor het houden van een ceremonie zoals een bruiloftsfeest, wil de kerk deze locatie graag aansluitend aan de ceremonie als zodanig gebruiken voor evenementen, waaronder recepties. Voor dit voornemen is, op 12 mei 2017, een tijdelijke vergunning met voorwaarden verleend. In bijlage 3 is deze vergunning opgenomen. Met het vooliggende bestemmingsplan worden de voorwaarden gesteld aan de toestemming naar het bestemmingsplan vertaald.

Aan de Korendragerstraat 4 is de pannenkoeken- en poffertjessalon Ouder-Amstel gevestigd. Van 1 mei tot 31 oktober is deze salon open. Met het vooliggende bestemmingsplan worden de regels uit de vergunning naar het bestemmingsplan vertaald, en wordt deze poffertjeskraam tijdelijk planologisch mogelijk gemaakt.

Hoofdstuk 4 Omgevingsaspecten

De beoogde evenementen en terrassen vereisen een toetsing aan diverse milieu- en omgevingsaspecten. Het bestemmingsplan moet namelijk voldoen aan een goede ruimtelijke ordening waarbij mogelijke milieueffecten van de mogelijk gemaakte ontwikkelingen moeten worden vastgesteld en getoetst. Deze analyse van omgevingsaspecten is opgenomen in dit hoofdstuk.

4.1 Archeologie en cultuurhistorie

Erfgoedwet (2017)

Voor het eerst is er één integrale wet die betrekking heeft op onze museale objecten, musea, monumenten en archeologie op het land en onder water. Samen met de nieuwe Omgevingswet maakt de Erfgoedwet een integrale bescherming van ons cultureel erfgoed mogelijk.

Op grond van de Erfgoedwet zijn archeologische monumenten beschermd. Deze zijn opgenomen op de Archeologische Monumentenkaart van de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek. Daarnaast beoogt de provincie Noord-Holland ook andere archeologisch waardevolle terreinen te beschermen.

Dit bestemmingsplan brengt geen werken of werkzaamheden met zich mee die invloed hebben op de archeologische- en cultuurhistorische waarden. Voor het realiseren en in gebruik hebben van evenementen en terrassen zijn geen bodemingrepen nodig. Eventuele archeologische (verwachtings)waarden kunnen daarom niet aangetast worden. De evenementen en terrassen hebben verder geen nadelige effecten op aanwezige monumenten, beschermd dorpsgezicht of andere aanwezige cultuurhistoriche waarden.

Het aspecten archeologie en cultuurhistorie staat de voorgenomen ontwikkelingen niet in de weg.

4.2 Bodemkwaliteit

Op grond van artikel 3.1.6 lid 2 van het Besluit ruimtelijke ordening (2008) moet een bodemonderzoek worden verricht om de realiseerbaarheid van een (bestemmings)wijziging te beoordelen. Voor alle bestemmingen waar een functiewijziging of een herinrichting mogelijk is moet ten minste een verkennend bodemonderzoek worden verricht.


Met het voorliggend facetbestemmingsplan worden terrassen en evenementen planologisch mogelijk gemaakt. Er is geen sprake van een functiewijziging. De onderliggende bestemming blijft geldend.Ten behoeve van het planvoornemen is daarom geen verkennend bodemonderzoek noodzakelijk.

Het aspect bodemkwaliteit staat de voorgenomen ontwikkelingen niet in de weg.

4.3 Externe veiligheid

Het beleid voor externe veiligheid is gericht op het beperken en beheersen van risico’s voor de omgeving vanwege handelingen met gevaarlijke stoffen. De handelingen kunnen zowel betrekking hebben op het gebruik, de opslag en de productie, als op het transport van gevaarlijke stoffen. Uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en de richtlijnen voor vervoer gevaarlijke stoffen2 vloeit de verplichting voort om in ruimtelijke plannen in te gaan op de risico’s in het plangebied ten gevolge van handelingen met gevaarlijke stoffen. De risico’s dienen te worden beoordeeld op twee maatstaven, te weten het plaatsgebonden risico en het groepsrisico.

Plaatsgebonden risico

Het plaatsgebonden risico beschrijft de kans per jaar dat een onbeschermd individu komt te overlijden door een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het plaatsgebonden risico wordt uitgedrukt in risicocontouren rondom de risicobron (bedrijf, weg, spoorlijn etc.), waarbij de 10-6 contour (kans van 1 op 1 miljoen op overlijden) de maatgevende grenswaarde is.


Groepsrisico

Het groepsrisico beschrijft de kans dat een groep van 10 of meer personen gelijktijdig komt te overlijden ten gevolge van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het groepsrisico geeft een indicatie van de maatschappelijke ontwrichting in geval van een ramp. Het groepsrisico wordt uitgedrukt in een grafiek, waarin de kans op overlijden van een bepaalde groep (bijvoorbeeld 10, 100 of 1000 personen) wordt afgezet tegen de kans daarop. Voor het groepsrisico geldt de oriëntatiewaarde als ijkpunt in de verantwoording (géén norm).

Voor elke verandering van het groepsrisico (af- of toename) in het invloedsgebied moet verantwoording worden afgelegd, over de wijze waarop de toelaatbaarheid van deze verandering in de besluitvorming is betrokken. Samen met de hoogte van groepsrisico moet andere kwalitatieve aspecten worden meegewogen in de beoordeling van het groepsrisico. Onder deze aspecten vallen zelfredzaamheid en rampenbestrijding. Onderdeel van deze verantwoording is overleg met de Veiligheidsregio.

