direct naar inhoud van 6.8 Planologisch relevante leidingen
Plan: De Trompet en Tolhek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0396.BPtrompet2012-VA01

6.8 Planologisch relevante leidingen

Normstelling en beleid

Planologisch relevante leidingen zijn bijvoorbeeld hogedruk aardgastransportleidingen en waterleidingen met een regionale functie. Voor deze leidingen wordt rekening gehouden met een belemmeringenstrook. Door binnen deze strook een bouwverbod op te nemen, wordt beschadiging van de leiding voorkomen. De belemmeringenstrook geldt aan weerszijden van de leiding.

Onderzoek

In het plangebied liggen diverse leidingen die bepalend zijn geweest voor de stedenbouwkundige opzet van het plangebied. Met name de aanwezigheid van de nationale leidingenstrook was sterk structurerend. De leidingen legden beperkingen op ten aanzien van het bouwen en het uitvoeren van werken en werkzaamheden. Het betreft de volgende leidingen (gelegen in het plangebied):

  • Vier hoofdaardgastransportleidingen (A-550, A-551, A-556, A-562 en A-571) van de Gasunie in de nationale leidingenstrook met verschillende diameters (24", 36", 36" en 42"), waarbij binnen een afstand van 5 meter ter weerszijden niet gebouwd mag worden en slechts niet diep wortelende bomenlstruiken geplant mogen worden;
  • Twee aardgastransportleidingen met verschillende diameters (4" en 12"), waarbij binnen een afstand van 4 meter ter weerszijden niet gebouwd mag worden en slechts niet diep wortelende bomenstruiken geplant mogen worden;
  • Drie hoofdwaterleidingen, waarbij ter weerszijden een afstand van 5 meter gereserveerd moet worden voor mogelijke werkzaamheden (bebouwing niet toegestaan, open verharding wel), te weten:
      • PWN AC 800; gelegen boven de nationale leidingenstrook
      • PWN 1200; ten westen van het spoor, evenwijdig aan het spoor (op 60 meter van het spoor)
      • PWN 50; ten zuiden van het plangebied (tussen de Communicatieweg en de waterloop).
  • Twee persleidingen van het hoogheemraadschap Uitwaterende Sluizen Noord-Holland, waarbij ter weerszijden van deze leidingen 3 meter vrijgehouden moet worden voor onderhoudswerkzaamheden (bebouwing niet toegestaan, open verharding wel), te weten:
      • US 450 (persleiding Uitgeest); komt het gebied vanuit noordwestelijke richting binnen in de nationale leidingenstrook en buigt bij het spoor af in zuidelijke richting (evenwijdig aan het spoor, op 20 meter).
      • US 600 (persleiding Castricum), gelegen aan de zuidzijde van de nationale leidingenstrook.
  • Twee 50 kV-elektriciteitskabels, direct ter weerszijden van het spoor;
  • Diverse kleinere kabels en leidingen langs de Communicatieweg.

Nationale leidingenstrook

De nationale leidingenstrook doorkruist het plangebied en vormt een belangrijke ruimtelijke belemmering in het plangebied. De leidingenstrook komt het plangebied binnen vanuit noordwestelijke richting en verlaat het plangebied in zuidoostelijke richting. Zowel in noordelijke richting als in zuidelijke richting is de gastransportleiding 36" van de Gasunie maatgevend voor de te bewaren minimale bebouwingsafstand. Deze bedraagt 35 meter 'vanuit het hart van de leiding'. Binnen de minimale bebouwingsafstand van 35 meter en de 5 meter leiding-afstand zijn diverse mogelijkheden voor ruimtegebruik.

Voor alle ingrepen geldt de voorwaarde dat de Gasunie ruime mogelijkheden moet behouden om eventuele werkzaamheden te kunnen blijven uitvoeren en de leidingen door de ingrepen niet aangetast worden. Alle mogelijke ingrepen, die binnen de veiligheidszone van de verschillende leidingen gepland worden (voor de 42" is dat 130 meter, voor de 36" is dat 115 meter) moet een advies bij de beheerder van de leiding worden aangevraagd, in dit geval de Gasunie.

In het plangebied is een tracé van de rijksweg gelegen. Bij de aanleg van de nationale leidingenstrook is hiermee rekening gehouden. Dit uit zich in een verdiepte aanleg van de leidingenstrook.

Conclusie

De gasleidingen binnen het plangebied zijn met bijbehorende belemmerde strook opgenomen op de verbeelding. Verder zijn er geen planologisch relevante buisleidingen, hoogspanningsverbindingen of straalpaden aanwezig. Er wordt geconcludeerd dat het aspect kabels en leidingen de uitvoering van het plan niet in de weg staat.