Onderzoek

Er moet getoetst worden aan het Bevi en de richtlijnen voor vervoer gevaarlijke stoffen wanneer bij een ontwikkeling (beperkt) kwetsbare objecten worden toegestaan. (Beperkt) kwetsbare objecten zijn o.a. woningen, scholen, ziekenhuizen, hotels, restaurants en kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen. Een evenemententerrein is te beschouwen als een recreatieterrein. Dit betekent dat eendaagse evenementen geen (beperkt) kwetsbaar objecten zijn en dat toetsing aan het Bevi en de richtlijnen voor vervoer gevaarlijke stoffen voor deze evenementen in principe niet nodig is. Alle evenemententerreinen die middels dit bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt, bevinden zich binnen het invloedsgebied van een (of meerdere) risicobron(nen). Hoewel het om incidentele evenementen gaat, waarbij op dit moment geen zekerheid is over de precieze locatie van een evenement binnen een aangewezen evenementenlocatie, hoe een evenement exact wordt ingericht en hoeveel bezoekers er precies zullen zijn, heeft de gemeente Ouder-Amstel uit overwegingen van zorgvuldigheid onderzoek uitgevoerd naar alle evenemententerreinen. Dit onderzoek is opgenomen in bijlage 4.

Tabel 4.1: Evenemententerreinen in relatie tot risicobronnen

afbeelding "i_NL.IMRO.0437.PBPEvenementen-VA01_0014.png"

In tabel 4.1 zijn alle evenemententerrein opgenomen en afgezet de invloedsgebieden van risicobronnen waar de terreinen binnen liggen. In de tabel is aangegeven welk type onderzoek is uitgevoerd. PR en GR staat voor respectievelijk de berekening van het plaatsgebonden en groepsrisico. (Beperkte) VGR staat voor (beperkte) verantwoording van het groepsrisico. Deze verantwoording bestaat uit een beschrijving van de zelfredzaamheid en rampenbestrijding in geval van een calamiteit. Af te leiden is dat alle terreinen in het invloedsgebied van de spoorlijn (Duivendrecht - Diemen) liggen. Voor de terreinen IJsbaan, ’t Kampje, Centrum Ouderkerk, Sporthal Bindelwijk, Ronde Hoep en Waver en Dorpsplein Duivendrecht betekent dit dat geen berekening nodig is. De verantwoording van het groepsrisico is verderop in deze paragraaf opgenomen.

Onderstaand is een opsomming opgenomen van de resultaten van het onderzoek naar de overige terreinen:

  • Sportvelden Duivendrecht: het plaatsgebonden risico en het groepsrisico is berekend. Het terrein ligt niet binnen de plaatsgebonden risicocontour van 10-6, waardoor het geen belemmering vormt voor het plan. Het plan leidt niet tot een toename van het groepsrisico en blijft tevens onder de oriëntatiewaarde. Het groepsrisico dient conform het Bevt verantwoord te worden.
  • Amstelbad en Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel: De locatie Amstelbad en een deel van de locatie Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel vallen binnen de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar van de buisleiding A-807. Voor beperkt kwetsbare objecten, zoals deze evenementenlocaties, geldt de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar als richtwaarde. Dit betekent dat deze evenementenlocaties alleen zijn toegestaan als daarvoor voldoende motivatie wordt gegeven. Deze motivatie volgt verderop in deze paragraaf. Het groepsrisico van de buisleiding A-807 bij deze locaties neemt met meer dan 10% toe en blijft onder de oriëntatiewaarde. Het groepsrisico dient conform het Bevb volledig verantwoord te worden.
  • Ouderkerkerplas: De locatie Ouderkerkerplas valt binnen de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar van de buisleiding A-807. Voor beperkt kwetsbare objecten, zoals deze evenementenlocatie, geldt de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar als richtwaarde. Dit betekent dat deze evenementenlocaties alleen zijn toegestaan als daarvoor voldoende motivatie wordt gegeven. Deze motivatie volgt verderop in deze paragraaf. Het groepsrisico van de buisleiding A-807 ter hoogte van de locatie Ouderkerkerplas neemt met meer dan 10% toe en overschrijdt de oriëntatiewaarde. Het groepsrisico dient conform het Bevb volledig verantwoord te worden. Het plaatsgebonden risico van knooppunt A9/A2 vormt geen belemmering voor de ontwikkeling van het plan. Wel leidt een evenement op locatie Ouderkerkerplas tot een toename van het groepsrisico als gevolg van knooppunt A9/A2 met meer dan een factor 10, maar blijft onder de oriëntatiewaarde. Conform het Bevt dient het groepsrisico volledig verantwoord te worden.
  • Amstel en Bullewijk: Het evenemententerrein betreft de genoemde rivieren en beslaan een groot gebied. Bij de berekeningen is een worst-case methode gehanteerd waarbij locaties nabij risicobronnen zijn gemodelleerd, namelijk nabij rijksweg A9 waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd en nabij buisleiding W-540-03. Het terrein valt niet binnen de plaatsgebonden risicocontour van 10-6 van de rijksweg A9, waardoor het geen belemmering vormt voor het plan. Wel leidt een evenement tot een toename van het groepsrisico met meer dan een factor 10, maar blijft onder de oriëntatiewaarde. Conform het Bevt dient het groepsrisico volledig verantwoord te worden. Buisleiding W-540-03 heeft geen plaatsgebonden risicocontouren 10-6 per jaar. Op basis van deze berekening kan worden geconcludeerd dat het plaatsgebonden risico geen beperkingen oplegt aan het plan. Het groepsrisico van de buisleiding W-540-03 neemt door het plan met meer dan 10% toe, maar blijft onder de oriëntatiewaarde. Het groepsrisico dient conform het Bevb beperkt verantwoord te worden.


Motivatie evenementenlocaties Amstelbad, Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel en Ouderkerkerplas

Gezien de beperkingen die de gemeente oplegt aan het aantal evenementen, de duur ervan en het maximale aantal personen dat per terrein wordt toegestaan, acht de gemeente Ouder-Amstel het als bevoegd gezag acceptabel dat incidenteel evenementen gehouden worden op de locaties Amstelbad, Sportvelden Ouderkerk aan de Amstel en Ouderkerkerplas die (deels) binnen de plaatsgebonden risicocontour 10-6 van de buisleiding A-807 gelegen zijn. Te meer omdat het de belangrijkste bronmaatregel die mogelijk is toepast, namelijk een verbod op het graven tijdens evenementen in een strook 5 meter aan weerszijden van de buisleiding. De gemeente implementeert dit via de vergunningvoorschriften voor evenementen. De gemeente doet dit overigens ook voor buisleiding W-540-03 gelegen nabij terrein Amstel en Bullewijk. Daarnaast heeft de gemeente een verbod op graven al planologisch gegarandeerd in het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied Noord', middels een dubbelbestemming 'Leiding - Gas'. Ook worden maatregelen en voorzieningen getroffen om eventuele gevolgen van calamiteiten te minimaliseren. Deze maatregelen zijn hierna beschreven onder 'Verantwoording groepsrisico: zelfredzaamheid en rampenbestrijding'.

Zelfredzaamheid en rampenbestrijding

Op basis van het Bevt en het Bevb dienen voor de spoorlijn Duivendrecht-Diemen, de buisleidingen en de rijkswegen (A9 en A2) inzicht gegeven te worden in de mogelijkheden voor de zelfredzaamheid en rampenbestrijding. De mogelijkheden voor het bestrijden van een incident met gevaarlijke stoffen op spoorlijnen, rijkswegen en in buisleidingen zijn beperkt. In het planbied zal de brandweer zich inzetten op het redden van mensen en het blussen van de secundaire branden. Op basis van de mogelijke rampenscenario's behorend bij de risicobronnen, is in het rapport in bijlage 4 geanalyseerd welke voorzieningen en maatregelen een positieve invloed hebben op de rampenbestrijding en zelfredzaamheid. Deze opsomming per terrein is opgenomen in tabel 32 van het rapport. De maatregelen en voorzieningen betreffen:

  • In het veiligheidsplan van het evenement dient rekening gehouden te worden met een brand (buisleiding) en een gifwolk (spoor), en moeten bezoekers geïnformeerd worden over hoe te handelen bij deze scenario's. Dit voert de gemeente door in de vergunningvoorschriften voor evenementen.
  • Het evenement wordt voorzien van vluchtroutes en vluchtwegen die haaks op de wind staan en van de risicobronnen af gericht zijn. Andersom is van belang dat hulpdiensten via twee aanrijroutes vanuit tegenovergestelde windstreken het terrein kunnen bereiken. Dit is reeds geïnventariseerd per terrein in de beleidsregels evenementen van de gemeente Ouder-Amstel, en is het geval voor alle terreinen. Dit voert de gemeente door in de vergunningvoorschriften voor evenementen.
  • Alarmering van het gevaar vindt plaats middels NL-alert.
  • Voldoende brandweercapaciteit en bluswatervoorzieningen voor het blussen van secundaire branden.
  • Geen transport van gevaarlijke stoffen plaats laten vinden tijdens evenementen.
  • Uitsluiten van graafwerkzaamheden bij de buisleiding tijdens het evenement. Dit is reeds (algemeen) planologisch geregeld in de vigerende bestemmingsplannen middels dubbelbestemmingen, maar zal tevens door de gemeente worden doorgevoerd in de vergunningvoorschriften voor evenementen.

Conclusie

Middels onderzoek is inzicht ontstaan in de ligging en invloed van risicobronnen op de evenemententerreinen die middels voorliggend bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt. Gemotiveerd is waarom het toestaan van evenementen op de locaties aanvaardbaar is, namelijk in combinatie met de maatregelen die de gemeente Ouder-Amstel als bevoegd gezag doorvoert in de vergunningvoorschriften voor evenementen. Over deze maatregelen heeft overleg plaatsgevonden met de Veiligheidsregio (Brandweer Amsterdam-Amstelland). Door Brandweer Amsterdam-Amstelland is een advies uitgebracht wat is opgenomen in bijlage 5. Het advies is in lijn met de in de paragraaf 'zelfredzaamheid en rampenbestrijding' opgenomen maatregelen en voorzieningen. Geconcludeerd kan worden dat het plan uit oogpunt van externe veiligheid aanvaardbaar is.

4.4 Verkeer

In de basis is er bij de aangewezen evenemententerreinen voldoende parkeergelegenheid aanwezig en ook voldoende capaciteit qua openbaar vervoer om bezoekersstromen te verwerken. Wel is parkeren op een aantal locaties een aandachtspunt, denk hierbij bijvoorbeeld aan de oude kernen. Waar nodig zullen aanvullende maatregelen worden gevraagd in het proces van vergunningverlening voordat evenementen doorgang kunnen vinden. In veel gevallen kunnen weilanden of lijndiensten, waarbij elders buiten de stad wordt geparkeerd, uitkomst bieden bij evenementen.

 
Planspecifiek

De mate waarin het aspect parkeren een rol speelt bij evenementen wordt sterk bepaald door de aard van het evenement, de omvang, doelgroep en locatiekeuze. Dit bestemmingsplan stelt daarom geen specifieke algemene regels ten behoeve van parkeren voor alle categorieën evenementen. Het reguleren van het komen en gaan van bezoekers van evenementen vindt plaats op basis van de APV. Een aanvraag voor een evenementenvergunning wordt ingediend bij de vergunningverlenende instantie van de gemeente en omvat in elk geval informatie over de gevolgen voor het verkeer (verkeersmaatregelen, omleidingsroutes, fietsenstalling, parkeren, bewegwijzering parkeerterrein etc.). Voor evenementen met grote bezoekersstromen (meer dan 1.000 bezoekers en/of deelnemers) wordt een mobiliteitsplan gevraagd. Voor wat betreft de parkeersituatie dient de organisatie ervoor te zorgen dat er voldoende parkeergelegenheid voor bezoekers is en er voldoende bewegwijzering is naar het parkeerterrein. In een mobiliteitsplan wordt onder andere het volgende beschreven:

  • Verdeling van bezoekers over de verschillende vervoersmiddelen (fiets, auto, openbaar vervoer etc);
  • Locatie en capaciteit van de parkeerplaatsen (en fietsenstallingen) en hoe de bezoekers hierheen worden verwezen;
  • Inzet en hoeveelheid van verkeersregelaars;
  • Welke maatregelen er worden getroffen om de verkeersstroom rond het evenement veilig te laten verlopen;
  • Of er wegafsluitingen worden gerealiseerd rond het evenement (tijden, plaatsen, maatregelen per afsluiting);
  • Bebordingsplan;
  • Toegankelijkheid evenemententerrein voor nood- en hulpdiensten;
  • Communicatie met omwonenden over de bereikbaarheid.

Terrassen

Bij de horecabedrijven in de gemeente Ouder Amstel worden terrassen in de openbare ruimte toegestaan waar dit nog niet geregeld was. Bij het bepalen van de situering van de nieuwe terrassen is rekening gehouden met het beschikbaar houden van voldoende doorloopruimte voor voetgangers, bestaande parkeervoorzieningen, het schoonhouden van de omgeving en de geluidsoverlast. Bij de doorloopruimte is getracht 1.80 meter breed aan te houden. Waar dit niet mogelijks is gebleken, is voor een andere maatwerkinvulling gekozen. In de regels van het voorliggende bestemmingsplan zijn de afmetingen en situering van het terras geregeld. Een terras dient ten dienste te staan van een horecabedrijf en dient de zijdelingse perceelsgrenzen van het aangrenzende horecabedrijf niet te overschrijden. Een terras mag de verkeersveiligheid niet in gevaar brengen en de aanwezigheid van een terras(afscheiding) moet de toegankelijkheid voor hulpdiensten niet in gevaar brengen.

Het positief bestemmen van bestaande terrassen heeft verder geen invloed op verkeersaspecten.

4.5 Luchtkwaliteit

Op 15 november 2007 is de Wet luchtkwaliteit, als een wijziging van de Wet milieubeheer (hoofdstuk

5.2), in werking getreden. Daarin zijn de Europese richtlijnen voor de luchtkwaliteit geïmplementeerd en

is opgenomen dat luchtkwaliteitseisen geen belemmering meer vormen voor ruimtelijke ontwikkelingen

indien:

  • er geen sprake is van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde;
  • een project, al dan niet per saldo, niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit leidt;
  • een project “niet in betekenende mate” bijdraagt aan de luchtverontreiniging;
  • een project is opgenomen in een regionaal programma van maatregelen of in het Nationaal
  • Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).

NIBM

De luchtkwaliteit wordt beïnvloed door de verkeersintensiteit en door de aanwezigheid van industrie. Het

gaat om luchtverontreiniging door zwaveldioxide, lood, stikstofdioxide, zwevende deeltjes (fijn stof),

koolmonoxide en benzeen. Of een project ‘niet in betekenende mate’ bijdraagt aan de concentratie van

een bepaalde stof is vastgelegd in het ‘Besluit niet in betekenende mate (luchtkwaliteitseisen)’. Deze

‘nibmprojecten’ mogen zonder toetsing aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit en zonder

luchtkwaliteitonderzoek uitgevoerd worden. Met de inwerkingtreding van het Nationaal

Samenwerkingsverband Luchtkwaliteit (NSL) per 1 augustus 2009, dragen projecten “niet in

betekenende mate” bij als de 3% grens niet wordt overschreden. Deze is gedefinieerd als 3% van de

grenswaarde voor fijn stof of stikstofdioxide. Dit komt overeen met 1,2 microgram per m3. Daarnaast

zijn verschillende ontwikkelingen specifiek genoemd in de Ministeriële regeling ‘Niet in betekenende

mate bijdragen’, waaronder woningbouw tot 3000 woningen.

Onderhavig facetbestemmingsplan maakt geen ontwikkelingen mogelijk die gevolgen hebben voor de luchtkwaliteit. Het gaat om incendentele evenementen, waardoor een eventuele verkeersaantrekkende werking en daarmee een invloed op de luchtkwaliteit tevens tijdelijk is. Het effect op de luchtkwaliteit bedraagt in geen geval meer dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarden voor PM10 en NO2. Terrassen hebben geen effect op de luchtkwaliteit. Er is daarom geen aanleiding tot het uitvoeren van een luchtkwaliteitsonderzoek.

Het aspect luchtkwaliteit staat het onderhavig bestemmingsplan niet in de weg.

4.6 Geluidhinder

Een belangrijke basis in de ruimtelijke afweging voor het aspect geluid is de Wet geluidhinder (Wgh). Deze wet biedt geluidgevoelige functies (zoals woningen), op basis van zonering, bescherming tegen geluidsoverlast van wegverkeerslawaai, spoorweglawaai en industrielawaai. Met voorliggend bestemmingsplan worden echter geen nieuwe geluidgevoelige functies mogelijk gemaakt en de Wet geluidhinder is niet van toepassing op evenementen en terrassen.

Activiteitenbesluit

Voor evenementen en terrassen geldt echter wel het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit). Voor terrassen die onderdeel uitmaken van een inrichting, maar die onverwarmd, niet overdekt en niet omsloten worden door bebouwing (binnenterrein) geldt dat het geluid niet hoeft te worden getoetst aan de geluidsnormen in het Activiteitenbesluit (conform artikel 2.18). Menselijk stemgeluid kan echter wel tot hinder leiden. Derhalve dient geluidsproductie in het kader van een goede ruimtelijke ordening wel in beschouwing te worden genomen. Hierbij speelt mee dat ondanks dat horecagelegenheden waar de bestaande terrassen bijhoren in het merendeel van de gevallen zijn toegestaan, dit niet automatisch betekent dat als de daarbij behorende terrassen als zodanig bestemd worden dit ook ruimtelijke aanvaardbaar is. Er dient per geval te worden bekeken of sprake is van een goed woon- en leefklimaat.

Onderzoeksresultaten terrassen

Ten behoeve van de beoogde terrassen zijn de hoogste langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus en maximale geluidsniveaus berekend. In bijlage 6 is het betreffende akoestisch onderzoek opgenomen. Uit het onderzoek blijkt dat bij de meeste terrassen wordt voldaan aan de standaard geluidsvoorschriften uit het Activiteitenbesluit. Een uitzondering vormen de locaties Dorpsstraat 7, Sluisplein en Rijksstraatweg 215, waar het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau in de avond- en nachtperiode tot respectievelijk 2 en 3 dB(A) hoger is. Aan de grenswaarde voor de avonden nachtperiode van respectievelijk 50 en 45 dB(A) wordt overal voldaan. Op de locaties Sluisplein en Kloosterstraat 1 wordt het maximale geluidsniveau in de nachtperiode tot 5 dB(A) overschreden. Aan de grenswaarde voor de nachtperiode van 65 dB(A) wordt overal voldaan. Op basis van de onderzoeksreslutaten zijn alle terrassen akoestisch aanvaardbaar. Aan alle grenswaarden wordt voldaan.

Onderzoeksresultaten evenementen

Geluid speelt een bijzondere rol bij evenementen aangezien sommige evenementen gepaard gaan met versterkte muziek of sportevenementen met commentatoren en versterkte muziek. In het bestemmingsplan is daarom een regeling opgenomen die bepaald welke geluidswaarden op de gevel vanuit het oogpunt van ruimtelijke ordening aanvaardbaar zijn. Per evenemententerrein is een maximaal aantal evenementen opgenomen, zodat deze hogere geluidswaarden incidenteel optreden. Vanuit rechtszekerheidsoogpunt wordt in het bestemmingsplan vastgelegd voor omwonenden en organisatoren met welke waarden zij rekening moeten houden.

In het kader van voorliggend bestemmingsplan is akoestisch onderzoek gedaan naar de evenementen die plaatsvinden in de gemeente Ouder-Amstel, waarbij is getoetst of de in de regeling opgenomen waarden voldoen aan wet- en regelgeving. Dit akoestisch onderzoek is opgenomen in bijlage 6. Er is separaat akoestisch onderzoek uitgevoerd naar evenementen op de locatie Ouderkerkerplas. Dit onderzoek is opgenomen in bijlage 7. Uit de onderzoeken blijkt dat met het toestaan van evenementen op de beoogde locaties kan worden voldaan aan de ten hoogste toelaatbare geluidsniveaus op grond van het gemeentelijke beleid.

De geluidsniveaus vanwege het bezoekende verkeer zijn in het onderzochte ‘worst case’-scenario hoger dan de voorkeursgrenswaarde. Wel zijn ze te beschouwen als aanvaardbaar omdat deze geluidsbelasting enkele keren per jaar mogelijk optreden.


In het kader van de vergunningverlening voor evenementen dient rekening te worden gehouden met het volgende:

  • Het onderzoek is gebaseerd op kengetallen. Om de geluidsbelasting zo veel mogelijk te beperken, moet bij de nadere invulling van de activiteiten aandacht worden besteed aan een slimme inrichting van het evenemententerrein. Dit is met name van belang op locaties waar zich woningen op korte afstand bevinden (zoals ’t Kampje en het Dorpsplein in Duivendrecht) en op locaties waar zeer hoge bronsterkten te verwachten zijn (zoals bij een dance-evenement op het terrein van het Amstelbad).
  • In sporthal Bindelwijk en op het terrein van het Amstelbad zijn muziekevenementen en andere geluidsintensieve activiteiten niet inpasbaar binnen de standaard voorschriften uit het Activiteitenbesluit. Dergelijke evenementen kunnen dus alleen worden toegestaan op basis van de verruimde normstellig uit de Algemene Plaatselijke Verordening 2017. Hieraan is een maximum verbonden van 6 evenementen per jaar.

Uit de onderzoeken blijkt dat met het toestaan van evenementen op de beoogde locaties kan worden voldaan aan de ten hoogste toelaatbare geluidsniveaus op grond van het gemeentelijke beleid. Deze ten hoogste toelaatbare geluidsniveaus zijn in de regels van voorliggend bestemmingsplan opgenomen. Het bestemmingsplan is derhalve uit oogpunt van geluid aanvaardbaar.

4.7 Water

Wettelijk kader

Waterwet 

De Waterwet (2009) regelt in hoofdzaak het beheer van watersystemen, waaronder waterkeringen, oppervlaktewater- en grondwaterlichamen. De wet is gericht op het voorkomen dan wel beperken van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste, de bescherming en verbetering van kwaliteit van watersystemen en de vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen. De Waterwet verbetert ook de samenhang tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening.

Watertoets 

In Nederland heeft water een eigen plaats gekregen in de ruimtelijke besluitvorming via de watertoets. De watertoets houdt in dat bij het maken van ruimtelijke plannen al in een vroeg stadium bekeken moet worden wat de gevolgen zijn voor water en de ruimtelijke ordening. De watertoets is een proces waarbij overleg wordt gevoerd met de waterbeheerder. De waterbeheerder stelt in dit proces de kaders vast en geeft een wateradvies voor verschillende waterhuishoudkundige aspecten. De watertoets resulteert uiteindelijk in een waterparagraaf, die in de toelichting van het ruimtelijke plan wordt opgenomen.

Planspecifiek

Dit facetbestemmingsplan voorziet uitsluitend in het aanwijzen van evenementenlocaties en terrassen. In het kader van dit plan vinden geen (watergerelateerde) werkzaamheden plaats, zoals het dempen van water, en/of werkzaamheden die anderszins gevolgen hebben voor het waterhuishoudkundige systeem ter plaatse van de evenemententerreinen en terrassen. Er is derhalve geen watertoets opgesteld.

Het reguleren van waterbescherming vindt voorts plaats op basis van de APV en de beleidsregels voor evenementen. Voor het hebben van voorwerpen op het water is een vergunning vereist. Daarnaast geldt dat naast een publiekrechtelijke vergunning toestemming van de eigenaar van het water nodig is. Afhankelijk welk water het is, kan dit de Provincie Noord-Holland of het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht zijn.

Keur van het Hoogheemraadschap 

Met uitzondering van de evenementenlocaties Amstel en Bullewijk en 't Kampje (haventje) bevatten de evenemententerreinen geen waterlopen die onder de Keur vallen. De evenementen die gehouden worden bestaan ook niet uit activiteiten die onder de Keur vallen. Er worden alleen tijdelijke voorzieningen aangelegd en direct verwijderd. Voor het op een goede wijze opvangen en afvoeren van afvalwater wordt gezorgd.

Voor de evenemententerreinen Amstel en Bullewijk en 't Kampje is wel een Watervergunning vereist. Deze evenementen vinden plaats op het oppervlaktewater. Het bestemmingsplan zal worden aangeboden aan het Hoogheemraadschap voor overleg.

4.8 Ecologie

De wet- en regelgeving op het gebied van flora en fauna (wet natuurbescherming) kent op grond van de Wet Natuurbescherming twee sporen, namelijk een gebiedsgericht en een soortgericht spoor.

Ruimtelijke plannen dienen te worden beoordeeld op de uitvoerbaarheid in relatie tot actuele natuurwetgeving. Er mogen geen ontwikkelingen plaatsvinden die op onoverkomelijke bezwaren stuiten door effecten op beschermde natuurgebieden en/of flora en fauna. In dit kader is inzicht gewenst in de aanwezige natuurwaarden en de mogelijk daarmee samenhangende consequenties vanuit de actuele natuurwetgeving. Dit is gedaan op basis van een tweetal natuurtoetsen, die als bijlagen zijn opgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. De onderzoeken bestaan uit bureaustudies en veldbezoeken aan alle locaties waarbij het gebied is onderzocht op de (mogelijke) aanwezigheid van beschermde soorten. Voor Ouderkerkerplas is een onderzoek uitgevoerd (zie bijlage 8) en voor de overige terreinen is een onderzoek uitgevoerd (bijlage 9).

Soortbescherming

Uit de natuurtoets evenementen (bijlage 9) blijkt dat op de meeste locaties negatieve effecten op vleermuizen en (broed)vogels door de voorgenomen evenementen niet kunnen worden uitgesloten. Om overtreding van verbodsbepalingen van de Wet natuurbescherming als gevolg van de evenementen te voorkomen, wordt aanbevolen om schermen te plaatsen daar waar het publiek op minder dan 30 meter afstand van potentiële broedplaatsen komt (algemene broedvogels en jaarrond beschermde nesten) en om verlichting van gebouwen en groenstructuren zoveel mogelijk te beperken (vleermuizen). Door het nemen van deze mitigerende maatregelen wordt overtreding van verbodsbepalingen van de Wet natuurbescherming voor alle soorten voorkomen. Er hoeft geen ontheffing in het kader van de Wnb te worden aangevraagd. De mitigerende maatregelen vormen geen belemmering voor de evenementen, maar is van belang in het kader van de vergunningverlening.

Uit de separaat uitgevoerde natuurtoets Ouderkerkerplas (bijlage 8) blijkt dat er geen negatieve effecten op vleermuizen en (broed)vogels zijn te verwachten door het voorgenomen evenement.Van belang hierbij is wel nog het volgende.

Broedseizoen

In de beleidsregels Evenementen is bij Recreatiegebieden Ouderkerkerplas en Ronde Hoep en Waver opgenomen dat evenementen niet mogen plaatsvinden tijdens het broedseizoen. Deze voorwaarde is in de beleidsregels ongeclausuleerd waardoor het kan worden geïnterpreteerd als dat gedurende het broedseizoen geen evenementen mogen plaatsvinden, ook niet als er geen vogels aan het broeden zijn. Dit is niet de bedoeling. Voor het broedseizoen staat geen vaste periode. Dit verschilt per soort. Veel vogelsoorten broeden in de periode half maart tot en met half augustus.

Het is de bedoeling dat er geen evenementen plaatsvinden in het seizoen dat de bij de Ouderkerkerplas en bij de Ronde Hoep en Waver aanwezige vogels broeden. Het bestemmingsplan sluit dit echter niet uit; evenementen worden gedurende het gehele jaar mogelijk gemaakt. In verband hiermee is in de planregels bij deze evenemententerreinen (waar uit onderzoek is gebleken dat beschermde vogels hier mogelijk broeden) de voorwaarde opgenomen dat door middel van een ecologisch onderzoek moet worden aangetoond dat een evenementen niet leidt tot een significante en wezenlijke aantasting van de aanwezige natuurwaarden en/of flora en fauna. Dit is conform het gestelde op pagina 13 van het Beleidskader evenementen.

Natura 2000

Door de voorgenomen evenementen op het water van 'Amstel en Bullewijk' kunnen negatieve effecten op de functie van het Natura 2000-gebied “Botshol” als foerageergebied voor de meervleermuis niet worden uitgesloten. Door lichtverstoring kan de watergang zijn functie als vliegroute naar het Natura 2000-gebied tijdelijk verliezen. Er wordt aanbevolen om lichtverstoring door de activiteiten op het water in de periode april tot en met oktober te voorkomen, door de activiteiten voor zonsondergang af te ronden, of door beperking van lichtuitstraling. Dit vormt geen belemmering voor de evenementen en voorliggend bestemmingsplan, maar is van belang in het kader van de vergunningverlening.

NNN

Door de voorgenomen evenementen op locatie 'Ronde Hoep en Waver' kan geluidsverstoring de functie van het weidevogelgebied, waar de locatie in is gelegen, tijdelijk aantasten. Mitigatie is nodig om dit te voorkomen. Dit vormt geen belemmering voor de evenementen en voorliggend bestemmingsplan, maar is van belang in het kader van de vergunningverlening.

Met inachtneming van de genoemde voorwaarden zal de Natuurbescherming de uitvoering van de werkzaamheden niet in de weg staan.

4.9 Kabels en leidingen

Aangezien middels voorliggend bestemmingsplan evenementen en terrassen worden voorzien van een passende regeling en daarvoor geen bodemingrepen nodig zijn, is het bestemmingsplan uitvoerbaar ten aanzien van kabels en leidingen.

Hoofdstuk 5 Juridische planopzet

5.1 Algemeen

Het bestemmingsplan is een ruimtelijk besluit, waarin de regels voor het gebruik en het bebouwen van gronden worden vastgelegd. In een bestemmingsplan wordt door middel van bestemmingen en aanvullende aanduidingen aangegeven op welke gronden welke functies toegestaan zijn en hoe deze gronden bebouwd mogen worden.


Om de vergelijkbaarheid te bevorderen bestaat er een landelijke standaard voor de verbeelding van bestemmingsplannen (SVBP2012). De toepassing van de SVBP2012 is verplicht. Hiermee wordt geborgd dat alle bestemmingsplannen overeenkomen voor wat betreft kleurgebruik, naamgeving, gebruik van arceringen en dergelijke.

Toepassingsverklaring

Het plangebied van dit bestemmingsplan betreft de plangebieden van alle geldende bestemmingsplannen binnen de gemeente Ouder-Amstel, met uitzondering van de gebieden waarvoor een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding is. In de plannen die voor laatstgenoemde gebieden worden gemaakt, wordt de regeling in dat betreffende bestemmingsplan opgenomen.

Dit houdt in dat de plannen gedeeltelijk worden herzien op twee onderdelen, terrassen en evenementen (inclusief markten en kermissen). De plannen blijven voor alle overige onderdelen van kracht en alleen de bepalingen met betrekking tot evenementen en terrassen worden toegevoegd.

De functies worden toegekend middels een aanduidingen die wordt toegevoegd aan de vigerende bestemmingen. Dit bestemmingsplan legt geen nadere beperkingen op aan de gebruiks- en bouwmogelijkheden uit de geldende plannen, anders dan in het belang van evenementen en terassen.

5.2 Toelichting op de regels en de verbeelding

Deze paragraaf geeft een toelichting op het juridisch plangedeelte van dit bestemmingsplan; de planregels en de verbeelding.

De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken:

  • Hoofdstuk 1 (Inleidende regels) bevat drie artikelen. In artikel 1 zijn de begrippen opgenomen die van belang zijn voor de toepassing van de planregels. Artikel 2 bevat een wijze van meten. Artikel 3 bevat de toepassingsverklaring. Dit houdt in dat de plannen gedeeltelijk worden herzien op twee onderdelen, terrassen en evenementen (inclusief markten en kermissen). De plannen blijven voor alle overige onderdelen van kracht en alleen de bepalingen met betrekking tot evenementen en terrassen worden toegevoegd.

  • Hoofdstuk 2 (Herzieningsregels) bevat twee artikelen. Artikel 4 regelt specifiek de herziening van de regels van het bestemmingsplan 'Ouderkerk aan de Amstel'. In Artikel 5 is aangegeven op welke wijze de regels van alle onderliggende ruimtelijke plannen in de gemeente Ouder-Amstel worden herzien. Dat gebeurt door het toevoegen van de gebiedsaanduiding ‘overige zone – evenemententerrein’ op de verbeelding met een bijbehorende regelingen in de planregels en toevoegen van de gebiedsaanduiding 'overige zone – terrassen' met een bijbehorende regelingen in de planregels.

  • Hoofdstuk 3 (Algemene regels) bevat drie artikelen. Een Anti-dubbeltelregel. Een algemene gebruiksregel waarin wordt geregeld dat in de gehele gemeente niet-locatie gebonden evenementen toegestaan zijn, en het andere artikel betreft een afwijkingsbevoegdheid voor het toestaan van evenemententerreinen buiten de gebiedsaanduidingen.

  • Hoofdstuk 4 (Overgangsregels en slotregels) bevat de overgangsregels en de slotregel. In het overgangsregelartikel ligt vast dat bebouwing en gebruik van gronden en opstallen dat afwijkt van de planregels op het moment waarop het plan rechtskracht verkrijgt, mag worden voortgezet. De slotregel omvat de officiële citeertitel van de planregels.

Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid

6.1 Economische uitvoerbaarheid

Exploitatieplan

Op grond van artikel 6.12 Wro dient de gemeenteraad een exploitatieplan vast te stellen voor gronden waarop een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan is voorgenomen, tenzij de kosten anderszins verzekerd zijn. In artikel 6.2.1. Besluit ruimtelijke ordening worden de bouwplannen aangewezen als bedoeld in artikel 6.12. Wro. Onderhavig bestemmingsplan maakt geen aangewezen bouwplannen mogelijk. Derhalve is er geen wettelijke verplichting om een exploitatieplan vast te stellen.

Financiële uitvoerbaarheid

Wat betreft de financiële uitvoerbaarheid geldt dat met plan alleen de kosten voor het opstellen van het bestemmingsplan zijn gemoeid. Hiervoor heeft de raad op 16 februari 2017 budget beschikbaar gesteld.

6.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Inspraak en maatschappelijk overleg

Op grond van artikel 3.1.6 lid 1 onder e. van het Bro moet in de toelichting van het (ontwerp)bestemmingsplan een beschrijving van de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereiding van het bestemmingsplan zijn neergelegd. Ten aanzien hiervan geldt het volgende:

Participatie evenementenbeleid

Onderhavig bestemmingsplan vormt een planologische vertaling van het evenementenbeleid. Bij het opstellen van dat beleid hebben DUO+, de brandweer, de GHOR en Politie hun bijdrage geleverd. Ook zijn de Stichting Promotie Ouder-Amstel, Stichting BIZ Ouderkerk aan de Amstel en de OVOA betrokken vanwege de rol die voor hen is weggelegd in het kader van het stimuleren van economische spin-off.

Daarnaast hebben inwoners en andere betrokkenen meegedacht (burgerparticipatie). Hiervoor zijn drie klankbordgroepen in het leven geroepen, één voor de kern Duivendrecht, één voor de kern Ouderkerk aan de Amstel en één voor het recreatiegebied Ouderkerkerplas. Met deze klankbordgroepen zijn gesprekken gevoerd. De rode draad hierbij was dat evenementen moeten passen bij het karakter van de dorpskernen en het recreatiegebied Ouderkerkerplas. Voor zover daarop te sturen is, is de wens ook onderdeel van de beleidsuitgangspunten. Voor het recreatiegebied Ouderkerkerplas is een separaat traject doorlopen voor burgerparticipatie. Dit vanwege de specifieke omstandigheden van het gebied, de voorgeschiedenis van evenementen in het gebied en het onderzoek naar en het monitoren van grootschalige evenementen.

In aanvulling op de klankbordgroepen is een burgerpeiling gehouden onder inwoners van Ouder-Amstel over het houden van evenementen in de gemeente. De uitkomsten daarvan zijn inbreng geweest voor het evenementenbeleid.